- 1. Het probleem
- 2. Subjectiviteit
- 3. Bewust en onbewust gedrag
- 4. Het theater van de geest
- 5. Aandacht en timing
- 6. De grote illusie
- 7. Het zelf
- 8. Theorieën over zelf
- 9. Vrije wil
- 10. De neurale processen van bewustzijn
- 11. De eenheid van bewustzijn
- 12. Beschadigde hersenen
- 13. Evolutie en bewustzijn
- 14. De functie van bewustzijn
- 15. Dierlijke geesten
- 16. Geesten en machines
- 17. Machines en bewustzijn
- 18. Bouwen van een bewuste machine
- 19. Onbewuste verwerking
- 20. Realiteit en verbeelding
- 21. Het paranormale
- 22. Drugs
- 23. Slaap, dromen en hypnose
- 24. Uitzonderlijke menselijke ervaringen
- 25. De blik van binnenuit
- 26. Meditatie
- 27. Wakker worden
1. Het probleem
Begrip | Definitie |
Behaviorisme | Het leerproces wordt verklaard door de verbinding van verschillende automatische reacties. Deze stroming benadrukt de mogelijkheid van conditionering om zo het gedrag te kunnen voorspellen en te sturen. |
Cognitieve psychologie | Deze wetenschap benadrukt de interne representaties en informatieverwerking. |
Duale aspecten theorie | Volgens deze theorie kan de mens verklaard worden in zowel mentale termen als fysieke termen. |
Dualistische theorieën | Volgens deze theorieën bestaat de wereld uit twee soorten materie. |
Epifenomenalisme | Volgens dit idee worden mentale toestanden veroorzaakt door fysieke gebeurtenissen, maar veroorzaken zelf niets. |
Fenomenologie | Hierbij wordt de nadruk gelegd op subjectieve ervaring zonder enige vooroordelen of gevolgtrekkingen. |
Functionalisme | Mentale toestanden hebben slechts een functionele rol. |
Idealisme | De wereld bestaat slechts uit mentale toestanden. |
Identiteitstheorie | Mentale toestanden zijn identiek aan fysieke toestanden. |
Interactionisme | Volgens deze theorie beïnvloeden mentale toestanden als denken en voelen de fysieke toestanden en hersenactiviteit. |
Introspectie | Dit is de observatie en de rapportering van de eigen subjectieve ervaringen in psychologische experimenten. |
Makkelijke problemen | Deze problemen gaan over het begrip van mentale processen en de bijbehorende neurale mechanismen. |
Materialisme | De wereld is slechts stoffelijk en causaal gesloten, de interactie tussen dingen en energie is een functie van natuurwetten. |
Moeilijke problemen | Deze problemen gaan over de vraag hoe fysieke processen in het brein leiden tot subjectieve ervaring. |
Monistische theorieën | Volgens deze theorieën bestaat de wereld slechts uit één soort materie. |
Onbewuste gevolgtrekking | Het idee dat bewuste ervaringen afhankelijk zijn van onbewuste verwerking van stimuli staat hierbij centraal. |
Panpsychisme | Volgens deze benadering hebben alle materiële zaken primitieve mentale kenmerken zoals een bewustzijn. |
Psychofysica | Deze wetenschap richt zich op de relaties tussen fysieke stimuli en sensaties. |
Stroom van bewustzijn | Volgens William James is dit een benaming voor de veranderende gedachten, gevoelens, beelden en ideeën. |
Substantie dualisme | Volgens deze benadering bestaat de wereld uit twee verschillende soorten materie: de uitgebreide materie zoals het lichaam en de denkende materie zoals de geest. |
2. Subjectiviteit
Begrip | Definitie |
Cognitief gesloten | Volgens McGinn is het brein van de mens niet in staat om het begrip bewustzijn te begrijpen. |
Fenomenaal bewustzijn | Dit type bewustzijn zorgt voor ervaring. |
Onnodig bewustzijn | Volgens dit idee is bewustzijn niet noodzakelijk voor gedrag. |
Qualia | Dit is de ruwe zintuiglijke informatie die zorgt voor een subjectieve ervaring die privé en onuitsprekelijk is. |
