Bij een aorta aneurysma (AAA) wordt vaak van tevoren endovasculair een stent geplaatst. Zo’n stent is een soort tunnel van onder de nierarteriën. Er worden dan bloedvaten afgesloten die de darmen voorzien → een deel van de darmen loopt risico op het ontwikkelen van bloedingen:Laatste 1/3 van het colonHele rectumDit wordt veroorzaakt doordat de arteria mesenterica inferior wordt afgesloten. Deze vertakt namelijk op de plaats waar de stent wordt geplaatst. Dit wordt opgelost door de arteria marginalis die door de rand van de darmen loopt → als er een stent wordt geplaatst, necrotiseren de darmen niet. Zowel de arteria mesenterica inferior als de arteria mesenterica superior sluiten aan op de arteria marginalis. De arteria mesenterica superior heeft veel takken:Naar het jejunum: zit in het mesenteriumArteria jejunalisNaar het ileum: zit in het mesenteriumArteria ilealesIn het colonArteria ileocolicaArteria colica dextraNaar het colon ascendensArteria colica mediaNaar het colon transversumDeze takken staan allemaal in verbinding met de arteria marginalis. De arteria mesenterica inferior heeft veel takken:Arteria colica sinistraNaar het colon descendensArteria sigmoïdaleArteria rectalis superiorDeze takken worden allemaal geblokkeerd bij verlies van de arteria mesenterica inferior, maar worden dus gecompenseerd door de arteria marginalis. De overgang van het sigmoïd naar het rectum ligt bij S3 of bij de musculus taenia. Het eerste deel van het rectum is retroperitoneaal, het tweede deel subperitoneaal. De onderkant van het rectum wordt opgehangen aan de musculus levator ani, een soort trechter waar de bekkenbodem aan hecht. Vanaf hier worden de darmen het anale kanaal. ...


Access options

      How do you get full online access and services on JoHo WorldSupporter.org?

      1 - Go to www JoHo.org, and join JoHo WorldSupporter by choosing a membership + online access
       
      2 - Return to WorldSupporter.org and create an account with the same email address
       
      3 - State your JoHo WorldSupporter Membership during the creation of your account, and you can start using the services
      • You have online access to all free + all exclusive summaries and study notes on WorldSupporter.org and JoHo.org
      • You can use all services on JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • You can make use of the tools for work abroad, long journeys, voluntary work, internships and study abroad on JoHo.org (Dutch service)
      Already an account?
      • If you already have a WorldSupporter account than you can change your account status from 'I am not a JoHo WorldSupporter Member' into 'I am a JoHo WorldSupporter Member with full online access
      • Please note: here too you must have used the same email address.
      Are you having trouble logging in or are you having problems logging in?

      Toegangsopties (NL)

      Hoe krijg je volledige toegang en online services op JoHo WorldSupporter.org?

      1 - Ga naar www JoHo.org, en sluit je aan bij JoHo WorldSupporter door een membership met online toegang te kiezen
      2 - Ga terug naar WorldSupporter.org, en maak een account aan met hetzelfde e-mailadres
      3 - Geef bij het account aanmaken je JoHo WorldSupporter membership aan, en je kunt je services direct gebruiken
      • Je hebt nu online toegang tot alle gratis en alle exclusieve samenvattingen en studiehulp op WorldSupporter.org en JoHo.org
      • Je kunt gebruik maken van alle diensten op JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • Op JoHo.org kun je gebruik maken van de tools voor werken in het buitenland, verre reizen, vrijwilligerswerk, stages en studeren in het buitenland
      Heb je al een WorldSupporter account?
      • Wanneer je al eerder een WorldSupporter account hebt aangemaakt dan kan je, nadat je bent aangesloten bij JoHo via je 'membership + online access ook je status op WorldSupporter.org aanpassen
      • Je kunt je status aanpassen van 'I am not a JoHo WorldSupporter Member' naar 'I am a JoHo WorldSupporter Member with 'full online access'.
      • Let op: ook hier moet je dan wel hetzelfde email adres gebruikt hebben
      Kom je er niet helemaal uit of heb je problemen met inloggen?

      Join JoHo WorldSupporter!

      What can you choose from?

