Werkgroepopdrachten en antwoorden vennootschappen en rechtspersonen 2019/2020
- 1906 reads
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Peters en Hendriks besluiten voor hun onderneming een NV op te richten. Het is de bedoeling dat beiden zullen optreden als oprichter, dat ze beiden voor 50% zullen deelnemen in het kapitaal en dat ze beiden bestuurder worden van de NV. De oprichters hebben de wens om in de toekomst zoveel mogelijk kapitaal aan te trekken, maar ze hebben op dit moment gezamenlijk slechts € 45.000 beschikbaar.
Peters en Hendriks willen graag in de toekomst zoveel mogelijk ruimte hebben voor de uitgifte van extra aandelen om kapitaal te kunnen aantrekken voor de NV. Hoe kunnen ze dit bewerkstelligen?
Hendriks wil graag voldoen aan zijn verplichting tot storting op de aandelen door de inbreng van chique kantoormeubilair dat nu nog van Hendriks privé is. Kan dit? Zo ja, welke vereisten moeten hierbij in acht worden genomen?
Hoe zou uw antwoord op vraag 1 en 2 luiden als niet een NV, maar een BV wordt opgericht?
Coating Products BV produceert verfproducten voor de scheepsbouwindustrie. De BV wordt bestuurd door A en B.
Per 31 december 2018 is de vermogenspositie van de BV als volgt. De BV heeft 1 miljoen (gelijke) aandelen uitstaan met een nominale waarde van € 10 per aandeel. De aandelen zijn volgestort. Aan activa bezit de BV een pand ter waarde van € 17 miljoen, voorraden ter waarde van € 3 miljoen, liquide middelen ter waarde van € 5 miljoen. De BV heeft een schuld aan bank X van € 12 miljoen.
Maak, op basis van bovenstaande gegevens, de vennootschappelijke balans van de BV per 31 december 2018.
Tijdens de medio 2019 gehouden aandeelhoudersvergadering wordt de jaarrekening over 2018 vastgesteld. Besloten wordt verder dat de BV per aandeel € 13 dividend zal uitkeren.
Beoordeel of de winstuitkering geoorloofd is. Mocht dit niet het geval zijn, kan de BV het uitgekeerde bedrag in dat geval terugvorderen?
De vermogenspositie van Equalizer NV per 31 december 2018 is als volgt: er zijn 2000 volgestorte aandelen in omloop met een nominale waarde van € 100. Verder heeft Equalizer NV een bedrijfs- pand van € 200.000, schulden ten bedrage van € 200.000, € 100.000 in kas en voorraden ter waarde van € 50.000. De vennootschappelijke balans van Equalizer NV per 31 december 2018 op basis van bovengenoemde gegevens is als volgt:
ACTIVA | PASSIVA |
Vast | Eigen vermogen |
Bedrijfspand 200.000 | Geplaatst kapitaal 200.000 |
Vlottend | Wettelijke en statutaire reserves 0 |
Voorraden 50.000 | Overige reserve -50.000 |
Liquide middelen 100.000 | Vreemd vermogen |
| Schulden 200.000 |
Totaal: 350.000 | Totaal: 350.000 |
De algemene vergadering van Equalizer NV besluit tot een dividenduitkering van € 1 per aandeel. Is deze uitkering toegestaan?
In 2018 hebben Karelsen en Van Beek een stichting opgericht om de wandelsport te bevorderen in de regio Utrecht, genaamd Stichting Wandelsport Utrecht. De stichting heeft als doel zoveel mogelijk mensen aan het bewegen te krijgen en de wandelsport onder de aandacht te brengen. De stichting organiseert onder andere wandeltochten. Karelsen en Van Beek vormen samen het bestuur van de stichting. In 2019 blijkt dat de activiteiten van de stichting een groot succes zijn en er wordt winst behaald. Karelsen vraagt zich af of hij en Van Beek een deel van de winst aan zichzelf kunnen laten uitkeren. Zij hebben in de aanloop naar de oprichting van de stichting behoorlijk wat kosten gemaakt en deze wil Karelsen nu ten laste van het stichtingsvermogen brengen.
Kunnen de door Karelsen en Van Beek ten behoeve van de stichting gemaakte kosten aan hen worden vergoed ten laste van de winst van de stichting?
Variant casus
Karelsen en Van Beek hebben geen stichting, maar een vereniging met de naam Vereniging Wandelsport Utrecht opgericht. De vereniging heeft 100 leden. Karelsen en Van Beek zijn zelf leden en vormen samen het bestuur. In 2019 wordt winst behaald.
Kan de winst van de vereniging worden uitgekeerd aan de leden?
Variant casus
Karelsen en Van Beek hebben een coöperatie onder de naam Coöperatie Wandelsport Utrecht opgericht waarin zij niet alleen wandeltochten organiseren, maar ook wandelkleding, -schoenen en andere attributen voor de wandelsport inkopen met korting en doorverkopen aan de wandelaars die lid zijn. In 2019 wordt winst behaald.
Kan winst van de coöperatie wordt uitgekeerd aan de leden?
Art. 2:67 bepaalt dat in de statuten het maatschappelijk kapitaal moet worden opgenomen. Zij kunnen dit maatschappelijk kapitaal een hoger bedrag geven dan 45.000, zodat zij later de mogelijkheid hebben om meer aandelen uit te geven. Lid 4 bepaalt dat het maatschappelijke kapitaal ten minste een vijfde geplaatst moet zijn. In dit geval is het maximum maatschappelijk kapitaal dus 900.000. Het maatschappelijk kapitaal kan eventueel wel later worden aangepast bij een statutenwijziging.
