Psychology and behavorial sciences - Theme
- 16149 reads
De regel van Bayes helpt om te beslissen hoe groot de kans is dat een individu een bepaalde aandoening heeft. Deze kans wordt berekend door rekening te houden met hoe vaak een bepaalde aandoening voorkomt in de populatie waar de individu toebehoort. De prevalentie in de populatie (hoe vaak het voor komt) is dus heel erg belangrijk bij deze regel. Wanneer deze regel niet goed wordt toegepast, is er sprake van overdiagnostiek. Vaak gaat het hier dan om aandoening die niet vaak voorkomen of anders gezegd: om aandoeningen met een lage voorafkans. Hoe vaak overdiagnostiek voorkomt in de praktijk is niet te bepalen, omdat men vaak niet weet dat hij of zij een onjuiste diagnose heeft gekregen. Tegenwoordig is er sprake van overdiagnostiek bij onder andere ADHD en depressie.
Wanneer men wil bepalen of een cliënt die de huisarts bezoekt, depressie heeft, moet er eerst gekeken worden naar de prevalentie (base-rate of voorafkans). De prevalentie van depressie bij mensen die de huisarts bezoeken is 11%. De kans dat iemand die depressie heeft ook een positieve uitslag heeft op een depressievragenlijst is 83%. Dit heet de specificiteit. De kans dat een patiënt die geen depressie heeft een negatieve uitslag krijgt op een depressievragenlijst is 80%. Dit heet de specificiteit. Dit is dan op basis van de BDI (Beck’s Depression Inventory).
P(D+|T+)= P(T+|D+) * P(D+)
(P(T+|D+)*P(D+))+(P(T+D-)*P(D-))
P(T+|D+) is de sensitiviteit. In andere woorden: de kans dat een testuitslag positief is, gegeven dat er ook sprake is van een depressie (diagnose). In dit voorbeeld is het 0.83;
P(D+) is de kans op het voorkomen van depressie in de populatie (bezoekers van de huisarts). In dit voorbeeld is het 0.11;
P(T+|D-) is de kans dat een patiënt een positieve testuitslag heeft, maar geen depressie heeft. Dit is de 1-specificiteit. Hier is dit 1-0.8 =0.2;
P(D-) is de kans dat een patiënt in de populatie geen depressie heeft. Dit bereken je door 1-prevalentie te doen. In dit geval is dat 1-0.11 = 0.89.
Dit wordt de achterafkans genoemd. Dus, de kans dat een patiënt een patiënt die vanuit een huisartsenpraktijk wordt doorverwezen en een positieve testuitslag heeft (P(T+)) ook écht een depressie heeft (P(D+)) is 0.34. De kans dat een patiënt een negatieve testuitslag heeft en ook geen diagnose heeft (P(T-)|(D-)) is 0.97. Dit ligt veel hoger en daarom stellen de auteurs van het artikel voor om de BDI eerder te gebruiken om een depressie uit te sluiten in plaats van het te bevestigen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1663 | 2 |
Add new contribution