TentamenTests bij Arbeids-, Organisatie- en Personeelspsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen - 1

Vragen

Vraag 1

Waar richt arbeid en organisatiepsychologie zich vooral op?

  1. Het toepassen van psychologische theorieën over principes van een onderzoek naar de werksituatie

  2. De echtheid, ofwel authenticity van een bedrijf

  3.  Het analyseren en organiseren van de industriële tak binnen een bedrijf

  4. Alle bovengenoemde antwoorden

Vraag 2

Welke drietal stromingen kent de arbeid- en organisatiepsychologie?

  1. Arbeidspsychologie, Organisatie psychologie, Human engineering

  2. Arbeidspsychologie, Organisatie psychologie, Productiepsychologie

  3. Personeelspsychologie, Organisatie  psychologie, Productiepsychologie

  4. Personeelspsychologie, Organisatie psychologie, Human engineering 

Vraag 3

De bekende Hawthorne onderzoeken onderzochten de invloeden op …

  1. De tevredenheid van de werknemers

  2. De productiviteit van de werknemers

  3. De verschillende soorten werknemers

  4. De relatie tussen werkgever en werknemers

Vraag 4

Hofstede's theorie kent 5 dimensie. Mate van vrouwelijkheid is daar één van. Wat wordt er bedoeld als een land hoog scoort op de ‘mate van vrouwelijkheid’?

  1. Dit land kent een hoge percentage werkende vrouwen

  2. Dit land kent een cultuur die zich meer richt op interpersoonlijke relaties en communicatie

  3. Dit land kent een cultuur wat vooral voordelig is voor vrouwen

  4. Dit land kent veel vrouwelijke banen

Vraag 5

Welke van de volgende uitspraken is juist?

  1. Bij een experimenteel onderzoek is er geen sprake van het willekeurig toewijzen van deelnemers aan verschillende condities

  2. De arbeids- en organisatiepsychologie kent maar een vorm van onderzoeksdesign

  3. Bij een quasi-experimenteel onderzoek worden deelnemers wel in verschillende condities verdeeld maar niet op een willekeurige manier

  4. Experimenteel onderzoek vindt uitsluitend plaats in een laboratorium

Vraag 6

Data die verkregen wordt met behulp van testschalen, beoordelingsschalen, vragenlijsten zijn …

  1. Kwantitatief

  2. Kwalitatief

  3. Observationeel

  4.  Duur

Vraag 7

Hoe onwaarschijnlijk de nulhypothese is, wordt bepaald aan de hand van

  1. De p-waarde

  2. De verkregen literatuur

  3. De statische kracht, ofwel power

  4. De correlatiecoëfficiënt

Vraag 8

Welke uitspraak met betrekking tot het Flynn-effect is niet juist?

  1. Mensen worden per generatie intelligenter

  2. Per generatie neemt de gemiddelde intelligentie met 15 punten toe

  3. Intelligentie is binnen een generatie niet stabiel

  4. Iemands intelligentieniveau verandert op oudere leeftijd nauwelijks meer

Vraag 9

Welke van de volgende uitspraken zijn juist?

  1. De big-five is crosscultureel toepasbaar

  2. Aan de big-five wordt nauwelijks getwijfeld en deze theorie kent weinig kritiek

  1. Uitspraak 1 is juist

  2. Uitspraak 2 is juist

  3. Uitspraak 1 is juist, uitspraak 2 is onjuist

  4. Uitspraak 1 is onjuist, uitspraak 2 is juist

Vraag 10

Wat verstaan wij onder declaratieve kennis?

  1. Een gedeelte van iemands kennis dat bestaat uit feiten, begrippen en relaties tussen begrippen

  2. Een gedeelte van iemands kennis dat bestaat uit actiegerelateerde en doelgerichte kennis die iemand zichzelf aangeleerd heeft

  3. Een gedeelte van iemands kennis dat bestaat uit leerprocessen zoals het toepassen van een stappenplan of kaartlezen

  4. Geen van de bovengenoemde

Vraag 11

Welke van de volgende componenten maken geen deel uit van ‘Campbell’s 8-componenten model van prestatie’?

  1. Het behouden van persoonlijke discipline

  2. Supervisie/leiderschap

  3. Het vergemakkelijken van eigen prestaties

  4. Bekwaamheid in schriftelijke en mondelinge communicatie

Vraag 12

Wat is het sterkst gerelateerd met contraproductief gedrag?

  1. Persoonlijkheidsfactoren

  2. Leeftijd

  3. Werkplek

  4. Werktevredenheid

Vraag 13

Utiliteit is NIET afhankelijk van

  1. Validiteit

  2. Selectieratio

  3. Kosten

  4. Cultuur

Vraag 14

Hausknecht en collega’s deden onderzoek naar de voorkeuren van sollicitanten. Wat waren de resultaten van het onderzoek?

  1. Het overgrote deel werd liever beoordeeld op basis van een interview dan op basis van hun CV

  2. Het overgrote deel werd liever beoordeeld op basis van hun CV dan op basis van een interview

  3. De voorkeur lag zowel bij een beoordeling op basis van CV’s als bij interviewaannames

  4. De sollicitanten hadden geen voorkeur

Vraag 15

Wat wordt er bedoeld met ‘360 graden feedback’?

  1. Een methode waarbij de werknemer van veel verschillende bronnen feedback krijgt

  2. Een methode waarbij de werknemer op alle mogelijke handelingen feedback krijgt

  3. Een methode waarbij de werknemer en werkgever elkaar feedback geven

  4. Een methode waarbij de werknemer in discussie kan gaan bij het krijgen van feedback

Vraag 16

Wat was het resultaat van de meta-analyse van Grove et al. (2000)?