      JoHo WorldSupporter membership (= from €5 per calendar year):
      • To support the JoHo WorldSupporter and Smokey projects and to contribute to all activities in the field of international cooperation and talent development
      • To use the basic features of JoHo WorldSupporter.org
      JoHo WorldSupporter membership + online access (= from €10 per calendar year):
      • To support the JoHo WorldSupporter and Smokey projects and to contribute to all activities in the field of international cooperation and talent development
      • To use full services on JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • For access to the online book summaries and study notes on JoHo.org and Worldsupporter.org
      • To make use of the tools for work abroad, long journeys, voluntary work, internships and study abroad on JoHo.org (NL service)

      Sluit je aan bij JoHo WorldSupporter!  (NL)

      Waar kan je uit kiezen?

      JoHo membership zonder extra services (donateurschap) = €5 per kalenderjaar
      • Voor steun aan de JoHo WorldSupporter en Smokey projecten en een bijdrage aan alle activiteiten op het gebied van internationale samenwerking en talentontwikkeling
      • Voor gebruik van de basisfuncties van JoHo WorldSupporter.org
      • Voor het gebruik van de kortingen en voordelen bij partners
      • Voor gebruik van de voordelen bij verzekeringen en reisverzekeringen zonder assurantiebelasting
      JoHo membership met extra services (abonnee services):  Online toegang Only= €10 per kalenderjaar
      • Voor volledige online toegang en gebruik van alle online boeksamenvattingen en studietools op WorldSupporter.org en JoHo.org
      • voor online toegang tot de tools en services voor werk in het buitenland, lange reizen, vrijwilligerswerk, stages en studie in het buitenland
      • voor online toegang tot de tools en services voor emigratie of lang verblijf in het buitenland
      • voor online toegang tot de tools en services voor competentieverbetering en kwaliteitenonderzoek
      • Voor extra steun aan JoHo, WorldSupporter en Smokey projecten

      Meld je aan, wordt donateur en maak gebruik van de services

      Access: 
      JoHo members
      Check more of this topic?
      Work for WorldSupporter

      Image

      JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

      Working for JoHo as a student in Leyden

      Parttime werken voor JoHo

      Image

      This content is also used in .....

      Vraagstukken Buik 2020/2021 UL

      Vraagstukken Buik thema 1: Zwellingen van de buik en genitalia

      Vraagstukken Buik thema 1: Zwellingen van de buik en genitalia

      HC1: Zwelling in de buik

      Oorzaken

      Een zwelling in de buik kan meerdere oorzaken hebben:

      • Zwangerschap
      • Lucht in de buik
        • Lucht kan op meerdere locaties zitten
          • In de organen: in de maag en darm
            • Dit is vaak fysiologisch
            • Door bijv. obstructie van de ileus
          • Buiten de organen: vrije lucht
            • Door bijv. een perforatie
        • Er kunnen verschillende geluiden zijn
          • Gootsteengeruis/hoogklinkende peristaltiek
          • Hypertempane percussie
          • Afwezige leverdemping
      • Weefsel in de buik
        • Tumoren, vergroting van de organen, cyste, abces, hernia, vetweefsel
        • Gelokaliseerd → niet diffuus
        • Een lokale weerstand/zwelling is voelbaar
        • Gedempte percussie
      • Vocht in de buik: ascites
        • Kan ontstaan door:
          • Hepatogeen
            • Portale hypertensie
          • Ontsteking/infectie
            • Peritonitis
          • Maligniteit
            • Peritonitis carcinomatosa
          • Cardiaal
            • Hartfalen
            • Pericarditis constrictiva
          • Hypo-albuminemie
            • Nefrotisch syndroom
            • Ondervoeding
        • Er is gedempte percussie in de flanken
        • Shifting dullness → als de patiënt op z’n zij draait gaat het vocht die kant op

      Analyse

      De analyse van een patiënt met een zwelling in de buik bestaat uit:

      • Lichamelijk onderzoek
      • Aanvullend onderzoek
      • Analyse van de ascites

      Lichamelijk onderzoek:

      Lichamelijk onderzoek van de buik bestaat uit:

      • Inspectie
      • Auscultatie
      • Percussie
      • Palpatie

      Aanvullend onderzoek:

      Er zijn meerdere vormen van aanvullend onderzoek die gebruikt kunnen worden voor een zwelling in de buik:

      • X-BOZ
        • Overzichtsfoto van de buik
        • Toont vrij lucht of lucht in de organen aan
      • Echo van het abdomen
      • Ascites punctie
      • CT-abdomen
        • Vocht, vrij lucht, cysten en tumoren kunnen zichtbaar worden

      Analyse van ascites:

      Analyse van ascites kan bestaat uit paracentese:

