Burgerlijk Recht - Recht - RUG - B2 - Sheetnotes & Collegeaantekeningen
- 1727 reads
Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege? Maak (desgwenst) verwijzingen naar de literatuur.
In dit hoorcollege komt de levering van roerende zaken (niet-registergoedren) aan bod en de derdenbescherming. Uit Art. 3:2 volgt dat zaken zijn voor menselijke beheersen vatbare stoffelijke objecten. Uit Art 3:3 lid 2 volgt dat roerend zijn alle zaken die niet onroerende zijn. Niet zijnde registergoederen art. 3:10 BW.
Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur? Vat deze kort samen.
Geen sprake van onderwerpen die niet worden behandeld in de literatuur.
Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
Geen sprake van recente ontwikkelingen.
Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
Geen specifieke opmerkingen t.a.v. het tentamen.
Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen? Neem deze op en vermeld ook het antwoord
Welke levering vindt er plaats wanneer de zaken in macht van de vervreemder zijn?
Art. 3:90 lid 1 BW; bezitsverschaffing; is ruimer dan bezitsoverdracht. Ook iemand die geen bezitter is kan tot in staat zijn een ander het bezit te verschaffen. Het feit dat hij geen bezitter is, komt vaak doordat hij geen eigenaar is. Betekent veelal niet dat je eigenaar wordt tenzij er sprake is van derdenbescherming; art. 3:86 BW. Art. 3:114 BW; bezitsoverdracht.
Kan de verkrijger zichzelf het bezit verschaffen?
Bijv. er is sprake van een koe. Deze koe is geen zaak maar regels gelden wel van zaken (art. 3:2a BW). Kan je jezelf het bezit verschaffen van een koe? Voor 1.000 verkoopt boer A de koe aan boer B. Geen nadere afspraken gemaakt over de levering. Boer B neemt de koe gewoon mee wanneer hij hem in de wei ziet en plaatst hem vervolgens in zijn weiland. Is boer B nu eigenaar geworden van de koe?
Art. 3:84 BW is van toepassing:
Conclusie = geen rechtsgeldige levering.
Het onderwerp ‘levering roerende zaken’ is uitvoerig behandeld bij Burgerlijk Recht 1 en zal tijdens dit hoorcollege nauwelijks meer aan bod komen. In de sheets staat hier nog wel informatie over in, dit is meer bedoeld als herinnering.
Art. 3:2 BW geeft ons de definitie van deze roerende zaken niet zijnde registergoederen namelijk: “ Zaken die voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten zijn”. Vorderingsrechten zijn niet stoffelijk en zijn dus ook geen zaken. Sommige zaken zijn wel stoffelijk maar niet voor menselijke beheersing vatbaar zoals lucht.
Art. 3:3 lid 2 BW; Roerende zaken zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
Art. 3:10 BW; Register goederen zijn goederen voor welker overdracht of vestiging inschrijving in daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk zijn. De rest zijn niet- registergoederen.
Goederen = zaken + vermogensrechten
Let goed op het verschil tussen bezitsverschaffing (art. 3:90 lid 1 BW) en bezitsoverdracht (art. 3:114 BW). Je kunt iemand het bezit verschaffen zonder dat je het zelf hebt. Bijv. de fietsenmaker heeft de fiets onder zich en houdt hem voor iemand anders. Hij kan nu net doen alsof hij wel eigenaar is en de fiets door verkopen. Dit is verschaffen en niet overdragen, want er is geleverd op grond van art. 3:90 lid 1 BW.
Bij het voorbeeld van de fietsenmaker gaat het om bezitsverschaffing door niet-bezitter. Hiervoor moet je kijken naar art. 3:107 e.v. BW. De houder heeft nu intentie de zaak voor zichzelf te houden (Bezitter).
Oefencasus: kan de verkrijger zichzelf het bezit verschaffen?
A heeft de koe verkocht aan B. B heeft al betaald en loopt weg. B ziet de koe al staan in de wei en denkt ik neem hem gewoon mee, ik heb toch al betaald. Is B nu eigenaar geworden van de koe? (2 redenaties)
Overdracht zonder feitelijke handelingen (niet-corporele overdracht) vind je in art. 3:115 BW
Constitutum possessorium (sub a) (let op!)
Geen levering c.p. door detentor (art. 3:11 BW en 3:115 sub a BW)
Art. 3:86 BW beschermt in dit geval niet
Relativering levering ten opzichte van ouder gerechtigde (art. 3:90 lid 2 BW)
Traditio brevi manu (sub b)
Traditio longa manu (sub c)
(• Traditio sine manu -> arrest Klinge- Wortelboer/Goubite)
Bezitsverschaffing betekend dat je de macht + pretentie van eigendom overgeeft aan de koper. In geval van levering met eigendomsvoorbehoud ontstaat er een bijzondere situatie van art. 3:90 BW. Je wil namelijk de eigendom zelf behouden (ipv pretentie van eigendom aan de koper geven) tot het moment dat de koper de koopprijs heeft voldaan.