Subjectiviteit | Het geheel van percepties, ervaringen, verwachtingen, persoonlijke- en culturele overtuigingen van een persoon. |
Toegangsbewustzijn | Dit type bewustzijn zorgt voor redenering en het rationeel begeleiden van spraak en gedrag en bevat de cognitieve processen die betrokken zijn bij het rapporteren van ervaringen. |
3. Bewust en onbewust gedrag
Begrip | Definitie |
Bewust mentaal veld | Volgens Libet zorgt dit veld voor het ontstaan van subjectieve ervaringen als gevolg van fysieke activiteiten van zenuwcellen. Ook heeft dit veld het causaal vermogen om bepaalde neuronale functies te veranderen. |
Bewuste processen | Dit is een hersenproces dat traag, inspannend, gecontroleerd en flexibel is. Ook is het afhankelijk van het werkgeheugen, maar onafhankelijk van context. |
Dorsale stroom | Deze neurale stroom in het visuele systeem richt zich op de verwerking van motoriek en lokalisatie van objecten. |
Global Workspace Theorie (GWT) | Volgens deze theorie integreert het bewustzijn verschillende zintuiglijke informatie tot één idee, waarna er mogelijkheid is voor actie. Hierbij is aandacht belangrijk, de stimuli waar aandacht aan wordt geschonken komen in het bewustzijn terecht. |
Hogere-orde gedachtetheorie (HOT) | Volgens deze representationele theorie is een mentale toestand of perceptie bewust als de persoon een hogere orde gedachte heeft met betrekking tot die toestand of perceptie. |
Hogere-orde perceptietheorie (HOP) | Volgens deze representationele theorie is een mentale toestand bewust als die toestand wordt verwerkt op een quasi-perceptuele manier. |
Meervoudige realiseerbaarheid | Dit is het idee binnen het functionalisme en stelt dat dezelfde bewuste staat op verschillende manieren kan ontstaan, op voorwaarde dat dezelfde functies zijn uitgevoerd. |
Onbewuste processen | Dit is een hersenproces dat gekenmerkt wordt door snelheid, automatisme, inflexibiliteit, weinig inspanning en is afhankelijk van de context. |
Ventrale stroom | Deze neurale stroom in het visuele systeem richt zich op de verwerking van perceptie en de identificatie van objecten. |
4. Het theater van de geest
Begrip | Definitie |
Cartesiaans materialisme | Dit is de overtuiging dat er een centrale plek en tijd is in het brein waar neurale mechanismen bij elkaar komen en zo een bewuste ervaring produceren. |
Cartesiaans theater | Volgens Dennett is dit de benaming voor de plek in het brein waarin men bewustzijn ervaart van ideeën, beelden en gevoelens. |
Meerdere conceptentheorie | Volgens deze theorie van Dennett zijn mentale toestanden het gevolg van parallelle verwerkingsprocessen die zintuiglijke informatie interpreteren en uitwerken, dit alles onder voortdurende revisie. Volgens Dennett ontstaat er inhoud, worden gewijzigd, zorgen voor gedrag waarna ze geheugensporen achterlaten. Er is geen subjectieve ervaring. |
Neuronale toereikendheid | Dit is een theorie van Libet die stelt dat objecten of gebeurtenissen slechts bewust worden wanneer neuronen lang genoeg afvuren. |
Verbazingwekkende hypothese | Volgens Crick zijn de ideeën, gevoelens, herinneringen en identiteit van een persoon slechts het gevolg van een neuraal netwerk met de bijbehorende moleculen. |
5. Aandacht en timing
Begrip | Definitie |
Aandacht | Er is geen consensus over de definitie van dit begrip. Volgens William James is dit het vermogen om zich te concentreren op de ene stimulus, maar zicht te onthouden van een andere stimulus. Aandacht is dus net een filter die bepaalde stimuli toelaat in het bewustzijn om zo verwerkt te kunnen worden. |
