Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Strafrecht 1 - RUG - Werkgroepopdrachten 2017/2018 - Week 1b

Vragen

Jurisprudentie vragen

Arrest Noodtoestand en Opiumwet

Vraag 1

Voor welk delict stond de verdachte terecht?

Vraag 2

Welke uitspraak heeft het hof gegeven?

Vraag 3

Waarom is het hof van mening dat verdachtes beroep op noodtoestand aanvaard moet worden?

Vraag 4

Hoe omschrijft de Hoge Raad (overmacht-)noodtoestand?

Vraag 5

In casu heeft de wetgever een bijzonder regeling in de Opiumwet opgenomen in verband met de geneeskundige toepassing van cannabis. Hoe verhoudt een dergelijke regeling zich volgende de HR in het algemeen tot het aanvaarden van een beroep op noodtoestand?

Vraag 6

En in dit geval?

Oefenvragen

Aangeslagen door de nieuwsberichten over grote aantallen bootvluchtelingen, besluit Jacco Aalders zich in te zetten voor een betere samenleving. In de zomer van 2017 huurt hij een busje en rijdt daarmee naar Zuid-Italië. Daar pikt hij Noord-Afrikaanse vluchtelingen op en rijdt vervolgens van Italië, via Frankrijk naar Nederland. Hij zet de vluchtelingen af in de buurt van het asielzoekerscentrum (AZC) in Ter Apel. De vluchtelingen betaalden Jacco bedragen tot 5.000 euro voor hun tocht naar Nederland. Tijdens een van zijn tochten wordt hij in Nederland aangehouden en vervolgd. Hem wordt mensensmokkel ten laste gelegd (art. 197a lid 1 Sr). De tenlastelegging is correct opgesteld.Tijdens de zitting zegt Jacco: “Het was vreselijk om te zien in welke afgrijselijke omstandigheden die vluchtelingen zich bevonden. De situatie in de Nederlandse AZC’s is vele malen beter dan in Italië. Ik wist dat die mensen niet over de juiste papieren beschikten,maar dit heeft niets met smokkel te maken. Ik vervoerde die mensen louter uit humanitaire overwegingen!”

Vraag 1a

Kwalificeer het verweer van Jacco. Heeft dit verweer van Jacco kans van slagen? Motiveer uw antwoord.

Vraag 1b

Stel dat het verweer kans van slagen heeft. Wat is de einduitspraak van de rechter?

Vraag 1c

Stel dat tijdens een van de reizen, een van de vluchtelingen (Mohab) onderweg het busje wil verlaten. Jacco houdt dit tegen, omdat dit te gevaarlijk is. Hij vergrendelt de deuren. Na aanhouding in Nederland wordt hij (tevens) vervolgd wegens gijzeling (art. 282a lid 1 Sr). Jacco voert ter zitting hetzelfde verweer als hierboven genoemd.

Tot welke einduitspraak komt de rechter indien het verweer slaagt?

Vraag 1d

Anders dan het voorgaande lukt het Mohab om tijdens een rustpauze uit de bus te stappen en voor in de bus te gaan zitten. Hij dreigt Jacco met zijn broekriem te wurgen als hij niet harder doorrijdt. Jacco voelt zich geïntimideerd en drukt daarop hard het gaspedaal in. Bij een kruising botst hij tegen een tegemoetkomende personenauto. De bestuurder daarvan raakt zwaargewond. Jacco wordt aangehouden en naast mensensmokkel ook vervolgd wegens het veroorzaken van een verkeersongeval met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg (art. 6 lid 1 WVW). Op welke strafuitsluitingsgrond zal Jacco ter zake van laatstgenoemd delict een beroep doen? Licht uw antwoord toe.

Vraag 1e

Stel dat dit verweer slaagt. Welke einduitspraak doet de rechter dan?

Op 3 september 2017 vliegt Hans de Boer van Helsinki Airport naar Schiphol. Omdat hij zijn medicijnen niet heeft ingenomen, raakt hij tijdens de vlucht in een psychose. Hij wordt onrustig, volgt de bevelen van het cabinepersoneel om zich rustig te gedragen niet op, schreeuwt tegen de stewardessen en enkele medepassagiers en tot slot slaat hij een medepassagier tegen de grond. Eenmaal geland op Schiphol wordt Hans aangehouden. Hij wordt vervolgd wegens het opzettelijk een daad van geweld begaan tegen iemand die zich aan boord van een luchtvaartuig in vlucht bevindt, terwijl daarvan gevaar voor de veiligheid van het luchtvaartuig te duchten is. (artikel 385b Sr).

Vraag 2a

Op basis van welke drie vragen beoordeelt de rechter het beroep van Hans op ontoerekeningsvatbaarheid?

Vraag 2b

Stel dat de rechter verweer aanvaardt. Hoe luidt de einduitspraak?

Vraag 2c

Stel de officier van justitie besluit niet artikel 358b Sr ten laste te leggen, maar 308 Sr. Het delict is op de juiste wijze ten laste gelegd. De rechter aanvaardt het verweer van Hans. Hoe luidt de einduitspraak?

