Inleiding Europees Recht - Recht - UL - B1 - Oefenbundel
- 3031 reads
Welk van de volgende taken behoort niet tot de bevoegdheden van de Commissie?
Wat voor soort bevoegdheid heeft de Unie op het gebied van de interne markt?
Welke stelling met betrekking tot het beroep tot nietigverklaring onder artikel 263 VWEU klopt niet?
Het EHRM verklaarde het verzoekschrift in de zaak Franklin-Beentjes (nr 28167/07) niet-onvankelijk op de volgende grond:
De EU heeft een richtlijn aangenomen die, ten doelen de consument te beschermen, voorschrijft dat lidstaten verplicht zijn om een speciale verpakking te introduceren voor voedingsmiddelen die op biologische wijze geproduceerd zijn. De vereisten voor biologische productie zoals opgelegd in de richtlijn zijn streng.
België gelooft dat nationale voedselautoriteiten dergelijke aspecten van consumentenbescherming beter kunnen regelen. Ook vindt het land een speciale verpakking onnodig duur en milieuvervuilend – een sticker zou hetzelfde werk kunnen doen.
Welk argument kan België aanvoeren bij een verzoek tot nietigverklaring van de richtlijn?
In februari 2015 voerde Portugal ter uitvoering van een EU-richtlijn nieuwe asielwetgeving in. De richtlijn bepaalt dat asielaanvragen binnen een redelijke termijn dienen te worden afgehandeld. Portugal denkt het efficiënt aan te pakken en op de grond van de nieuwe wet kunnen asielaanvragen binnen 1 dag definitief beslist worden en kunnen asielzoekers, inclusief gezinnen, bij afwijzing van het asielverzoek direct op straat komen te staan.
De verenigbaarheid van deze Portugese wet met de grondrechten zoals neergelegd in het EU grondrechtenhandvest, in het bijzonder artikelen 3, 7 en 47, baart de Commissie zorgen.
Welke mogelijkheden heeft de Europese Commissie om op te treden tegen Portugal?
Wat moet de nationale rechter op grond van EU-recht doen als een bepaling van de nationale grondwet in strijd komt met een regel van secundair Europees recht?
Hoe moet een rechtspersoon die is vastgesteld door de Raad zonder enige deelname van het Europees Parlement worden gekwalificeerd?
De Europese bankenrichtlijn (2014/59/EU) moest op 31 december 2014 zijn omgezet door de lidstaten in nationaal recht. Nederland heeft de Commissie niet geïnformeerd over de wijze waarop de richtlijn is omgezet in nationale wetgeving. Wat kan de Commissie in dat geval doen?
Volgens de zogeheten 'gele kaart-procedure' kunnen de nationale parlementen toezien op de naleving van het subsidiariteitsbeginsel.
In welk jaar is het Verenigd Koninkrijk toegetreden tot de Europese Gemeenschappen?
In het akkoord dat het VK en de EU op 19 februari 2016 sloten, is een verklaring vastgelegd over de interpretatie van een zinsnede uit de Preambule van het VEU. Welke zinsnede betreft het hier?
Om een nieuwe eurocrisis voor te zijn introduceert de Commissie op basis van artikel 121 lid 6 VWEU, en gebruikmakend van de gewone wetgevingsprocedure, een wetgevingsvoorstel dat alle lidstaten verplicht om hun begrotingen door te laten rekenen door onafhankelijke planbureaus voordat ze aan de nationale parlementen voorgelegd worden. Het voorstel bevindt zich inmiddels in de derde lezing.
Welke stelling is correct?
Welke uitspraak over het arrest Faccini Dori (zaak C-91/92) klopt?
Het Associatieakkoord tussen Oekraine en de EU is een gemengd akkoord. Dit wil zeggen dat:
Welke stelling over het oordeel van het EU HvJ in het arrest Digital Rights Ireland Ltd. (Gevoegde zaken C-293/12 en C-594/12) over de Dataretentierichtlijn 2006/24/EG klopt niet?
Een vernederende behandeling of bestraffing in de zin van artikel 3 AVRM kan nooit worden gerechtvaardigd.
Waarom was het Verdrag van Maastricht onder anderen belangrijk voor de Europese Unie?
De bepalingen uit het Handvest van Grondrechten van de EU kunnen worden ingeroepen tegen de staat wanneer deze een richtlijn omzet in nationaal recht.
