Staatsrecht 2 - RUG - B2 - Oefententamen 2014

Vragen

Vraag 1a

Sinds wanneer bestaat de Bondsrepubliek Duitsland uit 16 Bondslanden en wat is de achtergrond van het ontstaan van deze federatie van 16?

Vraag 1b

De naam Oranjemarsen, demonstraties die de protestantse Noord-Ieren plegen te organiseren, vormt een verwijzing naar de banden die er ooit zijn geweest tussen protestantse Britten en het Huis van Oranje. Leg uit welke staatkundige band dat is geweest en hoe die tot stand is gekomen.

Vraag 2a

De Préfet speelt een belangrijke rol in het bestuur van de lagere overheden van Frankrijk. Met welke Nederlandse ambtsdrager is hij wat zijn positie betreft het beste te vergelijken en leg uit waarom dat zo is.

Vraag 2b

Art. 4 van de Belgische Grondwet zegt dat België vier taalgebieden kent, maar onderscheidt op grond daarvan, naast de federale overheid, zes deeloverheden. Wat is het verband tussen de taalgebieden en de deeloverheden en hoe is het te verklaren dat 4 taalgebieden leiden tot 6 deeloverheden?

Vraag 3a

In het Verenigd Koninkrijk zit altijd een zogenaamd schaduwkabinet klaar om na verkiezingen de zittende regering af te lossen. In Nederland bestaat zo’n schaduwkabinet in de regel niet. Hoe is het verschil te verklaren?

Vraag 3b

Leg uit of het verschijnsel ‘cohabitation’ zich kan voordoen in de Duitse staatsrechtelijke verhoudingen.

Vraag 4a

Stel dat een ontwerp van wet van de Franse regering, gericht op een ingrijpende herziening van het systeem van sociale verzekeringen en de financiering daarvan, stuit op principiële weerstand van de Assemblée nationale. Leg uit welke twee verschillende grondwettelijke wegen de Franse regering kan bewandelen om te proberen het ontwerp, ondanks de parlementaire tegenstand, toch tot wet te verheffen.

Vraag 4b

Art. 23 Comptabiliteitswet voorkomt in Nederland een ‘shutdown’ als in de Verenigde Staten, waarbij overheidsinstanties hun loketten hebben moeten sluiten. Van welk parlementair recht zal het Amerikaanse Congres gebruik hebben gemaakt om de ‘shutdown’ te veroorzaken en leg uit hoe dit recht de uitvoerende macht aan banden kan leggen.

Vraag 5a

Met welke Nederlandse ambtsdrager is een Britse Minister of State het best te vergelijken en noem ten minste twee overeenkomsten in bijv. positie of bevoegdheid die uw antwoord kunnen ondersteunen.

Vraag 5b

De ministerraad is voornemens om een wetsvoorstel te bepreken met betrekking tot het verscherpen van het toezicht aan de buitengrenzen van de EU, de luchthaven Schiphol daaronder begrepen. Leg uit of de Gevolmachtigde Minister van Curaçao bevoegd is om aan dit overleg deel te nemen.

Vraag 6a

Met betrekking tot de totstandkoming van wetten heeft de Nederlandse Eerste Kamer enerzijds een ruimere bevoegdheid dan de Belgische Senaat, anderzijds ook een minder ruime bevoegdheid. Waaruit bestaan deze ruimere en minder ruime bevoegdheid?

Vraag 6b

Het Grundgesetz bevat in art. 79 een regeling met betrekking tot zijn eigen herzieningsprocedure. Het tweede lid van deze bepaling schrijft voor dat voor een wijziging van het Grundgesetz een meerderheid vereist is van twee derde van het aantal leden van de Bondsdag en twee derde van het aantal stemmen in de Bondsraad. Hoe is dit verschil in procedure tussen beide organen staatsrechtelijk te verklaren?

Vraag 7a

Is het rechtens mogelijk dat het Bundesverfassungsgericht een wet tot herziening van het Grundgesetz onverbindend verklaart wegens strijd met het Grundgesetz? Zo nee, waarom niet. Zo ja, geef daarvan een voorbeeld.

