Inleiding Staats- en Bestuursrecht - UU - Werkgroepopdrachten 2016/2017 - Week 5

Vragen

Vraag 1

Rijden onder invloed is verboden op grond van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994). Ter controle kan de politie een blaastest afnemen, of, indien de blaastest geen uitkomst oplevert, medewerking vorderen aan een bloedproef of andere wijze van onderzoek. Stel dat dit allemaal is geregeld in art. X van de Wegenverkeerswet 1994. Stel verder dat dit artikel X
in lid 8 ook het volgende bepaalt:
‘Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels vastgesteld omtrent de wijze van uitvoering van deze bepaling. Deze regels kunnen mede betrekking hebben op de mogelijkheid tot het doen verrichten van een tegenonderzoek.’
(NB. Er wordt in deze vraag steeds de term ‘stel’ gebruikt. De WVW 1994 kan in werkelijkheid iets anders bepalen maar daar dient U bij de beantwoording van deze vraag niet van uit te gaan).

Stel dat de in lid 8 bedoelde nadere regels zijn opgenomen in het Besluit alcoholonderzoeken en dat artikel Y van dit Besluit bepaalt:
‘Onze minister van Veiligheid en Justitie stelt nadere regels omtrent de eisen waaraan ademanalyseapparaten dienen te voldoen en de onderzoeken waaraan zij dienen te zijn onderworpen.’

Stel tenslotte dat op basis hiervan door de Minister van Veiligheid en Justitie de Regeling ademanalyse is vastgesteld, die deze in art. Y van het Besluit bedoelde nadere regels bevat.

  1. Is deze Regeling ademanalyse naar uw oordeel rechtmatig gelet op legaliteitsbeginsel?
  2. Als u vraag a negatief beantwoordt, hoe had de wetgever ervoor kunnen zorgen dat de Regeling ademanalyse wel rechtmatig had kunnen worden vastgesteld?

Vraag 2

In de volgende bepalingen wordt steeds een regelgevende bevoegdheid toegekend. Geef aan of het orgaan dat de bevoegdheid krijgt, deze mag overdragen aan een ander orgaan.

  • Grondwet -> grondwetgever (attributie)
  • Wet -> wetgever (delegatie)
  • Amvb -> regering
  1. Artikel 2 lid 1 GW
  2. Artikel 16 lid 6 Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen
  3. Artikel 8 GW
  4. Artikel 10 lid 1 GW
  5. Artikel 5.16a lid 2 Wet milieubeheer

Vraag 3

De actiegroep ‘Bijbelvast’, bestaande uit een aantal radicaal christelijke inwoners van de Amsterdamse grachtengordel, heeft al jaren grote moeite met de jaarlijkse Gay Pride. Homoseksualiteit is volgens hen volstrekt in strijd met de Bijbelse geboden en de openlijke verheerlijking ervan op de mooie Amsterdamse grachten beschouwen zij als een inbreuk op hun privéleven. Op grond van artikel 2:43, aanhef en onder a, van de APV Amsterdam, opgenomen in het hoofdstuk “Orde en Veiligheid”, kan de burgemeester de vergunning voor een evenement weigeren als naar zijn oordeel het evenement gevaar oplevert voor de openbare orde, de gezondheid, de veiligheid, de brandveiligheid of voor het ontstaan van wanordelijkheden.

De actiegroep besluit de evenementenvergunning die de Amsterdamse burgemeester op grond van de APV Amsterdam aan de organisatie van de Gay Pride voor 2016 heeft verleend aan te vechten, omdat deze inbreuk maakt op hun godsdienstvrijheid en het recht op eerbiediging van het privéleven. Na overleg met hun advocaat besluiten zij ook aan te voeren dat gelet op het toenemend geweld in de stad tegen homo’s – steeds vaker worden homo’s met geweld bedreigd of zelfs in elkaar geslagen – wanordelijkheden kunnen ontstaan als homohaters het homofeest gaan verstoren, waarbij ook nog de veiligheid van de schepelingen gevaar kan lopen. Na tevergeefs bezwaar te hebben gemaakt stellen zij beroep in bij de rechtbank Amsterdam. Nadat de zitting heeft plaatsgevonden dient de rechtbank binnen zes weken tot een uitspraak te komen.