Als je een verbintenis onder opschortende voorwaarden hebt en je wilt al leveren, hoef je niet alvast het bezit te verschaffen maar kan je volstaan met machtsverschaffing. De ander mag zich nog niet gedragen als eigenaar. Zodra de verkrijger betaalt, hoeft er niet nogmaals geleverd te worden (want er is al geleverd). Nu is de verkrijger onvoorwaardelijk eigenaar geworden.
Art. 3:95 BW: Levering door middel van akte. Je kan nu leveren zonder dat je de macht hebt over de zaak. Dit gebeurt veel bij verzekeringen. Als je auto wordt gestolen, krijg je van de verzekering geld. De verzekering wordt nu, voor het geval de auto ooit nog wordt teruggevonden, eigenaar van de auto. Het is alleen erg lastig om de auto te verschaffen. Daarom wordt er een akte op gemaakt en kan via deze route leveren.
Deze manier van levering heeft veel invloed op de derdenbescherming, want het bezit is dan wel over gegaan maar aan de uiterlijke kenmerken verandert er niks. De dief heeft nog steeds de auto in zijn macht.
Hoofdlijnen voor derdenbescherming art. 3:86 BW (BR 1, in HC niet verder uitgewerkt):
Uitgangspunt (lid 1): Bescherming derde die roerende zaken ex art. 3:90, 91 (of 93) BW heeft verkregen, mits anders dan om niet en te goeder trouw.
Uitzondering (lid 3): Geen bescherming als eigenaar bezit door diefstal heeft verloren en zaak binnen drie jaar opeist.
Uitzonder op de uitzondering (lid 3): Toch bescherming bij ‘reguliere consumentenkoop’ of geld (of toonder- of order papier).
Wegwijsplicht van art. 3:87 BW
Levering van toekomstige goederen. Je kan toekomstige goederen onderscheiden in 2 varianten namelijk:
Absolute toekomstige goederen = het goed moet nog gemaakt worden. Bijv. schilderij, je hebt alleen nog maar een leeg canvas.
Relatief (of subjectief) toekomstige goederen = Deze zaken bestaan al wel maar zijn nog niet in het vermogen van de vervreemder.
Rechtshandelingen met toekomstige goederen:
Overeenkomsten (verbintenissenrecht): Je kan de toekomstige goederen gewoon verkopen omdat met een koopovereenkomst je alleen een verplichting afspreekt om te leveren. Hiervoor hoef je het niet al in je bezit te hebben. Als jij uiteindelijk niet kan leveren kom je jouw deel van de overeenkomst niet na en kan de ander schadevergoeding of ontbinding, etc eisen.
Overdracht (Goederenrecht): Je kan absolute toekomstige goederen niet overdragen want je kan niet iets in je eigendom hebben wat er niet is. Ook relatief toekomstige goederen kan je niet overdragen want je bent niet beschikkingsbevoegd.
Levering: Bij voorbaat (art. 3:97 BW). Toekomstige goederen kunnen geleverd worden bij voorbaat tenzij het verboden is deze goederen tot een overeenkomst te maken of als het registergoederen zijn. Levering bij voorbaat is ook van toepassing in gevolg van art. 3:98 BW op het vestigen van beperkte rechten op de toekomstige zaken. Bij levering bij voorbaat komt de overdracht tot stand zodra de verkoper beschikkingsbevoegd wordt (meteen op hetzelfde moment is de verkoper daarna dus ook niet meer beschikkingsbevoegd omdat de verkrijger nu eigenaar is). Ook hier geldt dat er dan niet meer geleverd hoef te worden.
LET OP: Haal de levering en de overdracht niet door elkaar. Er is pas overgedragen als aan alle eisen van art. 3:84 lid 1 BW is voldaan. Dus ook al is er geleverd, er is pas overdragen als de verkoper beschikkingsbevoegd werd (het goed niet meer toekomstig is). Dus vereisten art. 3:48 lid 1 BW:
Stel: Tussentijd faillissement vervreemder bij voorbaat komt de levering bij voorbaat toch niet tot stand want:
De vervreemder is nu beschikkingsonbevoegd (art. 23 Fw) dus kan niet overdragen. Dit staat ook nog een keer uitdrukkelijk in art. 35 lid 2 Fw (doorkruising levering bij voorbaat).
Je kan een toekomstig goed meerdere keren bij levering bij voorbaat verkopen. Je zou nu denken dat de eerste afspraak tot leveren bij voorbaat prioriteit heeft maar beide overdrachten komen tegelijk tot stand. Er was al een titel en levering (bij voorbaat) en op exact hetzelfde moment dat de verkoper eigenaar wordt is er aan het laatste vereiste van art. 3:84 BW voldaan. Wie is nu eigenaar geworden? Gelet op art. 3:97 lid 2 BW heeft de oudste levering prioriteit tenzij de jongere levering al eerder feitelijk het goed in handen heeft. Dus eerst verkoopt X een nog niet gemaakt schilderij aan A en de volgende dag aan B. In principe zou A eigenaar worden tenzij B het schilderij eerder komt halen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1939 |
Add new contribution