Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Image

Kern van het internationaal publiekrecht. Hoofdstuk 7

Hoofdstuk 7: Wat houdt het aansprakelijkheidsrecht in? 

7.1 Wat is het internationaal aansprakelijkheidsrecht? 

Een rechtssubject is gebonden om verplichtingen binnen de internationale rechtsorde na te komen. Doet hij dit niet, dan kan hij aansprakelijk gesteld worden. Aansprakelijkheidsrecht wordt dan toegepast op het rechtssubject. Het aansprakelijkheidsrecht heeft een hetzelfde prefentief karakter als strafrecht in de nationale rechtsorde. Aansprakelijkheidsrecht kan leiden tot herstel van de situatie. Rechtssubjecten die aansprakelijk gesteld worden kunnen ook bestraft worden voor genoegdoening van de slachtoffers. In de internationale rechtsorde verschilt het aansprakelijkheidsrecht per rechtssubject (staten, internationale organisaties en individuen. 

7.2 Wanneer zijn staten aansprakelijk? 

7.2.1 Wat is staataansprakelijkheid? 

Staatsaansprakelijkheidsrecht geldt tussen formeel gelijke partijen, hierdoor lijkt het veel op het nationaal privaatrecht. Toch heeft de internationale gemeenschap in sommige gevallen als geheel een belang. Aansprakelijkheidsrecht kan dus gezien worden als een menging van privaatrechtelijke en publiekrechtelijke elementen. 

De beginselen van staatsaansprakelijkheid zijn gewoonterechtelijk van aard. Ze zijn gecodificeerd in het verdrag Artikelen inzake Staatsaansprakelijkheid. Veel staten hebben dit verdrag nog niet aangenomen. Wel zijn alle staten gebonden aan een aantal bepalingen die als gewoonterecht worden beschouwd. In andere verdragen kunnen ook bijzondere regels staat over aansprakelijkheid, deze bepalingen hebben voorrang op het algemene aansprakelijkheidsrecht. 

7.2.2 Wat zijn de voorwaarden om als staat aansprakelijk gesteld te worden? 

Voor elke onrechtmatige daad moet een staat aansprakelijk gesteld kunnen worden. Dit is het uitgangspunt van het staatsaansprakelijkheidsrecht. Een staat pleegt een onrechtmatige daad wanneer er sprake is van een handeling die in strijd is met op een staat rustende internationale verplichting en deze handeling moet aan de staat kunnen worden toegerekend. 

Een internationale verplichting wordt geschonden als de staat in strijd handelt met hetgeen wat vereist is volgens deze verplichting. Er wordt geen verschil gemaakt tussen het schenden van overeenkomsten en het verrichten van een onrechtmatige daad. Beide handelingen hebben dezelfde rechtsgevolgen, beide handelingen leiden tot aansprakelijkheid. 

De bedoeling van een staat bij het verrichten van een onrechtmatige daad is niet van belang. De beoordeling is erg objectief van aard, hierin verschilt het aansprakelijkheidsrecht met het nationaal strafrecht. In sommige gevallen is het wel belangrijk om de bedoeling van een staat te weten. De handelingen kunnen ook behoren tor materiële internationale verplichtingen in plaats van het aansprakelijkheidsrecht. 

Een staat verricht handelingen in de internationale rechtsorde door middel van zijn organen. De beginselen van toerekening bepalen wanneer een handeling van een persoon als handeling van een staat gezien kunnen worden. Het staat vast dat handelingen van staatsorganen worden toegerekend aan de staat. De staat is als eenheid aansprakelijk. Niet alleen Nederland kan aansprakelijk gesteld worden, maar het gehele koninkrijk der Nederlanden. Een staat is ook aansprakelijk voor handelingen van een staatsorgaan bij de uitoefening van zijn functie, de zogenoemde ultra-vires handelingen (handelingen buiten bevoegdheid). Een staat is kan alleen aansprakelijk gesteld worden door het publieke domein. Handelingen van particulieren worden niet aan een staat toegerekend. Een staat is ook niet aansprakelijk voor alles wat zich binnen zijn grondgebied afspeelt. 