Richtlijn 2011/68 geeft maximumnormen voor lawaaioverlast op de werkplaats ter bescherming van de werknemers. Judith werkt sinds enige jaren in een dierenasiel waar het geluid soms behoorlijk kan zijn. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat zij gehoorschade heeft opgelopen door langdurige blootstelling aan extreem lawaai. Ze wil de eigenaresse van het asiel in gebreke stellen wegens schending van de EU lawaairichtlijn. Nederland blijkt de richtlijn echter nog niet geïmplementeerd te hebben, ook al is de termijn reeds een jaar verstreken.
Welke uitspraak met betrekking tot staatsaansprakelijkheid klopt niet?
Welke van de volgende stellingen over rechtstreekse werking klopt?
Men vermoedt dat de Bank of Syria ISIS financieel ondersteunt. Richtlijn 2013/160/EU, aangenomen op basis van artikel 215 lid 2 VWEU, verplicht lidstaten om aanvullende strafrechtelijke maatregelen te nemen jegens partijen die ervan verdacht worden terrorisme te financieren.
Duitsland bevriest onder anderen tegoeden van Bank of Syria wiens hoofdzetel in Frankfurt is. De bank besluit daarop deze bevriezing via de rechter aan te vechten. Volgens de Bank of Syria zou de Unie de bevoegdheden dit soort maatregelen op te leggen niet mogen hebben en is artikel 215 VWEU ongeldig.
Wat kan de nationale rechter hier doen?
Het EU HvJ kan optreden als geschillenbeslechter bij een geschil tussen 2 particulieren. Wanneer zij de nationale rechtsmiddelen uitgeput hebben, kunnen deze particulieren zich in laatste instantie tot het Hof wenden.
Welke van de onderstaande stellingen over secundair EU-recht is kloppend?
Welke Europese instellingen zijn betrokken bij de totstandkoming van Europese wetgeving?
Welke van de volgende stellingen betreffende conforme interpretatie is incorrect?
Wat zegt Cuyvers in zijn tekst over soevereiniteit met betrekking tot de verhouding tussen de EU en soevereiniteit?
Vanwege het zika-virus stelt de Commissie de volgende wetgeving voor: een verbod op bloeddonatie gedurende minimaal twee maanden na reizen buiten Europa. Vanwege de urgentie van de kwestie heeft zij geopteerd voor een verordening.
Welke zinsnede betreffende de juridische aspecten klopt niet?
In het arrest Pfeiffer (Gevoegde zaken C-397/01 tot C-403/01), in paragraaf 118, overwoog het EU Hof van Justitie het volgende:
In casu vereist het beginsel van …............... dus dat de verwijzende rechter, door het gehele nationale recht in beschouwing te nemen, binnen zijn bevoegdheid al het mogelijke doet om de volle werking van richtlijn 93/104 te verzekeren, teneinde overschrijding van de bij artikel 6, punt 2, daarvan vastgestelde maximale wekelijkse arbeidstijd te voorkomen.
Welk beginsel moet op de lege plek worden ingevuld?
Waaraan herken je een rechtsbasis in het EU-recht?
De Vlaamse Jordina Verstraaten heeft zich bekeerd tot de Islam en draagt sinds 2012 een burqa. In Belgie wordt in oktober 2014 een wet ingevoerd die het dragen van een burqa in het openbaar verbiedt. In december van datzelfde jaar krijgt Jorinda op grond van voorgenoemde wetgeving een boete van 400 euro. Ze stelt dat dit een schending is van haar recht op godsdienstvrijheid (art 9 ERVM) en gaat in bezwaar en vervolgens in beroep tegen de boete.
De nationale rechter is het echter niet met haar eens. Ook het Grondwettelijk Hof wijst in september 2015 haar claim af. In januari 2016 dien ze daarom een verzoekschrift in bij het EHRM.
Welke stelling over de ontvankelijkheid van haar verzoekschrift is juist?
Stel dat bovengenoemd verzoekschrift ontvankelijk wordt verklaard. Welke stelling over de door het EHRM toe te passen toets bij beoordeling van de klacht van Jorinda onder artikel 9 EVRM klopt niet?
Welke stelling over verordeningen en besluiten in het EU-recht klopt?
In het arrest Sturgeon (Gevoegde zaken C-402/07 en C-432/07) heeft het EU HvJ gebruikgemaakt van het gelijkheidsbeginsel om ook de passagiers van vertraagde vluchten een recht op vergoeding toe te kennen. Is deze stelling kloppend of niet kloppend?
