HC5: Neurofysiologie
Algemene informatie
- Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
- In dit college wordt de neurofysiologie van een actiepotentiaal besproken
- Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
- Alle onderwerpen in dit college worden ook behandeld in de literatuur
- Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
- Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken
- Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
- Er zijn geen opmerkingen over het tentamen gemaakt
- Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
- Er zijn geen mogelijke vragen behandeld
Classificatie van neuronen
Er zijn veel variaties in de soort, lengte of grootte van neuronen. Een neuron kan op verschillende manieren geclassificeerd worden:
- Polariteit
- Dendrietvorm
- Functie
- Soort neurotransmitter
Actiepotentiaal
Axonheuvel:
Een neuron heeft een exciteerbaar membraan. Als de potentiaal van dit membraan boven een bepaalde drempel komt, ontstaat er een unieke, stereotype repons → de actiepotentiaal. Deze actiepotentiaal is voor elk neuron hetzelfde en reist naar beneden zonder uit te doven. Een actiepotentiaal ontstaat bij een axonheuvel → hier bevindt zich de grootste hoeveelheid natriumkanalen.
Meten:
Het potentiaalverschil is te meten met 2 elektrodes:
- Eén elektrode in de cel
- Eén elektrode tegen de cel aan
Dit potentiaalverschil heet de membraanpotentiaal.
Myelineschede
De maximale snelheid van een actiepotentiaal is 2 m/s. Dankzij de myelineschedes om de axonen heen, wordt dit verhoogd naar 100 m/s → springende geleiding/saltatoire conductie.
De myelineschede is een gespecialiseerd celmembraan met veel vetten → zorgt voor elektrische isolatie. Onder de myelineschede is een axon "passief" → er zijn geen pompen of kanalen. De myelineschede wordt gemaakt door verschillende cellen:
- Oligodendrocyten in het CZS
- Schwanncelen in het PZS
Ongemyeliniseerde axonen in de periferie kunnen ook in Schwanncellen wonen → Schwanncellen bevatten bundels van deze axonen. Zo'n bundel heet een Remax bundel.
Dendrieten en soma worden bedekt door satellietcellen en astrocyten.
Knoop van Ranvier:
Tussen de myelineschedes zit een onderbreking: de knoop van Ranvier. Dit vormt het actieve deel van het axon. Er zit ongeveer 0,2-2 mm afstand tussen 2 knopen.
Ter hoogte van de knopen van Ranvier is het membraan van het axon bedekt door delen van Schwanncellen. Extensies van Schwanncellen zorgen ervoor dat gebieden bij de knoop waterdicht worden afgesloten.
Synaps
Uiteindelijk kom het actiepotentiaal bij de synaps, die bestaat uit:
- Presynaptische membraan: het einde van de ene cel
- Synapsspleet
- Postsynaptische membraan: het begin van de andere cel
Als het actiepotentiaal aankomt gebeurt er het volgende:
- Kleine vesicles met neurotransmitter fuseren met het presynpatische membraan
- De neurotransmitters diffunderen over de synapsspleet
- De neurotransmitters binden met de ligands in het postsynaptische membraan
- Er ontstaat een verandering in het membraanpotentiaal van het volgende neuron → er ontstaat een postsynaptische membraanpotentiaal (PSP)
- Een PSP is slechts 1-2 mV groot → niet groot genoeg om in het volgende neuron een actiepotentiaal te induceren → er
.....read more
Add new contribution