Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Image

Hoorcollege algemene rechtsleer week 1 (2016/2017)

Hoorcollege week 1

Dit vak dient ertoe om bij ons de luiken open te zetten. Het vak wil bewustzijn creëren van het feit dat we er niet enkel komen met de toepassing van het positieve recht. Het is een integratievak omdat geprobeerd wordt om de kennis te integreren. Men probeert aan te geven dat in alle rechtsgebieden steeds dezelfde problemen spelen. In dit vak houdt men zich niet bezig met het beantwoorden van rechtsvragen. Het beantwoorden van rechtsvragen is het materiaal waarmee we beginnen. We gaan dus geen rechtsvragen beantwoorden, maar vragen over het recht. Het thema rechtspleging wordt in het vak als uitgangspunt genomen.

HR 7 december 1990 (De onwaardige deelgenoot)

Strafrechtelijke zaak

Het gaat hierbij om een strafrechtelijke zaak, niet een civiele zaak. In deze zaak werd een 38-jarige butler veroordeeld. In dit geval was de butler getrouwd met een twee keer zo oude vrouw en dat terwijl hij ook nog eens homo was. Nadat de man met de weduwe was getrouwd heeft hij zijn homoseksuele relatie in stand gehouden. Bovendien had hij bijna geen bezittingen en was mevrouw miljonaire. Vijf weken na het huwelijk is de vrouw overleden, bovendien erfde de butler een flinke som geld. De Amsterdamse politie is slachtoffer geworden van zijn eigen vooroordelen, omdat ze concludeerden dat het niet anders kon dan dat de man de weduwe vermoord moest hebben. Er was sectie gepleegd op het lichaam van de vrouw en het bleek dat er hartweefsel bewaard was gebleven. Het NFI heeft dat weefsel onderzocht en kwam toen tot de conclusie dat er waarschijnlijk sprake is geweest van een hartinfarct. Er ligt momenteel een herzieningsverzoek bij de Hoge Raad. De kern van deze zaak ziet op de vraag of hij het strafbare feit heeft gepleegd of niet. In deze zaak gaat het over waarheidsvinding.

Civiele zaak

De strafrechtelijke veroordeling was gebaseerd op een aantal feiten, waarop de recherche concludeerde dat het niet kon kloppen. Het echtpaar was getrouwd in algehele gemeenschap van goederen. Dit houdt blijkens art.1:100 lid 1 BW het volgende in: ‘de echtgenoten hebben een gelijk aandeel in de ontbonden gemeenschap, tenzij anders is bepaald bij huwelijkse voorwaarden of bij een overeenkomst die tussen de echtgenoten bij geschrift is gesloten met het oog op de aanstaande ontbinding der gemeenschap anders dan door de dood of ten gevolge van opheffing bij huwelijkse voorwaarden.’ De boedel wordt in dit geval dus als een geheel gezien. Vanuit de gevangenis wilde de butler zijn recht op de erfenis laten gelden. De andere erfgenamen hadden hier kritiek op. Als hij niet erfde, zou de erfenis immers aan hen toekomen. Als we artikel 1:100 lid 1 BW toepassen zou de butler strikt genomen recht hebben op de erfenis doordat hij recht heeft op zijn aandeel in de huwelijksgemeenschap.

Redelijkheid en billijkheid (art.6:2 BW)

Door de media-aandacht staat de weduwe bekend als een gewetenloze moordenaar. In de Telegraaf was immers het volgende vermeld: ‘Miljonaire moest na haar huwelijk zo snel mogelijk dood’. Zou je, indien je rechter bent, oordelen dat hij aanspraak heeft op zijn aandeel in de huwelijksgemeenschap? In dat geval zou men op basis van art.6:2 BW kunnen oordelen dat het niet redelijk en billijk is om zijn aandeel toe te wijzen. Je wilt immers niet dat de butler profiteert van zijn eigen strafbare feiten. Dit is het geval wanneer hij vanuit de gevangenis kan profiteren van zijn aandeel in de huwelijksgemeenschap. Je zou kunnen concluderen dat dit het geval is nu hij de weduwe heeft ingepland, en naar men stelt, heeft vermoord.

Het rechterlijk oordeel

De rechter wil art.100 lid 1 BW buiten toepassing laten. Het is immers afschuwelijk als er iemand wordt vermoord enkel met het oog op het verkrijgen van de erfenis. De redelijkheid en billijkheid derogeren in dit geval, omdat ze boven een wetsbepaling gaan. Als rechter zijnde wil je niet graag gebruik maken van de derogerende werking van redelijkheid en billijkheid. De rechtszekerheid is hier immers niet mee gediend. In dat geval neem je bovendien de plaats van de wetgever in. De Hoge Raad, het hof en de rechtbank hebben geoordeeld dat dit een geval is waarin je derogerende werking kan toepassen. Je dient de derogerende werking bovendien uiterst terughoudend toe te passen. De rechter dient meer te doen dan het toepassen van het positieve recht. Het inzicht dat je het niet redt met het positieve recht, is waar het vak algemene rechtsleer om gaat. Het rechterlijk oordeel bestaat dus uit twee componenten, dit zijn de feiten en het rechterlijk oordeel. Beide componenten zijn van belang bij de beoordeling van de rechtszaak.

