Staatsrecht hoorcolleges

staatsrecht hoorcolleges

Image

Check summaries and supporting content in teasers:
Staatsrecht 1 HC 1a: Staat, Rechtsstaat en Staatsrecht

Staatsrecht 1 HC 1a: Staat, Rechtsstaat en Staatsrecht

Week 1, hoorcollege 1: introductie Staat, Rechtsstaat en Staatsrecht

Staatsrecht

Het staatsrecht is de basis van onze staat en het recht dat door de staatsorganen gemaakt wordt. Het is het recht van én over een bepaalde staat en bindt de overheid aan het recht.

Voor een staat geldt dat er rechtsregels zijn die voor hem verbindend zijn ook al worden deze rechtsregels door haarzelf gecreëerd. Het Staatsrecht roept de staatsorganisatie in het leven en bepaalt hoe de staatsorganisatie eruit ziet.  Daarnaast vormt het de basis voor de bevoegdheidsverdeling in de staat en bevat fundamentele rechten die tegen de overheid kunnen worden ingeroepen.

De rechtsregels zijn niet vastomlijnd en er speelt vooral veel politiek in mee. Er is geen orgaan om er voor te zorgen dat de overheid zich aan het staatsrecht houdt en het bestaat ook uit veel

.........Read more
Access: 
Public
H1Cb: Staatsrecht: ontwikkeling Nederlandse staat en constitutie

H1Cb: Staatsrecht: ontwikkeling Nederlandse staat en constitutie

Week 1, hoorcollege 2: de ontwikkeling van de Nederlandse staat

Deel 2.1

Er zijn gedurende dit college vier periodes te onderscheiden; De Landsheerlijke periode; De Republiek (1588-1795); de Franse tijd (1795-1813) en het Koninkrijk (1814)

De Landsheerlijke periode

Nederland is in de middeleeuwen nooit een eigen gebied geweest, het was altijd onderdeel van een ander gebied. Nederland stond in het begin niet erg goed bekend. Het had ‘rare’ gewoontes.

Voor de heersers, de leenmannen was het, het gemakkelijkste om alles zo te laten zoals het was. Daardoor was Nederland een lappendeken van verschillende staatjes.

Toch was het feodalisme datgene dat de Nederlandse gebieden deed ontwikkelen.

Naar de Republiek

In 1477 was daar het Groot Privilege; de Bourgondische gewesten spraken met de Bourgondische Vorst (Filips De Goede) af dat zij hun eigen gebruiken, gewoontes en regels behielden in ruil voor belastingen et cetera.

In 1543 sneuvelde Karel de Stoute, de

.........Read more
Access: 
Public
Staatsrecht HC2A: democratie en vertegenwoordiging

Staatsrecht HC2A: democratie en vertegenwoordiging

Week 2, hoorcollege 1: democratie en vertegenwoordiging

Het tweekamerstelsel 

Artikel 51 GW is de constitutionele grondslag van het tweekamerstel. Uit de tekst van artikel 51 GW kan woren opgemaakt dat het primaat bij de tweede kamer ligt. 

De 1e en 2e kamer

Er zijn wel een aantal verschillen tussen beide kamers;

De eerste is de omvang. Op grond van art. 51 lid 2, 3 heeft de 2e kamer 150 en de 1e 75 leden.

De tweede is de wetgeving. De 2e kamer mag wijzigingen aanbrengen, het recht van amendement, en wetsvoorstellen tot stand brengen, het recht van initiatief. De 1e kamer kan enkel verwerpen of aannemen. Dat kan de 2e kamer ook.

Het derde verschil is het aantal uren werk. In de 2e kamer heb je er een fulltime baan aan. In de 1ekamer een dag per week.

Het vierde verschil is dat de 1e kamer door de Provinciale Staten word gekozen en de 2e kamer door ons.

Beide

.........Read more
Access: 
Public
Staatsrecht HC2b: regering en parlementair stelsel

Staatsrecht HC2b: regering en parlementair stelsel

Week 2, hoorcollege 2: regering en parlementair stelsel

Ontwikkeling van het parlementair stelsel 

Het begin van het Koninkrijk 

De afgelopen eeuwen is er een machtsstrijd geweest tussen de koning, de ministers en het parlement. Deze is als volgt verlopen;

