Title: Rechtseconomie - UL - B2 - Oefententamen januari 2014
Rechtseconomie - UL - B2 - Oefententamen januari 2014

Rechtseconomie - UL - B2 - Oefententamen januari 2014

Media of Law Supporter
Content categories
Contributions, Comments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Related content or attachment:
Rechtseconomie - UL - B2 - Oefententamen januari 2014

Rechtseconomie - UL - B2 - Oefententamen januari 2014


Vragen

Vraag 1a

In een land zijn twee grote particuliere transportbedrijven actief. A maakt gebruik van vrachtschepen en B van goederentreinen. Uitgaande van de gegeven omvang van de te transporteren goederen (die in deze opgave verder als vaststaand wordt genomen) is A verantwoordelijk voor een uitstoot van 8.000 ton CO2 per jaar, B voor een uitstoot van 4.000 ton CO2. De overheid heeft zich door deskundigen laten verzekeren dat de uitstoot van CO2 op termijn tot ernstige aantasting van ons leefmilieu kan leiden. De kosten hiervan worden geraamd op € 1.250 per ton CO2 per jaar.

De overheid overweegt daarom maatregelen om de CO2 uitstoot terug te dringen. Dat kan ook. Zowel A als B kunnen de uitstoot van CO2 terugdringen door milieumaatregelen te nemen. Dat zou voor A kosten met zich meebrengen van € 1.000 per ton per jaar; voor B zouden de kosten uitkomen op € 2.000 per ton per jaar. Na langdurig beraad besluit de overheid tot de invoering van verhandelbare emissierechten voor CO2. De totale hoeveelheid emissierechten wordt vastgesteld op 9.000 ton per jaar. De overheid wil het bedrijfsleven niet onnodig op kosten jagen en hecht aan verdelende rechtvaardigheid. Daarom worden de emissierechten gratis en naar rato van de bestaande uitstoot toegekend aan A en B. A krijgt 6.000 ton emissierechten CO2 per jaar en B 3.000 ton.

Voor de registratie van en controle op de verhandelbare emissierechten stelt de overheid een apart agentschap in. De kosten van dat agentschap zijn een vast bedrag van € 250.000 per jaar.

Stel dat de transactiekosten prohibitief hoog zijn. Welk effect heeft invoering van de verhandelbare emissierechten voor:

  • het milieu;

  • de kosten van A en B;

  • de maatschappelijke welvaart.

Vraag 1b

Stel dat de transactiekosten verwaarloosbaar klein zijn. In hoeverre ontstaat er dan handel in de CO2 emissierechten? Welke prijs wordt er voor die emissierechten betaald, als A en B elkaar bij onderhandelingen halverwege tegemoet komen?

Vraag 1c

Voortbordurend op uw antwoord onder b., welke gevolgen heeft de invoering van de verhandelbare emissierechten uiteindelijk voor:

  • het milieu;

  • de kosten van A en B;

  • de maatschappelijke welvaart.

Vraag 1d

Het antwoord onder c. heeft betrekking op de situatie dat de overheid voor 9.000 ton CO2 emissierechten in omloop brengt. Daarmee is nog niet gezegd dat die 9.000 ton de maatschappelijk optimale hoeveelheid emissierechten is. Zou het aantal emissierechten vanuit efficiëntieoogpunt omhoog of omlaag moeten? Tot hoeveel?

Vraag 2a

Zie bijlage 1 Figuur 6. De nutsfunctie van de werknemers.

Een grote stad en haar agglomeraten heeft een beroepsbevolking ter grootte van 2 miljoen mensen. Alle werknemers hebben een maandinkomen van € 2.000. De werknemers lopen het risico door arbeidsongeschiktheid hun inkomen mis te lopen. Alle werknemers zijn even risicoavers;.....read more

Access: 
Public
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1079