Wat was het oordeel van het EU HvJ in het arrest Bewaring van Gegevens (C-301/06) over de Dataretentierichtlijn (2006/24/EG)?
Welke van de volgende uitspraken over rechtstreekse werking en conforme interpretatie in het EU-recht klopt?
Het EU Hof van Justitie was de drijvende kracht achter het Europese integratieproces van de jaren 60 tot de jaren 80, toen het politieke integratieproces tussen de lidstaten bijna helemaal stil kwam te liggen. De bijdrage van het Hof aan het integratieproces bestond onder meer uit...
Het EU Grondrechten-handvest heeft sinds het Verdrag van Lissabon de status van primair recht en het EU HvJ mag daarmee in zijn rechtspraak niet langer naar het EVRM verwijzen.
De Commissie kan, wanneer zij van oordeel is dat een lidstaat haar verplichtingen niet nakomt:
De Europese Raad bepaalt de algemene politieke beleidslijnen en prioriteiten en oefent daarnaast ook een wetgevingstaak uit binnen de Raadsformatie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid.
In december 2014 neemt de Raad van het Europees Parlement Richtlijn 2014/99/EU aan op grond van artikel 114. Deze Richtlijn bepaalt in artikel 5 dat lidstaten creditcardbetalingen met een bedrag boven de 2500 euro dienen te registreren. De betalingen moeten geregistreerd worden in een database die toegankelijk is voor opsporingsbeambten, met het idee dat deze maatregel de financiering van terrorisme en zware criminaliteit zou kunnen helpen bestrijden.
Op 1 juni 2015 moet de richtlijn zijn omgezet. Op 1 april treedt in ons landje de Wet op de Financiële Transacties in werking, waarin de richtlijn geïmplementeerd is. Er wordt in de richtlijn geen onderscheid gemaakt tussen soorten transacties (bijvoorbeeld medische kosten), en dus gebeurt dit in de wet ook niet en zijn er geen uitzonderingen opgenomen.
Jan Versteen is werkzaam bij de Haagse opsporingsdienst. Al sinds 2005 loopt hij bij een online psychiater die op zijn zachtst gezegd niet goedkoop is. Hij betaalt ervoor met zijn creditcard. Zijn baas raadpleegt eind 2015 de database in de hoop wat meer te weten te komen over de financiële transacties van de agenten op die specifieke afdeling. Hij ontdekt dat Jan al jaren bij een psychiater loopt en besluit hem naar aanleiding van deze ontdekking te ontslaan. Per november is Jan werkloos.
Jan is niet blij en stelt dat de raadpleging van de database door zijn baas, welk leidde tot het ontslag, in strijd is met het recht op respect voor privéleven (art 7 EU grondrechtenhandvest en art 8 EVRM). Hij begint een zaak tegen de voormalig werkgever. In april 2016 komt er een hoorzitting bij het Gerechtshof in Den Haag. Jan vraagt zich af of er mogelijkheden zijn de zaak door de EU rechter te laten beoordelen. Naar zijn idee is de richtlijn namelijk in strijd met de grondrechten zoals ze beschermd zijn binnen het EU-recht.
Bekijk de volgende vragen. Let op: het is niet nodig om in te gaan op de materiële aspecten van deze zaak.
a. Geeft het EU-recht een mogelijkheid om de geldigheid van de richtlijn in het kader van de nationale procedure van Jan tegen zijn baas te laten toetsen aan grondrechten? Licht toe (4 punten).
b. Kan Jan zich ook direct tot het EU HvJ richten om de richtlijn aan te vechten wegens onverenigbaarheid met de grondrechten? Geef aan waarom wel / niet (6 punten).
D
C
B
D
B
A
A
D
B
A
B
B
B
C
A
D
A
C
A
B
A
C
B
B
D
B
D
B
C
A
D
A
B
A
A
A
A
B
B
B
a.
Op grond van art. 267 VWEU is het EU Hof van Justitie bevoegd bij wijze van prejudiciële beslissing een uitspraak te doen over de geldigheid van handelingen van de instellingen. Omdat het EU Grondrechtenhandvest de status van de Verdragen (art. 6 lid 1 VEU) en dus tot het primaire EU-recht behoort, kan het EU Hof van Justitie geldigheid van de richtlijn (secundair recht) beoordelen in het licht van het EU Grondrechtenhandvest.
