Het is tien uur als we eindelijk de poort van het Missionvale Carecentre uitlopen. Na een uur wachten lopen we over de kurkdroge grond de ghetto in. Alleen de plassen in laaggelegen gebieden en de barsten in de grond verraden dat het afgelopen weekend heeft geregend. Maar de grond is nu vooral erg droog. Bij elke windvlaag waait er zand in onze ogen en afval tegen onze benen. Met een zak om één iemand te wassen en twee tassen met eten en een rugzak met medische spullen gaan we op weg. 

Het duurt niet lang of er komt een wat paniekerige vrouw naar buiten gerend die wat vertelt in het Khosa/Engels Afrikaans. Haar tante is op bezoek en ligt al drie dagen op bed. Ze bloed uit haar anus en is incontinent. De vrouw blijkt in de vijftig te zijn maar oogt 80 en lijkt flink gedehydreert. De caregivers kunnen niet meer doen dan een ambulance bellen. In de vier maanden training die deze mensen krijgen zit geen ALS. Na een telefoontje gaan we door. Een paar plassen ontwijkend gaan we een staaldraadje onderdoor waarna we een RDP house instappen oranje. 

In de woning zwermen wat vliegen rond, staat één bank een comfortobale zitfateuil. Het oogt allemaal wat smoezelig, de muren zijn grijze betonnen blokken. In de woning lopen naast normale stekkerkabels ook wat losse koper draden langs de muur. Een collega stagiair levert de ADL in een hele krappe kamer met twee matrassen, de ruimte waarin gestaan kan worden is hooguit 30 centimeter breed. Mijn collegastagiair, de dochter van de vrouw en de caregiver staan samen de zorg te verlenen. De dochter is 19 maar oogt 14. Na de zorg wordt haar matras naar buiten gebracht, de oorspronkelijk eerst witte matras oogt bruin en vochtig. Het is een wonder dat deze vrouw geen doorligplekken of smetten heeft. Nadat we haar op de bank hebben getild en eten hebben achtergelaten gaan we weer verder. De caregivers komen ’s middags terug om wat home affair zaken te regelen met het oog op Identificatie etc. 

Terwijl we naar de patiënt lopen passeren ons wat geiten en ontwijken we wat elektriciteitskabels en plassen. We zwaaien naar wat kindjes die spelen in het afval en verbranden enigszins in de afrikaanse lente zon. In de volgende woning komen we bij een vrouw thuis met een verlamd kind van negen jaar. Wij komen nu alleen even kijken hoe het gaat en leveren wat eten af, de moeder is werkloos. We voeren een gesprek in de woning uit de zon wat erg lekker is. Vervolgens gaan we terug naar de kliniek, het is inmiddels half één. 

We lopen terug langs de woning waarvoor de ambulance besteld was om te vragen of deze er al was. Dat bleek niet het geval te zijn, maar de caregivers lopen door. Eenmaal in de kliniek hoor ik dat er een verpleegkundige heen gaat om te kijken wat ze kan doen. Onze dag blijkt er op te zitten. Wij gaan ook naar huis. Tenminste, dat was de bedoeling. Het stuurslot van onze Volkswagen Chico blijkt de geest gegeven te hebben dus moeten we een monteur bellen. De meiden gaan vast verder en wij wachten. We spelen wat met kinderen die uit de school van het Missionvale Carecentre komen en knijpen onze ogen dicht tegen de stofwolken die opwaaien. Als na twee uur naar mensen, geiten, varkens, en koeien kijken de monteur eindelijk aankomt duurt het nog een uur voordat de auto weer mobiel is. Wij krijgen de auto van de monteur mee en wij worden gebeld als de auto weer in orde is. Zo makkelijk gaat dat. 

 

 

 

Access: 
Public
Follow the author: Ewout Sanders
More contributions of WorldSupporter author: Ewout Sanders
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Statistics
344