Achteruit verwijzinghypothese | Volgens Libet worden zintuiglijke ervaringen terug verwezen naar de tijd waarop die ervaring daadwerkelijk plaatsvond. |
Craniocentrische coördinaten | Het beeld van de wereld blijft stabiel door de positie van het hoofd. |
Effecttheorie | Volgens deze theorie van James is aandacht het gevolg van activiteit van hersencellen. |
Halve seconde vertraging | Uit de experimenten van Libet blijkt dat er een halve seconde voortdurende neurale activiteit (als gevolg van de stimulatie van de sensomotorische cortex) nodig is om te kunnen spreken van bewustzijn. |
Onvrijwillige aandacht | Hiervan is sprake wanneer men snel reageert op een stimulus en zich daar achteraf bewust van is. De ogen richten zich hierbij op de stimulus die van belang is, zodat het beeld van de stimulus op de fovea terecht komt en men deze stimulus scherp kan zien. |
Oorzaaktheorie | Volgens deze theorie van James is aandacht als spirituele kracht de oorzaak van hersenactiviteit. |
Perceptuele pop-out | Dit is het fenomeen waarbij één bepaalde stimulus gepresenteerd wordt met verschillende andere stimuli. Wanneer het verschil erg duidelijk is, wordt de stimulus meteen opgemerkt door het visuele systeem. |
Phi fenomeen | Dit is het fenomeen waarbij twee lichtflitsen worden gezien als één lichtflits dat zich voortbeweegt. |
Premotor theorie | Rizzolatti stelt dat wanneer men de aandacht richt op een bepaalde plek in de omgeving, die persoon zichzelf voorbereidt om naar die plek te kijken. |
Retinocentrische coördinaten | Het beeld van de stimulus blijft stabiel op de retina. |
Smooth pursuit | Hierbij kunnen de ogen een bepaalde stimulus volgen en het beeld op dezelfde plek van de fovea laten staan. |
Subjectieve tijd verplaatsing | Uit de experimenten van Wundt bleek dat mensen fouten maakten bij het antwoord op de vraag welke gebeurtenis eerst plaatsvond. |
Time-on theorie | Volgens Libet kunnen onbewuste processen in het bewustzijn terecht komen door de duur van neurale activiteit te verhogen naar 500 milliseconden: de neurale toereikendheid is bereikt. |
Verborgen aandacht scanning | Het vermogen om de blik direct te richten op een object of plek en tegelijkertijd de aandacht op iets anders te richten. |
6. De grote illusie
Begrip | Definitie |
Amodale perceptie | Het fenomeen waarbij men uit gaat van hele objecten, hoewel niet alle onderdelen te zien zijn. |
Blinde vlek | Deze kleine plek bevindt zich in de retina en bevat geen lichtgevoelige receptoren. |
Change blindness | Dit is het onvermogen om veranderingen in de omgeving waar te nemen nadat er met de ogen is geknipperd. |
Illusie | Hoewel het object wel aanwezig is, is dit niet wat het lijkt te zijn. Er is een discrepantie tussen verschijning en realiteit. |
Inattentional blindness | Dit is het onvermogen om objecten of gebeurtenissen waar te nemen als men daar geen aandacht aan schenkt. |
Isomorfe invulling | Volgens dit idee vult het brein zelf alle details in van de omgeving, dit proces vindt plaats in de lagere niveaus van het visuele systeem. |
Nieuw scepticisme | Deze stroming beweert dat het brein een intern model van de wereld construeert en dat men daarom misleid kan worden bij de eigen ervaringen. |
Sensomotorische theorie | Volgens deze theorie kan een organisme zien als het de omgeving visueel manipuleert. Als er geen interactie is met de omgeving, dan kan men ook niets zien. |