  • 1814/1815: De Koning is soeverein met het parlement als medewetgever. Eerst hebben de ministers weinig trek in wetgeving en regeren. Langzaam wordt het anders. Het parlement wil meer macht.
  • 1939: Het eerste gedwongen ontslag van een minister door de tweede kamer.
  • 1840: De eerste inbreuk op de positie van de koning in de grondwet.
  • 1848: In de grondwet wordt politieke ministeriële verantwoordelijkheid geschreven en ontbindingsrecht. De koning moest hier wel aan toegeven. De ministers worden hiermee het machtscentrum van het landsbestuur.
  • 1866-1868: Kwestie Meijer/Kwestie Luxemburg: de vertrouwensregel, de regering wilde Mijer
.........Read more
Access: 
Public
HC3a Staatsrecht: Wet en wetgeving

HC3a Staatsrecht: Wet en wetgeving

Week 3, hoorcollege 1: Wet en wetgeving 

In een wet in formele zin worden drie belangen beschermd. Ten eerste de democratie. Het volk heeft hier immers stemrecht in door middel van de Staten-Generaal. Ten tweede de Algemeenheid, Het gaat willekeur tegen en er is sprake van gelijkheid. Ten derde is er sprake van rechtszekerheid door het staatsrechtelijke ongeschreven legaliteitsbeginsel, een voorafgaande regel.

De legaliteitseis houdt in dat wanneer overheidsoptreden een inbreuk maakt op een recht, dat altijd moet zijn gelegaliseerd in een wet of zelfs in de Grondwet. De overheid moet zich aan deze wet houden.

 Normenhiërarchie 

  • De hiërarchie van wetgeving is als volgt;
  • Unierecht en verdragen
  • Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden
  • Grondwet (Grondwetgever)
  • Wet in formele zin (art. 81 Gw.) (Regering + SG)
  • AMvB (Art. 98 Gw.) (Regering)
  • Ministeriële regeling (Ministers)
  • Provinciale verordening
.........Read more
Access: 
Public
Hc3b Staatsrecht: Rechterlijke macht en rechtspraak

Hc3b Staatsrecht: Rechterlijke macht en rechtspraak

Week 3, hoorcollege 2: Rechterlijke macht en rechtspraak

De theorie van de rechtsstaat

Deze bestaat uit verschillende kernpunten. Ten eerste de grondwet en de constitutie, dan de machtenscheiding welke uiteenvalt in de democratische wetgeving (de hiërarchische regels), de heerschappij van de wet (bestuurslichamen moeten zich aan de wet houden, legaliteitsbeginsel) en in onafhankelijke rechtspraak, en als laatste de grondrechten.

Deze week gaat het over rechters. De rechter krijgt steeds meer een rechtsvormende taak. Om fraude binnen deze rechterlijke macht te voorkomen zijn verschillende maatregelen genomen. Zo wijst op grond van art. 116 GW de wetgever de organen die tot de rechterlijke macht behoren, aan en worden deze op grond van art. 117 GW bij een koninklijk besluit benoemd. Rechters kunnen verder niet door iemand van buiten de rechterlijke macht worden ontslagen. Ze stoppen over het algemeen pas met hun functie wanneer ze 70

.........Read more
Access: 
Public
HC4A: Staatsrecht HC

HC4A: Staatsrecht HC

HC Staatsrecht 1 Week 4

Onderwerpen deze week:

  1. Organen van de gemeente en provincie
  2. Monisme en dualisme
  3. De gekozen burgemeester
  4. Autonomie en medebewind
  5. Decentralisatie en deconcentratie
  6. Staatsvormen

1.

A) Het gemeentebestuur;

Opmerking 1: De gemeente is de rechtspersoon en het gemeentebestuur zijn de organen van deze rechtspersoon. Naar privaatrecht handelt de rechtspersoon; bijvoorbeeld de gemeente Groningen. Publiekrechtelijk handelen de organen; bestuursorganen. De bevoegdheden berusten nooit bij de gemeente maar bij de orgaan van de gemeente. Het is niet de gemeente die vergunning verleent maar het college van B&W.

Opmerking 2: met het gemeentebestuur bedoel je niet steeds hetzelfde orgaan, het is een verzamelbegrip voor het bevoegde publiekrechtelijke gemeentelijke orgaan. (de gemeenteraad, het college van B&W en de burgemeester; 3 belangrijkste)

De drie belangrijkste organen:

.........Read more
Access: 
Public
HC4b: Staatsrecht; decentraal bestuur

HC4b: Staatsrecht; decentraal bestuur

Staatsrecht week 4HCb

Belangrijke begrippen

Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Primair is het een eenheidsstaat, secundair gedecentraliseerd. Een gedecentraliseerde eenheidsstaat heeft een aantal belangrijke elementen. Ten eerste mag er nooit gehandeld worden in strijd met hogere wetgeving. De hogere organen houden toezicht. Ten tweede komt meer dan 90% van het geld van het rijk. Ten derde heeft elk domein een eigen huishouding. Door de openheid, het rijk dat kan zeggen wie wat doet, hebben de gemeenten en provincies minder te zeggen. De openheid is niet nieuw. Voor 1848 hadden gemeentes en provincies al een eigen huishouding.