In het internationaal recht zijn wel een paar uitzonderingen. Ten eerste kan een handeling de staat worden toegerekend als de handeling verricht is door een entiteit die ingeschakeld was door de staat om publieke taken uit te voeren. Bij wet is de bevoegdheid gegeven om overheidshandelingen uit te voeren. Ten tweede is een staat ook aansprakelijk voor handelingen die verricht worden door private personen aan wie de staat instructies geeft. Heeft de staat controle over die persoon, dan is de staat aansprakelijk. Hierbij is wel het criterium van 'effectieve controle' van belang. Ten derde kan een handeling aan de staat worden toegerekend als de handeling achteraf erkend wordt als ware het zijn eigen handeling. 

Staten zijn verplicht om ervoor te zorgen dat handelingen van particulieren op hun grondgebied geen schade brengen aan de rechten van andere staten. Een staat moet dit voorkomen. Als een staat niet de noodzakelijke maatregelen neemt om het te voorkomen, kan de staat aansprakelijk gesteld worden. Dit is geen resultaatverplichting. Staten kunnen niet het gedrag van iedereen controleren. Het wordt een due diligence-verplichting genoemd, staten moeten maatregelen nemen die van hen verwacht kan worden. Staten zijn ook verplicht om de rechten van individuen die zich onder hun rechtsmacht bevinden, te beschermen tegen handelingen van particulieren. 

7.2.3 Kan een staat voor deelneming aan een onrechtmatige daad aansprakelijk gesteld worden? 

Staten kunnen ook in samenwerking met andere staten onrechtmatige daden verrichten. Elke staat kan dan afzonderlijk aansprakelijk gesteld worden doordat ze beide aansprakelijk zijn voor de onrechtmatige daad. Een staat die aansprakelijk gesteld is, kan wel regres halen op de andere betrokken staat voor zijn aandeel. Dit is een algemeen rechtsbeginsel, maar wordt in de praktijk weinig gebruik van gemaakt. 

We spreken van deelneming als een staat een andere staat hulp geeft bij het verrichten van een onrechtmatige daad. De helpende staat is in dit geval aansprakelijk voor zijn medeplichtigheid. Hiervoor moet wel eerst voldaan worden aan drie voorwaarden. Ten eerste moet de hulp substantieel zijn, en de onrechtmatige daad vergemakkelijken. Alleen het uitspreken van politieke steun is niet voldoende. Ten tweede moet de staat die hulp geeft weten dat er een onrechtmatige daad gepleegd wordt. Ten derde moet de helpende staat dezelfde norm overtreden als de staat die de hulp verkrijgt. Als de regel niet van toepassing is op de helpende staat en hij wordt wel aansprakelijk gesteld, dan is dit in strijd met het beginsel dat verdragen alleen gelden tussen verdragspartijen. 

7.2.4 Wat zijn de verdedigingsgronden voor het verrichten van een onrechtmatige daad? 

Staten zullen niet aansprakelijk gesteld worden voor handelingen die zij niet hadden kunnen voorkomen. In de ILC-artikelen zijn daarom gronden opgenomen die de onrechtmatigheid van een handeling wegnemen. Onrechtmatigheid kan door geen een verdedigingsgrond worden weggenomen bij een handeling die in strijd is met dwingend recht. 

Staten die gedwongen worden door onvoorzienbare omstandigheden of een onweerstaanbare krijgsmacht om op een bepaalde wijze te handelen, kunnen zich beroepen op de verdedigingsgrond, overmacht (force majeure). 

Er wordt gesproken van een noodtoestand (distress) als een schending van een plicht veroorzaakt wordt door een persoon die zijn eigen leven of andermans leven probeert te redden. De persoon had geen andere keuze. Noodtoestand verschilt van overmacht door de keuzemogelijkheid die je hebt.

