Behandeling van jeugdige delinquenten volgens het competentiemodel van Bartels - Artikel

Behandeling van jeugdige delinquenten volgens het competentiemodel - A.A.J. Bartels

Waarom wordt niet iedere jongere delinquent?

Er is helaas weinig onderzoek gedaan naar de jongeren die helemaal geen crimineel gedrag vertonen in de adolescentie. Er zijn wel theorieën waarom sommige jongeren geen antisociaal gedrag vertonen. Allereerst kan het zo zijn dat die jongeren de maturity gap overslaan. Ze komen misschien pas laat in de pubertijd, waardoor het gat tussen biologische en sociale volwassenheid niet zo groot meer is. Ook kan het zo zijn dat deze jongeren niet de kans krijgen om hun leeftijdsgenoten te kopiëren, omdat ze niet binnen bepaalde groepen passen. Ze hebben dus geen rolmodellen waar ze tegen opkijken en die ze nadoen. Als laatste hebben deze jongeren vaak andere karaktertrekken dan de LCP jongeren(angstig, timide).

Afzetten tegen criminaliteit

Het antisociale gedrag van veel delinquente jongeren neemt af na de middelbare school, als ze het leger in gaan, gaan trouwen, verhuizen of een fulltime baan krijgen. Ook kunnen de AL zich makkelijker afzetten tegen criminaliteit, doordat ze, voordat ze de criminaliteit ingingen als jongere, genoeg tijd hebben gehad zich te ontwikkelen en daardoor kunnen ze makkelijker doorstuderen of banen krijgen.
Hoewel de LCP personen vaak een bepaalde vorm van psychopathologie hebben, is dit bij de AL niet het geval. AL overtredingen zijn producten van een interactie tussen leeftijd en historische periode.

Begin

Het sociale competentiemodel, kortweg competentiemodel. Dit model ontstond voor het werken met delinquente jongeren. Tegenwoordig wordt het ook gebruikt voor een bredere doelgroep: kinderen en jongeren met gedragsproblemen, jeugddelinquenten met psychische stoornissen, getraumatiseerde kinderen, verstandelijk gehandicapten, gedetineerden en tbs’ers. Het competentiemodel is gebaseerd op het sociaal leren en de cognitieve gedragstherapie. Toch was dit nog niet breed genoeg, daarom werd het model uitgebreid met een persoonlijkheidsmodel en een visie op de sociaal-emotionele ontwikkeling van jeugdigen.

De visie

Problemen bij jeugddelinquenten

De psychosociale situatie van jeugdige delinquenten en hun gezinnen is ongunstig of is dat lange tijd geweest(conflicten tussen de ouders, chaotisch dagelijks leven, etc.). Ook zijn andere relaties van deze jongeren vaak niet goed. Ze hebben slechte relaties met medeleerlingen, leraren of leeftijdsgenoten in het algemeen. Schoolprestaties zijn minder, zitten minder vaak op school en zijn vaak buiten de deur. Concluderend kan men zeggen dat veel jeugdige delinquenten de taken die het leven aan het stelt niet goed aankunnen.

Het competentiemodel

Bij deze visie betekend het als iemand competent is dat diegene bij zijn ontwikkelingsniveau en omstandigheden passende levenstaken ‘aankan’ met de vaardigheden die hij heeft. Deze competentie komt tot stand als er een balans is tussen levenstaken en vaardigheden. Levenstaken worden verzwaard door stressoren, risicofactoren en ze worden verlicht door veerkracht en protectieve factoren. Vaardigheden omvatten ook de basisvisie, kernovertuigingen en cognitieve schema’s die iemand heeft over het leven, zichzelf en anderen. Het onderstaande balansmodel van sociale competentie geeft dit kort weer:

Het sociale competentiemodel onderscheidt drie taken. Allereerst werkelijke taken als op tijd komen, een opdracht van een baas of leraar uitvoeren, of vragen stellen als met iets niet begrijpt. Daarnaast zijn er ‘taken bij wijze van spreken’, taken in overdrachtelijke zin. Hiertoe behoort het omgaan met gevoelens, zoals teleurstelling, boosheid en verliefdheid. Het is niet zo zeer een echte taak, maar meer een overdrachtelijke taak: men weet dat deze gevoelens spelen en men moet er op de een of andere manier iets mee doen. Als laatste zijn er de ontwikkelingstaken zoals loskomen van het gezin, relaties aangaan met leeftijdsgenoten, omgaan met seksualiteit, etc.

Sociale competentie heeft vier terreinen. 1. omgang met anderen in de kringen: gezin en partner, school, opleiding en werk, vrije tijd en in groter maatschappelijk verband. 2.omgang met zaken voor zover dit op relaties met anderen van invloed is. 3. Houding jegens zichzelf, zoals zelfacceptatie. 4. Een redelijke emotionele draagkracht, vaak omschreven met begrippen als ego-sterkte en ik-sterkte.

Bevordering sociale competentie

Om jongeren met antisociaal gedrag te behandelen moet er allereerst een competentieprofiel worden opgesteld. Vervolgens moet er een trainingsprogramma worden ontwikkeld. In preventieve zin houdt dit model in dat escalatie van probleemgedrag wordt voorkomen.

Verklaringen voor de werkzaamheid

Het model is gebaseerd op drie vormen van sociaal leren: klassiek conditioneren, operant conditioneren en observatieleren. Tevens gaat het model uit van cognitieve gedragstherapie.

Operant conditioneren en observatieleren domineren in het model: de jongere leert vaardigheden doordat hem modellen worden geboden, adequaat gedrag wordt bekrachtigd en uitgelokt, doordat dit gekoppeld wordt aan stimuli die in het dagelijks leven van de jongere aanwezig zijn. Van klassiek is er sprake als bestaande, autonome responsen (bv. angst en woede) afnemen en daardoor minder interferen met adequaat, sociaal vaardig gedrag.

De cognitieve benadering is de afgelopen twee decennia sterk in ontwikkeling geweest.

Gedachten kunnen vanuit het operant leren gezien worden als niet zichtbare gedragingen. In het cognitieve model van Beck worden twee niveaus onderscheiden: automatische gedachten (komen vanzelf in iemand op tijdens een gebeurtenis) en kerngedachten.

Interventies

Algemeen

Er zijn verschillende kenmerken voor het werken volgens het competentiemodel. Allereerst het presenteren en uitvoeren van de behandeling als een motiverend aanbod. Daarnaast moet men zich naast de jongere plaatsen. Ten derde moet er een competentieprofiel worden opgesteld. Ten vierde moet de aanpak gestructureerd zijn. Als vijfde moet er een cognitief component zijn en als laatste moet er zoveel mogelijk worden gewerkt in de omgeving waar de jongere gaat leven of de jongere wordt gericht op die omgeving voorbereid.

Ambulant

Ambulante interventies bestaan voor een groot deel uit sociale-vaardigheidstraining of sociale-vaardigheidstherapie. De therapie gaat verder dan de training. De onderwerpen die bij een dergelijke training of therapie aan de orde komen zijn gerelateerd aan een competentieprofiel en een gedragsanalyse.

Klinische programma’s

Het programma is ingedeeld in drie fasen: de gewenningsfase, een fase waarin aan realisatie van individuele behandeldoelen wordt gewerkt en een fase waarin het vertrek wordt voorbereid.

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Vintage Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1110