Biopsychosociale Perspectieven op Psychopathologie - Hoorcollege aantekeningen 19/20
- 1450 keer gelezen
Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
In dit hoorcollege worden voedingsstoornissen en eetstoornissen behandeld. Dit is terug te koppelen aan H10 van Abnormal Psychology: An integrative approach.
Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
In dit college wordt er dieper ingegaan op de ontwikkeling van een eetstoornis in verschillende leeftijdsfasen, risicofactoren en welke behandelingen recent gegeven worden.
Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
Er werd een onderzoek van genome wide association studies aangehaald, waaruit bleek dat er 8 loci gevonden zijn die geassocieerd worden met een eetstoornis.
Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
Er worden geen opmerkingen over het tentamen gemaakt.
Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
Er worden geen tentamenvragen behandeld.
50% van de mensen met anorexia wordt niet beter en is chronisch ziek. 5-10% van de gevallen met anorexia overlijden eraan.
De natuurlijke stand van het lichaam is dat men zoveel eet dan als je morgen geen eten hebt, je nog steeds kan functioneren. Mensen met een lage SES hebben een groter risico op obesitas.
Baby’s leren te eten op een natuurlijke manier. Wanneer een kind honger heeft, gaat het huilen en krijgt het te eten. Iatrogeen = kinderen die niet hebben aangeleerd dat er momenten zijn wanneer ze honger hebben (kinderen die te vroeggeboren zijn en constant zondevoeding krijgen). Sommige kinderen eten niet als ze gevaar voelen: uitdrukking van onwelbevinden.
De basisschool is voor kinderen een rustige tijd met relatief weinig problemen (slechts ADHD of dyslexie). Aan het eind van de basisschool beginnen de eetstoornissen. Dit komt omdat in die periode kinderen voorlichting krijgen om gezond te eten en veel te bewegen. In de middelbare tijd is er veel groepsgedrag en zoeken naar eigen identiteit. Hier begint de grote psychiatrie, waaronder eetstoornissen. Als je een eetstoornis hebt ontwikkeld op de middelbare school is deze vaak al chronisch wanneer je student bent (jongvolwassene). Bij volwassenen komen voornamelijk boulimia voor en speelt er comorbiditeit voor. Daarnaast zullen de somatische klachten steeds meer toenemen als gevolg van braken en uithongeren.
Een eetstoornis is een probleem met eten die de lichamelijke, psychische of sociale ontwikkeling benadeelt. Voorbeelden zijn een groeiachterstand, bot/nierproblemen op latere leeftijd, sociaal niet mee kunnen komen (bij eetgelegenheden) en school/studie/werkproblemen. Het verschil tussen een voedingsstoornis en een eetstoornis is dat je bij een voedingsstoornis geen lichaamsbeeldprobleem en geen wens tot afvallen hebt. Een voedingsstoornis is ‘raar’ eten of niet ‘kunnen’ eten. In beide gevallen spelen geest en lichaam door elkaar.
Er zijn enorm veel theorieën over de oorzaak van een eetstoornis. Wat gebeurt er als mensen hongeren? Uit een onderzoek met een groep mensen die een dieet volgen vanuit de oorlog bleek dat deze mensen enorm geobsedeerd werden geraakt door eten, ze het koud hadden en ze veel gingen bewegen. De eerste groep mensen mocht daarna weer zoveel eten als ze willen, dit leidde tot veel problemen. De tweede groep ging onder begeleiding weer eten. Als je te langdurig vast, is je verhouding met eten veranderd. De vastenwonderen zijn vrouwen die zich in een kerk opsloten en niet meer gingen eten.
Onderzoek is heel lastig, omdat heel veel verschillende factoren meespelen. Bij dieren is dit gemakkelijker.
De socio-culturele factoren die meespelen bij eetstoornissen zijn prestatiedruk (perfectionistisch, lat hoog leggen, controle houden), modellen en de media. Bij veel patiënten is het hebben van controle erg belangrijk.
De bevindingen van de genome wide association studies (je kijkt op hele genoom naar de verschillen bij enorme groep mensen) resulteren in 8 loci op het metabolistisch systeem.
Anorexia nervosa is geen levenskeuze. Er zijn een heel aantal risicofactoren: gebrek aan zelfvertrouwen, negatieve gevoelens, faalangst, prestatiegerichtheid, perfectionisme, obsessieve persoonlijkheid, angstigheid en emotionele geremdheid. Wat is het verschil tussen het hebben van deze risicofactoren en het ook hebben van anorexia? Dit ligt in het genetisch materiaal. De risicogroepen zijn modellen, balletdansers en topsporters in gewichtsklasse.
