Aantekeningen college Psychologische stromingen - Universiteit Utrecht (2022-2023)

Hoorcollege 3

Slechte richtlijnen en we meten iets complex: probleem is dan dat veel studies niet goed gerepliceerd kunnen worden. Replicatiecrisis niet beperkt tot de psychologie. Het is een breed probleem. Meer dan 50% kon niet gerepliceerd worden in de psychologie. Cognitieve experimenten beter dan sociale experimenten. Vooral de sociale experimenten waarin gedrag of reacties werden gemeten, werden slecht gerepliceerd.

Studies die de aanname hebben, we hebben bewustzijn, maar er wordt veel onbewust verwerkt. Introspectief weten we niet dat er heel veel informatie binnenkomt. IJsbergplaatje. Deze studies zijn slecht repliceerbaar.

Cognitie

  • Heel veel is juist bewust.
  • Er gebeurt onbewust niet zo heel veel, je bent onbewust niet zo heel erg beïnvloedbaar. Dus de ijsberg moet andersom.
  • We zijn hele bewuste dieren.

Oorzaken replicatiecrisis

  1. Wetenschapscultuur
  2. Complexiteit van de psyche en gedrag. De psychologie staat in de kinderschoenen.

Demarcatie is het onderscheiden van pseudoscience en normale science. Als het niet ontkracht kan worden, is het niet wetenschap. Kuhn: er moet eerst een crisis zijn. Bij 1 bewijs tegen zwaartekracht publiceer je niet meteen een paper met ‘’gravitatie is nep’’. Dat paradigma wordt niet gelijk verworpen.
Als er veel bewijs is, krijg je een crisis en dan een paradigma shift.

Binnen de psychologie heb je:

  • Observaties vs introspectie
  • Fysicalisme vs mentalisme
  • Dualisme: gedrag komt voort uit een immateriële geest. Echt een geest → religie.
  • Fysicalisme: gedachte/gedrag komen voort uit fysieke brein. Iets fysiologisch.
  • Idealisme: de omgeving is een interpretatie van zintuigen
  • Fysicalisme: meet wat je ziet, want wat je denkt is een onbetrouwbare interpretatie.
  • Mentalisme: meet wat je denkt want wat je ziet is een onbetrouwbare sensorische meting

Fysicalisme

  • Empiricisme
  • Materialisme (determinisme)
  • Evolutieleer
  • Gedragsobservaties

Mentalisme

  • Rationalisme
  • Associationisme
  • Structuralisme
  • Gestaltisme

Hedendaagse spanningen

Over introspectie:

  • Klinisch en sociaal, vragenlijsten zijn populair
  • Experimentele psychologie alleen indien nodig vragenlijsten. Stress meet je met hartslag.
  • Klinisch: depressie moet je wel een vragenlijst invullen. We kunnen thuis geen observaties doen. Hoe lang iemand in bed ligt.

Wisselwerking tussen stromingen en hun voorkeur voor:

  • Fysicalisme: observatie methoden
  • Mentalisme: introspectie methoden

Evolutieleer & functionalisme

  • Eerst was de mening: de God heeft de aarde en de dieren geschapen.
  • Wallace en Darwin hadden de evolutietheorie.
  • Er werd bij evolutie vooral gekeken naar anatomie. Bewijs door fossielen en DNA vergelijken. Vorm van de schedel werd bekeken.

Comparatieve psychologie / vergelijkende psychologie.

  • Darwin vergeleek als eerste gedrag (emoties) tussen dieren. Daarna emoties vergelijken tussen Oosten en Westen.
  • Extreme nadruk op nature: genen. Meer dan op omgeving/ervaringen. Ook binnen de psychologie. Observatie onderzoek was het.
  • Start van het nature vs nurture debat.

Functionalisme

  • Wetenschappelijke stroming. Geïnspireerd door Darwin.
  • Ook emotieonderzoek.
  • Gedrag en cognitie hebben een evolutionaire functie. Wat is nou de functie van een bepaalde vaardigheid of een bepaald mentaal proces?
  • Waarom hebben we bewustzijn? Waarom kunnen we onze aandacht verplaatsen?
  • Er kwam wat meer ruimte voor introspectie, want mentale processen werden onderzocht.

Bij structuralisme was de vraag ‘’wat?’’

  • Wat zijn de elementen van het werkgeheugen?
  • Functionalisme: waarom hebben we een werkgeheugen?
  • William James: wat is het nut van bewustzijn? Start van het functionalisme in de psychologie.
  • Bewustzijn geeft de mogelijkheid tot nadenken en keuzes maken.
  • Dit maakt het functioneel want adaptiever in uitdagende omgevingen.
  • Dit is functionalisme van William James.

Bewustzijn is de tegenhanger van het automatismen zoals habits. Habits zijn de automatische processen en reacties en deze zijn ondergeschikt aan het bewustzijn. Automatische reactie is fight or flight respons.

William James: hoe wordt je je bewust van je emoties? Wat is de functie van fysiologische reacties? Wat is de functie van de fysiologische reacties bij de emoties?