      • Aspect
      • Cytologie
      • Metingen
        • Eiwitgehalte
        • Leukocyten
        • Erythrocyten
      • Kweek

      Er kan gekeken worden naar de eiwitconcentratie of het leukocytenaantal:

      • Eiwitconcentratie: serum ascites albumine gradiënt (SAAG)
        • <11 gram/L → pleit tegen portale hypertesie
          • Kanker of tuberculeuze ascites
        • >11 gram/L →wijst op portale hypertensie
          • Levercirrose, hartfalen of vena porta trombose
      • Leukocytenaantal: is verhoogd bij peritonitis
        • Als er >0,25 x 109 neutrofiele granulocyten/L zijn is er sprake van spontane bacteriële peritonitis
       

       

      HC2: Anatomie van de buikwand, lieskanaal en genitalia

      Buikwand

      De buikwand bestaat uit:

      • Huid
      • Subcutane weefsellaag:
        • Camper’s fascia: “superficial” en “fatty”
        • Scarpa’s fascia: diep en membraneus → glanzend continu weefsel
        • Een kleine diepe vetlaag
      • Fascie tussen de spieren
      • Spierlaag
      • Fascia transversalis: fascie aan de binnenkant van de spieren
      • Extraperitoneale laag: vet tussen de fascie en het peritoneum
      • Peritoneum

      Buikwandspieren:

      Er zijn 4 verschillende buikwandspieren:

      • Musculus rectus abdominis
        • De “sixpack” spier
        • Ligt in het midden
        • Loopt t/m het os pubis
        • Rectusschede: bindweefselschede die de m. rectus abdominis omhult → vormen 2 lange scheden
          • Linia alba: de rectusscheden komen in het midden bij elkaar
      • Musculus obliquus externus
        • Schuinlopende vezels van buiten naar binnen
        • Overlapt de ribbenkast en
      .....read more
      Access: 
      Public
      Vraagstukken Buik thema 2 Maagklachten

      Vraagstukken Buik thema 2 Maagklachten

      HC9: Anatomie oesophagus en maag

      Oesophagus

      De oesophagus (slokdarm) bestaat uit 2 spierlagen:

      • Circulaire spierlaag: aan de binnenkant
      • Longitudinale laag: aan de buitenkant

      Ligging:

      De oesophagus is als volgt gelokaliseerd:

      • Boven de incisura jugularis
        • De incisura jugularis is een soort kuiltje
      • Achter de trachea
      • Tussen de carotiden

      Caudaal passeert de oesophagus de bifurcatie van de trachea en de arcus aortae. Vervolgens loopt hij tussen de wervelkolom en het hart. De aorta wurmt zich hiertussen en gaat samen met de oesophagus door het diafragma. Omdat de oesophagus vlak achter het linkeratrium van het hart zit, wordt hij gebruikt bij hart echoscopie.

      De oesophagus heeft 3 vernauwingen:

      • Bovenste slokdarmsfincter (UES)
        • Bij de overgang van de pharynx naar de oesophagus
      • Bij de bifurcatie van de trachea en de aortaboog
      • Doorgang door het diafragma

      Diafragma:

      Het diafragma is als volgt opgebouwd:

      • Pezig gedeelte: het centrum tendineum
        • Bestaat uit bindweefsel
      • Musculair gedeelte: ligt meer aan de buitenkant

      Er gaan 3 structuren door het diafragma heen:

      • Aorta
        • Het dichtst bij de wervelkolom en het meest inferieur
      • Oesophagus: door het spiergedeelte
      • Vena cava inferior: door het centrum tendineum

      Voorkomen van tegenstroom:

      De oesophagus heeft mechanismen om tegenstroom te voorkomen:

      • Bovenste slokdarmsfincter (UES)
        • Circulaire spieren aan de bovenkant
          • Musculus cricopharyngeus
      • Onderste slokdarmsfincter (LES)
        • Bestaat uit een lokale dynamische verdikking van de circulaire spierlaag
          • Anatomisch niet meer te onderscheiden
        • Microscopisch is er een overgangslijn tussen het slokdarm mucosa en maag mucosa
          • Als er zuur door komt, wordt de mucosa aangetast en kan er kanker ontstaan
      • Diafragmatische sfincter
        • Rechter crus: spieren die om de doorgang van de oesophagus door het diafragma liggen → de oesophagus wordt dichtgeknepen
          • Linker crus: gaat om de aorta heen
          • De rechter crus heeft 2 pilaren die om de oesophagus gaan
      • Intra-abdominale druk: comprimeert het abdominale deel van de oesophagus
        • De oesophagus ligt dus ook deels abdominaal

