Feiten

I.c. ging het om twee vennootschappen (aangeduid als ‘Lagero-oud’) die failliet zijn gegaan. Wagemakers is toen tot curator benoemd in beide faillissementen. Hierna heeft hij uit de faillissementsboedels een bedrijfspand verkocht en geleverd aan Van de Mosselaar. De andere activa heeft hij verkocht en geleverd aan de vennootschap ‘Lagero-nieuw’ (een dochter-vennootschap van Van de Mosselaar). Hierna is door Lagero-nieuw de oude onderneming van Lagero-oud voortgezet.

Nadat de overdracht heeft plaatsgevonden wordt duidelijk dat de curator Wagemakers iets (omtrent de ontbinding van een meerjarig afnamecontract) niet heeft medegedeeld aan Van de Mosselaar en Lagero-nieuw, waardoor zij schade hebben geleden. Van de Mosselaar en Lagero-nieuw willen die schade daarom van Wagemakers vergoed krijgen en starten daarom een procedure jegens de curator. Tijdens de procedure wordt Lagero-nieuw failliet verklaard. De curator van Lagero-nieuw besluit om de procedure tegen Wagemakers te staken en dus niet voort te zetten. De procedure van Van de Mosselaar wordt wel voortgezet en voert aan dat zij het vorderingsrecht van Lagero-nieuw heeft overgenomen.

Van belang is ook nog te weten dat de akte van cessie vóór het faillissement van Lagero-nieuw (cedent) is opgemaakt, maar de mededeling van de cessie aan Wagemakers (debitor cessus) heeft niet vóór het faillissement van Lagero-nieuw plaatsgevonden.

De vraag die dan centraal staat is of het fixatiebeginsel, en met name artikel 35 Fw, aan een rechtsgeldige overdracht van de vordering aan Van de Mosselaar (cessionaris) in de weg staat.

Immers, voor de overdracht van een vorderingsrecht een levering is vereist door middel van een daartoe bestemde akte en mededeling daarvan aan de debitor cessus (art. 3:94 lid 2 BW). Pas dan heeft de levering plaatsgevonden. Beide handelingen worden aangemerkt als handelingen in de zin van artikel 35 Fw. Echter in deze zaak had de mededeling van de cessie aan Wagemakers niet vóór het faillissement van Lagero-nieuw plaatsgevonden. Kan de curator van Lagero-nieuw de overdracht van de vordering op Van de Mosselaar bewerkstelligen door alsnog de vereiste mededeling te doen aan Wagemakers?

Hoge Raad

De Hoge Raad oordeelt dat de curator van Lagero-nieuw de levering niet kan voltooien door alsnog mede te delen. Daarnaast stelt de Hoge Raad dat de curator wel het vorderingsrecht van Lagero-nieuw jegens Wagemakers zou kunnen overdragen aan Van de Mosselaar door middel van het opstellen van een nieuwe akte van cessie en mededeling daarvan aan Wagemakers.

Met andere woorden zelfs als de curator het goed vindt, kan een gedeeltelijk voltooide levering in faillissement niet meer worden voltooid. Wel kan een geheel overnieuw worden geleverd.

Kern: i.c. werd een rechtstreekse vordering van aandeelhouders voor afgeleide schade afgewezen. Ondanks dat de vennootschap failliet is gegaan en de vennootschap de vordering niet meer kan instellen, wordt er geen uitzondering op de hoofdregel gemaakt.