Een staat heeft het recht om zijn vitale belangen te beschermen , ook al wordt er een internationale verplichting geschonden. Dit wordt gerechtvaardigd met het beginsel van noodzakelijkheid (state of necessity). Het moet hier gaan om een essentieel belang dat wordt bedreigd door een onmiddellijk gevaar en er is geen andere manier om het belang te beschermen. Een staat mag niet zelf hebben bijgedragen bij het ontstaan van het gevaar. Een beroep op dit beginsel wordt vaak niet gehonoreerd. 

Elke staat heeft het recht op zelfverdediging tegen een gewapende aanval. Alleen het verbod op het gebruik van geweld wordt geschonden. Het is ook gerechtvaardigd om door middel van een onrechtmatige handeling een andere staat te laten stoppen met het verrichten van een onrechtmatige daad. Dit zijn tegenmaatregelen (countermeasures). 

Als een beroep op een verdedigingsgrond slaagt, blijft de staat die door de schending is getroffen achter met alle schade. Als niemand aansprakelijk is, zal niemand rechtsherstel bieden. Als een staat een internationale verplichting schendt waarvoor hij niet aansprakelijk is, is die staat toch verplicht om de schade te vergoeden. 

7.2.5 Wat wordt er bedoeld met rechtsherstel? 

Als een staat aansprakelijk wordt gesteld moet de staat de onrechtmatige daad beëindigen en heeft de staat een verplichting tot rechtsherstel. De internationale verplichting blijft van kracht, ook al wordt er een onrechtmatige daad gepleegd. Een staat kan verplicht worden om een waarborgen te geven dat de schending niet zal worden herhaald. 

Rechtsherstel is gericht op het verleden. Er ontstaat een nieuwe rechtsbetrekking tussen de aansprakelijke staat en gelaedeerde staat. De gelaedeerde staat mag rechtsherstel eisen van de aansprakelijke staat. Door de aansprakelijkheid is die staat verplicht tot rechtsherstel. De gelaedeerde staat kan drie vormen van rechtsherstel eisen: restitutie, compensatie, en genoegdoening. 

Bij restitutie wordt de situatie weer teruggebracht naar hoe die bestond op het moment voor het begaan van de onrechtmatige daad. Restitutie wordt het vaakst gebruikt als rechtsherstel. Bij het EHRM is het vaste rechtsspraak dat de schending een plicht met zich meebrengt tot herstel van de oude situatie. Materiële restitutie is het teruggeven van gestolen goederen en het vrijlaten van gevangenen. Juridische restitutie is het intrekken van wetgeving of het herzien van een vonnis. Restitutie is niet mogelijk als het materieel onmogelijk is of als het disproportioneel blijkt te zijn. 

De gelaedeerde staat kan ook schadevergoeding vorderen. Dit is een vergoeding van alle op geld waardeerbare schade. Dit hangt vaak af van de aard en inhoud van de geschonden verplichtingen, het gedrag van de betrokken partijen en de omstandigheden van het geval. Als er schade veroorzaakt is aan onderdanen die genieten van diplomatieke bescherming, bestaan er twee soorten schade. Materiële schade is het verlies van inkomsten of de medische kosten. Niet-materiële schade is de vernederende behandeling of het verlies van partners. Schadevergoeding kan gelijkgesteld worden met de marktwaarde van het weggenomen goed. Er dient wel een causaal verband te bestaan tussen de onrechtmatige daad en de schade. Hierbij moet je kijken naar de gevolgen die in normale omstandigheden uit de handeling zouden voortvloeien. 

De laatste soort van rechtsherstel is genoegdoening. Dit is een symbolische soort van rechtsherstel wat voornamelijk bestaat uit een spijtbetuiging of een verontschuldiging. Dit is een tegemoetkoming aan de morele schade die een staat geleden heeft. 