      Problematiek:

      Er kunnen verschillende problemen van de oesophagus ontstaan:

      • Reflux: de sfincters werken niet goed → kan leiden tot hartzeer
        • Veroorzaakt door een hernia hiatus oesophagi (HHO) → een stuk maag gaat door de crus, waardoor alleen de LES nog functioneert
        • Maagzuur stroomt de oesophagus in → erg pijnlijk
          • Er is een positieve druk in de maag en een negatieve druk in de oesophagus → maagzuur wil richting de oesophagus gaan
      • Op-en-neer bewegen: door het phrenico-oesophageale ligament
        • Phrenico-oesophageale ligament: een flexibele ophanging van de oesophagus in het diafragma
          • Bestaat uit zacht bindweefsel en vet
          • Het diafragma zit niet verbindweefseld aan de oesophagus → de oesophagus kan bewegen
          • Kan bij een ruptuur een hernia hiatus oesophagi (HHO) veroorzaken
      • Onderdruk van de thorax: hierdoor kan lucht en zoutzuur in de oesophagus stromen

      Vascularisatie:

      De vascularisatie van de oesophagus

      .....read more
      Access: 
      JoHo members
      Vraagstukken Buik thema 3: Icterus

      Vraagstukken Buik thema 3: Icterus

      HC17: Anatomie van de lever en galwegen

      De galwegen

      Anatomie:

      De galweg ontspringt in de lever en is 1 van de 3 structuren in het ligamentum hepatoduodenale:

      • Vena portae
        • Is het grootst en ligt onderin
      • Arteria hepatica propria
      • Ductus choledochus

      De galwegen bestaan uit:

      • Ductus hepaticus
        • Vanuit de lever
        • Ontspringt uit de ductus hepaticus dextra en ductus hepaticus sinistra in de leverhilus
      • Ductus cysticus
        • Naar de galblaas
      • Ductus choledochus
        • Vanuit de galblaas en de lever
      • Ductus pancreaticus
        • Vanuit de pancreas
      • Papilla minor
        • Opening in het duodenum voor de ductus pancreaticus
      • Papilla major/papil van Vater
        • Opening in het duodenum voor de ductus pancreaticus en ductus choledochus

      Vascularisatie:

      De bloedvoorziening van de lever en galwegen wordt gedaan door verschillende vaten:

      • Arteriën: vertakken zich
      • Arteria hepatica communis: splitst zich in tweeën
        • Arteria gastroduodenalis
        • Arteria hepatica propria: splitst zich in tweeën
          • Arteria hepatica dextra
            • Arteria cystica
          • Arteria hepatica sinistra
      • Venen
        • Vena portae
          • Is geen levervene → zorgt voor bloedtoevoer
          • Levert het meeste bloed aan de lever
        • 3 vena hepaticae: draineert niet op de vena portae
          • Draineren in de vena cava inferior

      De arteria cystica loopt naar de galblaas. De vena portae komt van de achterkant van de pancreas. De galweg zit aan de voorkant van het ligamentum hepatoduodenale. De arteria hepatica zit anterior superior van het ligamentum hepatoduodenale.

      Open cholecystectomie:

      Bij cholecystectomie, een galblaasoperatie, moet er bovenin de leverhilus geprepareerd worden. De configuratie van structuren binnen de leverhilus kan per patiënt verschillen. Zo kan de arteria cystica, die de galblaas vasculariseert, verschillende routes hebben. Om deze reden moet de arts tijdens cholecystectomie goed opletten. Hierbij kan hij trucjes zoals de driehoek van Calot gebruiken. De driehoek van Calot bestaat uit 3 randen die gevormd worden door de:

      • Galblaas/onderzijde van de lever
      • Ductus cysticus
      • Ductus hepaticus communis

      Binnen deze driehoek hoort de arteria cystica te liggen.De driehoek van Calot kan per patiënt verschillen → soms is er geen ductus cysticus of is er een fibreuze connectie tussen de ductus cysticus en ductus hepaticus communis.

      Laparoscopische cholecystectomie:

      Bij laparoscopische cholecystectomie wordt de “critical view of safety” gebruikt als veiligheidscheck:

      1. Het ligamentum hepatoduodenale wordt opengemaakt → de arteria cystica en ductus cysticus worden zichtbaar
      2. De structuren worden voor 1-2 cm zodanig vrijgemaakt dat er omheen gekeken kan worden

      De structuren die de galblaas ingaan worden dus opengelegd.