Symbolische invulling | Het invullen van missende objecten uit de omgeving gebeurt in de hogere niveaus van het visuele systeem. |
7. Het zelf
Begrip | Definitie |
Bundeltheorieën | Een term bedacht door David Hume. Volgens deze theorieën bestaat er geen voortdurende zelf. |
Discursieve psychologie | Een onderzoeksveld met het principe dat de geest van ieder mens wordt gevormd door de gesprekken die hij of zij voert. |
Ego theorieën | Een term bedacht door Derek Parfit. Volgens deze theorieën bestaat er een voortdurende zelf dat ervaart, denkt, voelt en handelt. |
Mereologische drogreden | Dit is de neiging van neurowetenschappers om vaardigheden toe te kennen aan hersengebieden, hoewel deze vaardigheden toegeschreven moeten worden aan de gehele persoon. |
Zelf | Dit is het subject van ervaringen en bevat het vermogen om keuzes te maken, een unieke persoonlijkheid en wensen. |
8. Theorieën over zelf
Begrip | Definitie |
Autobiografische zelf | Antonio Damasio verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit deel bevat persoonlijke herinneringen. |
Core zelf | Antonio Damasio verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit deel bevat een tijdelijke entiteit die ontstaat bij elk object die met het brein communiceert. |
Materiële zelf | William James verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit is een onderdeel van het empirische zelf en bevat het lichaam, kleding, bezittingen, familie en vrienden. Ook bevat het concepten als ijdelheid en bescheidenheid. |
Phenomenal self model (PSM) | Volgens Thomas Metzinger is dit een coherent patroon van neurale activiteit dat het mogelijk maakt om delen van de wereld te integreren in één beeld van jezelf als een geheel. |
Proto zelf | Antonio Damasio verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit deel bevat een set van neurale netwerken die de toestand van een organisme op elk moment vaststelt. |
Sociale zelf | William James verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit is een onderdeel van het empirische zelf en bevat de reputatie en hoe de persoon wordt gezien door anderen. |
Spirituele zelf | William James verdeelt de zelf in verschillende delen. Dit is een onderdeel van het empirische zelf en bevat subjectieve ervaringen, mentale disposities, vaardigheden en morele principes. |
9. Vrije wil
Begrip | Definitie |
Determinisme | Volgens deze opvatting zijn alle gebeurtenissen een functie van natuurwetten, alle gebeurtenissen zijn onvermijdelijk en er bestaat geen vrije wil. |
Prioriteitsprincipe | Volgens Wegner worden effecten pas als vrijwillig ervaren wanneer de relevante gedachten voor die effecten plaatsvinden. |
10. De neurale processen van bewustzijn
Begrip | Definitie |
Amygdala | Deze hersenstructuur speelt een rol bij beloningen en emoties. |
Binoculaire rivaliteit | Wanneer er twee verschillende plaatjes worden gepresenteerd aan de ogen, worden de plaatjes niet samengevoegd tot één geheel maar de waarneming lijkt te wisselen tussen de twee plaatjes. |
Centraal zenuwstelsel | Dit bestaat uit het brein en ruggenmerg. |
Cerebellum | Dit is een hersenstructuur die verantwoordelijk is voor motorische functies. |
Coma | Hierbij zijn de ogen van de persoon gesloten en hij/zij reageert niet op aangeboden stimuli. |
Extended minders | Volgens Noë kan men het bewustzijn nooit begrijpen, omdat het bewustzijn niet plaatsvindt in het brein. Het bewustzijn bevat de geschiedenis van een persoon, de omgeving en de interacties tussen het brein en de wereld. |
Hersenstam | Deze hersenstructuur bevat de medulla, pons en de middenhersenen. Het controleert de hartslag, ademhaling en seksuele functies. Ook is het verantwoordelijk voor de slaapcyclus. |