7.2.6 Wanneer spreek je van verzwaarde aansprakelijkheid? 

Schending van normen die de belangen van de internationale gemeenschap als geheel beschermen neemt een verzwaarde aansprakelijkheid met zich mee. De internationale gemeenschap treedt als geheel op tegen deze schending en de reacties op deze schendingen moeten zwaarder en meeromvattend zijn dan de eerdergenoemde vormen van rechtsherstel. ILC heeft voor deze verzwaarde aansprakelijkheid een regime van strafrechtelijke staatsaansprakelijkheid voorgesteld. De ILC bereikte geen overeenstemming met de vragen: Hoe moeten de verplichtingen worden gedefinieerd, wat zijn de rechtsgevolgen en welke instituties kunnen strafrechtelijke staatsaansprakelijkheid vaststellen? Het kan ook moeilijk toegepast worden in een systeem waar staten soeverein en gelijk zijn. De ILC heeft wel een verplichting toegekend aan alle staten om samen te werken om een schending van dwingend recht ongedaan te maken (artikelen 40 & 41). In die artikelen wordt ook verboden om de schending te erkennen en om hulp te bieden. Alle staten kunnen de verantwoordelijke staat aansprakelijk stellen. In de praktijk laten staten het over aan de veiligheidsraad om te reageren tegen ernstige schendingen van fundamentele regels van het internationaal recht. 

7.2.7 Wat zijn gelaedeerde staten? 

Bij het schenden van een internationale verplichting, schendt je een recht van een staat of persoon tegenover wie deze verplichting bestaat. Alleen het subject wiens recht is geschonden heeft recht op rechtsherstel. Staten wiens subjectieve rechten zijn geschonden, worden gelaedeerde staten (injured states) genoemd. Gelaedeerde staten kunnen een vordering instellen tegen de staat die een onrechtmatige daad gepleegd heeft. Ook hebben gelaedeerde staten recht op rechtsherstel.

Als een bilateraal verdrag geschonden wordt door een staat, is de andere staat de gelaedeerde staat. Tot de categorie van bilaterale rechtsbetrekkingen behoort ook het niet-naleven van een staat van een bindende uitspraak van een rechterlijk tribunaal. Dit wordt ook beschouwd als een onrechtmatige daad. Schending van een multilateraal verdrag door één staat kan leiden tot een inbreuk op het recht van een andere staat dat partij is. Sommige verplichtingen van multilaterale verdragen gelden jegens alle verdragspartijen. Toch zijn bij een schending van een van die verplichtingen niet alle staten, gelaedeerde staten. Alleen de staten die bijzonder in hun belang getroffen worden zijn gelaedeerde staten. Alleen in bijzondere gevallen worden de belangen van alle staten getroffen. Dit gebeurt bij integrale verplichtingen. Elke staat heeft het recht om de staat die de integrale verplichting schendt aansprakelijk te stellen. 

Staten die niet gezien worden als gelaedeerde staten kunnen geen vordering instellen, wel kunnen zij protesteren tegen een dergelijke schending. In het internationaal recht is er geen actio popularis, niet iedereen kan een rechtsvordering instellen uit het algemeen belang. 

In verdragen die opgesteld zijn voor de bescherming van een gemeenschap staat uitdrukkelijk dat bij een schending alle verdragspartijen een rechtsvordering kunnen instellen. Dit heeft het ILC ook voorgesteld. In de praktijk is voor dit voorstel nog weinig steun. Staten kiezen sneller voor politieke vormen van verantwoordelijkheid. 

Staten hebben ook verplichtingen tegenover de internationale gemeenschap als geheel. Verplichtingen erga omnes. Bij de schending van dergelijke verplichtingen hebben alle staten recht om de aansprakelijkheid in te roepen van een staat. Deze bepaling is opgesteld omdat er bovenstatelijke instituties missen binnen het internationaal recht die hierover zorg kunnen dragen. De rechten van staten die een vordering willen instellen tegen staten die aansprakelijk zijn voor de schending van erga omnes-verplichtingen, zijn beperkter dan de rechten van staten die in hun subjectieve rechten zijn getroffen. 