      Endoscopische retrograde cholangio pancreaticografie:

      Een endoscopische retrograde cholangio pancreaticografie (ERCP) werkt als volgt:

      1. Een endoscoop wordt door de mond van de patiënt naar binnen gebracht
      2. De endoscoop passeert de maag en komt in het duodenum → hier bevindt zich de papil van Vater
        • De papil van Vater is de uitmonding van de galgang
        • Hier kunnen instrumenten worden opgevoerd
      3. Er wordt contrastvloeistof in de
      .....read more
      Access: 
      JoHo members
      Vraagstukken Buik thema 4 Acute buikpijn

      Vraagstukken Buik thema 4 Acute buikpijn

      HC28: Anatomie bloedverlies en darmen

      Vascularisatie van de darm na een vaatprothese

      Bij een aorta aneurysma (AAA) wordt vaak van tevoren endovasculair een stent geplaatst. Zo’n stent is een soort tunnel van onder de nierarteriën. Er worden dan bloedvaten afgesloten die de darmen voorzien → een deel van de darmen loopt risico op het ontwikkelen van bloedingen:

      • Laatste 1/3 van het colon
      • Hele rectum

      Dit wordt veroorzaakt doordat de arteria mesenterica inferior wordt afgesloten. Deze vertakt namelijk op de plaats waar de stent wordt geplaatst. Dit wordt opgelost door de arteria marginalis die door de rand van de darmen loopt → als er een stent wordt geplaatst, necrotiseren de darmen niet. Zowel de arteria mesenterica inferior als de arteria mesenterica superior sluiten aan op de arteria marginalis.

      Takken van de arteria mesenterica superior:

      De arteria mesenterica superior heeft veel takken:

      • Naar het jejunum: zit in het mesenterium
        • Arteria jejunalis
      • Naar het ileum: zit in het mesenterium
        • Arteria ileales
      • In het colon
        • Arteria ileocolica
        • Arteria colica dextra
          • Naar het colon ascendens
        • Arteria colica media
          • Naar het colon transversum

      Deze takken staan allemaal in verbinding met de arteria marginalis.

      Takken van de arteria mesenterica inferior:

      De arteria mesenterica inferior heeft veel takken:

      • Arteria colica sinistra
        • Naar het colon descendens
      • Arteria sigmoïdale
      • Arteria rectalis superior

      Deze takken worden allemaal geblokkeerd bij verlies van de arteria mesenterica inferior, maar worden dus gecompenseerd door de arteria marginalis.

      Rectum en anus

      De overgang van het sigmoïd naar het rectum ligt bij S3 of bij de musculus taenia. Het eerste deel van het rectum is retroperitoneaal, het tweede deel subperitoneaal. De onderkant van het rectum wordt opgehangen aan de musculus levator ani, een soort trechter waar de bekkenbodem aan hecht. Vanaf hier worden de darmen het anale kanaal.

      Defaecatie:

      Er ontstaat 4-6x per dag een “mass movement” → een krachtige beweging van het gehele colon. Dit is het beste moment om naar het toilet te gaan. Dit wordt mogelijk gemaakt door:

      • Musculus levator ani: een spier op de overgang van het rectum naar het anale kanaal → trekt het rectum in een knik
        • Het midden heet de puborectalis en vormt de knik
        • Zorgt ervoor dat de ontlasting opgehouden kan worden
      • Sfincter ani internus: ontspant zich reflexmatig
      • Sfincter ani externus: kan zich bewust aanspannen

      Dit zijn allemaal longitudinale spieren en moeten bij toiletbezoek allemaal ontspannen zijn.

      Linea pectinata:

      De linea pectinata is een gekartelde rand halverwege het anale kanaal → vormt de grens tussen de embryonale einddarm (endoderm) en de huid (ectoderm).Dit beïnvloedt de lymfeafvloed en bloedafvloed:

      • Boven de linea pectinata: alles komt van de darmen
        • Arteria mesenterica inferior → arteria rectalis superior
          • De arteria rectalis media is er soms wel en soms niet → wisselt
          • De arteria rectalis inferior komt uit de arteria pudenda interna, die uit het kanaal van Alcock komt
            • Voorziet
      .....read more
      Access: 
      JoHo members
      Vraagstukken Buik thema 5: Chronische buikpijn en defecatiestoornissen