Alleen het EU Hof van Justitie mag secundair EU-recht ongeldig verklaren. Indien een rechter twijfels zet bij de geldigheid van een EU-rechtshandeling, dan móet hij verwijzen naar HvJEU. De
nationale rechter mag wel geldigheid van de EU-rechtshandeling aannemen. In andere woorden: een nationale rechter mag een EU-rechtshandeling wel bevestigen, maar niet aantasten (zie ook Eijsbouts e.a. 2015, p. 369-371).
Het Gerechtshof Den Haag dient dus een prejudiciële vraag te stellen indien hij twijfelt over de geldigheid van de richtlijn. Bij vragen over geldigheid gaat de CILFIT doctrine – die voorziet in uitzonderingen voor hoogste rechters op de plicht om prejudiciële vragen over de uitlegging van de Verdragen en secundair EU-recht te verwijzen (acte clair en acte éclairé) – niet op.
b.
Hier wordt gevraagd naar een directe actie van Jan bij het EU HvJ waarmee hij de
verenigbaarheid van Richtlijn 2014/999/EU met grondrechten zou kunnen aanvechten. Er moet dus
onderzocht worden of hij een beroep tot nietigverklaring van de richtlijn kan instellen bij
het EU Hof van Justitie op grond van artikel 263 VWEU, in het bijzonder de vierde alinea.
Het toe te passen toetsingsschema bestaat uit de volgende stappen:
Richt het beroep van Jan zich tegen een EU-rechtshandeling (art. 263 eerste alinea VWEU)?Antwoord: ja, het gaat hier om een EU-richtlijn (Richtlijn 2014/999/EU).
(bonus) Op welke grond(en) kan Jan een eventueel beroep instellen (art. 263 tweede alinea VWEU)?
Antwoord: ‘schending van de Verdragen’ waartoe ook het Handvest gerekend wordt, dat immers ex art. 6 lid 1 VEU dezelfde juridische waarde als de Verdragen heeft.
Toets art. 263 VWEU vierde alinea:
Is Jan een natuurlijk persoon of rechtspersoon? Ja, hij is een natuurlijk persoon.
Is de richtlijn tot Jan gericht (is Jan adressaat van de richtlijn)?
Nee, de richtlijn is niet tot hem gericht. Hij is geen adressaat van de richtlijn.
Raakt de richtlijn Jan rechtstreeks en individueel?
Rechtstreeks ja, want: De richtlijn heeft gevolgen voor de rechtspositie van Jan - zijn creditcardbetalingen boven de 2.500 euro worden immers geregistreerd in een nationale database die toegankelijk is voor opsporingsambtenaren.
Individueel nee, want: Op grond van het Plaumann-arrest betekent individueel geraakt dat de particulier wordt geraakt uit hoofde van een bijzondere hoedanigheid die hem ten opzichte van ieder ander karakteriseert en derhalve individualiseert op soortgelijke wijze als een adressaat. De particulier moet dus behoren tot een gesloten groep. Jan behoort niet tot een gesloten groep, hij wordt niet geraakt op soortgelijke wijze als een adressaat, want de groep van personen wiens creditcardbetalingen op boven de 2.500 euro worden geregistreerd in een nationale database is geen gesloten groep.
Is er sprake van een regelgevingshandeling, die Jan rechtstreeks raakt en geen uitvoeringsmaatregelen met zich brengt?
Nee. Volgens het Inuit-arrest zijn ‘regelgevingshandelingen’, handelingen van algemene strekking met uitsluiting van wetgevingshandelingen. Om te beoordelen of iets een ‘wetgevingshandeling’ is, is een formeel criterium, vastgelegd in art. 289 lid 3 VWEU. Onderzocht moet worden of het Europees Parlement betrokken is geweest bij het aannemen van de rechtshandeling. Hieraan is in casu niet voldaan omdat de richtlijn is aangenomen op grond van art. 114 VWEU en daarmee een wetgevingshandeling is. Bovendien vraagt deze richtlijn om uitvoeringsmaatregelen door de lidstaten.
Hoewel Jan rechtstreeks geraakt wordt door de richtlijn (zie hierboven) is hij dus evenmin op deze grond ontvankelijk.
Dient Jan zijn beroep tot nietigverklaring binnen de termijn van twee maanden van art. 263 zesde alinea VWEU in?
Nee, de richtlijn is al in december 2014 aangenomen en moest reeds in juni 2015 zijn geïmplementeerd. Het is dus zeker dat deze al meer dan twee maanden voor april 2016 bekend is gemaakt door middel van publicatie in het Publicatieblad. Aan de beroepstermijn is dus ook niet voldaan in deze zaak.