  1. Klinische predictie verliest het nooit van statische predictie

  2. Statistische predictie en klinische predictie zijn even sterk bij het doen van uitspraken

  3. Klinische predictie is beter bij bepaalde taken, ervaring en achtergrond of type data

  4. Statistische predictie is beter ongeacht taak, ervaring en achtergrond of type data

Vraag 17

Er is sprake van adverse impact als de selectieratio voor de minderheidsgroep kleiner is dan … van de selectieratio van de meerderheidsgroep.

  1. 30 %

  2. 40%

  3. 80%

  4. 50%

Vraag 18

Welke van de volgende manieren om te leren komt niet overeen met de sociale leertheorie van Bandura?

  1. Men leert door iemand anders een gedrag te zien uitvoeren

  2. Men leert door de activiteit in je hoofd te oefenen voordat je die gaat uitvoeren

  3. Men leert door fouten te maken

  4. Men leert door anderen vragen te stellen over de handeling

Vraag 19

Welke van de volgende uitspraken is NIET juist?

  1. Skinner is de uitvinder van de Reinforcement theorie

  2. Reinforcement is het minst effectief als het direct na de gedraging wordt toegepast

  3. Skinner stelt dat gedrag geleerd wordt door het te belonen

  4. Alle bovengenoemde uitspraken

Vraag 20

Maslow’s behoefte theorie kent

  1. Hiërarchische ordening

  2. 5 niveaus

  3. Basisbehoeftes

  4. Alle bovengenoemde

Vraag 21

Iemand die gelooft dat hij/zij het vermogen heeft om een bepaald doel te bereiken maakt gebruik van welke theorie?

  1. Control theory

  2. Doelstellingstheorie

  3. VIE theorie

  4. Self-efficacy theorie

Vraag 22

Tevredenheid met de centrale aspecten, aspecten van het werk zelf zoals de mate waarin het werk interessant is, noemt men …

  1. Intrinsieke tevredenheid

  2. Extrinsieke tevredenheid

  3. Gefixeerde werktevredenheid

  4. Algehele tevredenheid

Vraag 23

Welke van de volgende uitspraken zijn juist?

  1. Process emotions komen voort uit het overwegen van de taken die iemand op dat moment uitvoert

  2. In een affectcircumplex worden emoties geordend langs 3 assen

  1. Uitspraak 1 is juist, uitspraak 2 is onjuist

  2. Uitspraak 1 is onjuist, uitspraak 2 is juist

  3. Beide uitspraken zijn juist

  4. Beide uitspraken zijn onjuist

Vraag 24

Het algemene aanpassing syndroom is vooral van belang bij

  1. Geen stress

  2. Weinig stress

  3. Veel stress

  4. Chronische stress

Vraag 25

Klanten en patiënten behandelen als objecten is een gevolg van

  1. Emotionele uitputting

  2. Depersonalisatie

  3. Lage persoonlijke prestatie

  4. Burnout

Vraag 26

Welke van de volgende uitspraken zijn juist?

  1. Mensen met een interne locus van controle ervaren over het algemeen minder stress en druk dan mensen met een externe locus van controle

  2. Type A persoonlijkheden hebben een verhoogde kans op hart- en vaatziekten

  1. Uitspraak 1 is juist, uitspraak 2 is onjuist

  2. Uitspraak 1 is onjuist, uitspraak 2 is juist

  3. Beide uitspraken zijn juist

  4. Beide uitspraken zijn onjuist

Vraag 27

Met Similarity attraction wordt bedoeld

  1. Dat er minder vertrouwen is in ingroup-leden dan in outgroep-leden

  2. Dat men zich aangetrokken voelt tot mensen die op jou lijken

  3. Dat er binnen de groep meer gelijkenis is dan buiten de groep

  4. Dat er meer vertrouwen is in ingroup-leden dan in outgroep-leden

Vraag 28

Iemand niet aannemen op grond van zijn/haar seksuele voorkeur is een voorbeeld van

  1. Indirecte discriminatie

  2. Directe discriminatie

  3. Geen discriminatie

  4. Openlijke discriminatie

Vraag 29

Bij welke van de volgende vormen van leiderschap doet de leider de gedragingen voor om de ondergeschikten te laten zien hoe ze gewenste doelen kunnen bereiken?

  1. Transformationeel leiderschap

  2. Charismatisch leiderschap

  3. Authentiek leiderschap

  4. Transactioneel leiderschap

Vraag 30

Besluitvorming is een …

  1. Inputproces

  2. Teamproces

  3. Outputproces

  4. Geen van de bovengenoemde

Vraag 31

… teambeslissingen worden vaak toegeschreven aan groupthink. Groepspolarisatie beschrijft dat groepen de neigen hebben … beslissingen te nemen dan individuen.

Vul in:

  1. Slechte; minder extreme

  2. Slechte; extreme

  3. Goede; minder extreme

  4. Goede; extreme

Vraag 32

Bij een organisatie overheerst de cultuur van de ‘oudere’ organisatie. Binnen deze organisatie is er sprake van …

  1. Etnocentrisme

  2. Regiocentrisme

  3. Polycentrisme

  4. Geocentrisme

Vraag 33

Het ASA model staat voor

  1. Attention Selection Attraction

  2. Attrition Selection Attraction

  3. Attraction Selection AttritionC

  4. Attraction Selection Attention

Antwoordindicatie

  1. A

  2. D

  3. B

  4. B

  5. C

  6. A

  7. A

  8. C

  9. C

  10. A

  11. C

  12. A

  13. D

  14. A

  15. A

  16. D

  17. C

  18. C

  19. B

  20. D

  21. D

  22. A

  23. A

  24. D

  25. B

  26. C

  27. D

  28. B

  29. D

  30. B

  31. B

  32. A

  33. C

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Psychology Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
3424 1