Rechtvaardigheid

Men zal zich vaak beroepen op de rechtvaardigheid. Een dergelijke toets noem je ook wel een moreel oordeel. Van de rechter wordt hier dus een moreel oordeel gevraagd. In dit geval is morele evaluatie immers noodzakelijk. Het morele oordeel leidt ertoe dat de rechter zich gaat beroepen op de derogerende werking van redelijkheid en billijkheid.Het is dus van belang dat je gaat nadenken wat je als goed jurist moet doen. Dat houdt onder andere in dat je gaat kijken naar het morele oordeel.

Het landkaartje van de typen vragen

De methode die in dit vak wordt gehanteerd zal steeds opduiken met de term ‘het landkaartje van de typen vragen.’ In deze landkaart is de oriëntatie descriptief en normatief. Descriptief is ook wel beschrijving. In dit geval zal men dus beschrijven hoe iets daadwerkelijk is. Deze uitspraken kunnen op zichzelf wel problematisch zijn. Het gaat er echter om dat je aangeeft hoe de bepaalde stand van zaken is. Aan de rechterzijde treft men de term normatief. Bij deze uitspraken en vragen gaat het over de situatie zoals deze zou moeten zijn. Hierbij kan men denken aan de vraag of iets rechtvaardig is. Het gaat hierbij steeds om een bepaalde maatstaf die we aanleggen. We gaan immers kijken of iets beter kan of iets anders kan. Je zou bijvoorbeeld de volgende vraag kunnen stellen: Behoort er bij het eerste verhoor van de verdachte een raadsman aanwezig te zijn? Om deze vraag te kunnen beantwoorden moeten we een bepaalde maatstaf hebben. Dit kan bijvoorbeeld ons idee over de fair trial zijn.

Empirische vragen/uitspraken

Empirische vragen en uitspraken gaan over de kennis die we doormiddel van ervaring hebben verworven. Voorbeelden hiervan zijn:

‘Het aantal wrakingsverzoeken is afgelopen jaar met meer dan 10% naar 659 gestegen.’

Dit kan je controleren door naar een aantal rechtbanken te gaan bellen. Hierbij kijk je naar het aantal wrakingsverzoeken in 2016 en 2017. Het turven wordt aangeduid als kwantitatief empirisch onderzoek. Bij kwantitatief empirisch onderzoek ga je kijken naar zachtere data. Je verkrijgt dit bijvoorbeeld door interviews af te nemen.Een voorbeeld hiervan is het volgende: ‘Onderzoek laat zien dat de ervaring van slachtoffers in strafzaken is dat de rechter hen te weinig aan het woord laat.’ 

Conceptuele vragen/uitspraken

Het gaat hierbij om het vaststellen van de betekenis van een begrip. Voorbeelden hiervan zijn: ‘Wat is recht? en ‘Wat is rechtswetenschap?’

In dit geval kan je kijken naar hoe het begrip ‘recht’ wordt gehanteerd in de literatuur. Men kan daarbij kijken naar de voorwaarden die worden gesteld om van recht te kunnen spreken. Een concept uit het recht zelf zal redelijkheid en billijkheid kunnen zijn.             

Rechtsinterpretatieve vragen

Het gaat hierbij om de vaststelling van de juridische betekenis. Deze vragen zitten tussen descriptief en normatief in. Het gaat hierbij om de standaardvragen waarmee je bent opgevoed in de studie. Voorbeeld: ‘Valt het skateboard onder het verbod dat er geen voertuigen in het park toegelaten zijn?’ Hierbij moet je je afvragen of een skateboard is te kwalificeren als een voertuig. Het lastigste is om deze vragen te onderscheiden van de conceptuele vraag. Bij een rechtsinterpretatieve vraag gaat het steeds om een concrete betekenisverlening. Dit onderscheid deze type vraag van de conceptuele vraag.

Normatieve vragen

Zien op hoe dingen moeten zijn. Dus hoe de werkelijkheid zou moeten of behoren te zijn.

Voorbeeld: ‘Rechters zouden wrakingsverzoeken vaker moeten toewijzen.’ Hierbij moeten we steeds een maatstaf hebben.

 

 

Image  Image  Image  Image

Access: 
Public
This content is used in:

Integratievak algemene rechtsleer (2016/2017)

Image

This content is also used in .....

Image

Follow the author: hannekedenottelander
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Statistics
1395