Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel
- 2730 reads
Jan, woonachtig te Groningen, is in dienst van het bedrijf Snel Schoon B.V., statutair gevestigd te Amsterdam. Hij krijgt van zijn werkgever de opdracht om de ramen te wassen van het huis van Kees, die in Haren woont. Omdat Jan ruzie heeft met Kees laat hij tijdens zijn werkzaamheden expres de ladder tegen de splinternieuwe Lamborghini van Kees vallen. De schade is enorm (ca. € 26.000).
Twintig Maastrichtse wijnboeren willen gezamenlijk een organisatie oprichten. De bedoeling is dat zij jaarlijks hun druiven aan die organisatie leveren, die daar dan superieure wijn van maakt. De organisatie zal de wijn vervolgens onder de naam Chateau Maastricht verkopen en de winst onder de leden van de organisatie verdelen.
Lees de considerans van de Regeling bloed- en urineonderzoek.
Noem twee verschillen tussen het Europese Hof van de Rechten van de Mens en het Hof van Justitie van de Europese Unie ten aanzien van de rechtsmacht. (5 punten).
Axel M. heeft in januari 2010 in het schuurtje bij zijn woning in Leeuwarden een stiletto gemaakt.Door opsporingsonderzoek van de politie komt dit kort daarna aan het licht, maar de zaak blijft een tijd op de plank liggen. De officier van justitie brengt pas in november 2017 de volgende dagvaarding uit tegen Axel M.:
‘(...) dat hij, Axel M., in januari 2012 te Groningen een wapen van categorie 1 van de Wet wapens en munitie heeft vervaardigd, te weten een stiletto (art. 2 lid 1 sub 1 jo. 13 lid 1 Wwm).’ Tijdens het onderzoek ter terechtzitting verweert Axel M. zich door te stellen dat hij het wapen onder dreiging heeft vervaardigd. De rechter vindt zijn beroep op psychische overmacht geloofwaardig. Bespreek alle formele vragen in het licht van deze casus (de materiële vragen komen bij vraag 9 aan bod).
(Vervolg op de vorige vraag). Bespreek alle materiële vragen in het licht van de gegeven casus.
In een op schrift gesteld noodbevel in de zin van art. 175 Gemeentewet verbiedt de burgemeester aan Karel Willem om een rampgebied te betreden. Betreft dit een Awb-besluit? Zo ja, welk soort?
Pablo, die de Spaanse nationaliteit heeft, heeft een arbeidsovereenkomst gesloten met het energiebedrijf INICA, gevestigd te België. België meent dat de baan van Pablo beter door een Belg kan worden vervuld en weigert een verblijfsvergunning te verlenen aan Pablo.
Op de hoorcolleges over Europees Recht is aandacht besteed aan de vraag wie lidstaten van de Europese Unie zijn en kunnen zijn.
Aan welke vier voorwaarden moet volgens vaste rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep worden voldaan voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel?
Pieter P., die geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland heeft, wordt ervan verdacht schuldig te zijn aan deelname aan vechterij met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg (art. 306 sub 1 Sr).
Kan de rechter-commissaris een bevel tot bewaring geven ten aanzien van Pieter P?
Provinciale staten van Groningen besluiten tot invoering van een provinciale belasting op grond van artikel 220 Provinciewet. Gerard Doel, woonachtig te Groningen, wil tegen deze verordening opkomen bij de rechter. Hij is principieel van mening dat alleen de Rijksoverheid mag overgaan tot belastingheffing. Bovendien vreest hij dat zijn schade veroorzaakt door de verordening meer dan €30.000,- zal zijn.
Bij welke sector van de rechtbank Noord-Nederland kan hij beroep instellen tegen deze belastingverordening van de provincie Groningen?
Vragen bij:
De Hoge Raad verwerpt alle vier de cassatiemiddelen. Betekent dit dan ook dat de Hoge Raad het arrest van het hof niet casseert? Waarom wel/niet? (5 pnt)
Annotator Van Kuilenburg stelt dat de verdachte weinig concreets heeft gemeld over de angst die de aanranding bij hem zou hebben veroorzaakt. De verdachte had er wijs aan gedaan om – indien mogelijk – hier meer concreets over te melden. Leg uit waarom. (5 pnt)
Volgens annotator Van Kuilenburg formuleert de Hoge Raad de proportionaliteitseis op een omgekeerd negatieve wijze.
Onderschrijven Ter Haar en Meijer het oordeel van de Hoge Raad? Waarom wel/niet? (5 pnt)
Zie voor de uitwerking van deze vraag, Verheugt, m.n. § 6.2, p. 344 e.v.
Pieter is aansprakelijk op grond van art. 6:162 BW (1 punt) en op grond van die onrechtmatige daad van Pieter is óók De Grote Schoonmaak aansprakelijk: de wetgever heeft namelijk deze aansprakelijkheid uitgebreid naar de werkgever in art. 6:170 lid 1 BW (1 punt, totaal 3 punten).
N.B. Een aantal studenten maakte geen onderscheid tussen aansprakelijkheid en draagplicht, zie hierover ook de hierboven genoemde paragraaf van Verheugt.
