College 1: 07-09-20
De ventrikel theorie(4e- 16e eeuw na Christus)= mensen dachten dat de vloeistoffen in de ventrikels nuttig waren voor cognitieve functies. Een slecht humeur was dan gerelateerd aan een slechte vloeistof.
Franz Joseph Gall(1758) stelde dat hersenvolume te maken heeft met capaciteit. Een knobbel op de schedel zou betekenen dat dit gebied beter was ontwikkelt. Dit fenomeen wordt lokalisatie genoemd. Het was baanbrekend onderzoek in zijn tijd. In de rechterhersenhelft bleek er minder lokalisatie te zijn dan de linkerhersenhelft.
De niveaus van lokalisatie:
brein
kwabben
modules
netwerken
verbindingen
cellen
neurotransmitters
Al het gedrag wordt gemedieerd door de hersenen, sommige stoornissen zijn vanuit lokalisatie te verklaren en sommige vanuit het holisme. Dit laatste houdt het globaal disfunctioneren van de hersenen in. “Wij zijn niet ons brein.”
Culturele opvattingen die we hebben bepalen hoe we ergens naar kijken. Het brein houdt geen rekening met de door ons bedachte semantische onderscheidingen.
Vier dimensies binnen de psychologie die onderzoek doen naar het brein:
Er wordt gebruik gemaakt van de substractie methode, wat inhoudt dat de verschilscore minder betrouwbaar is dan de afzonderlijke scores.
Onder deze tak behoren onder andere de Ponzo illusie en de Stroop test.
Temporele resolutie betekent de tijd, dus wanneer, en de spatiële resolutie betekent de ruimte, dus waar.
Van de verschillende patronen worden uiteindelijk modellen gemaakt. Er worden vooral “case-studies” gedaan. De patiënten van Broca en Wernicke gaan over het vergelijken van tegenovergestelde enkele dissociatie, ofwel dubbele dissociatie(Teuber).
Hersenletsel kan ontstaan door: CVA(beroerte), trauma, tumoren, virale aandoeningen, neurodegeneratieve aandoeningen of neurochirurgische ingrepen.
College 2: 14-09-20
Visuele perceptie is het verwerken van visuele prikkels in de hersenen. Het is een reconstructie van een distale stimulus op basis van de proximale stimulus. Een distale stimulus is het effectieve object en een proximale stimulus is de informatie die via de zintuigen binnenkomt. Er is een systeem met ervaringen nodig om de reconstructie mogelijk te maken.
Drie routes van een prikkel:
dorsaal= bewust, actie/waar. Aan de rugzijde.
ventraal= bewust, wat, achterin het brein. Aan de buikzijde.
subcorticaal= niet bewust, emotie. Onder de cortex.
Ze kunnen alle drie tegelijkertijd plaatsvinden. Uiteindelijk eindigen ze in de primaire motorcortex. Kleine verschillen volgen elkaar op, het gaat dan van basaal naar steeds meer complex. In die basale stappen kunnen er verstoringen voorkomen. Oftewel de stoornissen.
Eigenlijk zijn
.....read more
Add new contribution