Drenth definieert de term (intelligentie)test als volgt: ‘Een systematische meetprocedure, die bestaat uit zorgvuldig uitgezochte opdrachten. Deze opdrachten worden op een gestandaardiseerde manier aan een individu voorgelegd. De oplossingen van het individu worden op een objectieve manier verwerkt. Hierdoor kan het voor de onderzoeker mogelijk zijn een uitspraak te doen over het vermogen of over toekomstige prestaties van de geteste’.
De wetenschap is nog steeds niet tot een eenduidige definitie gekomen voor het begrip intelligentie. Leken vertalen intelligentie meestal als ‘cognitie’, ‘slimheid’ of ‘verstand’. Maar over het algemeen wordt intelligentie gezien als het vermogen zich aan te passen aan nieuwe omstandigheden of nieuwe taken. Als men het heeft over het testen van intelligentie gaat het voornamelijk om het presteren op schoolse taken of het behandelen van problemen die een vastgesteld doel of een bepaalde structuur hebben.
Binet en Simon ontwikkelden een intelligentietest, ook wel de Binet-Simon intelligentietest genoemd. Binet vond dat intelligentie een soort mix was van mentale kwaliteiten. Hij bedoelde hiermee zaken als: aandacht, begrijpen, geheugen en abstract redeneren. Hij vond dat deze cognitieve aspecten niet los van elkaar gezien konden worden. Daarom ontwikkelde hij een test waarmee deze aspecten als geheel gemeten zouden kunnen worden. De test heeft verschillende items. Welke items het kind nog net goed maakt geeft de mentale leeftijd van het kind aan. Door deze test kan gekeken worden of het kind voor of achter ligt op zijn leeftijdsgenootjes en kan een redelijke voorspelling gemaakt worden van de onderwijsvoortgang van het kind.
Tegenwoordig is er al een Stanford-Binet V. Deze test lijkt niet veel meer op de oorspronkelijke test. Er wordt geen MA (mental age) meer berekend. Er kunnen nu behalve een algemene intelligentiescore ook deelscores worden berekend. Tegenwoordig wordt er gebruik gemaakt van een deviatie IQ, hiermee kan bekeken worden in hoeverre de intelligentiescore van een leerling afwijkt van de score van zijn of haar leeftijdsgenootjes.
Zo rond 1950 begon David Wechsler individuele intelligentietests te ontwikkelen. Bijvoorbeeld: de WAIS (Wechsler Adult Intelligence Scale) deze is ontworpen voor adolescenten en volwassenen, de WPPSI (Wechsler Preschool and Primary Scale of Intelligence) voor kinderen van vier tot zeseneenhalf jaar en de WISC (Wechsler Intelligence Scale for Children), deze test is geschikt voor kinderen van zes tot zestien jaar. De tests van Wechsler zijn ontwikkeld vanuit het idee dat intelligentie het vermogen is om doelgericht te handelen, rationeel te kunnen denken en het doelgericht met de omgeving om te kunnen gaan.
Spearman beschreef algemene intelligentie als ‘g’ oftewel ‘general intelligence’.
Verderop in de twintigste eeuw werden de tests ontwikkeld vanuit twee perspectieven:
‘g’ en hiërarchische modellen. Deze gaan voornamelijk over intelligentie als algemeen/overkoepelend begrip.
De multifactoriële modellen, waarin intelligentie als losstaande aspecten wordt gezien.
Wetenschappelijke studies hebben aangetoond dat ‘g’ kan worden beschouwd als een redelijk stabiele trek van personen. Anderen, bijvoorbeeld Guilford, spreken van een multifactoriële intelligentie. Kijk naar zijn ideeën over multipele intelligenties (linguïstisch, analytisch, intrapersoonlijk etc.). Deze worden verderop in de samenvatting uitgebreider beschreven.
