Werkgroepopdrachten en antwoorden bestuursrecht
- 1151 reads
Na succesvolle jaren keert het tij voor de horecaonderneming gevestigd in de Sint Laurentiuskerk. Marlou is er kapot van. Sinds er direct naast de kerk een kinderdagverblijf is gebouwd draait de horecaonderneming verlies. De kinderen van het kinderdagverblijf zijn erg luidruchtig. Het blijkt voor de horecagasten niet mogelijk om een normale conversatie te voeren en van rustig uitslapen is voor de hotelgasten al helemaal geen sprake. Het gevolg is een grote daling van het aantal horecagasten en een leegstand van de hotelkamers. Marlou gaat op onderzoek uit en al gauw ontdekt zij dat het kinderdagverblijf helemaal niet op die locatie had mogen worden gebouwd. Het bestemmingsplan is daar heel duidelijk over. Het college van B en W had nooit een omgevingsvergunning om te bouwen mogen verlenen. Marlou heeft geen bezwaar gemaakt tegen de vergunningverlening door B en W en de termijn om bezwaar te maken is verstreken.
Kan Marlou in deze situatie bij de rechter schadevergoeding eisen van de gemeente omdat zij de vergunning heeft verleend en Marlou hierdoor inkomsten misloopt? Leg uit.
Het kinderdagverblijf doet goede zaken. Het aantal kinderen neemt snel toe. Het gebouw waarin het kinderdagverblijf huist wordt te klein. Om die reden vraagt het bestuur een omgevingsvergunning aan om uit te breiden. Die krijgt het kinderdagverblijf en al spoedig is de verbouwing voltooid en wordt er dankbaar gebruik gemaakt van de extra ruimte. Hierdoor ondervindt Marlou nog meer geluidsoverlast. Anders dan voorheen, had Marlou tegen deze vergunning wel bezwaar gemaakt. Dit leidt er in de beroepsprocedure uiteindelijk toe dat de bestuursrechter de vergunning vernietigt, omdat deze in strijd is met het bestemmingsplan. Marlou eist vervolgens bij de civiele rechter schadevergoeding van de gemeente voor de schade die zij heeft geleden ten gevolge van de uitbreiding van het kinderdagverblijf.
De gemeente beroept zich bij de civiele rechter op het argument dat zij niet onrechtmatig heeft gehandeld aangezien het allemaal wel mee valt met de geluidsoverlast die de kinderen produceren. Heeft dit verweer kans van slagen?
In de civiele procedure wordt door de gemeente ook het verweer gevoerd dat de bepalingen in het bestemmingsplan niet strekken tot de bescherming van de belangen van horecaondernemers zoals Marlou en dat Marlou om die reden niet in aanmerking kan komen voor schadevergoeding.
Hoe zou u dit verweer van de gemeente duiden?
Ten slotte voert de gemeente het verweer dat de schade die Marlou heeft geleden niet het gevolg is van het besluit om een omgevingsvergunning te verlenen. Volgens de gemeente is de horecagelegenheid vooral minder in trek geraakt door de onvriendelijke houding van het personeel.
Hoe zou u het verweer van de gemeente duiden?
Stel in de gemeente Weesperkarspel is de volgende beleidsregel gepubliceerd:
‘Het college van B en W kent op aanvraag van degene die schade lijdt of zal lijden als gevolg van de rechtmatige uitoefening van publiekrechtelijke bevoegdheden of taken in het kader van de revitalisering van het stadshart, een vergoeding toe van de schade, voor zover die leidt tot onevenredige – boven het maatschappelijk risico uitstijgende en op een beperkte groep burgers of instellingen drukkende – schade.’
Welk beginsel herkent u in deze beleidsregel, leg uit.
Deze bepaling lijkt een bevoegdheid te creëren tot het nemen van een besluit. Dit is opmerkelijk. Waarom?
De horecaonderneming van Marlou die gevestigd is in de Sint Laurentiuskerk lijdt schade ten gevolge van de werkzaamheden in het kader van de revitalisering van het stadshart (de weg wordt opengebroken). Er is schade ontstaan omdat er vanwege de werkzaamheden tijdelijk geen gebruik kon worden gemaakt van de gas-, water- en elektriciteitsvoorzieningen. Marlou heeft kosten gemaakt vanwege het huren van een aggregaat en het kopen van water- en gasflessen. Marlou dient vervolgens bij het college van B en W een verzoek in tot schadevergoeding. Daarop besluit het college echter geen schadevergoeding toe te kennen omdat het vindt dat Marlou moet begrijpen dat de revitalisering van het stadshart nu eenmaal wat ongemakken met zich brengt. Het college meent dat deze schade ruimschoots zal worden vergoed door de te verwachten toename van klandizie voor de horecaonderneming van Marlou wanneer het stadshart eenmaal is opgeknapt.
Kan Marlou in bezwaar en beroep gaan tegen dit schadebesluit?
Waarom vond de burgemeester in de voor deze week voorgeschreven Venlo-uitspraak dat hij geen nadeelcompensatie hoefde toe te kennen?
Hoe oordeelde de ABRvS hierover?
Lees het arrest HR 18 januari 1991 (Leffers/Staat), dat in de Ars Aequi jurisprudentiebundel staat.