Hippocampus | Deze hersenstructuur speelt een rol bij het vastleggen van lange termijn herinneringen. |
Hypothalamus | Deze hersenstructuur reguleert de bloeddruk, hartslag en seksuele activiteit. |
Locked-in syndroom | Hierbij zijn delen van de hersenstam beschadigd door een ongeluk, ziekte of beroerte. Een persoon met dit syndroom is verlamd, maar kan de ogen nog wel bewegen. |
Minimale bewustzijnsstaat (MCS) | Hierbij is er sprake van enige responsiviteit en een inconsistente mate van bewustzijn. |
Neurale correlaties van bewustzijn | De neurowetenschap richt zich hierbij op het vinden van correlaties tussen neurale activiteit en bewuste ervaringen. |
Persistente vegetatieve staat (PVS) | Deze toestand wordt beschreven als waakzaamheid zonder een bewustzijn. |
Pijn | Dit is een onplezierige zintuiglijke en emotionele ervaring die geassocieerd wordt met (vermoedelijke) beschadiging. |
11. De eenheid van bewustzijn
Begrip | Definitie |
Bindingsprobleem | Dit probleem gaat over de vraag hoe verschillende kenmerken van een object worden gecombineerd tot één geheel. |
Feature integration theory | Volgens Treisman worden kenmerken van objecten gecombineerd op basis van hun locatie in de ruimte. Aandacht is hierbij essentieel. |
Gamma oscillaties | Volgens Crick en Koch vuren grote aantallen neuronen gelijktijdig af op een 40-Hertz ritme als reactie op de perceptie van kenmerken van een object. |
Informatie integratie theorie | Volgens Edelman en Tononi komt het bewustzijn overeen met de capaciteit van een systeem om informatie te integreren. Deze theorie stelt dat een persoon in verschillende bewuste staten kan verkeren en dat deze staat een ondeelbaar geheel is. |
Macro bewustzijn | De eenwording van bewustzijn dat gepaard gaat met zelfbewustzijn kan slechts bereikt worden met taal. |
Micro bewustzijn | Volgens Zeki bestaat het visuele systeem uit een hiërarchie van gespecialiseerde en parallelle processen die inkomende informatie op verschillende tijdstippen waarnemen en verwerken. |
Multisensorische integratie | Dit begrip richt zich op de vraag hoe verschillende zintuiglijke informatie wordt gecombineerd tot één ervaring. |
12. Beschadigde hersenen
Begrip | Definitie |
Anosognosie | Mensen met deze ziekte zijn verlamd, maar ontkennen dit. |
Anterograde amnesie | Dit is het onvermogen om nieuwe herinneringen op te slaan in het lange termijn geheugen. Het werkgeheugen blijft intact. |
Blindzicht | Dit is het fenomeen waarbij mensen met schade in het visuele hersengebied V1 en daardoor blind zijn, toch stimuli en simpele kenmerken kunnen detecteren zonder daar bewust van te zijn. |
Retrograde amnesie | Dit is het verlies van herinneringen aan het verleden die opgeslagen zijn in het lange termijn geheugen. |
Unilateraal neglect | Mensen met deze ziekte negeren als het ware de helft van de omgeving als gevolg van schade in de contralaterale hemisfeer. |
13. Evolutie en bewustzijn
Begrip | Definitie |
Argument van ontwerp | Een bewering die suggereert dat mensen en andere organismen zo perfect zijn gebouwd en aangepast, dat deze organismen wel het resultaat moeten zijn van een ontwerp gemaakt door God. |
Natuurlijke selectie | Dit is een natuurlijk mechanisme dat ervoor zorgt dat organismen die het best aangepast zijn aan een bepaalde omgeving zullen overleven en zich voortplanten met als gevolg dat hun genen en kenmerken worden doorgegeven aan de volgende generaties. |
14. De functie van bewustzijn