Vraag 7b

Indien een ontwerp van wet ter toetsing wordt voorgelegd aan de Conseil Constitutionnel, dan zal dat ontwerp niet alleen worden getoetst aan de tekst van de Franse grondwet. Aan welke teksten zal de Conseil het ontwerp nog meer toetsen en waaruit kan dat worden afgeleid?

Vraag 8a

Article VI, Clause II van de federale Grondwet regelt de wijze waarop internationaal recht in de Amerikaanse rechtsorde interne werking verkrijgt. Leg uit of de Verenigde Staten op grond van deze bepaling een incorporatie- of een transformatiesysteem voor de interne werking van internationaal recht toepassen.

Vraag 8b

Welke bevoegdheden genieten de Staten van Aruba, respectievelijk het Parlement van het Waalse Gewest ten aanzien van een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België dat na inwerkingtreding voor Aruba, respectievelijk het Waalse Gewest gelding zal verkrijgen?

Vraag 9a

Is de regeling met betrekking tot de vrijheid van godsdienst in het eerste amendement bij de Amerikaanse Grondwet eerder in overeenstemming met het gedachtegoed van Thomas Hobbes of met dat van John Locke? Motiveer uw antwoord.

Vraag 9b

In hoeverre heeft de Human Rights Act bijgedragen aan de bescherming van Britse burgers tegen inbreuken van wetgevende organen in de diverse delen van het Koninkrijk op de door het EVRM gegarandeerde grondrechten?

Vraag 10a

Leg uit of een personeelsadvertentie waarin de politie de eis stelt dat toekomstige agenten het haar niet tot over de oren mogen laten groeien al dan niet in overeenstemming is met het verbod van onderscheid, zoals vastgelegd in de Algemene Wet Gelijke Behandeling.

Vraag 10b

In Frankrijk heeft de rechter, op vordering van de Franse minister van Binnenlandse Zaken, bepaald dat een cabaretier geen publieke voorstellingen mag geven vanwege discriminatoire grappen die hij pleegt te maken. Leg uit of het in overeenstemming met de Nederlandse Grondwet is als een Nederlandse rechter in dezelfde omstandigheden een dergelijk vonnis zou wijzen.

Antwoordindicatie

Vraag 1a

Na de val van de Muur in 1989 is een Einigungsvertrag gesloten tussen de beide Duitslanden en is de DDR (en daarmee haar 5 oorspronkelijke Länder) in 1990 formeel toegetreden tot de BRD dat uit 11 Länder bestond (Beitritt).

Vraag 1b

Stadhouder Willem III werd na de Glorious Revolution in 1689 koning van Engeland, Schotland en Ierland (naast koningin Mary) nadat hij zijn katholieke schoonvader James II (Jacobus II) op verzoek van de protestanten ten val had gebracht.

Vraag 2a

Het ambt lijkt op dat van de Commissaris des Konings. De Préfet is net als de CdK te beschouwen als de vertegenwoordiger van de centrale regering (door wie hij ook wordt benoemd) in de regio / het departement (vergelijkbaar met de provincie) en voert taken uit die passen bij een deconcentratie van bevoegdheid.

Vraag 2b

Aan de Nederlandse en Franse taalgebieden zijn zowel Gemeenschaps- als Gewestbevoegdheden toegekend (4 deeloverheden). Aan het Duitse taalgebied komen alleen Gemeenschapsbevoegdheden (aan taal gerelateerde bevoegdheden) toe (=5). Het tweetalige Brussel-Hoofdstad kent die taalbevoegdheden niet (worden uitgeoefend door de Vlaamse en Franse Gemeenschap) maar vormt wel een afzonderlijk Gewest (plaatsgebonden zaken = 6).

Vraag 3a

In het VK regeert onder invloed van het districtenstelsel in de regel één partij en voert een andere grote partij oppositie. Voor de verkiezingen kunnen beide partijen al aangeven wie het kabinet zullen gaan vormen als de desbetreffende partij de meerderheid haalt (kandidaat-ministers zijn in de regel ook al lid van het Lagerhuis). In Nederland (evenredige vertegenwoordiging) moet na verkiezingen eerst een coalitie worden gevormd en staat de samenstelling van de toekomstige regering niet bij voorbaat vast.

