Oefententamens Belastingrecht - UL
- 4104 keer gelezen
Welke van onderstaande omstandigheden is niet relevant bij het vaststellen van de totaalwinst van een onderneming?
Jan is gek op koken en start een kookboekenwinkel. Hij koopt op 1 juli 2013 een winkelpand aan de Langegracht voor € 500.000. Het pand moet nog worden verbouwd. Na een ingrijpende verbouwing gaat de winkel open op 1 februari 2014. Mag Jan in het jaar 2013 op het pand afschrijven?
Het Europese hoofdkwartier van een internationale koffieketen verhuist van Amsterdam naar Londen. Dit omdat daar verreweg de meeste Europese vestigingen zijn. Fiscale overwegingen spelen echter ook een rol. Op welk beginsel zal de Engelse fiscus zich beroepen om na de verhuizing over de winst te kunnen heffen van het Europese hoofdkwartier?
De thrillers van een in Engeland wonende auteursechtpaar worden in de Nederlandse boekwinkels snel verkocht. Vanwege dit succes vliegt het echtpaar regelmatig naar Nederland voor een signeersessie. Het echtpaar besluit een ‘vakantiehuisje’ aan de Leidse grachten te kopen. Zij verblijven in deze woning tijdens hun bezoekjes aan Nederland.
Op grond van welke artikelen wil Nederland belasting heffen over deze Leidse woning?
In de inkomstenbelasting is er een ‘subjectieve belastingplicht’. Wat wordt hiermee bedoeld?
Tegen welke van de volgende beslissingen van de inspecteur is er geen bezwaar mogelijk?
Enkele voordelen uit aanmerkelijk belang worden bij fictie betrokken in de inkomstenbelastingheffing. Welk voordeel is hier geen voorbeeld van?
Gerard, een in Nederland gevestigde advocaat, is enige tijd geleden benaderd voor een rechtskundig advies van persoonlijke aard door de in Duitsland wonende particulier Gebhard. Omdat Gerard het adres van de in Duitsland woonachtige Gebhard niet weet, stuurt hij de factuur naar de in Nederland woonachtige moeder van Gebhard. Wat is de plaats van de prestatie voor de Wet OB met betrekking tot dit advies?
In het kader van de belastingvereenvoudiging besluit de wetgever om box II van de Wet IB af te schaffen. Wat is het gevolg voor het aandelenbezit van voormalig aanmerkelijkbelangaandeelhouders van deze stap?
Hans heeft een winkel waarin hij voetbalshirtjes verkoopt. Hij kwalificeert als ondernemer voor de Wet IB. Op een dag staat Hans op het punt zijn winkel te verlaten om met zijn vrienden naar de Kuip te gaan. Hans heeft geen tijd meer om langs zijn huis te gaan om zijn voetbalshirt op te halen en besluit een shirt ter waarde van € 80 uit de winkel mee te nemen. Vervolgens besluit Hans dat hij voortaan altijd in dit specifieke shirt naar de wedstrijden gaat en besluit dus het shirt te houden. Fiscaal moet deze € 80 voor de inkomstenbelasting worden aangemerkt als:
Meneer Bloem is fiscalist bij een grote multinational. Hij heeft de meest optimale fiscale structuur voor zijn multinational bedacht. De leden van de Raad van Bestuur van de multinational constateren dat de structuur soms wel erg nadrukkelijk de grenzen van het fiscaal toelaatbare opzoekt. Meneer Bloem vertelt de leden dat zij zich geen zorgen hoeven te maken; een eventueel beroep van de fiscus op fraus legis in de toekomst zal bij de rechter namelijk niet slagen. Meneer Bloem draagt hiervoor 4 argumenten aan. Welk argument is echter niet van belang?
Mevrouw Kraan bezit 3% van de aandelen in Z BV. Daarnaast bezit zij 3% van de aandelen in Y BV. Y BV houdt de overige 97% van de aandelen in Z BV. Welke van de onderstaande alternatieven is juist?