  1. Snel reageren
  2. Om emotiebeleving tot stand te brengen

Mensen dachten het kan allebei: eerst beleving, dan lichamelijke reactie. Of eerst lichamelijke reactie en dan beleving.

Thorndike is een andere functionalist die belangrijk was.

  • Hij ontwikkelde de puzzelbox en observeerde (niet introspectie)
  • Hij startte als eerste ethologie onderzoek. Je bestudeert dieren in natuurlijke omgeving om ecologische validiteit hoog te houden.
  • Mentale test beweging.

Van functionalisme naar toepassingen. 

  • Tijdperk met sterke nadruk op functies. Er wordt afgevraagd wat is de functie van psychologie als vakgebied?
  • Werd telefoon, fax, trein allemaal uitgevonden. Wat is dan de functie van psychologie?
  • Er werd nagedacht wat is het nut van die kennis over cognitie en gedrag. Onderwijs, bedrijfsleven.
  • Er werden testen ontwikkeld: welke kinderen kunnen goed leren?
  • Human resources: wie wordt gelukkig met deze baan?

Gestaltisme

  • Dit kwam na het functionalisme. Nog meer nadruk op introspectie, minder op gedrag.
  • Carl deed dit
  • Twee tonen: de ene klinken consonant
  • De andere twee dissonant.
  • Interpretatie van twee tonen. Dat is interpretatie, de ene vind je mooi de ander lelijk.
  • Een proces in het brein zorgt voor het combineren van informatie in een perceptueel geheel. Perceptie = ambigue (onbetrouwbare) interpretatie.
  • Je brein vult aan.

Positivisme en behaviorisme

  • Filosofie achter positivisme. Positivisme staat niet voor goed, het staat voor feitelijk. Het is er, het is er niet niet, het is aanwezig.
  • Zoek alleen naar datgene wat je zonder twijfel kan beschrijven, waar je positief over bent.
  • Wetenschap moet zich concentreren op observaties. Ga niet interpreteren. Objectief meten.
  • Positivisme gaf steun aan behavioristen.
  • Dit zie je terug in het materialisme, empirisme en verifieerbaarheidsprincipe.
  • Positivisme ontwikkelde zich in het logisch positivisme en operationaliseren.

Probleem: Moeilijk om het onobserveerbare te negeren. Alle mentale processen.

  • Verliefd zijn bestaat, maar het gevoel is fysiek niet te meten omdat het een cognitief hersenproces is.
  • Net zoals hoger, emotiebeleving en pijn. Het gebeurt van binnen. Soms levert het gedrag op, maar het effect is van binnen.
  • Zolang je het indirect mag meten kan je deze concepten alsnog toelaten volgens logisch positivisme.
  • Begon als: nee, alleen gedrag meten bij positivisme. Toen kwam het weer langzaam terug naar mentale processen.

Behaviorisme

  • begon met Pavlov.
  • Bevindingen bij dieren generaliseerbaar naar mensen?
  • Neobehaviorisme ontstaan door logisch positivisme.
  • Operationalisatie van cognitieve processen werd toegelaten. Het moest wel indirect gemeten kunnen worden. Dus verliefdheid: o ik zie wel rode wangetjes.
  • Bepaald mentaal proces kon versterken of verzwakken.
  • Er kwam ook weer meer een relatie met de omgeving terug.
  • We gingen van stimulus -> respons
  • Naar Stimulus -> organisme -> respons

Cognitieve revolutie

  • Het is niet echt een revolutie.
  • Piaget: Behaviorisme kon niet alles verklaren. Jonge kinderen zijn vooral met hun omgeving bezig. Weinig cognitie: behaviorisme. Ze waren weinig met hun cognitie bezig.
  • Oudere kinderen doen meer in hun hoofd. Dit noemde Piaget: operation.
  • Nu tellen ze niet op hun vingers maar in hun hoofd.

Behaviorisme zegt keihard: je bent vergeten

Gestalt zegt: ja maar je weet wel nog delen van het woord.

Bij computer: er gebeurt heel veel daarbinnen wat je niet kan zien.

Chunking

  • 5 +- 2 items vasthouden kan het werkgeheugen.
  • Chunks (gestalt’s) van informatie kunnen het zijn. Dus ze samenvoegen.

Aandacht kan jezelf aansturen. Ik wil nu met links horen en dan met rechts. Dat zie je dan ook in de auditieve cortex.

Positivisme:

  • alleen dingen onderzoeken die je direct kan meten. Zo ontstond behaviorisme.
  • Behaviorisme bleek tekort te komen.
  • Er moest iets tussen komen → neobehaviorisme. je mocht ook nadenken over niet zichtbare effecten en indirecte effecten.

Gestaltisme:

  • ambigue stimuli werden ontdekt. Je kan iets holistisch zien, je kan er een interpretatie aan geven.
  • Er zijn neurowetenschappelijke methoden: logisch positivisme en neobehaviorisme leidt tot cognitieve revolutie.
Access: 
Public
Follow the author: Hugo
More contributions of WorldSupporter author: Hugo:
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Check the related and most recent topics and summaries:
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1227