FBBlog 16 april Puerto Cabezas, Nicaragua

Ditmaal een update vanaf Little Corn Island, een piepklein eilandje in de Carribische zee. Het is Semana Santa in Nicaragua, een soort pasen maar dan anders. De bouw in Puerto ligt daardoor stil, de Nica oficiales en de vrijwilligers zijn feest aan het vieren, dus dan kunnen wij niet achter blijven natuurlijk! Daarom hebben we een weekje vakantie geboekt richting Corn Island en inmiddels dus op Little Corn Island aangekomen. Ik zit nu op een strandstoel twee meter van het mega blauwe water vandaan om één uur 's nachts met een biertje naast me dit verhaal te typen. Het is nog steeds een graad of 25 gok ik. We zitten in Grace's Place, the place to be voor de doorgewinterde backpacker, waar ik mezelf overigens nog niet toe reken. Ondanks de packpack op mijn rug zegt iets in mij dat ik dat niet ben en volgens mij denkt de rest daar ook zo over, aan de blikken te zien die ik af en toe krijg.

De weg hier naar toe was er weer eentje voor in de boeken. Na wat heisa in het vrijwilligershuis in Puerto, was besloten dat we tot vrijdagmiddag half drie moesten werken, dus zou onze bootman Leo ons om vier uur thuis ophalen om vervolgens met zijn boot naar Corn Island te varen. Dat is in Nicaragua natuurlijk veel te mooi om waar te zijn, Nikki moest Leo namelijk eerst bellen voordat hij in actie kwam. Vervolgens moest er nog benzine gekocht worden alvorens we konden vertrekken. Uiteindelijk om zes uur met z'n allen in de pick-up richting de haven. Aldaar was de coastguard niet zo gedient van onze ideeën, dus konden we net als bij ieder uitje weer onverrichte zaken huiswaarts. Gelukkig stond Leo de volgende ochtend om zes uur aan de poort te rammelen dat we nu wel weg konden, dus iedereen na drie uur slaap zijn/haar bed uitgetimmerd en in de taxi naar de haven. Dit keer trouwens zonder goedkeuring van de Coastguard... Laatst vertelde ik over een ritje met een polyester bootje naar de Miskito Kays, dit keer zaten we in een zelfde bootje maar dan met 11 man, dus ook elf backpacks. Volgens Leo zou de reis zo'n drie en een half á vier uur duren, dat werden er negen. Dus iedereen heeft negen uur lang z'n ballen door zijn keel voelen knallen en was van top tot teen doorweekt van het zoute zeewater. Zo nu en dan keek Leo op zijn GPS en dan was aan zijn blik weer te zien dat hij per ongeluk een blokje om was gevaren. Gelukkig zagen we na een uur of acht varen eindelijk Corn Island liggen, helaas moest ik toen wel pissen als een reiger, misschien kwam dat wel door de bieries. Aan land heb ik dus eerst drie minuten en zestien seconden staan lossen, maar toen was het wel vakantie, op naar het 'hotel'! In Puerto hadden we al van vrijdag tot en met zondag hotel Bella Vista geboekt, toen we aankwamen bleek het echter meer weg te hebben van een kamphuis dan van een hotel. Achja, na zo'n reis van negen uur is het al gauw goed, dus werd er gegeten en even een heerlijke powernapp gedaan. Omdat iedereen had verteld dat heel Corn Island op zijn kop zou staan tijdens Semana Santa, besloten we om 01:00 nog even de deur uit te gaan. Eerst naar Bambole, een toko aan het strand waar anderhalve paardenkok rondliep, vervolgens naar de Sky, een soort mislukte voetbalkantine die al twaalf jaar niet onderhouden was en uiteindelijk moesten we van de locals nog naar Blackey. Blackey is te vergelijken met een ongesnoeide achtertuin van een rijtjeshuis waar her en der ineens een schutting staat met een keukentafel en waar je je bier aan de achterdeur van het huis moet halen. Zoals altijd was het vervoer verre weg het leukste van de avond, toen we de Sky verlieten en naar Blackey gingen, was er wel iemand met een pick-up. Dus liepen we om een uur of vijf 's nachts richting zijn pick-up. 'Doe joe wanna drijf?' 'Huh?' 'If joe want toe, joe ken drijf' 'Wij doont joe wanna drijf, doont joe hef a drijferslicence?' 'O, I do, but if joe want toe, joe ken drijf' Nou dat laat ik me natuurlijk geen twee keer zeggen, dus ben ik in het holst van de nacht met de pick-up van de Sky naar Blackey gereden. Ondertussen zat mijn maat druk te ouwehoeren en zei hij steeds te laat dat er een 'deadmen' aan kwam, dus de gene die achterop stonden hadden een bumpy ride! De schutting-party was helaas niet zo'n succes, dus zijn we richting ons hotel gegaan waar onze Italiaanse gastvrouw nog wel even een ontbijtje in elkaar wilden flansen. Heerlijk gegeten en uiteindelijk om half acht toch maar eens gaan slapen, je moet wel optimaal gebruik van de tijd die je hebt! Tijdens het ontbijt hadden we trouwens nog afgesproken om zondagavond bij onze gastvrouw te eten. Op speciaal verzoek heeft ze penne all'arabiata in elkaar gezet, jezus wat kan die vrouw koken zeg! Maandag kwam onze bootman Leo langs om de rest van zijn geld te halen, voor de heenweg dan. Want terug waren we niet meer van plan om met hem mee te gaan. Opzich niet zo'n punt, aangezien hij zijn prijzen had berekend op heen-terug, heen-terug. Toen bleek echter dat hij een klein rekenfoutje had gemaakt en meer geld wilde, tja Leo dat is niet ons probleem maat! Daar dacht hij anders over en dus belde hij de politie omdat wij niet wilden betalen. Ondertussen had hij ook al wat maatjes opgetrommeld en dus stonden er zo'n tien stoere Miskito boys om ons heen. De politie bellen was niet echt de slimste zet in Leo's leven, want toen bleek namelijk dat hij geen papieren had om personen te vervoeren en bovendien hadden wij nooit een contract getekend, pech voor Leo dus. De politie wilde echter nog wel even onze paspoorten registreren, totdat ze een vliegtuig hoorde landen en zich bedachten dat ze daar eigenlijk hadden moeten staan. Dus de politie vertrok hals over kop naar het vliegveld en Leo en zijn knokploeg dropen langzaam af. Een uur later stond Leo echter weer met één of andere dikke vrouw op de stoep, wie een advocaat bleek te zijn. Dus het hele verhaal weer uitgelegd, gelukkig kwam de beste mevrouw ook tot de conclusie dat Leo en z'n maatjes niet echt een poot hadden om op te staan. Inmiddels was er een local die alle comotie gezien had, en besloten had om onze persoonlijke bodyguard te worden. We gingen die dag namelijk met de boot naar Little Corn, maar daar wilde Leo en z'n maten een stokje voor steken. Niet dankzij onze bodyguard zaten we om half vijf 's middags gewoon op de boot naar Little Corn. Waar overigens ook nog een maat van Leo op zat. Ook toen we door de hoofdstraat van Little liepen zagen we nog wat maatjes van Leo, maar vervolgens gelukkig geen last meer van gehad.