Wat is het voordeel van het aangaan van een fiscale eenheid in de omzetbelasting?
M BV en haar dochtermaatschappij D BV vormen een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. Welke van de navolgende stellingen is onjuist?
Door een feit dat hem ten tijde van het opleggen van de aanslag niet bekend was of redelijkerwijs bekend had kunnen zijn, is de inspecteur erachter gekomen dat Elwin een te lage definitieve aanslag inkomstenbelasting over het jaar 2011 heeft ontvangen. Hoe kan de inspecteur dit corrigeren?
Welke van de volgende belastingen levert het meeste voor de Nederlandse schatkist op?
Tot het loonbegrip in de zin van de Wet LB behoort niet:
Kees heeft een aandelenbelang van 5% in X BV; Anton heeft een aandelenbelang van 95% in X BV. Deze vennootschap maakt een winst van € 1.000 in 2012 en deze winst wordt niet uitgedeeld. Wat is juist?
De volgende stellingen gaan over informeel kapitaal. Welke is juist?
Tim is eigenaar van een vakantiehuis op een recreatiepark in Zuid-Brabant. Dit vakantiehuis is voor hem geen eigen woning. De waarde van het vakantiehuis is € 200.000. In 2013 heeft Tim met de verhuur van de woning € 40.000 verdiend. De woning werd verhuurd aan criminelen die zich in de Brabantse grensstreek ophouden. Hij heeft wel kosten gemaakt in verband met dit verhuur: € 10.000 aan schoonmaak en reparatie en aan aanschaf en onderhoud van een aantal waakhonden (het gaat om levensgevaarlijke vechthonden). De vakantiewoning wordt belast in box 3, maar hoe?
X BV heeft 100% van de aandelen in Y BV. Y BV maakt € 100 winst en keert na betaling van de daarover verschuldigde vennootschapsbelasting de winst uit aan X BV. Hoeveel vennootschapsbelasting moeten X BV en Y BV betalen als het vennootschapsbelastingtarief 25% is?
Arjen heeft een woning gekocht en opgeknapt. De totale kosten hiervoor zijn € 300.000. Daarna heeft hij de woning voor € 350.000 verkocht. Hij heeft dus € 50.000 verdiend. Arjen heeft advies ingewonnen bij een professionele belastingadviseur over de vraag of dit voordeel met inkomstenbelasting is belast.
Naar de mening van de belastingadviseur is het goed verdedigbaar dat dit voordeel niet belast is met inkomstenbelasting. Arjen vermeldt daarom het voordeel niet in zijn aangifte. De inspecteur corrigeert vervolgens de aangifte en legt een aanslag op waarin € 50.000 is begrepen als resultaat uit overige werkzaamheden is begrepen. De inspecteur legt daarnaast ook een vergrijpboete op. Arjen wil zich verweren tegen de aanslag en de boete, maar wat zijn de mogelijkheden?
De termen belastingontduiking en belastingontwijking:
De vergoeding voor vreemd vermogen is een rentebetaling. Deze rentebetaling is voor de vennootschapsbelasting:
Belastingverdragen bevatten doorgaans regels:
Bas heeft voor zijn studie in 2015 een laptop gekocht voor € 500. Op de website van de Belastingdienst heeft hij gelezen dat studiekosten een aftrekpost vormen. Op basis van deze informatie brengt hij de € 500 op zijn inkomsten over 2015 in aftrek. Als hij in de loop van 2016 zijn aanslag ontvangt, ziet hij dat de aftrekpost is geschrapt. Bij navraag bij de inspecteur hoort hij dat de informatie op de website niet klopt. Bas is van mening dat de aftrekpost toch in aanmerking genomen moet worden. Op welk beginsel zal hij dan een beroep moeten doen?