In Nederland is er ook sprake van deconcentratie. Deconcentratie heeft niets met decentralisatie te maken. De centrale overheid kan besluiten delen van ministeries te verspreiden over het land. Simpelweg omdat het makkelijker is om meer locaties te hebben.

Een ander begrip is functionele decentralisatie. Organen die een bepaalde overheidstaak of functie hebben

.........Read more
Access: 
Public
HC5a & b Staatsrecht

HC5a & b Staatsrecht

Week 5 hoorcollege 2: Nederland en de internationale rechtsorde

  • Onderwerp van dit college:
  1. Nederland als onderdeel van de internationale rechtsorde

  2. Het sluiten van verdragen

  3. artikel 93 en 94 GW

  4. Eeniederverbindendheid

  • Doelen:

1. Begrijpen hoe een verdrag tot stand komt, hoe verdragen voor burgers rechten en plichten kunnen meebrengen en hoe verdragsbepalingen zich verhouden tot het nationale recht.

2. De staatsrechtelijke verhoudingen binnen het koninkrijk, de belangrijkste koninkrijksorganen. Verdragen: Internationale overeenkomst tussen volkenrechtelijke rechtssubjecten (staten) kunnen uitleggen welke bevoegdheden op koninkrijksniveau en welke op landsniveau liggen.

Nederland als onderdeel van de internationale rechtsorde

Er zijn verschillende organisaties waar Nederland deel van uit maakt. Nederland wordt door verdragen en lidmaatschappen beperkt in haar handelen.

Organisaties zijn bijvoorbeeld de Verenigde Naties, de Raad van Europa, de NAVO en de EU. Al deze organisaties hebben eigen belangrijke verdragen die

.........Read more
Access: 
Public
HC6A Staatsrecht

HC6A Staatsrecht

Staatsrecht week 6A; Nederland en de Europese Unie

EU en staatsvorm

  • 28 lidstaten ; 1957 6 landen begonnen (Benelux/Italië zie boek), steeds verder uitgebreid. Hoe groter de EU wordt hoe lastiger het wordt om met unanimiteit dingen te beslissen…

 

  • Korte geschiedenis ; Waarom zijn we ooit begonnen aan de EU? De EEG zoals het toen nog was en EURATON vindt zijn directe basis in de tweede wereldoorlog. De verschrikking van WO2 in West-Europa leidde tot de gedachte om de bron van conflicten weg te werken. De gedachte was als je het economische verkeer tussen de landen bevordert en dan wordt de welvaart bevordert. Indien de economische welvaart bevordert zijn burgers tevreden; dit zal leiden tot minder oorlog.

 

  • Wat is de staatsvorm van Europa? Sui generis; (meestal als je het
.........Read more
Access: 
Public
HC6b Staatsrecht

HC6b Staatsrecht

Grondrechten

Onderwerpen

  1. Wat zijn grondrechten / mensenrechten?
  2. Ontstaan grondrechten
  3. Typen grondrechten
  4. Bronnen van grondrechten
  5. Wie kunnen zich op grondrechten beroepen?
  6. Reikwijdte en beperkingen
  7. Samenloop van grondrechten

Voorbeeld 1. Meneer van Ooijen, radicaal evangelist met 16 kinderen zet op zijn dakpannen ‘Jezus redt’. De gemeente wil dat niet hebben. Er speelt godsdienstvrijheid tegenover het welstandsbeleid van de gemeente.

Voorbeeld 2. Rosti Rostelli, een hypnotiseur, wil optreden in Rijssen, een streng Christelijke gemeente. Zij willen echter geen provocerend gedrag in de zaal die hij wil huren van de gemeente. Er speelt vrijheid van meningsuiting tegenover het standpunt van de gemeente die zegt ‘Grondrechten gelden tussen de overheid en de burger, ik ben nu geen overheid, wij verhuren gewoon een zaal’

Voorbeeld 3. Facebook, Microsoft, Google et cetera. Gelden de grondrechten

.........Read more
Access: 
Public
Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: lisacelineh
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1654