Waarom oordeelde de civiele rechter over het verzoek om nadeelcompensatie van Leffers (en niet de Afdeling bestuursrechtspraak)?
Op basis van welke argumenten oordeelde de Hoge Raad dat de minister onrechtmatig had gehandeld jegens Leffers?
Welke elementen van het égalitébeginsel herkent u in het arrest?
Welke omstandigheden waren bepalend voor het oordeel van de Hoge Raad dat de schade het normaal maatschappelijk risico van Leffers oversteeg?
In casu is gegeven dat de termijn om bezwaar te maken reeds is verstreken. Dit betekent dat het besluit rechtmatig moet worden geacht. Dit wordt ook wel formele rechtskracht genoemd. Uit het arrest Heesch/Van de Akker bleek dat er een uitzondering kan worden gemaakt, indien sprake is van klemmende verbonden bezwaren. Uit de casus blijkt niet dat hiervan sprake is. Het besluit moet dus rechtmatig worden geacht, waardoor Marlou geen schadevergoeding meer kan eisen.
De gemeente voert aan dat de geluidsoverlast wel mee valt. De onrechtmatigheid is gegeven, doordat het besluit is vernietigd. Of het verweer van de gemeente kans van slagen heeft, zal afhangen van de geluidsmetingen en de argumenten van Marlou.
Hiermee doet de gemeente een beroep op het relativiteitsvereiste art. 6:162 jo 6:163 Bw.
Hiermee doet de gemeente een beroep op het ontbreken van causaal verband art. 6:162 Bw.
Het égalitébeginsel. Dit beginsel kan namelijk de grondslag voor nadeelcompensatie zijn. Nadeelcompensatie is van belang in gevallen dat de overheid rechtmatig heeft gehandeld, maar er toch een kleine groep onevenredig wordt bezwaard.
Er is hier sprake van een beleidsregel. Een beleidsregel kan geen bevoegdheid in het leven roepen, maar moet zijn afgeleid uit een bestaande bevoegdheid. Een beleidsregel moet namelijk een soort richtlijn inhouden. Nadeelcompensatie is tot op heden nog niet vastgelegd in het wetboek, waardoor een bevoegdheid juist ontbreekt.
Het gaat hier om een feitelijke handeling. Dit heeft als gevolg dat er geen rechtsgang openstaat.
De burgemeester heeft het verzoek aangemerkt als een herhaald verzoek en met een toepassing van artikel 4:6, tweede lid, van de Awb afgewezen, omdat in de besluiten van 16 juli al aandacht is besteed aan mogelijk onevenredig nadeel van direct omwonenden en de rechtmatigheid van die besluiten vaststaat. Dit volgt uit r.o. 2.3.
De ABRvS oordeelt dat de omstandigheid dat er geen sprake is van onevenredige schade in de zin van artikel 3:4 lid 2 Awb dat de gestelde schade niet bij voorbaat in de weg staat aan het nemen van een rechtmatig besluit, niet ertoe leidt dat er evenmin aanleiding is voor schadevergoeding op grond van het égalité-beginsel. Dit betreft namelijk een ander soort beoordeling die de burgemeester niet heeft beantwoord.
Leffers moest met zijn vordering naar de civiele rechter, omdat er geen rechtsgang open staat tegen een algemeen verbindend voorschrift. De vordering moest hierdoor civielrechtelijk worden ingekleed, waardoor het is gebaseerd op art. 6:162. In beginsel was er sprake van een rechtmatige overheidsdaad, maar dit vindt geen grondslag in het privaatrecht. De vordering is dus ingekleed als een onrechtmatige daad, doordat er geen regeling was getroffen ter ondervanging van de financiele consequenties voor Leffers.
De Hoge Raad stelt eerst vast dat dit drastische verbod niet behoort tot de normale bedrijfsrisico’s die voor rekening van de ondernemer behoren te blijven. Daarbij komt dat Leffers alle voorgeschreven maatregelen had genomen om besmetting met ziekten te voorkomen. Vervolgens stelt de Hoge Raad vast dat er onrechtmatig is gehandeld tegenover Leffers, omdat er geen regeling was getroffen ter ondervanging van de financiele consequenties.
De volgende elementen kent dit beginsel: speciale last (individu-referentiegroep), abnormale last (schade meer dan het normaal maatschappelijk risico), causaal verband en buiten schuld en risico van burger. Al deze elementen komen in het arrest terug. Zie hiervoor r.o. 3.7.
Het gaat om een naar verhouding kleine groep van bedrijfsmatige varkensmesters die, anders dan het overgrote deel van hun concurrenten, hun bedrijf geheel hadden ingericht op de vervoedering van swill en niet van de ene dag op de andere op een ander voederingsstelsel hebben kunnen overschakelen zonder dat daardoor de winstgevendheid van hun bedrijf verloren zou gaan, in onevenredige mate in haar belangen getroffen. Daarbij komt dat Leffers alle benodigde maatregelen had getroffen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
In deze bundel komen de werkgroepopdrachten en de antwoorden van het vak bestuursrecht. Als eerst staan alle opdrachten omschreven en vervolgens alle antwoorden.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1544 |
Add new contribution