Op 12 juni 2017 rijdt Harm de Groot over een van de vier bruggen bij de zeesluizen in Farmsum, een Noord-Groningse gemeente. Omdat zijn auto nogal wat slingerende bewegingen maakt, krijgt Harm van de toevallig daar surveillerende verkeerspolitie een stopteken. Wanneer Harm zijn raampje naar beneden heeft gedraaid en de agenten een penetrante alcoholgeur menen waar te nemen, vorderen zij Harm krachtens artikel 160 lid 1 sub b WVW om zijn rijbewijs ter inzage af te geven. Harm realiseert zich dat hij zijn rijbewijs niet bij zich heeft. Hij zegt tegen de agenten: “Ik beroep mij op mijn zwijgrecht. Ik weiger elkemedewerking aan jullie onderzoek!” Harm wordt vervolgd wegens het opzettelijk niet voldoen aan een ambtelijk bevel (artikel 184 lid 1 Sr). Ter terechtzitting verklaart hij: “Ik kon mijn rijbewijs niet tonen, want ik had het rijbewijs niet bij me!” De rechter stelt vast dat dat inderdaad zo is.

Vraag 3a

Van welke vorm van overmacht is hier sprake?

Vraag 3b

Tot welke einduitspraak moet een en ander leiden?

Tijdens het drukbezochte Eurosonic Noorderslag muziekfestival in de stad Groningen gaan twee jonge mannen met elkaar op de vuist. Binnen korte tijd verzamelt zich een joelende menigte om de vechtpartij heen. De jonge agent Daniël de Wit, die net zijn opleiding tot opsporingsambtenaar heeft afgerond en sinds een maand in dienst is van de politie Groningen, ziet reden tot aanhouding. Hij loopt met stevige tred op de vechtende 21 jongensaf, terwijl de menigte beledigende opmerkingen naar hem maakt. Dan voelt hij dat er stevig aan het rugpand van zijn uniform wordt getrokken. Hij krijgt het daardoor benauwd en verliest bijna zijn evenwicht. Vanuit zijn ooghoek ziet hij hoe zijn collega Nienke door andereomstanders wordt geschopt. Daniël is ziedend. Met een ruk trekt hij zich los, loopt op een van de beukende jongens af en past onmiddellijk de zogenaamde armklem toe. Met die politiegreep immobiliseert hij het ellebooggewricht. Als hij de zich hevig verzettende jongen vervolgens wil aanhouden, probeert de jongen zich nogmaals krachtig af te weren. Daniël klemt vervolgens de schouder van de verdachte af. Daarmee breekt hij de reeds zwaar geblesseerde schouder van de jongen. De jongen loopt daardoor blijvend letsel op. Daniël wordt vervolgd wegens zware mishandeling (art. 302 lid 1 Sr).

Vraag 4a

Stel dat de agent alleen de armklem had toegepast. Op welke strafuitsluitingsgrond zou hij zich succesvol kunnen beroepen?

Vraag 4b

Tot welke uitspraak leidt een geslaagd beroep op de onder a genoemde strafuitsluitingsgrond?

Vraag 4c

Zou hij zich dan ook succesvol kunnen beroepen op de door u onder a genoemde strafuitsluitingsgrond?

Vraag 4d

Stel dat agent Daniël zich tevens beroept op psychische overmacht. Heeft dit beroep kans van slagen?

Antwoordindicatie

Jurisprudentievragen

Noodtoetstand en Opiumwet

Vraag 1

R.O. 1

“ Medeplegen en opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 lid 1 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.”

Vraag 2

R.O. 1

Het hof heeft de verdachte ontslagen van alle rechtsgevolgen ter zake van het onder 1 en 2 bewezenverklaarde, telkens gekwalificeerd als “medeplegen en opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 lid 1 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.”

Vraag 3

Het hof is van oordeel dat er in de onderhavige zaak sprake is van een conflict van belangen. Enerzijds het maatschappelijk belang bij naleving van de Opiumwet en anderzijds het bestrijden van de spasticiteit en de pijn bij verdachte veroorzaakt door de ziekte MS.

Vraag 4

R.O. 5.2. onder a

Dat de pleger van het feit, staande voor de noodzaak te kiezen uit onderling strijdige plichten en belangen, de zwaarstwegende heeft laten prevaleren.

Vraag 5

een beroep op noodtoestand niet zonder meer uitgesloten, maar een dergelijk beroep zal slechts bij hoge uitzondering kunnen worden aanvaard.

Vraag 6

In dit geval hebben zich bijzondere omstandigheden voorgedaan op grond waarvan de verdachte van plichten en belangen een gerechtvaardigde keuze heeft gemaakt.