Stel: U bent rechter in de meervoudige kamer belast met deze zaak. Schrijf een korte notitie ter voorbereiding op het overleg in raadkamer waarin U helder uiteenzet hoe de rechtbank dient te oordelen gelet op het legaliteitsbeginsel en het specialiteitsbeginsel

Vraag 4

Lees het Fluoriderings-arrest (HR 22 juni 1973).

  1. Welke uitbreiding geeft de HR in deze uitspraak aan art. 89 GW?
  2. Hoe beoordeelt u de werkbaarheid van het door de HR op dit punt gehanteerde criterium?
  3. Geef een voorbeeld van een overheidshandeling – anders dan waar het in het Fluorideringsarrest om ging – die naar uw oordeel voldoet aan het onder a en b bedoelde criterium en een overheidshandeling waarbij dit niet het geval is.

Vraag 5

Café Het Trefpunt krijgt al sinds 2005 een terrasvergunning. Meestal wordt de vergunning in april, net voordat het zomerseizoen begint, verleend. Ook voor het komende seizoen is een vergunning aangevraagd. Stel: op 15 april 2016 krijgt de eigenaar van Het Trefpunt een brief van het college van burgemeester en wethouders waarin staat dat er geen vergunning wordt verleend in verband met de verkeersveiligheid. Het college van burgemeester en wethouders wijst er daarbij op dat er het vorige seizoen minstens zes ongelukken hebben plaatsgevonden doordat voetgangers het trottoir niet konden gebruiken en op de rijweg zijn aangereden. De eigenaar heeft echter al nieuwe stoelen voor het terras gekocht in de veronderstelling dat de vergunning zoals de voorgaande tien jaren zou worden verleend. Zijn buurman, Café Lotgenoten, heeft daarenboven wel weer een terrasvergunning voor 2016 gekregen.

  1. U bent advocaat en heeft de eigenaar van café Het Trefpunt als cliënt. U legt hem uit dat naar uw oordeel door het college van burgemeester en wethouders diverse formele en materiële normen voor bevoegdheidsuitoefening (abbb) zijn geschonden. Welke normen zijn dit en waarom?
  2. Stel dat het college van burgemeester en wethouders bij zijn besluit ook had verwezen naar de Beleidsregel Terrasvergunningen. Meer specifiek wordt verwezen naar artikel 3 van deze beleidsregel, dat bepaalt dat vergunningaanvragen worden geweigerd indien zich in de buurt van het terras in de periode van 1 mei tot 1 oktober van het voorgaande jaar meer dan vijf verkeersincidenten hebben voorgedaan. Welk(e) argument(en) kunt u als advocaat aanvoeren tegen deze door B en W aan het besluit ten grondslag gelegde verwijzing naar de beleidsregel?

Vraag 6

In een aantal geruchtmakende uitspraken, genoemd in BKVW op p. 191, heeft de rechter in het verleden aanvaard dat de wet (heel) soms opzij kan worden gezet wanneer deze strijdig is met een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur. Geef aan of u deze jurisprudentie in strijd acht met het legaliteitsbeginsel en waarom wel/niet.

Antwoordindicatie 

Vraag 1

  1. Legaliteitsbeginsel: Je hebt pas de bevoegdheid om iets uit te voeren als het van te voren al vastgesteld staat in de wet.
    Er staat niet duidelijk in artikel X vastgesteld dat de minister van Veiligheid en Justitie de bevoegdheid krijgt om nadere regels vast te stellen. Er staat geen ‘bij of krachtens’ dus de regering had de bevoegdheid niet door mogen gegeven aan de minister van Veiligheid en Justitie. Er staat alleen ‘bij’ en dat is niet genoeg om de bevoegdheid door te geven. Door de formele wetgever wordt gezegd bij AMvB en de formele wetgever geeft de bevoegdheid aan de regering. De regering heeft het besluit alcoholonderzoeken vastgesteld en de bevoegdheid gegeven aan de minister van Veiligheid en Justitie geven om regels op te stellen voor de ademanalyseapparaten.
    Hier is het naar mijn oordeel niet rechtmatig gelet op het legaliteitsbeginsel.

