Recht en bestuur - Thema
- 13050 keer gelezen
In onze moderne, vrijzinnige samenleving zien we burgers als autonome personen die hun leven naar eigen inzicht moeten kunnen inrichten. De staat moet daarom neutraal zijn wat betreft opvattingen over het goede leven, levensbeschouwing en godsdienst. Er zijn ook pragmatische redenen voor een neutrale staat, zoals een kleinere kans op burgeroorlog en een meer dynamische, democratische cultuur. Over de invulling van neutraliteit bestaat verschil van mening als het bijvoorbeeld aankomt op multiculturalisme. Volgens de Franse ‘laïcité’ betekent een levensbeschouwelijk neutrale staat dat godsdienstige symbolen als hoofddoekjes niet in de publieke sfeer thuishoren. Nederland heeft een andere benadering. Ons systeem wordt gekenmerkt door het poldermodel. Door het systeem van evenredige vertegenwoordiging krijgen ook kleinere partijen een kans om hun stem te laten horen en het debat te beïnvloeden. Het Nederlandse systeem sluit religie niet uit van de publieke sfeer. Onze wet biedt ruimte voor bijzonder onderwijs en confessionele partijen. De staat dient de religieuze identiteit van personen te respecteren als hun godsdienst belangrijk voor ze is. Deze benadering is dan ook vruchtbaar voor de problemen van onze tijd.
Men kan drie soorten neutraliteit onderscheiden. De eerste betreft de eerder genoemde Franse laicite, die we ‘exclusieve neutraliteit’ kunnen noemen. Alle levensbeschouwlijke en relgieuze elementen, zoals hoofdoekjes, kruistekens en keppels, zijn verbannen uit de publieke sfeer. Ten tweede is er ‘inclusieve neutraliteit’. Deze vorm stelt burgers juist in staat om ook in de publieke sfeer zo veel mogelijk in overeenstemming met hun eigen levensovertuiging te handelen. De overheid is neutraal in die zin dat ze waarborgt dat alle levensovertuigingen gelijk behandeld worden. De derde mogelijkheid betreft de ‘compenserende neutraliteit’. Net als bij de inclusieve neutraliteit laat deze vorm ruimte voor een rol voor godsdienst in de publieke sfeer. Bij inclusieve neutraliteit bestaat er een kans dat een bepaalde godsdienst of levensbeschouwing via een meerderheid een dermate groot aandeel krijgt dat minderheden onder de voet worden gelopen. Compenserende neutraliteit kan in bijzondere gevallen er dan voor zorgen dat deze minderheden extra steun ontvangen.
Afhankelijk van de aanwezige levensovertuigingen in een betreffende samenleving kan elke vorm van neutraliteit meer of minder gepast zijn. In landen met één dominante godsdienst kan exclusieve neutraliteit geboden zijn, omdat bij inclusieve neutraliteit deze godsdienst de publieke sfeer overmatig zou gaan domineren. In meer pluralistische samenlevingen past inclusieve neutraliteit beter.
Een vooraanstaand voordeel van inclusieve neutraliteit is dat het burgers niet dwingt om hun levensbeschouwingen alleen buiten de publieke sfeer uit te oefenen. Het is in die zin meer democratisch, men kan zijn hele zienswijze inbrengen in het democratisch proces. Dit heeft als pragmatisch voordeel dat religieuze minderheden minder vervreemd raken van de samenleving en makkelijker integreren. Net als de SGP en de CU wat betreft christendom kunnen wellicht ook islamitische partijen deel gaan uitmaken van het bestel. Omdat in de politiek veel compromissen moeten worden gesloten met andersdenkenden, kan dit een matigende werking hebben. Deze ontmoeting met andersdenkenden kan ook plaatsvinden door religieus inclusief onderwijs. Juist door in het onderwijs aandacht te besteden aan een veelheid van religieuze zienswijzen kan tolerantie en onderling begrip worden bevorderd.
De Nederlandse, vrijzinnige benadering houdt concreet in dat in de publiek sfeer ruimte is voor religieuze expressie. Op school moet daarom ruimte bestaan voor godsdienstige vakken. Docenten, ambtenaren en politieagenten moeten ook hoofddoekjes kunnen dragen. Geldt dat ook voor rechters? Rechters dienen onafhankelijk te zijn en dat ook uit te stralen. Natuurlijk kan een moslima een goede, onafhankelijke rechter zijn, de opleiding voor de rechterlijke macht ziet daar voldoende op toe. Sommigen maken zich echter zorgen over de schijn van partijdigheid die door het dragen van een hoofddoekje zou worden aangetast. We moeten dus bevorderen dat de burger gaat begrijpen dat het dragen van een hoofddoek niets zegt over de partijdigheid van een rechter, net als het lidmaatschap van een politieke partij dat niet doet.
Een vrijzinnige samenleving staat het minderheden toe om naar hun eigen moraal te leven. Het is niet de bedoeling dat de overheid werkelijk alle godsdienstige of culturele leerstelling als een gegeven accepteert. Zaken als homohaat en eerwraak maken echte slachtoffers en de staat dient dat met doordacht beleid te bestrijden. De grens tussen acceptabel en onacceptabel vindt men door een tweeledig criterium te gebruiken. Ten eerste: vallen er concrete slachtoffers? Ten tweede: doorstaat het een toets van de democratische rechtsstaat met diens mensenrechten en het gelijkheidsbeginsel?
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1767 | 1 |
Add new contribution