De hoofdstraat van Little Corn is een betonnen pad van een meter breed, waaraan alle restaurants, bars en de helft van de hostels en hotels zit. Er zijn hier geen auto's, bussen, vliegtuigen of iets wat daar op lijkt, alles gaat te voet of met een boot. Toen we aankwamen zijn we eerst maar eens een drankje gaan doen bij Tranquilo, om even tot rust te komen. Gewoon in het Engels je pils en nacho's bestellen, wat een feest! We hadden nog even geen slaapplek, dus onder het genot van een hapje en een drankje wat toko's gebeld en gelukkig had Grace's Place nog wel een paar kamers over. Een loopjongen, waar ik de naam even van kwijt ben, kwam onze backpacks halen. Helemaal prima! Om twaalf uur sloot de Tranquilo en zou er een feestje op de pier zijn, dus nog even een flesje Flor de Caña gekocht en richting de pier geslenterd. Daar bleken zeven dronken backpackers te zitten die van plan waren om te gaan skinny-dippen tijdens de maansverduistering. Dat leek mij niet zo'n heel goed plan, dus even met een Duits grietje zitten ouwehoeren en gevraagd of ze m'n oma's fiets weer eens terug wilde brengen. Toen was het tijd om onze slaapplek uit te checken, de kamer was wat basic, maar wat een vette tent! Toen ik vanochtend wakker werd was het helemaal compleet; ons hostel zit dus gewoon direct aan de veel te blauwe zee, alle kamers en hutjes zijn geel geschilderd met zwart, rood en groene stippen en alles gaat hier muy tranquilo. Iedereen drentelt hier lekker rond en drinkt zijn Corona-tje aan het strand en ziet wel wat hij gaat doen vandaag. Wij hebben vandaag een snorkel tripje gedaan, echt super helder water, dus weer lekker gehobbyd met m'n go pro. Heel veel gekke visjes gespot en nog een haai gezien vanaf de boot.

De komende dagen moeten we nog even kijken hoe en wat, aangezien het vervoer van en naar Puerto wat stroef is. Morgen in ieder geval eens even lekker een dagje aan het strand liggen en bruin worden. Oja en even een wandeling naar de ander kant van het eiland voor een wifi verbinding om dit verhaal te uploaden en misschien nog even te FaceTimen met dezen en genen. Het is trouwens maar tien minuten lopen, volgens mij loop je in een uur over het strand het hele eiland rond. Mocht je ooit besluiten om naar Nicaragua te gaan, dan kun je wat mij betreft Big Corn links laten liggen en gewoon een weekje op Little Corn gaan chillen. Ik hoop dat ik jullie een beetje jaloers kan maken met de foto's, het is hier echt geweldig!

Aisaibe en voor degene die dat willen een kus, Tom — bij Little Corn Island, Nicaragua.

Access: 
Public
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Statistics
888