  2. De wetgever had ervoor kunnen zorgen dat de Regeling ademanalyse rechtmatig vastgesteld zou kunnen worden door in artikel X duidelijk neer te zetten wie de bevoegdheid krijgt om deze nadere regels in te stellen. Dit kan door ‘bij of krachtens’ AMvB neer te zetten in de wet.

Vraag 2

  1. Art.2 lid1 GW; De wet regelt wie Nederlander is.
    In dit artikel staat het woord ‘regelt’ dat betekend dat de wet de bevoegdheid heeft om de bevoegdheid over te dragen aan een ander orgaan.(delegatie) De grondwetgever geeft de bevoegdheid aan de formele wetgever.

  2. Art. 16 lid 6 Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen; Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld omtrent de uitgifte en het beschikbaar blijven van het Tractatenblad.
    Het orgaan heeft geen bevoegdheid om de bevoegdheid over te dragen aan een ander orgaan want er staat geen ’bij of krachtens’ in de wet. De formele rijkswetgever geeft de bevoegdheid aan de minister (er staat ministeriële regeling)

  3. Art.8 GW; Het recht tot verenging wordt erkend. Bij wet kan dit recht worden beperkt in het belang van de openbare orde.
    In deze wet staat niet het woord ‘regelt’/’bij’/’krachtens’ dus heeft ook geen bevoegdheid om de bevoegdheid door te geven aan een ander bestuursorgaan. Grondwetgever geeft de bevoegdheid aan de formele wetgever. Er staat alleen ‘bij’ en geen ‘bij of krachtens’ of ‘regelen’.

  4. Art.10 Lid 1 GW; Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op eerbiediging van zijn persoonlijke sfeer.
    Het orgaan heeft de bevoegdheid om de bevoegdheid over te dragen aan een ander bestuursorgaan omdat er in de wet ‘bij’ of ‘krachtens’ staat. Van de grondwetgever naar de formele wetgever.

  5. Art. 5.12 lid 2 Wet milieubeheer: In het programma, bedoeld in het eerste lid, worden ten minste genoemd of beschreven de gedurende de in dat lid bedoelde periode door een of meer bestuursorganen van het Rijk te treffen generieke maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit en de effecten daarvan op de luchtkwaliteit.

In de wet staat ‘regelen’/’bij’/’krachtens’ dus heeft het orgaan bevoegdheid om de bevoegdheid over te dragen aan een ander orgaan. Van de formele wetgever naar de regering (koninklijk besluit)

Vraag 3

4 argumenten:

  • Godsdienst -> niet betrekken bij zijn besluitvorming van wel/geen vergunning

  • Privéleven -> niet betrekken bij zijn besluitvorming van wel/geen vergunning

  • Veiligheid

  • Wanordelijkheid

Art. 2.43 aanhef en onder a APV Amsterdam; burgemeester mag de vergunning wel/niet geven.

  • Legaliteitsbeginsel: is de burgemeester bevoegd om de evenementenvergunning die hij aan de Gay Pride voor 2016 heeft verleend in te trekken.

  • Specialiteitsbeginsel: Bevoegdheid alleen gebruiken met oog de belangen waarvoor je die bevoegdheid gekregen hebt.

    De burgemeester mag alleen Veiligheid en Wanordelijkheden gebruiken als argumenten.

Vraag 4

  1. De HR geeft in dit arrest toepassing aan het legaliteitsbeginsel ook t.a.v. een maatregel van feitelijke aard, in die zin dat deze moet terug te voeren zijn op een democratisch gelegitimeerd besluit van de formele wetgever. Wanneer er dus sprake is van een maatregel van zo’n ingrijpende aard, moet er altijd sprake zijn van een wettelijke grondslag. Art.89 lid 2 -> voorschriften die door straffen kunnen worden gehandhaafd. Is een wettelijke grondslag voor nodig. Conclusie van arrest Fluorisering; alleen wettelijke grondslag nodig als het echt een ingrijpend overheidsoptreden is. Ook voorschriften die je niet voor straffen wilt handhaven, is er dus toch een formele wettelijke grondslag nodig. -> Duidelijk weergegeven in aanwijzing 21. (maar toch mag het alleen bij hoge uitzonderingen en tijdelijke door legaliteitsbeginsel -> zelfstandige AMvB’s)

  2. Mij lijkt dit criterium niet werkbaar, omdat wanneer alles teruggebracht moet worden tot de wet, het bijna niet meer mogelijk is om AMvB’s te maken.