Goed koopmansgebruik bij het berekenen van het volgende van belang:
Bij het doen van de aangifte inkomstenbelasting 2006 vult de heer Arend opzettelijk niet in dat hij een bankrekening heeft in Zweden waar hij € 1 miljoen op heeft staan. Hij is zich bewust van het feit dat hij de bankrekening in zijn aangifte in box III had moeten vermelden. De inspecteur ziet echter geen reden om te twijfelen aan de juistheid van de aangifte en volgt daarom de aangifte en legt de aanslag conform de aangifte op. Zes jaar na het opleggen van de aanslag komt de inspecteur er per toeval achter dat de heer Arnold in 2006 een bankrekening met € 1 miljoen had in Zweden. Wat kan de inspecteur nu nog doen?
X BV is voor 5% aandeelhouder in Y BV. Z BV, welke 100% aandeelhouder is van X BV, is voor 20% aandeelhouder in Y BV. X BV verkoopt de aandelen in Y BV voor € 300.000 aan een derde. De aandelen hebben een boekwaarde van € 125.000. Welke stelling is juist?
Eric en Annette zijn ongehuwd en wonen sinds 2009 samen in een appartement in Rotterdam, dat destijds door Eric is gekocht. Ook is het appartement door hem met een lening van de bank gefinancierd. Eric en Annette willen als fiscale parters voor de heffing van de inkomstenbelasting worden aangemerkt, om zo de aftrek van hypotheekrente fiscaal te optimaliseren. Welke van de onderstaande handelingen leidt/leiden tot partnerschap voor de Wet IB 2001
Elko is voor de inkomstenbelasting ondernemer en houdt zich bezig met het importeren en verkopen van speedboten. Ter zake van het bezichtigen van een aantal interessante exemplaren heeft Elko een vliegticket naar Canberra (Australië) gekocht voor een bedrag van € 1.500. Welke van de volgende antwoorden is juist?
Mevrouw Bloem heeft nieuwe kleding gekocht ten behoeve van haar dienstbetrekking als secretaresse. Wat is juist?
Johan drijft een onderneming in de vorm van een eenmanszaak voor de Wet IB. In 2015 heeft hij winst behaald. Deze ondernemingswinst is belast in box I van de inkomstenbelasting. Johan is ook 100% aandeelhouder van een BV. In 2015 heeft hij een verlies uit aanmerkelijk belang gerealiseerd. Joop wil zijn verliezen van box II verrekenen met de winsten uit box I in zijn aangifte inkomstenbelasting 2015. Welk antwoord is juist?
Milan werkt fulltime als taaltrainer in dienstverband bij Gesprek BV. Hij heeft voor onbepaalde tijd een arbeidscontract. Hij ontvangt loon van deze BV. Daarnaast valt Milan in als docent Spaans bij een cursus. Hiermee verdient hij € 20 euro per les. Over deze invalbeurten is niets op schrift vastgelegd. Milan kan tijdens de invalbeurten doen wat hij zelf wil. Hij is namelijk niet gebonden aan enige instructie. Welk alternatief geeft de fiscale positie van Milan het beste weergeeft?
Welke van onderstaande stellingen is onjuist? In de omzetbelasting:
Of er gesproken kan worden van een bron van inkomen wordt bepaald aan de hand van de volgende criteria:
Harry en Monique hebben in 2015 samen een villa gekocht in Vlissingen. Deze villa is gedeeltelijk gefinancierd met een lening verkregen van Monique’s opa. Hun voormalige appartement in Amsterdam, dat hypotheekvrij is, staat sindsdien te koop. Welke van de onderstaande stellingen is juist met betrekking tot 2016?
De Telegraaf, vrijdag 2 mei 2014, 08:10
Verhagen: branche, gemeente en consument beter af
'Btw bouwgrond van 21 naar 6 procent' door Joris Polman
ZOETERMEER - Om nieuwbouwhuizen goedkoper te maken, moet de btw op bouwgrond omlaag van 21 naar 6 procent. Dat is niet alleen gunstig voor consumenten, maar ook voor de noodlijdende bouwbranche, omdat hiermee nieuwbouw wordt aangejaagd.