Vraag 3b

Cohabitation is de gedwongen samenwerking tussen President en regering, als het parlement in meerderheid van een andere kleur is dan de President en de regering ogv de vertrouwensregel op die meerderheid moet steunen. De Duitse President kan weliswaar een andere politieke kleur hebben dan de Bondsregering en de meerderheid van de Bondsdag, maar heeft, anders dan zijn rechtstreeks gekozen Franse ambtgenoot, geen eigen politiek-bestuurlijke macht; hij is geen regeringsleider (ceremonieel presidentschap). Hij heeft geen keuze in de benoeming van de Bondsregering (zuiver parlementair stelsel). De Bondskanselier wordt door de Bondsdag gekozen en steunt daarmee op een parlementaire meerderheid (art. 63 lid 1 GG).

Vraag 4a

1. Art. 49 lid 3: de regering kan het vertrouwen verbinden aan het ontwerp. Het ontwerp is dan aangenomen als niet binnen 24 uur een motie van wantrouwen is aangenomen.
2. Art. 11: op voordracht van de regering kan de President het ontwerp aan een referendum onderwerpen en zo de Assemblée (en Sénat) passeren.
Bij beide mogelijkheden moet worden aangeduid dat het onderwerp van de wet zich leent voor toepassing van het desbetreffende middel.

Vraag 4b

Op grond van het budgetrecht (article I, clause 9(6)) zal het Congres alle uitgaven moeten goedkeuren (bij wet). Zonder goedkeuring kan de President als uitvoerende macht geen uitgaven verrichten en wordt hij in zijn bestuur dus ernstig beperkt.

Vraag 5a

Vergelijkbaar met een staatsecretaris:

  • Wel bestuurlijke taken, maar niet hoofd van het departement
  • Wel ministerieel verantwoordelijk, maar werkend onder eindverantwoordelijkheid van de Secretary of State
  • Geen lid van het Cabinet/ministerraad

Vraag 5b

Het Koninkrijk is lidstaat van de EU incl. de Caribische delen. Voor de Landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten en voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba geldt wel een veel beperktere gelding van het EU-recht dan voor het Europese deel van het Land Nederland. Het besluit van de ministerraad betreft een aangelegenheid van het Koninkrijk ( buitenlandse betrekkingen) en is daarmee een aangelegenheid die in de Rijksministerraad besproken moet worden. Of de Gevolmachtigde minister van Curaçao bevoegd is deel te nemen aan dit overleg hangt af van de vraag of dit wetsvoorstel Curaçao raakt. Alleen al omdat personen die vanuit Curaçao naar Nederland vliegen aan deze verscherpte controle onderworpen zullen worden, kan op grond van art. 11 lid 3 Statuut worden aangenomen dat zulks het geval is. Maar zelfs als dat niet zo is, biedt art. 11 lid 6 Statuut alsnog de mogelijkheid voor de regering van Curaçao om betrokkenheid van de Gevolmachtigde Minister te verlangen. Het antwoord is dus ja.

Vraag 6a

Ruimer: alle wetsvoorstellen moeten, anders dan in België (art. 74 BGW), de Eerste Kamer passeren (art. 85 Grondwet)
Minder ruim: geen recht van amendement (art. 85 Grondwet) en initiatief (art. 82), anders dan de Belgische Senaat (art. 78 ev resp. 81 BGW)

Vraag 6b

De leden van de Bondsdag vertegenwoordigen het geheel Duitse volk en stemmen zonder last; ze zijn enkel aan hun geweten onderworpen (art. 38 lid 1 GG) .Voor stemmingen in de Bondsdag is dus het aantal leden van de Bondsdag relevant, omdat de stemmen van die leden (juridisch althans) vrij en onafhankelijk worden uitgebracht. In de Bondsraad heeft ieder lid ook één stem, maar die stemmen worden niet vrij en onafhankelijk uitgebracht, maar als blokstem: de afgevaardigden van de verschillende deelstaten brengen hun stemmen per deelstaat identiek uit, op straffe van ongeldigheid van hun stem (art. 51 lid 3 GG). In de bondsraad is dus juist het aantal stemmen belangrijk, niet het aantal stemmende leden.