Begrip | Definitie |
Memes | Dit zijn ideeën, vaardigheden, gewoonten en verhalen en andere informatie die van persoon tot persoon wordt doorgegeven. |
Memetics theorie | Mensen hercombineren, kopiëren en zorgen voor de opslag van memes en is dus een evolutionair systeem. |
Universeel darwinisme | Het bestaan van andere evolutionaire systemen die op basis van variatie, selectie en erfelijkheid functioneren. |
15. Dierlijke geesten
Begrip | Definitie |
Taalgebruik | Het vermogen om arbitraire symbolen te combineren op een oneindig aantal manieren onder bepaalde grammaticale voorwaarden zodat er betekenis aan kan worden verleend. |
Theory of mind | Dit is de kennis over hoe psychologische processen als wensen en intenties werken en hoe deze het gedrag beïnvloeden. |
16. Geesten en machines
Begrip | Definitie |
Belichaamde cognitie | De geest kan slechts worden gecreëerd door interactie met de wereld. |
Computationele theorie van de geest | Volgens deze theorie is het brein een digitale computer met de geest als een computerprogramma. |
Good Old-Fashioned Artificial Intelligence (GOFAI) | Dit zijn programma’s die ervoor zorgen dat een machine informatie verwerkt aan de hand van algoritmen en expliciet vastgestelde regels. |
Kunstmatig neurale netwerken (ANN) | Deze netwerken worden getraind om de juiste respons te geven door verschillende stimuli aan te bieden, waarna het programma ‘leert’ om onderscheid te maken. |
Regel-en-symbool AI | De benadering van machines om symbolen te manipuleren volgens formeel vastgestelde regels. |
Sterke AI | Volgens Searle is dit een versie van de computationele theorie van de geest. In het bezit zijn van een geest betekent slechts het uitvoeren van het juiste programma. |
Subsumptie architectuur | Een machine kan uit verschillende lagen bestaan die elk simpele taken uitvoeren als reactie op stimuli. Ook kan de ene laag de ander inhiberen of activeren. |
Zwakke AI | Volgens Searle is dit een versie van de computationele theorie van de geest. Computers kunnen bewustzijn en mentale processen als denken en besluiten simuleren. |
17. Machines en bewustzijn
Begrip | Definitie |
Objectieve reductie | Volgens Penrose is dit een proces waarin verschillende dingen kunnen worden geassocieerd met elkaar zodat er sprake is van kwantum coherentie. |
Onvolledigheidstelling | Volgens Gödel kunnen in elk logisch systeem beweringen worden geformuleerd die noch bewezen noch weerlegd kunnen worden. |
18. Bouwen van een bewuste machine
Begrip | Definitie |
Functionele verbeelding | Het vermogen om informatie te manipuleren die niet direct beschikbaar is voor sensoren. |
Virtuele machine functionalisme (VMF) | Volgens Sloman en Chrisley is de geest een virtuele machine dat informatie verwerkt. |
19. Onbewuste verwerking
Begrip | Definitie |
Bronamnesie | Hierbij geloven mensen onterecht dat zij zelf een idee hebben bedacht, terwijl ze dit (vaak onbewust) hebben overgenomen van iemand anders. |
Intuïtie | Het vermogen om beslissingen te nemen zonder expliciete verwerking of rationeel redeneren. |
Karaktertrek overdracht | Beschrijvingen van kenmerken van een persoon worden gerelateerd aan de persoon die de beschrijving gaf. |
Objectieve drempel | Volgens Cheesman en Merikle is dit het detectieniveau waarin perceptuele informatie net zo vaak wordt onderscheiden als bij toeval. |
Signaal detectie theorie | De detectie van signalen is volgens deze theorie afhankelijk van de sensitiviteit van de zintuigen van een persoon en het responscriterium. |