Bovendien helpt het gemeenten om eindelijk verlost te raken van miljarden euro’s aan bouwgrond die ze sinds de crisis aan de straatstenen niet kwijtraken. Dat zegt voorman Maxime Verhagen van brancheorganisatie Bouwend Nederland. Volgens de oudpoliticus is er sprake van een win-winsituatie als de btw daadwerkelijk omlaaggaat. „Het Rijk krijgt dan wel minder btw op de grond, maar bedenk wel dat er nu feitelijk geen geld naar de schatkist gaat omdat er gewoon geen bouwgrond wordt verkocht. En denk ook eens aan alle andere effecten die optreden. De gemeenten krijgen extra bouwleges en een hogere opbrengst uit de ozb. En er is minder geld nodig voor bijstandsuitkeringen voor al die bouwvakkers die thuiszitten omdat ze sinds de crisis hun baan zijn verloren. Ik roep het nog maar eens in herinnering: sinds 2008 zijn 70.000 banen verloren gegaan.”
Welk van onderstaande beweringen is juist?
Het voorstel van de heer Verhagen is een voorbeeld van toepassing van:
Kan de voorgestelde verlaging van de btw op de levering van bouwterreinen tot een prijsverlaging van bouwgrond leiden?
De heer Kraan houdt 3% van de aandelen in X BV. De overige 97% van de aandelen in X BV worden gehouden door Y BV. Beide vennootschappen vormen samen een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting.
Alle aandelen in Y BV worden gehouden door mevrouw Leiding. De heer Kraan en mevrouw Leiding zijn niet gehuwd, maar wonen wel samen op hetzelfde adres en hebben twee uitwonende, minderjarige dochters.
Op 1 maart 2015 keert X BV in totaal € 100.000 dividend uit aan haar beide aandeelhouders: € 3.000 aan de heer Kraan en € 97.000 aan Y BV.
1. C, zie Hoofdlijnen H2.6, 4.3 en Elementair H6.2, 6.4 | 11. A, zie Hoofdlijnen H7.1 en Elementair H3.3 | 21. B, zie Hoofdlijnen H4.5, 4.6 en Elementair H14.1, 14.2 | 31. C, zie Hoofdlijnen H2.5, 2.6 |
2. A, zie Hoofdlijnen H2.6 en Elementair H6.2 | 12. D, zie Hoofdlijnen H2.8 en Elementair H11.1, 11.2 | 22. B, zie Hoofdlijnen H7.2, 7.5 en Elementair H3.1 | 32. B, zie Hoofdlijnen H3.2 en Elementair H17.4, 17.5 |
3. D, zie Hoofdlijnen H9.2 en Elementair H1.4.b, 18.1 | 13. A, zie Hoofdlijnen H4.6, 6.4 en Elementair H14.2.b | 23. A, zie Hoofdlijnen H1.4, 1.5, 7.1 en Elementair H1.12.a | 33. D, zie Hoofdlijnen H2.2 en Elementair H4.3.g |
4. D, zie Hoofdlijnen H2.7, 4.2 en Elementair H18.1 | 14. C, zie Hoofdlijnen H4.6 en Elementair H14.2.a | 24. A, zie Hoofdlijnen H4.4 | 34. A, zie Hoofdlijnen H2.2, 2.7, 3.2 en Elementair H4.1, 4.2, 13.7 |
5. C, zie Hoofdlijnen H4.2 en Elementair H4.2 | 15. C, zie Hoofdlijnen H7.2, 7,3 en Elementair H2.8.c | 25. C, zie Hoofdlijnen H9.2, 9.3, 9.4 en Elementair H18.2, 18.3 | 35. C, zie Hoofdlijnen H6.1, 6.5 en Elementair H4.3 |
6. D, zie Hoofdlijnen H7.5 en Elementair H3.1.a | 16. C | 26. D, zie Hoofdlijnen H1.4, 1.5, 7.8.3, 7.8.4 en Elementair H2.1.b, 2.5 | 36. C, zie Hoofdlijnen H2.5 |