Er zijn mogelijkheden om inbreng in natura te doen. Art. 80b lid 1 bepaalt dat indien de inbreng anders dan in geld is overeengekomen, hetgeen moet worden ingebracht naar economische maatstaven moet worden gewaardeerd. De oprichters moeten deze mogelijkheid dus wel overeengekomen zijn.Vervolgens bepaalt art. 2:94a, in geval van bij oprichting, dat de oprichters een beschrijving van hetgeen wordt ingebracht moeten maken en deze ook moeten waarderen. Zij moeten vervolgens de toegekende waarde en toegepaste waarderingsmethoden vermelden. Lid 2 bepaalt dat er ook een accountantsverklaring moet worden gemaakt.
Vraag 1: Voor de BV geldt sinds 2012 geen minimumkapitaal vereiste meer. Daarnaast is de BV niet verplicht om in de statuten het maatschappelijk kapitaal op te nemen. Dit betekent dat Peters en Hendriks onbeperkt aandelen kunnen uitgeven.
Vraag 2: Het antwoord op vraag 2 zou hetzelfde zijn, maar dit wordt afgeleid uit de artikelen 2:191b en 2:204a. Anders is dat de BV geen vereiste van een accountantsverklaring kent.
ACTIVA | PASSIVA |
Pand 17.000.000 | Geplaatst kapitaal 10.000.000 |
Voorraden 3.000.000 | Winst 3.000.000 |
Liquide middelen 5.000.000 | Schuld bank X 12.000.000 |
|
|
Totaal: 25.000.000 | Totaal: 25.000.000 |
|
|
De winstuitkering bestaat uit 2 onderdelen: balanstest en uitkeringstest.
Balanstest: art. 2:216 lid 1 bepaalt dat de vergadering is bevoegd omtrent de verdeling van de winst, voor zover het eigen vermogen groter is dan de reserves die krachtens de wet of de statuten moeten worden aangehouden. In dit geval is het eigen vermogen 13.000.000. Er zijn geen wettelijke of statutaire reserves, dus kan er dividend worden uitgekeerd.
Uitkeringstoets: art. 2:216 lid 2 bepaalt dat een besluit dat strekt tot uitkering geen gevolgen heeft zolang het bestuur geen goedkeuring heeft verleend. In dit geval heeft het bestuur besloten dat er een dividend van 13 euro per aandeel wordt uitgekeerd. Dit betekent dat de BV de uitkering heeft goedgekeurd. Het gaat om een bedrag van 1.000.000 x 13 euro = 13.000.000. Dit bedrag is vrij hoog in vergelijking tot de winst die afgelopen jaar is behaald. Dit betekent dat dit besluit wellicht onverantwoord is gegeven, waardoor de BV in betalingsonmacht komt ten opzichte van opeisbare vorderingen.
Art 2:216 lid 3 bepaalt dat de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk kunnen worden gesteld indien zij ten tijde van de uitkering wisten of redelijkerwijs behoorden te voorzien dat de BV in betalingsonmacht kon gaan verkeren. Zij kunnen deze aansprakelijkheid weerleggen indien het hem niet te wijten is en niet nalatig zijn geweest met het treffen van maatregelen. Art. 2:216 lid 3 bepaalt ook dat de aandeelhouders kunnen worden aangesproken tot terugbetaling indien zij konden voorzien dat de vennootschap na de uitkering niet zou kunnen voortgaan met het betalen van opeisbare schulden.
Het eigen vermogen is 150.000.
Voor een NV geldt art. 2:105 lid 2. Er moet gekeken worden of het eigen vermogen groter is dan het geplaatst kapitaal plus de wettelijke en statutaire reserves.
Het geplaatst kapitaal is 200.000 en er zijn geen wettelijke of statutaire reserves. Dit betekent dat het eigen vermogen niet groter is dan het geplaatst kapitaal, waardoor er geen winst uitgekeerd kan worden aan de aandeelhouders. 150.000 is namelijk kleiner dan 200.000. De uitkering van 1 euro per aandeel is dus niet toegestaan.
Art. 2:285 lid 3 bepaalt dat het doel van de stichting niet mag inhouden het doen van uitkeringen aan oprichters of aan hen die deel uitmaken van haar organen noch ook aan anderen, tenzij deze laatsten betreft de uitkeringen een ideële of sociale strekking hebben. Er mogen dus geen uitkeringen worden gedaan aan Karelsen en Van Beek. Het vergoeden van de kosten die in lijn liggen met het doel van de stichting valt niet onder het doen van een uitkering. Er is namelijk wel een gelijkwaardige tegenprestatie in dit geval. Dit betekent dat de gemaakte kosten vergoed kunnen worden.
De winst van de vereniging kan niet worden uitgekeerd aan de leden. Art. 2:26 lid 3 bepaalt dat een vereniging geen winst onder haar leden mag verdelen.
Een coöperatie is een bij notariële akte als coöperatie opgerichte vereniging ex. art. 2:53. De schakelbepaling van art. 2:53a lid 1 bepaalt dat de bepalingen van de vorige titel van overeenkomstige toepassing zijn, met onder andere uitzondering van art. 26 lid 3. Dit artikel betreft dat de vereniging geen winst onder haar leden mag verdelen. Doordat dit artikel niet van toepassing is op de coöperatie mag er in dit geval wel winst worden uitgekeerd aan de leden van de coöperatie.
In deze bundel komen de werkgroepopdrachten en de antwoorden van het vak vennootschappen en rechtspersonen. Als eerst staan alle opdrachten omschreven en vervolgens alle antwoorden.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1920 |
Add new contribution