Subjectieve drempel | Volgens Cheesman en Merikle is dit het detectieniveau waarin perceptuele informatie niet vaker wordt onderscheiden dan bij toeval. |
20. Realiteit en verbeelding
Begrip | Definitie |
Hallucinaties | Dit zijn interne perceptuele ervaringen in de afwezigheid van een externe stimulus. |
Hypnagogische beelden | Dit zijn hallucinaties die voorkomen voor het slapen gaan, als de zintuiglijke input is verminderd. |
Hypnopompische beelden | Dit zijn hallucinaties die voorkomen gedurende de waak. |
Perceptuele vrijlating theorie | Volgens Jackson worden herinneringen en gegenereerde beelden vrijgelaten wanneer inkomende stimuli afwezig zijn. |
21. Het paranormale
Begrip | Definitie |
Achteruitgangeffect | Een afname in scores gedurende een experiment of sessie. |
Clairvoyance | Dit is de overdracht van gelijktijdige en verborgen informatie tussen individuen. |
Extrasensorische perceptie | Dit begrip bevat drie typen communicatie die plaatsvinden zonder het gebruik van de zintuigen: clairvoyance, telepathie en voorkennis. |
Parapsychologie | De wetenschappelijke studie naar de aard en potentie van het bewustzijn en de geest. |
Psi | Dit is een algemene term voor alle soorten paranormale fenomenen en het onderliggend mechanisme. |
Psi gebrek | Personen scoren hierbij lager dan op basis van toeval wordt verwacht. |
Psi gemedieerde experimentator effect | De verwachting en motivatie van de onderzoeker beïnvloeden de uitkomst van een psi gerelateerd experiment. |
Psychokinese | Dit is het vermogen om objecten of gebeurtenissen te manipuleren zonder ze aan te raken of een andere gewone kracht te gebruiken. |
Sheep-goat effect | Mensen die geloven in psi scoren hoger dan mensen die daar niet in geloven. |
Telepathie | Dit is de overdracht van informatie over gedachten of gevoelens tussen individuen via andere middelen dan de zintuigen. |
Voorkennis | Waarneming van plaatsen of gebeurtenissen voordat ze daadwerkelijk gebeuren. Men kan als het ware in de toekomst kijken. |
22. Drugs
Begrip | Definitie |
Psychoactieve drugs | Deze drugs hebben invloed op het mentaal functioneren en het bewustzijn en bestaan uit verschillende categorieën: stimulanten, depressanten, narcotica, antipsychotica, antidepressiva, anaesthetica, psychedelica, cannabis en grote psychedelica. |
23. Slaap, dromen en hypnose
Begrip | Definitie |
Cassette theorie van dromen | Volgens Dennett slaan de hersenen potentiële dromen op en wanneer men uit de REM slaap ontwaakt, wordt het cassettebandje afgespeeld en lijkt het net alsof men heeft gedroomd. |
Lucide droom | Een droom waarin de persoon die droom weet dat hij/zij aan het dromen is. |
Niet-REM slaap | Dit is een rustige en diepe slaap die wordt gekenmerkt door afwezigheid van motorische activiteit of oogbewegingen, langzame hersengolven, een rustige ademhaling en een rustige hartslag. |
REM slaap | Dit is een actieve slaap die wordt gekenmerkt door snelle oogbewegingen onder gesloten oogleden. Ook wordt deze slaap geassocieerd met dromen. |
Retro-selectieve theorie | Volgens deze theorie zijn potentiële dromen gegenereerd door actieve hersenprocessen, wanneer men ontwaakt uit de REM slaap maakt hij/zij een verhaal door één van de potentiële dromen te selecteren. |
Vals ontwaken | In dit geval droom men dat hij/zij wakker is geworden. |
24. Uitzonderlijke menselijke ervaringen
Begrip | Definitie |
Astrale projectie | Dit is een ervaring waarbij het bewustzijn het astrale lichaam verlaat. |
Autoscopie | Dit betekent dat men een dubbelganger waarneemt vanuit het eigen lichaam. |
Bijna dood ervaringen (NDE) | Dit zijn ervaringen met de volgende consistente componenten: een tunnel, een OBE, een wit of gouden licht, positieve en liefhebbende emoties, beelden van een andere wereld, ontmoetingen met anderen, een terugblik op het leven en het besluit om terug te keren. |
Hiernamaals hypothese | Deze hypothese tracht de NDE te verklaren en stelt dat er een geest bestaat die het lichaam kan verlaten en die de dood overstijgt. |
Out-of-body ervaring (OBE) | Dit is een ervaring waarin een persoon de wereld lijkt waar te nemen vanuit een andere locatie dan het lichaam. Er zijn twee soorten: parasomatisch en asomatisch. Bij een parasomatisch OBE is er sprake van een tweede lichaam buiten het eigen lichaam. Bij een asomatisch OBE heeft iemand alleen een gevoel dat hij/zij een bewustzijn heeft, maar zit niet in zijn eigen lichaam. |
Stervend brein hypothese | Volgens deze hypothese kunnen factoren als stress, angst en zuurstoftekort ongecontroleerde hersenactiviteit veroorzaken. Het gevolg hiervan is NDE. |
Uitzonderlijke menselijke ervaring (EHE) | Dit is een categorie van ervaringen dat verschilt van het gewoonlijke besef van een bewustzijn of zelf dat zich binnen het lichaam bevindt. |
25. De blik van binnenuit
Begrip | Definitie |
Derde persoon data | Deze informatie gaat over hersenprocessen, gedragingen en wat andere mensen zeggen. |
Eerste persoon data | Deze informatie gaat over de subjectieve ervaringen van de persoon zelf. |
Eidetische reductie | Volgens Husserl is dit een manier om fundamentele kenmerken van subjectieve ervaringen vast te leggen. |
Epoche | Volgens Husserl is dit het proces waarin mensen hun aangeleerde ideeën en overtuigingen uit hun hoofd zetten. |
Fenomenologie | Dit is een filosofische stroming die betrekking heeft op de innerlijke wereld die mensen beleven. |
Fenomenologische methoden | Deze methoden hebben betrekking op manieren om subjectieve ervaringen systematisch te onderzoeken. |
Fundamentele theorie van bewustzijn | Chalmers stelt dat er verbindingen tussen eerste persoon data en derde persoon data moeten worden vastgesteld. |
Heterofenomenologie | Dit gaat over het bestuderen van subjectieve ervaringen van andere mensen. |
Intentionele houding | Dit betekent dat we een subject zien als een rationeel wezen met eigen overtuigingen, een wil en verlangens. |
26. Meditatie
Begrip | Definitie |
Concentratie meditatie | Een vorm van meditatie waarbij men zich richt op de eigen ademhaling. |
Keuzeloos besef | Hierbij wordt er evenveel aandacht gegeven aan alle stimuli die worden waargenomen. |
Maharishi effect | Dit houdt in dat als voldoende mensen samen op dezelfde plaats mediteren, dat hun gecombineerde bewustzijn ervoor kan zorgen dat mensen in die omgeving vredig leven. |
Mantra’s | Dit zijn woorden, zinnen of geluiden die worden herhaald. |
Meditatie | Hierbij wordt niet nagedacht, maar heeft men wel aandacht. |
Open meditatie | Men is hierbij bewust van stimuli in de omgeving, maar reageert hier niet op. |
Siddhis | Dit is een benaming voor bovennatuurlijke krachten. |
Transcendentale meditatie (TM) | Dit is een meditatievorm die samen gaat met diepe ontspanning, het verdwijnen van stress, een verbetering van de gezondheid, creativiteit en geluk. |
27. Wakker worden
Begrip | Definitie |
Annatta | Volgens het Boeddhisme is de zelf geconditioneerd en tijdelijk. |
Geconditioneerd ontstaan | Volgens Boeddha is alles relatief en van elkaar afhankelijk. |
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
4370 | 1 |
Add new contribution