Staten kunnen ook aansprakelijk gesteld worden jegens internationale organisaties en natuurlijke personen of ondernemingen. Een rechterlijk tribunaal zal in een dergelijke procedure de aansprakelijkheid van de staat kunnen vaststellen en rechtsherstel opleggen. De beginselen van aansprakelijkheidsrecht gelden echter niet tussen staten en particulieren. 

7.2.8 Wat betekent diplomatieke bescherming van een staat? 

Staten kunnen opkomen voor hun eigen belangen, maar ook voor de bescherming van onderdanen. Een staat kan een andere staat aanspreken ten behoeve van de bescherming van onderdanen. Dit wordt diplomatieke bescherming genoemd. Schending van het recht van een individu is een schending van het recht van de staat waarvan het individu de nationaliteit heeft. Diplomatieke bescherming is gewoonterechtelijk van aard. De rechten zijn wel gecodificeerd in de artikelen inzake Diplomatieke Bescherming. 

Voor diplomatieke bescherming moet voldaan zijn aan twee voorwaarden: nationaliteit en uitputting va nationale rechtsmiddelen. Een staat kan alleen diplomatieke bescherming bieden over individuen die zijn nationaliteit bezitten. Internationaal recht kent bij diplomatieke bescherming hun eigen criteria voor de toetsing van toekenning van nationaliteit. Tussen de staat en de onderdaan moet een reële band (genuine link) bestaan. Bij onderdanen met een dubbele nationaliteit, kan alleen de staat met de dominante nationaliteit diplomatieke bescherming bieden. De dominante nationaliteit is te bepalen door de woonplaats, familie en werk. Bij organisaties kan alleen de staat waar de onderneming is geregistreerd of waar de statutaire zetel is gevestigd een claim indienen. 

De onderdaan moet eerst in de staat waar zijn rechten geschonden zijn alle nationale rechtsmiddelen uitputten. De staat moet eerst de kans krijgen om de schending van de rechten van de persoon ongedaan te maken. Wanneer nationale rechtsmiddelen niet effectief zullen zijn, kan er meteen gebruik gemaakt worden van diplomatieke bescherming. 

Een staat kan er zelf voor kiezen om diplomatieke bescherming uit te oefenen. Staten kunnen het recht op politieke bescherming vastleggen in het nationaal recht, maar dit wordt niet verplicht. Onderdanen hebben geen recht op uitoefening van diplomatieke bescherming. 

7.3 Hoe werkt het aansprakelijkheidsrecht bij internationale organisaties? 

7.3.1 Kunnen internationale organisaties aansprakelijk gesteld worden? 

Internationale organisaties bezitten over rechtspersoonlijkheid. Dit neemt mee dat internationale organisaties aansprakelijk gesteld kunnen worden bij schending van hun verplichtingen. Het aansprakelijkheidsrecht van internationale organisaties is minder ver ontwikkeld door weinig relevante jurisprudentie. Het ILC heeft de Ontwerp-Artikelen inzake de Aansprakelijkheid van internationale organisaties aanvaardt. Veel internationale organisaties hebben zelf aansprakelijkheidsregels vastgelegd, deze regels hebben als lex specialis voorrang op het algemene aansprakelijkheidsrecht. Het aansprakelijkheidsrecht van internationale organisatie komt grotendeels overeen met het staatsaansprakelijkheidsrecht. 