Conclusie: Jan kan geen direct beroep tot nietigverklaring van de bij het Hof van Justitie instellen. Zijn beroep is niet-ontvankelijk.
N.B.
De vraag ziet niet op de procedure voor het EHRM en evenmin op indirecte acties bij het EU Hof van Justitie
Er worden alleen punten toegekend voor het daadwerkelijk toepassen van bovengenoemde criteria. Het enkel citeren van onderdelen van de relevante wetsbepaling levert geen punten op.
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Wat voegde Simmenthal toe inzake de voorrang van EU recht ten opzichte van Costa v. E.N.E.L.?
De gemeente Weesp heeft de aanvraag van Antonio en Anneke voor vergoeding van kinderopvang afgewezen. Antonio stelt beroep in tegen dit besluit bij de rechtbank Leeuwarden. Hij voert aan dat hij op basis van artikel 14 VWEU recht heeft op toegang tot een “dienst van algemeen economisch belang.” De rechtbank weet niet zeker of kinderopvang een dienst van algemeen economisch belang is en wijst de vordering van Antonio af. In hoger beroep bij de Raad van State voert Antonio aan dat het Spaanse Hooggerechtshof heeft bepaald dat kinderopvang een dienst van algemeen economisch belang is. De gemeente Weesp voert echter aan dat zowel de Franse Court de Cassation als de Belgische Raad van State bepaald hebben dat kinderopvang geen dienst van algemeen economisch belang is en dat Artikel 14 überhaupt geen rechtstreekste werking heeft. Is de Nederlandse Raad van State verplicht een prejudiciële vraag te stellen over de uitleg van Artikel 14 VWEU?
Welke van
.....read moreWelk van de volgende taken behoort niet tot de bevoegdheden van de Commissie?
Wat voor soort bevoegdheid heeft de Unie op het gebied van de interne markt?
Welke stelling met betrekking tot het beroep tot nietigverklaring onder artikel 263 VWEU klopt niet?
Het EHRM verklaarde het verzoekschrift in de zaak Franklin-Beentjes (nr 28167/07) niet-onvankelijk op de volgende grond:
De EU heeft een richtlijn aangenomen die, ten doelen de consument te beschermen, voorschrijft dat lidstaten verplicht zijn om een speciale verpakking te introduceren voor voedingsmiddelen die op biologische wijze geproduceerd zijn. De vereisten voor biologische productie zoals opgelegd in de richtlijn zijn streng.
België gelooft dat nationale voedselautoriteiten dergelijke aspecten van consumentenbescherming beter kunnen regelen. Ook vindt het land een speciale verpakking onnodig duur en milieuvervuilend – een sticker zou hetzelfde werk kunnen doen.
Welk argument kan België aanvoeren bij een verzoek tot nietigverklaring van de richtlijn?
In februari 2015 voerde Portugal ter uitvoering van een EU-richtlijn nieuwe asielwetgeving in. De richtlijn bepaalt dat asielaanvragen binnen een redelijke termijn dienen te worden afgehandeld. Portugal denkt het efficiënt aan te pakken
.....read moreWaartoe leidt een succesvol beroep tot nietigverklaring onder artikel 263 VWEU?
Geef aan welke stelling juist is.
Wat is waar met betrekking tot verordeningen?
Het EVRM biedt een Europees minimumniveau van mensenrechtenbescherming. Partijen hebben de vrijheid om een hoger beschermingsniveau te bieden.
Ook als er vandaag nog geen belemmeringen merkbaar zijn kan artikel 114 VWEU een rechtsbasis vormen voor maatregelen die toekomstige belemmeringen van het vrij verkeer binnen de interne markt voorkomen,.
Als een EU-lidstaat een van de rechten in het Handvest van Grondrechten van de Europese Unie overtreedt dan kan een beroep gedaan worden op:
Op grond van het EVRM bestaat een mogelijkheid voor derden om tussenbeide te komen bij een zaak. Welke stelling met betrekking tot deze derden is juist?
Wanneer mag een nationale rechter een prejudiciële vraag stellen aan het Hof van Justitie?
Wat oordeelde het HvJ EU in het Tabaksreclame-arrest (C-376/98)?
Wat moet er gebeuren met beroepen op staatsaansprakelijkheid voor schending van het EU-recht door een lidstaat?
Het Hof erkende in het arrest Defrenne (C-43/75) dat richtlijnen horizontale rechtstreekse werking kunnen hebben.