  3. De politie is bevoegd om blaastesten af te nemen (voldoet aan criterium). De politie besluit alle vluchtelingen op te pakken (voldoet niet aan criterium).

Vraag 5

a.

  • Formele beginselen:
    1. Zorgvuldigheidsbeginsel: De overheid moet een besluit zorgvuldig voorbereiden en nemen: correcte behandeling van de burger, zorgvuldig onderzoek naar de feiten en belangen, procedure goed volgen en deugdelijke besluitvorming (art. 3:2 Awb). -> Hoorplicht geld Art. 4:7 -> horen van geadresseerde
    2. Rechtszekerheidsbeginsel: De overheid moet haar besluiten zó formuleren dat de burger precies weet waar hij aan toe is of wat de overheid van hem verlangt. Bovendien moet de overheid de geldende rechtsregels juist en consequent toepassen. De café houder heeft al 10 jaar de vergunning en nu opeens krijgt hij de vergunning niet meer.
    3. Vertrouwensbeginsel
  • Materiele beginselen:
    1. Evenredigheidsbeginsel. De overheid moet ervoor zorgen dat de lasten of nadelige gevolgen van een overheidsbesluit voor een burger niet zwaarder zijn dan het algemeen belang van het besluit (art. 3:4 lid 2 Awb)
    2. Gelijkheidsbeginsel. De overheid moet gelijke gevallen op gelijke wijze behandelen (art. 1 Grondwet)
    3. – B en W moeten duidelijker aangeven wanneer in het vorige seizoen de 6 ongelukken zijn gebeurd, als dat niet tussen 1 mei en 1 oktober is gebeurd, dan moet de B en W Café het Trefpunt wel een vergunning geven.
    4. Gelijkheidsbeginsel; de overheid (B en W) moet er ook opletten of er ongelukken zijn gebeurd voor Café Lotgenoten.
    5. Fair-play-beginsel; de overheid moet zich onpartijdig opstellen bij het nemen van een besluit en moet noodzakelijk openheid en eerlijkheid in acht nemen.

b. Niet eerlijk dat Café Lotgenoten wel een vergunning krijgt en Café Het Trefpunt niet. Het is geen consequent beleid. Beleidsregels zijn de instrumenten als het bestuursorgaan om van een beschikkingsbevoegdheid gebruik mag maken -> bestuursorgaan gebruikt hiervoor beleidsregels.

Argument voor cliënt:

  • Café mag uitzonderingspositie aantonen en onderzoek starten. Mijn positie is erg uitzonderlijk, misschien wel 1 groot verkeersincident (5 ongelukken) -> afwijken van de beleidsregel want ik ben een uitzonderingsgeval. Staat in Art.484 AMvB.

  • Er is dus sprake van zulke uitzonderingen gevallen dus voor mijn client zou een uitzondering gemaakt moeten worden-> beleidsregel.

Vraag 6

Niet echt strijd met het legaliteitsbeginsel.

Aantekeningen werkgroep

Afkortingen:

  • AVV: Algemeen verbindend voorschrift

  • ABBB: Algemeen beginselen van behoorlijk bestuur (formele en materiele beginselen -> behoorlijkheidsnormen voor bestuursorganen, deel ervan vindt je terug in de Awb)

  • ‘regelen’ -> als je dit in de grondwet tegenkomt heeft de grondwetgever de bevoegdheid tot delegatie. Geldt alleen als het in de grondwet staat.

  • Heel soms staat er letterlijk in een volzin dat de bevoegdheid door gegeven mag worden. bv. in Art163 lid10.

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1524