      Vraagstukken Buik thema 5: Chronische buikpijn en defecatiestoornissen

      HC34: Diarree

      Achtergrond

      Weetjes:

      Enkele belangrijke weetjes over wateropname en diarree zijn:

      • Het grootste gedeelte van de opname van water gebeurt in de dunne darm
      • Nachtelijke diarree is over het algemeen secretoire diarree
      • Feces calprotectine is een maat voor ontsteking in de darmen
      • Per jaar hebben meer dan 4 miljoen Nederlanders last van diarree

      Definitie:

      Diarree kan op verschillende manieren worden beschreven:

      • Consistentie
        • Niet gevormd
        • Brijig
        • Waterig
      • Frequentie
        • >3 keer/dag
      • Volume
        • 200-300 gram/dag

      Diarree kan ook gepaard gaan met:

      • Incontinentie
      • Imperatieve aandrang
        • Plotseling naar het toilet moeten gaan en het niet kunnen ophouden
      • Soiling
        • Ongemerkt een klein beetje ontlasting verliezen

      Ontlasting

      Samenstelling:

      Ontlasting bestaat uit:

      • 75% water
      • 25% dode bacteriën, eiwitten, vetten, anorganisch materiaal en cel- en vezelresten

      Water is dus erg belangrijk voor de samenstelling van de ontlasting. Er worden in het spijsverteringskanaal veel stoffen toegevoegd en opgenomen uit de ontlasting:

      • Toegevoegd: in totaal 9 L
        • 1500 mL speeksel
        • 2500 mL maagsap
        • 1500 mL pancreassap
        • 500 mL gal
        • 1000 mL dunnedarmsap
        • 200 mL mucus
          • In de dikke darm
      • Opgenomen: in totaal 8900 mL
        • 7000 mL in de dunne darm
        • 1900 mL in de dikke darm

      Uiteindelijk blijft er dus 2 L vloeistof over in het proximale colon en komt er 100 mL in de feces terecht. Dit gebeurt door een osmotische gradiënt → Na+wordt samen met water opgenomen.

      Osmotische gradiënt:

      De osmotische gradiënt kan op verschillende manieren stijgen:

      • Na+ gaat het lumen in waarbij water volgt
        • Na+ gaat het lumen in en H+ gaat het lumen uit
      • Cl- gaat het lumen in → HCO3- verlaat het cel-lumen en vormt samen met H+ H2CO→ wordt gescheiden in H2O en CO2

      Het water beweegt dus met de osmotische gradiënt mee, die grotendeels wordt gevormd door de opname van natrium.

      Oorzaken

      Er zijn grofweg 5 oorzaken van diarree:

      • Mucoseale secretie/absorptie
        • Verstoring van de osmotische gradiënt
          • Is meer naar buiten gericht
        • Het elektrolyten transport is verstoord → verhoogde afgifte van Cl- en HCO3- of juist Na+absorptieproblemen
          • Door infectie
            • Bijv. cholera → zorgt voor meer Cl- afgifte
          • Door neuro-endocriene tumoren
          • Door neurotransmitters/hormonen
          • Door galzouten
          • Door resecties
        • Er ontstaat een secretoire diarree
          • Niet alleen de secretie, maar ook de absorptie kan verstoord zijn
          • Een elektrolyt die wel in de darm hoort te zijn, is in te grote gehaltes aanwezig
      • Niet-absorbeerbare stoffen
        • Osmotische diarree → de osmotische gradiënt is naar buiten gericht
        • Er zijn lichaamsvreemde stoffen die niet geabsorbeerd kunnen worden
          • Ionen
            • Mg+
              • Suikers
            • SO42-
              • Vetmalabsorptie
            • PO43-
          • Laxeermiddelen
          • Suikeralcoholen (xylitol)
          • Koolhydraten
            • De omzetting van lactose in galactose en glucose door lactase werkt niet
            • De omzetting van sucrose in fructose en glucose door sucrase werkt niet
            • >70% van de volwassenen is lactase deficiënt
            • Kan genetisch zijn, maar
      .....read more
      Access: 
      Public
      Vraagstukken Buik thema 6: Bloedverlies

      Vraagstukken Buik thema 6: Bloedverlies

      HC43: BVO

      Risico en prognose

      Het “lifetime” risico voor darmkanker is 4-5%. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij zowel mannen als vrouwen. Er zijn gemiddeld 14.000 levende personen met darmkanker per jaar. De 5-jaarsoverleving van darmkanker is 60%. Vooral bij stadium IV darmkanker is de overleving slecht. 21% van de darmkankers wordt pas in stadium IV gevonden.