Als een richtlijn rechtstreekse werking heeft…
Als gevolg van het arrest Marleasing (C- 106/89 Marleasing SA tegen La Comercial Internacional de Alimentacion SA)
Als gevolg van het arrest Plaumann (Case 25/62 Plaumann & Co. tegen Commissie van de Europese Economische Gemeenschap) …
Op grond van artikel 267 VWEU…
Wanneer het EHRM oordeelt over de ontvankelijkheid van een klacht, gebeurt doormiddel van…
Op wie is het EVRM van toepassing?
Sinds het Verdrag van Lissabon heeft het Handvest de status van primair Unierecht gekregen.
Wat is het hoofddoel van het Europees Stelsel van Centrale Banken?
Het Bierarrest (C-178/84 Commissie v Duitsland) geeft een goed voorbeeld van hoe het HvJ EU gebruikt maakt van positieve integratie ten behoeve van de interne markt.
In het arrest C-345/95 Frankrijk t, Europees Parlement erkende het HvJ EU dat lidstaten de bevoegdheid hebben om de zetel van de instellingen, ook die van het Europees Parlement, vast te stellen.
Stelling I: Een individuele Eurocommissaris (lid van de Europese Commissie) kan door het Europees Parlement gedwongen worden om op te stappen.
Stelling II: Per 1 januari 2016 zal Nederland voorzitter zijn van de Raad van de
.....read moreDe doelstellingen van de Verdragen kunnen op grond van artikel 352 lid 1 VWEU worden aangevuld.
Het HvJ EU heeft in de zaak Grzelczyk (C-184/99) bepaald dat lidstaten EU-burgers in beginsel gelijk moeten behandelen aan hun eigen onderdanen.
De voorzitter van de Raad wordt voor een termijn van zes maanden verkozen.
Welke stelling over het attributiebeginsel is juist?
Welke stelling is de juiste?
Studenten in heel Europa hebben het moeilijk. Ze hebben te lijden onder maatregelen zoals het leenstelsel, het bindend studieadvies en de langstudeerboete. Een aantal studenten afkomstig uit verschillende EU landen organiseert een burgerinitiatief. Het initiatief is succesvol: meer dan twee miljoen studenten uit zes verschillende EU lidstaten ondertekenen het initiatief waarin de Commissie verzocht wordt een wetsvoorstel in te dienen waarbij de lidstaten gedwongen worden om het hoger onderwijs toegankelijker te maken voor alle studenten, met name voor de minder bedeelden. Uiteindelijk nemen de Raad en het Europees Parlement een verordening aan, waarvan artikel 10a stelt: ‘De lidstaten vergemakkelijken de toegang tot het hoger onderwijs.’
Piet Jansen, een student Rechtsgeleerdheid, kan maar net leven van zijn basisbeurs en daagt de Nederlandse Staat voor de rechter. Hij wil een hogere vergoeding. Heeft zijn actie kans van slagen?
Engeland eist van aanvragers tot gezinshereniging dat een inburgeringsexamen met succes wordt afgelegd. De Europese Commissie is van mening dat deze inburgeringseis strijdig is met artikel 3 lid 6 van Richtlijn 2006/78/EG inzake het recht op gezinshereniging. Welke stelling is onjuist?
Welke stelling over staatsaansprakelijkheid is de juiste?
In de zaak Grzelczyk (zaak C-184/99) bepaalde het Hof van Justitie van de Europese Unie dat lidstaten onderdanen uit andere lidstaten die in hun land verblijven het EU-burgerschap moeten verstrekken.
Het Economisch en Sociaal Comité is onderdeel van het Europees Parlement en heeft een wetgevende taak.
Waarvan is het Bierarrest (zaak 178/84) een goed voorbeeld?
Lees de volgende woorden van Robert Schuman: “De vereniging van Europa kan niet zomaar worden verwezenlijkt en ook niet door een allesomvattende schepping tot stand worden gebracht: het verenigd Europa moet worden opgebouwd door middel van concrete verwezenlijkingen, waarbij feitelijke solidariteit als uitgangspunt moet worden genomen.”
Wat bedoelt Schuman met de feitelijke solidariteit?
Indien een richtlijn voldoende nauwkeurig en onvoorwaardelijk is, kan een individu of rechtspersoon zich hier op beroepen voor de nationale rechter vanaf de inwerkingtreding.
Het Europese recht heeft voorrang boven het nationale recht. Daarom mag het HvJ EU strijdig nationaal recht vernietigen.