N.B. een gewone vereniging mag op grond van de wet geen winst uitkeren aan haar leden. Een aantal studenten ging ten onrechte niet in op het aspect ‘lidmaatschap’.
1ste FV: feitsomschrijving, plaats, tijd + artikel in tll, dus geldig; 261 Sv (1 punt).
2e FV: misdrijf zie art. 55 lid 1 jo 56 Wwm dus inderdaad Rb sector straf; art. 45 RO jo. 382 Sv (1 punt), bovendien is Groningen volgens de tll locus delicti (=plaats delict), dus Noord-Nederland bevoegd, art. 2 Sv (1/2 punt).
3e FV: geen verjaring, er is meer dan zeven jaar verstreken (januari 2010-november 2017), dus delict lijkt verjaard (art. 70 lid 1 sub 2 Sr, misdrijf met gevangenisstraf van niet meer dan 3 jaren verjaart na 6 jaren. Op dit delict staat een gevangenisstraf van maximaal 9 maanden, zie art. 55 lid 1 Wwm); maar: tenlastelegging ander jaar (2012), en op grond daarvan is het niet verjaard en het proces wordt gevoerd op grondslag van de tlll. (2 punten)
4e FV, geen reden voor schorsing vervolging (1/2 punt)
350 SV: 1ste MV: plaatsen tijd in casus en tll komen niet overeen, dus kunnen de feiten in de tll niet
worden bewezen (1 punt), volgt vrijspraak (1 punt).
2e MV: alle bestanddelen zijn opgenomen in de tll (het gaat slechts om ‘vervaardigen’ en ‘een wapen van categorie 1’); dus kwalificatie mogelijk en geen OVAR wegens niet kwalificeerbaarheid feit. Aan deze vraag komt de rechter echter niet toe, omdat bij de eerste materiele vraag tot een vrijspraak gekomen moet worden (1 punt).
3e MV: De verdachte beroept zich op de schulduitsluitingsgrond psychische overmacht (niet: rechtvaardigingsgrond), dat beroep komt bij de derde materiële vraag aan de orde en zou indien toegewezen tot een OVAR wegens niet strafbaarheid van de dader kunnen leiden. Aan deze vraag komt de rechter echter niet toe, omdat bij de eerste materiele vraag tot een vrijspraak gekomen moet worden (1 1⁄2 punt).
4e MV: De rechter zal niet toekomen aan het opleggen van een straf of maatregel, omdat de verdachte vrijgesproken moet worden (1/2 punt).
Expliciet theorie toepassen op de casus, onvoldoende als slechts voorwaarden in 1:3 lid 1 Awb zijn opgesomd!
1:3 lid 1 Awb:
Ja, Awb-besluit, namelijk een beschikking want in casu staat er dat de burgemeester aan Peter Barends een verbod geeft dus gaat het om een besluit gericht op en aanwijsbaar persoon (0,5) en noemen art. 1:3 lid 2 Awb (0,5). Totaal 1 pnt.
Voor de voorwaarden die horen bij een geslaagd beroep op het bestuursrechtelijke vertrouwensbeginsel, zie de letterlijke bewoordingen in Verheugt, p. 176:
NB: Niet te verwarren met de privaatrechtelijke wilsvertrouwensleer ex 3:35 en 3:11 BW!
Er moet dan wel aan de volgende 2 voorwaarden zijn voldaan:
Absolute competentie:
Ondanks dat de Hoge Raad alle cassatiemiddelen verwerpt, vernietigt (casseert) hij echter wel het arrest van het hof (1 pnt). De Hoge Raad beoordeelt de bestreden uitspraak ambtshalve (1 pnt) en concludeert dat de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 EVRM is overschreden (1 pnt) nu de Hoge Raad uitspraak doet nadat meer dan zestien maanden zijn verstreken na het instellen van het cassatieberoep. Om die reden vermindert de Hoge Raad de duur van de opgelegde gevangenisstraf (vier jaren) met twee maanden (1 pnt).
→ regelnummers 119-134 (1 pnt)
Omdat de kans dan groter was geweest dat het beroep op noodweerexces in de zin van artikel 41 lid 2 Sr (1 pnt) zou slagen (2 pnt), aangezien dan eerder kan worden aangenomen dat de aanranding heeft geleid tot een hevige gemoedsbeweging die de verdachte ertoe heeft gebracht zestien keer op het slachtoffer in te steken (2 pnt).
→ regelnummers 189-201 (0,5 pnt)
Ja, zij zeggen dat het oordeel uiteindelijk te billijken is (2 pnt) nu de verdachte een sterke positie kreeg door het mes te bemachtigen (1 pnt), en dat verdachte door vervolgens maar liefst zestien keer te steken zich zodanig excessief heeft gedragen dat het gerechtvaardigd is dat het beroep op zowel noodweer als noodweerexces is verworpen door het hof en de Hoge Raad. (1 pnt) → regelnummers 247-256 (1 pnt)
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze bundel bevat oefententamens en extra oefenmateriaal bij het vak ARW 2 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
3709 | 2 |
Add new contribution