      BVO programma

      Het bevolkingsonderzoek (BVO) programma wordt samengesteld door het RIVM. Bij een bevolkingsonderzoek voor darmkanker gebeurt het volgende:

      1. BVO met FIT-screening
        • Deelnemers sturen feces op
        • Een immunochemische faecale occult bloedtest wordt uitgevoerd → het meten van antistoffen tegen humaan hemoglobine
        • Een geautomatisseerde, kwantitatieve bepaling
        • Er wordt gekeken naar occult bloed, wat mogelijk komt van grote poliepen
        • De cut-off varieert → momenteel ligt de grens op 47 μg occult bloed per gram feces
        • Praktijk:
          • Thuisafname
          • Patiënten krijgen 1 monster die past in de envelop/brievenbus
          • Geen dieet
        • Relevante bevindingen:
          • Darmkanker
          • Advanced adenomen
      2. Colonoscopie: indien er een positieve uitslag is wordt er colonscopie gedaan
        • Als er een poliep is, wordt hij weggehaald en wordt een biopt genomen
        • Valt onder het eigen risico van de patiënt → patiënten moeten het zelf betalen
        • 50% heeft darmkanker of advanced adenomen

      Door screening neemt de 5-jaarsoverleving toe tot 85%. De participatiegraad ligt voor de eerste ronde rond de 70% en is voor de tweede en derde ronde 75%.

      “Wilson and Junger” critera

      Patiënten moeten voldoende geïnformeerd worden over BVO → er moet sprake zijn van “informed choice”. Om BVO voor darmkanker uit te voeren moet voldaan worden aan de “Wilson and Junger” criteria:

      • De op te sporen ziekte moet een belangrijk gezondheidsprobleem zijn
      • Er moet een algemeen aanvaarde behandelingsmethode zijn
      • Er moeten voldoende voorzieningen voor diagnose en behandeling zijn
      • Er moet een herkenbaar vroeg stadium van de ziekte zijn
      • Er moet een betrouwbare opsporingsmethode bestaan
      • De opsporingsmethode moet aanvaardbaar zijn
      • Het natuurlijk beloop moet bekend zijn
      • Er moet overeenstemming zij wie behandeld moet worden
      • De kosten moeten in acceptabele verhouding staan tot de kosten van de gezondheidszorg als geheel
      • Het proces van opsporing moet een continu proces zijn

      Bij de keuze voor een screeningsprogramma moet het volgende in acht gehouden worden:

      • Welke deelnemers?
      • Welke testmethode?
      • Risico’s en behandeling?
      • Capaciteit
      • Kosten

      90% van de darmkanker patiënten is ouder dan 75 jaar. Mensen tussen de 55-75 jaar worden elke 2 jaar uitgenodigd voor het bevolkingsonderzoek.Boven de 75 jaar is het netto-effect van het behandelen van darmkanker kleiner vanwege “competing risks”. Bovendien is de kans op complicaties bij oudere patiënten hoger.

      Kwaliteitswaarborging

      Een bevolkingsonderzoek is eigenlijk een ongevraagd aanbod vanuit de overheid. Er wordt gestreefd naar maximale gezondheidswinst, maar het kan ook leiden tot ongerustheid. De kwaliteit van bevolkingsonderzoek en aansluitende zorg moet daarom uniform en hoog zijn:

      • Zorgverlener/endoscopist en colonoscopiecentrum
      • Visitaties voor de beroepsgroep
      • Referentiefuncties waaronder regionaal coördinerend MDL-arts bij screeningsorganisaties
      • Landelijke eisen, monitoring en evaluatie

      Ter kwaliteitswaarborging zijn er dus:

      • Richtlijnen voor colonoscopie
      • Certificering
      .....read more
      Access: 
      Public
      Oefenmateriaal bij Vraagstukken Buik - Jaar 2 - Geneeskunde - UL

      Oefenmateriaal bij Vraagstukken Buik - Jaar 2 - Geneeskunde - UL

      Bevat mogelijke tentamenvragen bij het blok om te oefenen, gebaseerd op 2015-2016 met de relevante thema's bij het vak voor het collegejaar 2016/2017:


      Oefentoets #1 (voorjaar 2014)

      1. Bij een cystoscopie vanwege hematurie wordt een papillomateuze tumor van 2 cm doorsnede in de blaas gezien. Wat is hierna de volgende stap?