Wanneer er op school intelligentietesten worden gedaan is dit meestal ter ondersteuning van een aantal beslissingen bijvoorbeeld: plaatsing/selectie, voortgangscontrole/screening, kwalificatie. Op pagina 43 van het boek staat een lijst waarin intelligentietests uit Nederland worden beschreven.
Om duidelijkheid te geven over bijvoorbeeld het slagen of niet slagen van een kind in een bepaald schooltype is alleen het meten en weten van de intelligentie niet voldoende. Het individu kan zijn of haar succes ook te danken hebben aan bijvoorbeeld zijn of haar doorzettingsvermogen of motivatie. Daarom is alleen een intelligentiescore niet voldoende om een schatting te maken van prestaties. Wél worden schattingen van schoolprestaties en intelligentiescore wel stabieler naarmate kinderen ouder worden. De voorspellende waarde van een intelligentietest is daarnaast het grootst in de basisschool leeftijd en neemt af als de leeftijd toeneemt.
In het tweede hoofdstuk wordt een casus gebruikt, ter verduidelijking van het gebruik van een intelligentietest. Het gaat hier om een meisje van 9 jaar en 7 maanden die in groep 5 van het basisonderwijs zit. Zij is aangemeld voor psychodiagnostisch onderzoek. De reden hiervoor is, dat ze het moeilijk heeft met spelling en lezen (voornamelijk op het gebied van automatiseren). Bij lezen en spellen hoort ze bij de 10% zwakste leerlingen uit haar groep, maar bij rekenen bij de 10% beste. Na het uitvoeren van de testen blijkt dat het verbaal IQ 128 is (95% BHI: 118-134) en het Performaal IQ 123 (95% BHI: 110-130). Uit observaties blijkt dat het meisje zeer keurig en rustig te werk gaat. Een conclusie die uit deze casus getrokken kan worden is dat er bij het meisje geen sprake is van enige intellectuele beperking. Maar waar ligt het dan wel aan?
Het triarchische model van Sternberg
Intelligentie bestaat volgens Sternberg uit drie delen
Analytische vaardigheden (vermogen te analyseren, beoordelen, evalueren, vergelijken). Deze vaardigheden gebruik je bij het oplossen van abstracte, maar toch bekende problemen.
Creatieve vaardigheden (uitvinden, creëren, ontdekken, veronderstellen, verbeelden). Deze creatieve vaardigheden gebruik je vooral bij het oplossen van nieuwe problemen.
Praktische vaardigheden (toepassen, gebruiken). Deze vaardigheden gebruik je vooral wanneer je analytische of creatieve vaardigheden gaat toepassen op alledaagse problemen.
Sternberg zegt dat deze drie soorten vaardigheden een gevolg zijn van een interactie tussen drie soorten informatieverwerkingscomponenten. Deze drie soorten zijn:
Uitvoeringscomponenten (onmisbaar voor het uitvoeren van de taak)
Metacomponenten (dat je iets van ‘bovenaf’ kunt bekijken)
Kennisverwervingscomponenten (manieren om te zorgen dat je bepaalde kennis behoudt).
In de triarchische intelligentietheorie, heeft Sternberg nog onderscheid gemaakt tussen drie subtheorieën van intelligentie:
1. de componentiële, analytische subtheorie (interne mentale processen)
2. de experiëntele, creatieve subtheorie (aanwezige ervaring)
3. de contextuele, praktische subtheorie (zich kunnen handhaven in de wereld)
Volgens Sternberg zouden kinderen les moeten krijgen op een manier die aansluit bij hun patroon van vaardigheden. Ook vindt hij dat kinderen hun sterke en zwakke vaardigheden goed moeten leren kennen. De test die Sternberg ontwikkeld heeft heet de STAT (Sternberg Triarchic Abilities Test).