Een staat kan niet aansprakelijk gesteld worden voor een schending van nationaal recht. Een internationale organisatie kan echter wel aansprakelijk gesteld worden voor een schending van door de organisatie zelf vastgestelde regels. Handelingen van organen van de organisatie en handelingen van andere personen die voor de organisatiefuncties uitoefenen worden net zoals bij staatsaansprakelijkheidsrecht aan de internationale organisatie toegerekend. Handelingen van organen of entiteiten die een staat beschikbaar stelt aan een internationale organisatie worden toegerekend aan de internationale organisatie, niet aan de staat zelf. De organisatie moet dan wel effectieve controle uitoefenen over de handeling. 

7.3.2 Wat is de verhouding van de aansprakelijkheid van internationale organisatie met de aansprakelijkheid van staten? 

Voor het onrechtmatig handelen wordt een organisatie zelf aangesproken. Door de beperkte praktijk is het vaak niet duidelijk aan wie handelingen moeten worden toegerekend. Lidstaten kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor het alleen lid zijn van een organisatie. De vraag rijst wel of lidstaten aansprakelijk zouden zijn als een organisatie zijn schulden niet kan betalen. Er is te weinig praktijk om deze vraag te beantwoorden. Lidstaten kunnen weinig invloed uitoefenen over de besluitvorming van de organisatie. Daarom zouden lidstaten ook niet subsidiair aansprakelijk gesteld worden. 

Een lidstaat blijft echter aansprakelijk voor het handelen van zijn organen die ter beschikking zijn gesteld aan een organisatie. Dit is niet het geval als de organisatie effectieve controle over de organen uitoefent. Troepenleverende staten blijven bepaalde vormen van gezag uitoefenen over hun troepen. In sommige gevallen kan er ook sprake zijn van een gedeelde aansprakelijkheid. De organisatie en de lidstaat hebben dan beide gezag over de vredestroepen. Een lidstaat blijft ook aansprakelijk als hij een organisatie het onrechtmatig handelen voor hem laat doen, door de bevoegdheden over te dragen. Tegen zulke handelingen moeten rechtsmiddelen openstaan. 

Een lidstaat die een besluit uitvoert van een internationale organisatie blijft zelf aansprakelijk. Een lidstaat is geen orgaan van een organisatie. Wel kunnen zowel de staat als de organisatie aansprakelijk zijn. 

7.4 Wat is het aansprakelijkheidsrecht van individuen? 

7.4.1 Kunnen individuen aansprakelijk gesteld worden? 

Individuen konden in het klassieke internationaal recht niet aansprakelijk gesteld worden. Dit had grote nadelen. De staat kon als geheel aansprakelijk gesteld worden voor de handelingen van één individu. Het aansprakelijk stellen van de staat zorgde niet voor gedragsverandering van de individuen die eigenlijk verantwoordelijk waren. In de jaren negentig, na de conflicten in Rwanda en Joegoslavië, werd er een systeem ontwikkeld waarbij individuen strafrechtelijk aansprakelijk gesteld kunnen worden. De beginselen van dit individuele aansprakelijkheidsrecht zijn geformuleerd in het Statuut van het Internationaal Strafhof. 

7.4.2 Wat zijn de grondslagen van het individueel aansprakelijkheidsrecht? 

Individuele aansprakelijkheid bestaat op grond van het internationale gewoonterecht. Een beperkte categorie misdrijven kan leiden tot het strafrechtelijk aansprakelijk stellen van individuen. In verdragen zijn ook bepalingen opgesteld voor individuele aansprakelijkheid. De aansprakelijkheid geldt dan alleen jegens de partijen van een verdrag. Een staat is verplicht rechtsmacht te scheppen bij deze misdrijven. Staten moeten de misdrijven strafbaar stellen en verdachten uitleveren of zelf vervolgen. Als het misdrijf is vastgelegd in een verdrag, spreek je van internationale individuele aansprakelijkheid. 

7.4.3 Wat zijn de algemene beginselen van individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid? 

De beginselen van individueel strafrechtelijke aansprakelijkheid kun je vinden in het internationaal strafrecht. 