Vraag 7a

Ja, dat is mogelijk: het Grundgesetz wordt herzien door middel van een wet die aan een bijzondere meerderheidsprocedure is onderworpen, zo blijkt uit art. 79 lid 1 en 2 GG. Echter, de grondwetsherzienende wetgever heeft niet de bevoegdheid om de grondwet zodanig te herzien dat daardoor een van de in art. 79 lid 3 genoemde bepalingen of principes fundamenteel wordt veranderd. Een dergelijke grondwetsherziening kan dan ook door het BVerfG getoetst worden aan art. 79 lid 3 op grond van art. 93 lid 1 onder 2 of 4, evt. 4a GG.

Vraag 7b

De Préambule van de Constitution zegt dat de Déclaration van 1789, de Préambule van de Constitution van 1946 en het Charte de l’environnement van 2004 (milieuhandvest) ook tot het constitutionele recht behoren en ook daaraan kan de Conseil derhalve toetsen.

Vraag 8a

Zoals uit de tekst van de bepaling glashelder blijkt, betreft het hier een bevestiging van het incorporatiestelsel: verdragsrecht gaat als zodanig deel uitmaken van de interne rechtsorde van de unie en haar staten en het heeft daarin een rang boven het deelstaatsrecht.

Vraag 8b

De Staten van Aruba genieten ten aanzien van dit nog goed te keuren verdrag dezelfde bevoegdheden als ten aanzien van ieder ontwerp van rijkswet (uit kracht van art. 14 lid 1 jo. lid 3 Statuut zal dit verdrag immers bij Rijkswet moeten worden goedgekeurd): de bevoegdheden die voortvloeien uit de art. 16, 17 lid 2 en 4 en 18 lid 2 Statuut. Ten aanzien van het Waalse Gewest dient te worden onderscheiden: betreft het een verdrag dat tot de bevoegdheden van de federale overheid behoort, dan heeft het Parlement van het Waalse Gewest geen eigen bevoegdheden, betreft het een verdrag over een onderwerp dat tot de bevoegdheden van het Waalse Gewest behoort, dan zal dit verdrag niet in werking kunnen treden dan na goedkeuring door dit Parlement. (art. 167 lid 3 BGW).

Vraag 9a

Deze regeling sluit tamelijk nauwkeurig aan bij het gedachtegoed van John Locke: niet alleen omdat er in de bepaling verwezen wordt naar een wetgevend orgaan (‘Congress’), hetgeen in overeenstemming is met diens machtenscheidingsideeën, maar ook omdat hij voorstander was van een grote mate van burgerlijke vrijheden, de vrijheid van godsdienst en belijdenis daar in beginsel onder begrepen. Hobbes vond wel dat iedereen gewetensvrijheid had, maar meende ook dat de staat een officiële godsdienst diende vast te leggen en die ook moest handhaven (‘public faith’).

Vraag 9b

Indien wettelijke voorschriften in strijd zijn met de bepalingen van het EVRM kunnen burgers die bepalingen, anders dan voorheen, voor de eigen nationale rechter laten toetsen aan de Human Rights Act. Die bepalingen zullen dan onverbindend verklaard kunnen worden wegens strijd met de HRA, met uitzondering van bepalingen van de formele Britse wetgever waarvan de rechter slechts mag vaststellen dat ze strijdig zijn met de HRA.

Vraag 10a

Hier is geen sprake van direct onderscheid op één van de gronden die de AWGB noemt. Het zou evt. indirect onderscheid (art. 1 lid 1 sub c) kunnen opleveren, aangezien vrouwen (of andere beschermde minderheden) door de eis zwaarder getroffen zouden worden dan mannen (anderen), maar dat indirecte onderscheid kan objectief gerechtvaardigd zijn ogv doel en middel (art. 2 lid 1, hetgeen in het antwoord gemotiveerd dient te worden. Ook dan is er geen strijd met de AWGB.

Vraag 10b

Er is hier sprake van censuur door de overheid en art. 7 lid 3 Grondwet verbiedt dat: geen voorafgaand verlof ogv de inhoud voor het (mondeling) openbaren van gedachten en gevoelens.

Access: 
Public

Image

This content is also used in .....
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Promotions
special isis de wereld in

Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Check the related and most recent topics and summaries:
Activity abroad, study field of working area:
Institutions, jobs and organizations:
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1729