Het model van multipele intelligentie van Howard Gardner
Gardner heeft in 1983 een boek geschreven: ‘Frames of mind: The theory of multiple intelligence’. Volgens Gardner bestaan er verschillende intelligenties en die verschillende intelligenties kunnen in verschillende mate in een persoon aanwezig zijn.Hij is onder andere tot dit idee gekomen omdat hij in verslagen van neurologen las over patiënten met hersenlaesies, hieruit concludeerde hij dat verschillende hersendelen verantwoordelijk zijn voor verschillende intellectuele processen.Ook keek hij naar de ‘idiots sauvants’.De zeven typen intelligentie (later uitgebreid naar acht):
- Linguïstische intelligentie
- Ruimtelijke, spatiële intelligentie
- Logisch-mathematische intelligentie
- Muzikale intelligentie
- Lichamelijk/kinesthetische intelligentie
- Interpersoonlijke intelligentie
- Intrapersoonlijke intelligentie (kennis over jezelf)
- Naturalistische intelligentie.
Volgens Gardner zouden kinderen les moeten krijgen op een manier die een beroep doet op de verschillende intelligenties.
Dynamisch testen
Dynamisch testen is testen met testhulp. Je hebt vier soorten testmethoden op dit gebied:
- het ‘cake’ format (tijdens of direct na afname hulp geven, zonder dat er een nulmeting of een pretest geweest is).
- het ‘sandwich’ format ( test, training, test).
- ‘luxe, adaptief sandwich’ format (criterium wordt vastgesteld, steeds adaptief hulp bieden, de hoeveelheid geboden hulp is een aanwijzing voor het leerpotentieel van de betrokkene).
- benadering van Feuerstein (a. leren via direct exposure, b. leren via mediated learning).
Samenvatting van artikelen over Ontwikkeling, opvoeding en onderwijs 20/21
Samenvattingen over het thema Ontwikkeling, opvoeding en onderwijs. De set met artikel samenvattingen is gebaseerd op de voorgeschreven artikelen bij het vak 'Ontwikkeling, opvoeding en onderwijs' - Rijksuniversiteit Groningen 2020-2021.
Onder andere de volgende thema's komen aan bod: Kinderontwikkeling, educatiebegeleiding, ontwikkelingsproblemen in een educatieve context, impact van interactie tussen kind en docent op persoonlijke ontwikkeling.
Educational sciences and Didactics: The best scientific articles summarized - Exclusive
Educational sciences and Didactics: The best scientific articles summarized
Article summaries with Educational sciences and Didactics
- For 36+ summaries with articles for Educational sciences and Didactics, see the supporting content of this study guide
Related summaries and study assistance
The best textbooks summarized with Educational sciences and Didactics: The best textbooks summarized
The best articles summarized with Education and pedagogic sciences: The best scientific articles summarized
Family pedagogics & Upbringing: The best scientific articles summarized
Article summaries with Family pedagogics & Upbringing
- For 42+ summaries with articles for Family pedagogics & Upbringing, see the supporting content of this study guide
Related summaries and study assistance
The best textbooks summarized with Family pedagogics & Upbringing: the best textbooks summarized
The best articles summarized with Education and pedagogic sciences: The best scientific articles summarized
Pedagogy and education - Theme
Summaries, study notes, internships, tips and tools for study and work in pedagogy and education
- 1 of 2152
- next ›
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
- Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
- Use the topics and taxonomy terms
- The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
- Check or follow your (study) organizations:
- by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
- this option is only available trough partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- by following individual users, authors you are likely to discover more relevant study materials.
- Use the Search tools
- 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
- The search tool is also available at the bottom of most pages
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Field of study
- All studies for summaries, study assistance and working fields
- Communication & Media sciences
- Corporate & Organizational Sciences
- Cultural Studies & Humanities
- Economy & Economical sciences
- Education & Pedagogic Sciences
- Health & Medical Sciences
- IT & Exact sciences
- Law & Justice
- Nature & Environmental Sciences
- Psychology & Behavioral Sciences
- Public Administration & Social Sciences
- Science & Research
- Technical Sciences
Add new contribution