Oefenvragen

Vraag 1a

Nee, er is geen sprake van proportionaliteit en subsidiariteit. Allereerst is het belang, om vluchtelingen wegens humanitaire overwegingen naar Nederlandse AZC’s te brengen, dat door het plegen van het strafbare feit wordt gered niet van meer gewicht dan het belang dat door de overtreding van de strafwet wordt aangetast (proportionaliteit). Ook waren er andere mogelijkheden geweest om de situatie omtrent de vluchtelingen te helpen te verbeteren, waardoor er in het geheel geen strafbaar feit had hoeven te worden gepleegd dan wel een minder ernstig feit (subsidiariteit).

Vraag 1b

In artikel 197a lid 1 Sr is wederrechtelijk geen bestanddeel, maar een element; de wederrechtelijkheid in het artikel ziet niet op de gedraging  van de verdachte maar op het intreden van de vluchtelingen. De rechtvaardigingsgrond komt aan de orde bij de 3e vraag van artikel 350 Sv, of de dader strafbaar is. In dit geval volgt OVAR wegens niet strafbaarheid van de dader door het ontbreken van de wederrechtelijkheid.

Vraag 1c

Wederrechtelijkheid is een bestanddeel van artikel 282a lid 1 Sr; de rechtvaardigingsgrond komt dus bij de 1e vraag van artikel 350 Sv aan de orde,  dus of het tenlastegelegde bewezen kan worden. Het tenlastegelegde feit kan niet worden bewezen en volgt vrijspraak; 352 lid 1 Sv;

Vraag 1d

Psychische overmacht, 40 Sr. Dit wordt veroorzaakt door een van buiten komende drang waaraan de verdachte redelijkerwijze geen weerstand kon en ook niet behoefde te bieden. Doordat Jacco wordt bedreigt met een broekriem te worden gewurgd wordt zijn wilsvrijheid aangetast waardoor naleving van de strafwet voor dader ‘moeilijk’ is.

Vraag 1e

Psychische overmacht, art. 40 Sr, betreft een schulduitsluitingsgrond en ziet op het element schuld/verwijtbaarheid; dit neemt het element verwijtbaarheid weg. Schuld is een bestanddeel van artikel 6 lid 1 WVW, dit moet dus bewezen worden. Aangezien gegeven is dat het verweer kans van slagen heeft en de verwijtbaarheid door psychische overmacht ontbreekt, kan het tenlastegelegde feit ook hier niet worden bewezen en volgt vrijspraak; 352 lid 1 Sv;

Vraag 2a

  1. Was er sprake van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestesvermogens?
  2. Zo ja, bestaat er causaal verband tussen stoornis en delict?
  3. Zo ja, is dat een reden om de dader het gepleegde feit niet toe te rekenen?

Vraag 2b

Schuld is geen bestanddeel van artikel 385b Sr maar een element. De tenlastelegging kan worden bewezen. Het feit kan ook worden gekwalificeerd. De schulduitsluitingsgrond neemt de schuld in zin van verwijtbaarheid weg dus volgt er OVAR wegens niet strafbaarheid van de dader.

Vraag 2c

Het door de ontoerekeningsvatbare gepleegde strafbaar feit blijft wederrechtelijk, maar neemt de verwijtbaarheid van de dader weg. Dus een schulduitsluitingsgrond. Schuld is een bestanddeel van artikel 308 Sr; het tenlastegelegde kan niet worden bewezen bij het ontbreken van de verwijtbaarheid. Er zal op grond van de 1e vraag vrijspraak volgen; art. 352 lid 1 Sv.

Vraag 3a

Absolute overmacht; de minimale handelingsvrijheid ontbreekt die voor een strafrechtelijke relevante gedraging vereist is. De verdachte had geen keuzemogelijkheid omdat hij geen rijbewijs had kon hij hem niet tonen waardoor hij wel strafbaar moest handelen.

Vraag 3b

In dit geval is op grond van artikel 184 lid 1 Sr opzet vereist voor een bewezenverklaring; deze opzet kan echter niet bewezen worden; dus vrijspraak; art. 352 lid 1 Sv

Vraag 4a

Art. 42 Sr: niet strafbaar is hij die een feit begaat ter uitvoering van een wettelijk voorschrift. Op grond van artikel 53 Sv hebben opsporingsambtenaren de plicht tot optreden

Aanhouding van verdachte waarbij strafbaar feit wordt gepleegd; proportionaliteit en subsidiariteit van belang.

Vraag 4b

Beroep op rechtvaardigingsgrond wettelijk voorschrift; Art. 42 Sr de wederrechtelijkheid valt weg; sprake van OVAR wegens niet-strafbaarheid van de dader.

Vraag 4c

Nee; er is geen sprake van een wettelijk voorschrift. Artikel 53 Sv schept voor de burger slechts een bevoegdheid tot aanhouding, geen voorschrift. Wel mogelijk om een beroep te doen op overmacht-noodtoestand (art. 40 Sr) à OVAR wegens niet strafbaarheid dader

Vraag 4d

Nee hij is agent, sprake van garantenstellung. Moet zich als agent opstellen met meer geduld.

Image

Access: 
Public

Image

Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Activity abroad, study field of working area:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1730