Voedingsstoornissen zijn te verdelen in:
Pica = iets eten wat niet voor consumptie bestemd is, wat niet past bij ontwikkelingsniveau of cultuur. Dit is heel erg een gewoontestoornis.
Ruminatiestoornis = voedsel uit je maag naar boven halen, erop kauwen en dan doorslikken of uitspugen.
Vermijdend restrictieve voedselinname stoornis (ARFID) = kinderen die niks eten, behalve enkele voedingsmiddelen. Er zijn drie vormen: (1) sensorisch bepaalde (wat je voelt in je mond, zoals stukjes, kleur, warmte), (2) angstige constitutie (bang voor het proberen van nieuw eten) en (3) traumatische ervaring (stikken, medische ingreep).
Eetstoornissen zijn te verdelen in:
Anorexia nervosa = angst hebben om aan te komen, een extreem laag lichaamsgewicht hebt en het verstoord zien van lichaamsvorm.
Boulimia nervosa = na een eetbui, compensatiegedrag in de vorm van laxantia of braken.
Eetbuistoornis = eetbuien, maar dan zonder compensatiegedrag.
Bij anorexia wordt de ernst bepaald door het gewicht en bij boulimia bij het aantal eetbuien.
Mensen met anorexia zien zich dikker, voelen zich dikker, denken dat ze dikker zijn en bewegen alsof ze dikker zijn.
Wanneer iemand in behandeling wordt genomen, wordt er een intake afgenomen. Er wordt een gesprek met de patiënt en met een bekende van de patiënt. Er wordt een Eating Disorders Examination (EDE) afgenomen, dit is een semi-gestructureerd interview. Daarnaast lichamelijk onderzoek/lab onderzoek: bloeddruk, polsslag, gewicht en lengte. Je moet heel specifiek vragen. Het gemiddelde IQ van patiënten met eetstoornis ligt boven de 100. Daarnaast wordt nog persoonlijkheidsonderzoek gedaan. Bij het behandelen moet je rekening houden met de somatiek, wanneer iemand ondergewicht heeft is de concentratie slechter dus kan er geen gesprek van 3 uur gehouden worden. Je moet rekening houden met de leeftijd, ouders, interactie met comorbide stoornis, geheime stoornis, terugval en wilsonbekwaamheid.
Bij iedereen bij wie je een behandeling begint, moet er informed consent zijn. De behandelaar kan dit overrulen en op basis van wilsonbekwaamheid beslissen met de behandeling starten. Wilsbekwaamheid is het vermogen om een beslissing te nemen. Dit is niet eenvoudig voor elke patiënt. Het gaat om het proces, niet de uitkomst. Hierbij zijn vier vaardigheden cruciaal: begrijpen, redenen, waarderen en een keuze kunnen maken.
Anorexia wordt erger bij geen of een onjuiste behandeling. Genezingskansen zijn hoger bij jongeren. Anorexia wordt vaak chronisch. Bij jonge patiënten moét het gewicht hersteld worden, anders krijgen ze blijvende lichamelijke schade. Bij behandeling is het eerste doel om de patiënt uit de gevarenzone te halen. Daarna normalisatie van eetpatroon, gewicht, lichaamsbeeld en cognities. Het is belangrijk om zo snel mogelijk het functioneren op school, sociaal en gezin te herstellen. In tweede fase komt vaak comorbiditeit op. Als laatste terugvalpreventie.
Behandeling van Anorexia bij jongeren: familie gebaseerde therapie, bij volwassenen: CBT-E of MANTRA en bij chronisch SSCM-E of IRB. Bij boulimia en eetbuistoornis is de behandeling vaak poliklinisch en bij ARFID met gedragstherapie.
Wat behandel je eerst? Wat kan tegeljk? Gelijktijdig kan OCD, trauma, persoonlijkheidsproblemen, ADHD of autisme. Depressie en anststoornissen kunnen wachten. De interactie van eetstoornis met comorbide stoornis kan in de vormen van controlemiddel, emotie-regulatiemiddel, eten als gewoonte, niet durven eten, jezelf niet waard vinden om te eten of context gebonden.
Terugval komt zeer veel voor. Terugval preventie is mogelijk, maar wordt weinig toegepast. Herstel is ook mogelijk na 10-20 jaar ziekzijn, aanleiding is heel divers.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2181 |
Add new contribution