Een individu is alleen aansprakelijk als hij zelf een misdrijf begaat, opdracht geeft om een misdrijf te plegen of als hij bijstand biedt bij het plegen van een misdrijf. Bij een poging tot het begaan van een misdrijf kan een individu ook aansprakelijk gesteld worden. Bij het deelnemen aan een zogenoemde 'common purpose' of 'joint enterprise' kan elk individu aansprakelijk gesteld worden. Elke persoon kan aansprakelijk gesteld worden, zelfs staatshoofden. Zij kunnen echter wel van immuniteit genieten en daardoor niet vervolgd kunnen worden door een andere staat. 

Op grond van het beginsel nullum crimen sine lege kunnen individuen alleen aansprakelijk gesteld worden voor misdrijven die in het internationaal recht als misdrijf zijn bestempeld. Individuen worden aansprakelijk gesteld als er voldaan is aan de vereisten van een fysieke handeling (actus reus) en deze vergezeld gaat van een bepaalde geestesgesteldheid (mens rea), zoals opzet of nalatigheid. Een meerdere kan aansprakelijk gesteld worden als hij kennis had van het misdrijf of deze kennis had moeten hebben. Deze meerdere moet wel daadwerkelijk het gezag uitoefenen. 

In het internationaal recht hebben individuen ook recht op een aantal rechtvaardigingsgronden en schulduitsluitingsgronden. Zelfverdediging, dwang en dwaling zijn daar voorbeelden van. Een individu dat een handeling uitvoert volgens een bevel wordt niet ontheft van strafrechtelijke aansprakelijkheid omdat het om een bevel ging. 

7.4.4 Wat is de verhouding tussen de aansprakelijkheid van individuen en de aansprakelijkheid van staten? 

Een staat is alleen aansprakelijk voor het handelen van een individu, als het individu als staatsorgaan handelt. Als een staat aansprakelijk gesteld wordt, moet hij de schending ongedaan maken en rechtsherstel bieden. Een individu wordt in tegenstelling strafrechtelijk aansprakelijk gesteld. Alleen gelaedeerde staten kunnen de verantwoordelijke staat aansprakelijk stellen, individuen kunnen aansprakelijk gesteld worden door de gehele internationale gemeenschap. Staatsaansprakelijkheid verschilt in grote mate van het individueel strafrechtelijke aansprakelijkheid. Ze kunnen elkaar echter wel aanvullen. Misdrijven kunnen aan een staat en een individu worden toegerekend. Staatsaansprakelijkheid en individuele aansprakelijkheid hebben aanvullende functies. Wanneer beide aansprakelijk worden gesteld, wordt er gebruik gemaakt van alle functies. 

7.4.5 Kan een individu civielrechtelijk aansprakelijk gesteld worden? 

Het grensoverschrijdend handelen door sommige individuen kan leiden tot schade bij anderen. De slachtoffers hebben onvoldoende toegang tot schadevergoeding omdat het grensoverschrijdend gebeurt. Er bestaan verdragen die bepalen wie in zulke gevallen aansprakelijk is. Deze verdragen zijn privaatrechtelijk van aard, maar kunnen van belang zijn voor internationale publieke belangen. 

Tentamentips: 

  • Je moet goed begrijpen wat er in de artikelen staan van de ILC. Deze mag je gebruiken tijdens je tentamen en helpen je een eind op weg. De artikelen zijn soms onduidelijk, dus je moet goed leren wat de bedoeling achter een artikel is. 
  • Het is belangrijk om de verschillende aansprakelijkheidsrechten te onderscheiden. Voornamelijk individueel aansprakelijkheidsrecht. Je moet de voorwaarden weten wanneer een staat, internationale organisatie of individu aansprakelijk is. 
  • De verschillende vormen van rechtsherstel moet je weten en je moet weten wie recht hebben op rechtsherstel. 
  • Ken de bijbehorende jurisprudentie en alle schuingedrukte woorden! 

Image  Image  Image  Image

Access: 
Public

Image

Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Statistics
651