Conforme interpretatie van het Unierecht kan dienen als grondslag voor een contra legem uitleg van het nationale recht.
Welke uitspraak is de juiste?
Welke stelling over prejudiciële vragen is de juiste?
Wanneer kan een onderneming zich tot het HvJ EU wenden?
Welk recht kwalificeert niet als een burgerlijk en politiek recht:
De klacht van Verlinden tegen het Koninkrijk der Nederlanden (Verlinden v. Netherlands; Communication No. 1187/2002) werd door het Mensenrechtencomité niet-ontvankelijk verklaard omdat:
Welke rol spelen Nederlandse rechtbanken in de handhaving van internationale mensenrechten?
Kijk naar de onderstaande stellingen:
Stelling I: Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens doet slechts uitspraak in zaken tussen particulieren onderling en particulieren tegen lidstaten.
Stelling II: De interpretatie van de bepalingen van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens hangt altijd af van de bedoeling van de verdragsluitende staten.
Kunnen alle rechten van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens ingeperkt worden?
In zijn verklaring gaf de toenmalige Minister van buitenlandse zaken van Frankrijk Schuman in 1950 een visie van een verenigd Europa. Hij zei dat ...
China is momenteel geen partij bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke rechten (IVPBR). Stel dat China besluit toe te treden tot het IVBPR en het bijhorende Facultatief Protocol. Welk alternatief is juist?
Artikel 34 en 35 EVRM bevatten de ontvankelijkheidseisen voor een klacht bij het EHRM. In welk van de onderstaande situaties is de klacht sowieso niet-ontvankelijk?
Een pilootarrest is een arrest waarin …
Welke van de volgende stellingen is juist?
Tijdens de ‘Empty-chair Crisis’ …
Wat wordt verstaan onder de zogenaamde ‘eerste’ generatie mensenrechten?
Het Comité voor de Rechten van de Mens onder het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten neemt klachten van individuele personen alleen in behandeling indien:
Welke stelling met betrekking tot de benoeming van de Europese Commissie is juist?
Welke instelling met betrekking tot de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (“EHRM”) in de zaak Sanoma t. Nederland (2010) is juist?
Welke van onderstaande stelling(en) over de rol van bepaalde instellingen in de gewone wetgevingsprocedure van de Europese Unie is (of zijn) juist?
Stelling I: De Raad van Europa kan alleen wetgeving aannemen na een voorstel van de Europese Commissie.
Stelling II: Het Europees Parlement kan wetgeving tegenhouden, tenzij de Raad van Ministers met unanimiteit het voorstel van de Europese Commissie aanneemt.
Welke stelling over de Raad van Ministers is juist?
Utopia is partij bij het Internationaal Verdrag inzake Burger- en Politieke Rechten (IVBPR). Op grond van artikel 19 IVBPR – een bepaling waar burgers rechtstreeks rechten aan kunnen ontlenen – kan de vrijheid van meningsuiting slechts op bepaalde gronden worden ingeperkt. Utopia verbiedt in zijn nationale wetgeving echter iedere vorm van vrijheid van meningsuiting. Ten aanzien van doorwerking van het internationaal publiekrecht in de Utopiaanse rechtsorde bevat de grondwet van Utopia twee bepalingen die identiek zijn aan artikel 93 en artikel 94 van de Nederlandse Grondwet. Thomas More, een inwoner van Utopia, beroept zich voor de Utopiaanse rechter op artikel 19 IVBPR. Hoe zal de Utopiaanse rechter moeten oordelen?
Het Comité voor de Rechten van de Mens van het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten heeft NIET tot taak:
Let op: gevraagd wordt wat het Comité voor de Rechten van de Mens van het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten NIET tot taak heeft.
Sinds 1 juni 2010 is Protocol 14 van het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) van kracht. Dit protocol brengt enkele belangrijke wijzigingen aan in de procedurele regels die gelden voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Welke van de onderstaande uitspraken over dit protocol is juist?
Welke stelling
.....read moreWelke van de volgende stellingen met betrekking tot de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon is correct?
Dhr. van Rooij is van mening dat hij tijdens zijn verblijf in een zwaar beveiligde gevangenis dusdanig slecht behandeld is dat dit resulteert in een schending van het Verdrag inzake Uitbanning van Foltering. Na geprocedeerd te hebben tot en met de Hoge Raad van Nederland, is hij niet tevreden. Tot welk internationaal orgaan kan Dhr. van Rooij zich nog richten om genoegdoening te krijgen?