      A) uitwendige bestraling van de blaas geven

      B) blaasspoelingen 1x per week gedurende 12 weken met Mitomycine geven

      C) een TURblaas uitvoeren

      D) na metastase-onderzoek een cystectomie uitvoeren

       

      2. Welke van de onderstaande factoren is geen oorzaak van chronische pancreatitis?

      A) Alcoholgebruik

      B) Auto-antilichamen

      C) Cystic fibrosis

      D) Choledocholithiasis

       

      3. Een 18 jarige vrouw heeft een blanco voorgeschiedenis wat betreft urineweginfecties. Sinds kort is ze seksueel actief. Nu wordt ze gezien met een pyelonefritis. Welke bevinding is hierbij het meest onwaarschijnlijk?

      A) Flankpijn en matige koorts

      B) Leucocyten in het sediment

      C) Hoge koorts met koude rillingen

      D) Een positieve urinekweek met Proteus Mirabilis

       

      4. Een patiënt is icterisch is door obstructie van de galafvloed. De echo laat nu op meerdere plaatsen in de lever uitgezette intrahepatische galwegen zien met kaliberwisselingen, maar de choledochus is niet verwijd en de galblaas bevat géén stenen. Welke aandoening heeft patiënt vermoedelijk?

      A) Primaire scleroserende cholangitis (PSC)

      B) Primair biliaire cirrose (PBC)

      C) Syndroom van Gilbert

      D) Galwegcarcinoom

       

      De volgende 4 vragen gaan over dezelfde casus:

      Een mevrouw einde 40, bezoekt de polikliniek Gynaecologie vanwege klachten van een dikker wordende buik op verwijzing van haar huisarts. Sinds een half jaar heeft patiënte geen menstruaties meer. Ze heeft geen gewichtsdaling bemerkt. De huisarts heeft patiënte onderzocht en constateert eenwat vast aanvoelende zwelling tot 3 vingers onder de navel.

      5. Welke van de mogelijke diagnoses die de huisarts na het lichamelijk onderzoek voor ogen had, staat onderaan in zijn/haar differentiaal diagnose?

      A) Ovariumtumor

      B) Uterus myomatosus

      C) Zwangerschap

       

      6. Vervolgvraag: De huisarts verwijst patiënte naar de gynaecoloog. Wat is de volgende stap in de diagnostiek welke de gynaecoloog zal (laten) verrichten?

      A) Echografisch onderzoek

      B) CT scan

      C) MRI scan

       

      7. Vervolgvraag: Wanneer de conclusie van het aanvullend onderzoek uterus myomatosus is, om wat voor type myoom gaat het dan?

      A) Intracavitair myoom

      B) Intramuraal myoom

      C) Submuceus myoom

      D) Subsereus myoom

       

      8. Vervolgvraag: Wanneer de conclusie van het aanvullend onderzoek multicysteuze ovariumtumor is, welk type tumor is dan niet erg waarschijnlijk?

      A) Borderline tumor

      B) Granulosa cel tumor

      C) Mucineus cyste adenoom

      D) Sereus cyste adenoom

       

      De volgende 2 vragen gaan over dezelfde casus:

      Bij een 26-jarige zwangere Aziatische asielzoekster die geen bijzondere klachten heeft, vindt u de volgende resultaten bij serologische tests:

      • HBsAg positief

      • anti-HBs negatief

      • anti-HBc (IgM) negatief

      • HBeAg positief

      • .....read more
      Access: 
      Public
      Comments, Compliments & Kudos:

      Add new contribution

      CAPTCHA
      This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
      Image CAPTCHA
      Enter the characters shown in the image.
      Promotions
      special isis de wereld in

      Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering

      Check how to use summaries on WorldSupporter.org


      Online access to all summaries, study notes en practice exams

      Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

      There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

      1. Starting Pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
      2. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
      3. Tags & Taxonomy: gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
      4. Follow authors or (study) organizations: by following individual users, authors and your study organizations you are likely to discover more relevant study materials.
      5. Search tool : 'quick & dirty'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject. The search tool is also available at the bottom of most pages

      Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

      Quicklinks to fields of study (main tags and taxonomy terms)

      Field of study

      Check related topics:
      Activities abroad, studies and working fields
      Institutions and organizations
      Access level of this page
      • Public
      • WorldSupporters only
      • JoHo members
      • Private
      Statistics
      1429