7. D, zie Hoofdlijnen H2.8 en Elementair H11.2.d | 17. D, zie Hoofdlijnen H3.6 en Elementair H5.4 | 27. B, zie Hoofdlijnen H2.6 en Elementair H6.4.c, 7.4 | 37. D, zie Hoofdlijnen H4.3, 4.4 en Elementair H4.2 |
8. C, zie Hoofdlijnen H3.2.2 en Elementair H17.5 | 18. A, zie Hoofdlijnen H2.8, 4.5 en Elementair H11.2, 14.1 | 28. B, zie Hoofdlijnen H7.2, 7.3 en Elementair H2.8.c | 38. D, zie Hoofdlijnen H6.8, 6.9 en Elementair H17.4 |
9. C, zie Hoofdlijnen H2.2, 2.8 en Elementair H11.1, 11.2 | 19. B, zie Hoofdlijnen H4.3 | 29. B, zie Hoofdlijnen H2.2, 2.7, 2.8 en Elementair H4.3 | 39. C, zie Hoofdlijnen H1.4, 1.5 7.1, 7.8.4 en Elementair H1.4.a, 2.1.b, 1.4.b |
10. A, zie Hoofdlijnen H2.6 | 20. D, zie Hoofdlijnen H2.2, 2.9 en Elementair H4.3.a, 4.3.h, 12.2 | 30. D, zie Hoofdlijnen H2.3 en Elementair H4.2.b | 40. B, zie Hoofdlijnen H6.5 |
a. In aanvulling op het partnerbegrip van art. 5a AWR worden in art 1.2, lid 1, sub a, Wet IB ook als partner aangemerkt: degene met wie de belastingplichtige (i) op hetzelfde woonadres staat ingeschreven voor de GBA en (ii) uit wiens relatie een kind is geboren. Aan beide voorwaarden is voldaan, want ze wonen samen op hetzelfde adres en hebben twee dochters. Zij zijn dus partner voor toepassing van de Wet IB. Het ongehuwd zijn is hiervoor dus niet van belang. (zie Hoofdlijnen H2.3 en Elementair H4.2.b)
b. De heer Kraan heeft een aanmerkelijk belang. Hij heeft zelfstandig beoordeeld op basis van art. 4.6, sub z, Wet IB 2001 – tezamen met zijn partner – direct en indirect meer dan 5% van de aandelen in X BV (3% direct en 97% indirect). Het feit dat zij ongehuwd zijn doet hier niet aan af – voldoende is dat zij partner zijn. Een beroep op art. 4.10 Wet IB is dan ook overbodig. De dividenduitkering vormt een regulier voordeel ex art. 4.12, sub a Wet IB. (zie Hoofdlijnen H2.8 en Elementair H11.2)
c. De dividenduitkering aan Y BV is voor deze vennootschap 'onzichtbaar' nu Y BV een fiscale eenheid vormt met X BV op de voet van art. 15 Wet VPB. Het vermogen en de werkzaamheden van X BV worden toegerekend aan Y BV. De dividenduitkering blijft dan ook volledig buiten beeld. (zie Hoofdlijnen H4.6 en Elementair H14.2)
d. Het regime van de fiscale eenheid is niet verplicht. Die van de deelnemingsvrijstelling wel, zodat het uitgekeerde dividend volledig valt onder de vrijstelling van art 13 Wet VPB. Y BV houdt meer dan 5% van de aandelen (art. 13, lid 2, sub a Wet VPB) en de dividenduitkering is vrijgesteld als zijnde een voordeel uit hoofde van een deelneming (art. 13, lid 1, Wet VPB). (zie Hoofdlijnen H4.5, 4.6 en Elementair H14.1, 14.2)
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze bundel bevat oefententamens te gebruiken bij het vak Belastingrecht aan de Universiteit Leiden.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2382 |
Add new contribution