Jarenlang leefde Marie-Louise Bokilongo onder erbarmelijke omstandigheden in Kongo, een land dat wordt geteisterd door grote conflicten. In 2008 wist ze te vluchten naar Nederland, maar daar werd zij niet als vluchteling erkend. Gisteren kreeg zij te horen dat ze binnenkort zal worden uitgezet. Marie-Louise is bang dat zij bij terugkeer in Kongo weer in grote armoede zal leven en misschien het slachtoffer wordt van geweld. Een vriendin vindt dat Nederland de mensenrechten schendt door haar terug te sturen naar Kongo, en moedigt haar aan een klacht in te dienen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM).
Welke van de volgende stellingen is juist?
Tot aan de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon bepaalde artikel 211 EG Verdrag (na inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon: artikel 17 VEU) dat de Europese Commissie het goed functioneren van de gemeenschappelijke markt dient te waarborgen. Welke van de volgende taken valt NIET onder de bevoegdheid
.....read moreLet op: dit tentamen is gebaseerd op de situatie voor het verdrag van Lissabon. Dit heeft tot consequentie dat niet alle vragen meer accuraat zijn, en dat de gegeven antwoorden kunnen afwijken van de huidige situatie.
De Poolse regering is van mening dat het tegen het katholieke geloof indruist om pornografische artikelen toe te staan en dat dergelijke artikelen zedenmisdrijven uitlokken. Er wordt een verbod uitgevaardigd op het bezitten, verkopen en produceren van pornografische artikelen. Wat is juist? Kies het meest toepasselijke antwoord.
Welke van de volgende stellingen is onjuist?
Welke argumenten gebruikte het Hof van Justitie in het Chen arrest?
1. Het betrof geen interne situatie en het vrij verkeer van personen was van toepassing.
2. Mevrouw Chen had misbruik gemaakt van het gemeenschapsrecht.
3. De dochter maakte gebruik van het vrij verkeer van diensten maar hier vloeit geen permanent recht op verblijf uit voort.
4. Art. 18 EG is geen onbeperkt recht.
5. Mevrouw Chen kwam ten Jaste van haar dochter zoals in de zin van richtlijn 90/364 en kon daarom ook blijven.
Welke van de volgende voorwaarden vormt geen eis voor ontvankelijkheid van een zaak bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens?
Beoordeel de juistheid van de volgende twee stellingen.
Stelling I: De samenstelling van de Europese Raad is afhankelijk van het te behandelen beleidsonderwerp. Zo zal de Nederlandse minister van landbouw deelnemen indien het Europese landbouwbeleid op de agenda
.....read moreLet op: De volgende oefentoets is gebaseerd op de situatie vóór het verdrag van Lissabon. Dit heeft tot consequentie dat niet alle vragen meer accuraat zijn, en dat de gegeven antwoorden kunnen afwijken van de huidige situatie.
De Poolse regering is van mening dat het tegen het katholieke geloof indruist om pornografische artikelen toe te staan en dat dergelijke artikelen zedenmisdrijven uitlokken. Er wordt een verbod uitgevaardigd op het bezitten, verkopen en produceren van pornografische artikelen. Wat is juist? Kies het meest toepasselijke antwoord.
Welke van de volgende stellingen is onjuist?
Welke argumenten gebruikte het Hof van Justitie in het Chen arrest?
1. Het betrof geen interne situatie en het vrij verkeer van personen was van toepassing.
2. Mevrouw Chen had misbruik gemaakt van het gemeenschapsrecht.
3. De dochter maakte gebruik van het vrij verkeer van diensten maar hier vloeit geen permanent recht op verblijf uit voort.
4. Art. 18 EG is geen onbeperkt recht.
5. Mevrouw Chen kwam ten Jaste van haar dochter zoals in de zin van richtlijn 90/364 en kon daarom ook blijven.
Welke van de volgende voorwaarden vormt geen eis voor ontvankelijkheid van een zaak bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens?
Beoordeel de juistheid van de volgende twee stellingen.
Stelling I: De samenstelling van de Europese Raad is afhankelijk van het te behandelen beleidsonderwerp. Zo zal de Nederlandse minister van landbouw deelnemen indien het Europese landbouwbeleid op de agenda
.....read moreIn deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Inleiding Europees Recht voor de opleiding Rechten, jaar 1, aan de Unversiteit Leiden.
Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Europees Recht ga je naar Rechten Leiden: Bachelor en Master UL - Samenvattingen en studiehulp
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution