Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

 

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Algemene Rechtswetenschap 2 voor de opleiding Rechten Bachelor aan de Rijksuniversiteit Groningen

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Algemene Rechtswetenschap 2 ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Bundle items:
This content is used in bundle:

Algemene Rechtswetenschap 2 - RUG - Recht - B1 - Oefenbundel

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2018-2019

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2018-2019


Rechtsvorming

Vragen

Vraag 1

Wat is de rechtsregel uit het arrest ‘Lycos/Pessers’ (HR 25-11-2005, NJ 2009/550)? (5 pnt)

Vraag 2

Thierry Baudet, partijleider van de FvD, is onlangs verschenen in een parodie bij Zondag met Lubach, waarin er de draak met hem gestoken gaat worden. Stel, hij is hier niet blij mee en vraagt zich af welke juridische stappen hij kan ondernemen om te voorkomen dat het segment op TV komt.

Leg uit op welk recht Baudet zich kan beroepen en leg uit of dit beroep kans van slagen heeft. (5 pnt)

Vraag 3

Alejandra en Jeroen spreken in december af dat Alejandra drie Correctbooks voor een goede prijs koopt van Jeroen, die de Correctbooks in eigendom heeft. Omdat Alejandra de Correctbooks pas het volgende blok nodig heeft, besluiten zij dat Annemarie de boeken op de eerste dag – maandag 1 maart – van het nieuwe collegeblok komt ophalen. Op de afgesproken datum haalt ze de boeken op, maar ze vergeet te betalen.

Leg uit wie er na maandag 1 maart eigenaar is van de studieboeken. (5 pnt)

Vraag 4

Leg uit wat het verschil is tussen rechtshandelingen en feitelijke handelingen. (5 pnt)

Vraag 5a

Wat houdt voorwaardelijk opzet in? (3 pnt)

Vraag 5b

De grens tussen zware schuldvormen (grove schuld, roekeloosheid) en de lichte opzetvorm (voorwaardelijk opzet) is soms moeilijk te trekken. Waarom is – onder meer bij verkeersdelicten – dit onderscheid sinds enige tijd minder relevant? (2 pnt)

Vraag 6a

Henk meent dat hij ernstig wordt beperkt in zijn vrijheid van meningsuiting, aangezien de gemeenteraad een stekende brief van hem weigert te publiceren in het lokale blad. Hij heeft hierover geprocedeerd tot aan de Hoge Raad aan toe, maar zonder succes. Hij vraagt zich af welke juridische stappen hij nog kan nemen.

Welke rechter is bevoegd om zich nog over deze kwestie te buigen? (3 pnt)

Vraag 6b

Zal deze rechter Henk ontvankelijk verklaren? (2 pnt)

Vraag 7a

Alexandra, een Griekse studente aan de universiteit in Athene, ontwerpt en bouwt in haar vrije tijd keukenartikelen van duurzaam hout. Zij wordt hier steeds beter in en verdient in Griekenland al een tijdje een redelijke duit door dit keukengerei te verkopen. Om haar omzet te vergroten, besluit zij haar keukenartikelen ook in Nederland, Spanje en Duitsland te verkopen. Ze heeft hiervoor een webshop opgezet waarin je de artikelen kan bestellen. In Duitsland mag keukengerei alleen worden verkocht als zij een keurmerk bezitten. Dit keurmerk krijg je automatisch wanneer je in Duitsland gevestigd bent als producent. Voor keukenspullen van niet-Duitse producenten moet dit keurmerk eerst aangevraagd worden, en dat kost veel tijd en geld.

Is de handelswijze van Duitsland toegestaan op grond van Europees recht? (3 pnt)

Vraag 7b

Leg uit op welke bepaling van Europees recht Alexandra een beroep kan doen. (2 pnt)

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2017-2018

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2017-2018


Rechtsvorming

Vragen

Vraag 1

Jan, woonachtig te Groningen, is in dienst van het bedrijf Snel Schoon B.V., statutair gevestigd te Amsterdam. Hij krijgt van zijn werkgever de opdracht om de ramen te wassen van het huis van Kees, die in Haren woont. Omdat Jan ruzie heeft met Kees laat hij tijdens zijn werkzaamheden expres de ladder tegen de splinternieuwe Lamborghini van Kees vallen. De schade is enorm (ca. € 26.000).

  1. Wie is/zijn aansprakelijk jegens Kees om de schade te vergoeden? (3 pnt)
  2. Wie is uiteindelijk draagplichtig ten aanzien van de schade? (2 pnt)

Vraag 2

Twintig Maastrichtse wijnboeren willen gezamenlijk een organisatie oprichten. De bedoeling is dat zij jaarlijks hun druiven aan die organisatie leveren, die daar dan superieure wijn van maakt. De organisatie zal de wijn vervolgens onder de naam Chateau Maastricht verkopen en de winst onder de leden van de organisatie verdelen.

  1. Welke juridische vorm past het beste bij de door wijnboeren gewenste organisatie? (2 1/2 pnt)
  2. Op welk(e) vermogen(s) kunnen de crediteuren van de organisatie hun vorderingen verhalen? (2 1/2 pnt)

Vraag 3

Lees de considerans van de Regeling bloed- en urineonderzoek.

  1. Is deze regeling een algemene maatregel van bestuur?
  2. Is deze regeling op grond van een geattribueerde dan wel gedelegeerde bevoegdheid tot stand gebracht

Vraag 4

  1. Wat is de rechtsregel uit het arrest ‘Ontslag op staande voet’ (HR 27 september 1996, NJ 1997, 42 ;ook wel geheten OSV Brinkman/Theelen)? (3 pnt)
  2. Welk rechtsmiddel staat open voor de werknemer die het niet eens is met een ‘ontslag op staande voet’? (2 pnt)

Vraag 5

Noem twee verschillen tussen het Europese Hof van de Rechten van de Mens en het Hof van Justitie van de Europese Unie ten aanzien van de rechtsmacht. (5 punten).

Vraag 6

Axel M. heeft in januari 2010 in het schuurtje bij zijn woning in Leeuwarden een stiletto gemaakt.Door opsporingsonderzoek van de politie komt dit kort daarna aan het licht, maar de zaak blijft een tijd op de plank liggen. De officier van justitie brengt pas in november 2017 de volgende dagvaarding uit tegen Axel M.:
‘(...) dat hij, Axel M., in januari 2012 te Groningen een wapen van categorie 1 van de Wet wapens en munitie heeft vervaardigd, te weten een stiletto (art. 2 lid 1 sub 1 jo. 13 lid 1 Wwm).’ Tijdens het onderzoek ter terechtzitting verweert Axel M. zich door te stellen dat hij het wapen onder dreiging heeft vervaardigd. De rechter vindt zijn beroep op psychische overmacht geloofwaardig. Bespreek alle formele vragen in het licht van deze casus (de materiële vragen komen bij vraag 9 aan bod).

Vraag 7

(Vervolg op de vorige vraag). Bespreek alle materiële vragen in het licht van de gegeven casus.

Vraag 8

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2014-2015 (1)

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2014-2015 (1)


Vragen

Rechtsvorming

Geef duidelijk aan of de stelling juist of onjuist is.

Motiveer steeds het antwoord en verwijs – waar mogelijk – naar wetsartikelen.

Vraag 1

De bevoegdheidsverlening in artikel 21a lid 1 Wet Maatschappelijke Ondersteuning is een voorbeeld van territoriale decentralisatie, de toegekende bevoegdheid wordt uitgeoefend in medebewind.

Vraag 2

Anita Tuin is eigenaresse van een huis in Rotterdam dat zij heeft verhuurd aan Petra Woning. Anita verkoopt het huis – in verhuurde staat – aan Tineke Boomgaard.

Levering van het huis kan geschieden door bezitsverschaffing via traditio longa manu, dat wil zeggen een tweezijdige verklaring, gevolgd door een mededeling hiervan aan Petra.

Vraag 3

Een vereniging is altijd een rechtspersoon hetgeen onder andere met zich meebrengt dat bestuurders ervan nooit hoofdelijk aansprakelijk zijn.

Vraag 4

In het arrest Boefje (HR 11 november 1949, NJ 1950, 140) heeft de Hoge Raad beslist dat de overeenkomst aangegaan tussen een toneelgezelschap en een actrice gekwalificeerd dient te worden als ‘aanneming van werk’.

Vraag 5

De Nederlandse rechter moet het ongeschreven volkenrecht toepassen indien dit niet in strijd is met een bepaling van nationaal recht, omdat de Verenigde Naties een incorporatiesysteem voor alle lidstaten dwingend voorschrijven.

Vraag 6

Uit de in het Handvest tot oprichting van de Verenigde Naties geregelde procedures van besluitvorming en de geregelde binding aan de hieruit voortvloeiende besluiten blijkt dat de Verenigde Naties een intergouvernementele organisatie vormen met een enkele supranationale karaktertrek.

Vraag 7

Het zijn de Raad van Ministers en het Europees Parlement tezamen, op voorstel van de Europese Commissie die in een gewone wetgevingsprocedure een verordening vaststellen; een zodanige verordening heeft op grond van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie in iedere lidstaat van de Europese Unie gelding zonder omzetting in nationale wetgeving.

Vraag 8

Laura rijdt op een mooie zomerdag met haar motor over een bosweg in Apeldoorn. Op een gegeven moment komt Laura Simon tegen, die autopech heeft. Laura en Simon hebben elkaar nooit gemogen, waardoor Laura besluit om keihard op Simon af te rijden om hem eens te laten schrikken. Laura weet echter dat haar motor soms kuren vertoont en ze mogelijk niet tijdig kan bijsturen. Ondanks het feit dat Laura hiervan op de hoogte is, gaat ze toch keihard op Simon inrijden met de kans dat Simon daardoor komt te overlijden. Wat Laura kon verwachten gebeurt ook. Ze rijdt Simon aan, waarna hij sterft. Het OM besluit Laura te vervolgen voor doodslag (art. 287 Sr.).

De strafrechter kan Laura niet veroordelen voor doodslag nu het subjectieve bestanddeel ‘opzet’ niet vervuld is.

Vraag 9

Hans Hansen is een fervent autoliefhebber en deinst niet weg voor een beetje spanning. Om die reden neemt hij regelmatig deel aan wedstrijden met rijtuigen op de weg. Als hij zich op 6 april 2012 klaar maakt voor de

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2014-2015 (2)

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2014-2015 (2)


Vragen

Rechtsvorming

Geef duidelijk aan of de stelling juist of onjuist is.

Motiveer steeds het antwoord en verwijs – waar mogelijk – naar wetsartikelen.

Vraag 1

Een rechter kan een ministeriële regeling toetsen aan doelmatigheid en aan het willekeurbeginsel.

Vraag 2

Ouders zijn risicoaansprakelijk voor de onrechtmatige daden van hun minderjarige kind.

Vraag 3

De stichting is in vergelijking met de organisatiestructuur van andere rechtspersonen een nogal autoritaire rechtsvorm.

Vraag 4

Diefstal door een werknemer tijdens werktijd rechtvaardigt zonder meer een ontslag op staande voet, aangezien het een dringende reden ex art. 7:678 lid 2 BW is.

Vraag 5

De rechtsmacht van het Internationale Gerechtshof strekt zich uit tot kwesties met betrekking tot de interpretatie en de toepassing van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM) en de daarbij behorende protocollen. Burgers hebben een individueel klachtrecht bij dit Gerechtshof.

Vraag 6

Het Parlement van de Europese Unie beschikt over bevoegdheden ter controle van de Europese Commissie die vergelijkbaar zijn met die van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ter controle van de Nederlandse regering.

Vraag 7

Henk Smit, die beschikt over de Nederlandse nationaliteit, wil in Duitsland een eigen honden trimsalon openen. Hij kan dit doen op grond van het recht op vrij verkeer van werknemers zoals dat binnen de Europese Unie geldt.

Vraag 8

Nina Gerritsen steelt op 23 augustus 2009, na een avond los te zijn gegaan in het clubhuis van de plaatselijke voetbalvereniging, een fiets die niet op slot staat en die toebehoort aan Simone Kleinstra. Als Nina een paar dagen later door de stad fietst, houdt de politie haar aan. Aan een code op de fiets te zien concludeert de politie dat de fiets niet van Nina, maar van Simone is. Nina wordt zes jaar later gedagvaard om op 12 september 2015 voor de Rechtbank Noord-Nederland, sector strafrecht, te verschijnen op grond van de volgende tenlastelegging:

dat zij, Nina G., op 23 augustus 2009 te Groningen opzettelijk een fiets, althans enig goed, die/dat geheel aan Simone Kleinstra, althans aan een ander, toebehoort, heeft weggenomen met het oogmerk om zich die fiets, althans dat goed, toe te eigenen (art. 310 Sr).’

Nina verweert zich ter terechtzitting met een beroep op overmacht in de zin van noodtoestand. Hij lijdt aan een ernstige ziekte op grond waarvan ernstige kou voor hem levensbedreigend is. Op de bewuste 23 augustus 2009 was het heel erg koud. De rechtbank accepteert dit verweer.

De uitspraak van de rechter zal ontslag van alle rechtsvervolging (OVAR) wegens niet strafbaarheid van de dader zijn.

Vraag 9

Niels heeft al jaren last van pyromane neigingen. Hij kan zijn neigingen niet onderdrukken en wil het huis van zijn buren, die een poosje op vakantie zijn, in brand steken. Hij pakt een jerrycan met benzine uit de garage

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2013-2014 (1)

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2013-2014 (1)


Vragen

Rechtsvorming

Geef duidelijk aan of de stelling juist of onjuist is. Motiveer steeds het antwoord en verwijs – waar mogelijk – naar wetsartikelen.

Vraag 1

Op het gazon van Jan Vreman staat een conifeer die veel overlast veroorzaakt voor de medewerkers van het ernaast gelegen gemeentehuis. De conifeer zorgt ervoor dat er onvoldoende licht in het politiebureau komt. De burgemeester vraagt Jan Vreman namens de gemeente om de conifeer weg te halen.

Dit verzoek wordt in hoofdzaak beheerst door materieel bestuursrecht.

Vraag 2

Dirk heeft al jarenlang een zakelijke relatie met Hendrik, maar Dirk staat momenteel op het punt om failliet te gaan. Om de zakenrelatie in stand te houden wil Hendrik Dirk verschillende ‘state of the art’ computers ter beschikking stellen en de kosten hiervan niet rechtens af dwingen. Na twee jaar floreert het bedrijf van Dirk weer en vordert Hendrik toch van Dirk de kosten van de ter beschikking gestelde computers.

Hendrik kan deze vordering bij de rechter afdwingen.

Vraag 3

Een schuldeiser van een vennootschap onder firma (v.o.f) kan zowel het privévermogen van de vennoten aanspreken als het afgescheiden vermogen van de v.o.f.

Vraag 4

Een arbeidsovereenkomst kan slechts op drie manieren tot een einde komen: van rechtswege, met wederzijds goedvinden en door middel van ontslag.

Vraag 5

Het verschil tussen een incorporatiesysteem en een transformatiestelsel is dat bij een incorporatiestelsel het internationale recht als zodanig gelding in de nationale rechtsorde krijgt en bij een transformatiestelsel als nationaal recht.

Vraag 6

De Raad van Europa is een instelling van de Europese Unie. Deze Raad bestaat uit de staatshoofden en regeringsleiders van de lidstaten en bepaalt de algemene politieke beleidslijnen van de Unie.

Vraag 7

Op grond van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie kunnen richtlijnen worden vastgesteld. Een richtlijn is niet bindend voor de lidstaten, want de lidstaten zijn bevoegd om zelf te bepalen op welke manier zij het onderwerp regelen.

Vraag 8

Karel is 73 jaar oud en heeft nog veel sympathie voor het fascisme uit de Tweede Wereldoorlog. Om dit duidelijk te maken loopt Karel op 24 augustus 2008 door het centrum van zijn woonplaats Rotterdam, gekleed in een outfit waarop met koeienletters is geschreven: ‘Laat het fascisme herboren worden, want daar streef ik naar’. Karel wordt op 24 augustus 2012 vervolgd op grond van de volgende tenlastelegging:

‘dat hij Karel W., op 24 augustus 2008 te Rotterdam in het openbaar een kledingstuk heeft gedragen welke uitdrukking was van een bepaald staatkundig streven (art. 435a Sr).’

De Rechtbank Noord Nederland, sector kanton, meent dat art. 435a Sr onverbindend is, omdat het in strijd zou zijn met art. 10 EVRM (vrijheid van meningsuiting).

De uitspraak van de rechter zal OVAR wegens niet strafbaarheid van het feit zijn.

Vraag 9

Een persoon die van belaging (art.

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2013-2014 (2)

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Oefententamen 2013-2014 (2)


Vragen

Rechtsvorming

Geef duidelijk aan of de stelling juist of onjuist is.

Motiveer steeds het antwoord en verwijs – waar mogelijk – naar wetsartikelen.

Vraag 1

De sanctie op een overtreding van een bepaling uit een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) moet te vinden zijn in de AMvB zelf.

Vraag 2

Terwijl de 12-jarige Ilse naar school fietst, stuurt ze een Whatsapp bericht naar haar vriendin Auke. Ze is zo druk met Whatsappen dat ze tegen een geparkeerde auto aanbotst, met als gevolg een verbogen fietswiel en een deuk in de auto.

Zowel Ilse als haar ouders, op wie een risicoaansprakelijkheid rust, zijn aansprakelijk voor de schade aan de auto.

Vraag 3

Ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid kunnen niet zelfstandig deelnemen aan het rechtsverkeer.

Vraag 4

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst indien voldaan is aan de volgende drie vereisten: het verrichten van arbeid, tegen loon, gedurende een zekere tijd.

Vraag 5

Een verdrag moet uitsluitend ter uitdrukkelijke goedkeuring aan de Staten-Generaal worden voorgelegd indien het verdrag afwijkt van de Grondwet dan wel tot zodanig afwijken noodzaakt.

Vraag 6

Met betrekking tot de prejudiciële procedure bij het Hof van Justitie houdt de acte clair in dat het Hof de Europese rechtsregel waarover uitleg wordt gevraagd reeds in een andere zaak heeft uitgelegd.

Vraag 7

Het EU-recht dient eerst te worden omgezet in nationaal recht alvorens het werking kan hebben in de nationale rechtsorde van de lidstaten van de Europese Unie.

Vraag 8

Student Erik woont in Delfzijl en houdt in de nacht van 8 op 9 augustus 2014 een huisfeest, wat veel geluidsoverlast met zich meebrengt. De buren kunnen hierdoor niet slapen. Door aanhoudende burenruzies besluiten zowel de buren als Erik te verhuizen. Erik vertrekt naar Enschede. De buren naar Hengelo. Een half jaar later moet Erik voor de Rechtbank Noord Nederland, sector straf, verschijnen. De dagvaarding luidt als volgt:

Dat hij, Erik, op of omstreeks 8 september 2014 in het perceel Hendrikslaan 24 te Delfzijl burengerucht heeft verwekt, waardoor de nachtrust van zijn buren is verstoord (art. 431 Sr).’

De rechter zal Erik vrijspreken.

Vraag 9

Kees is jarig en geeft daarom een groot feest bij hem thuis. De avond is pas net onderweg of de stereo van Kees gaat kapot. Rik haalt daarom zijn net aangeschafte Bose muziekinstallatie met denderende bas op van zijn huis. Kees sluit de Bose muziekinstallatie aan en zet het volume op maximaal om de denderde bas te ervaren. Nog geen uur later gaat de bel en blijkt de politie voor de deur te staan. Zij zijn door de buren ingelicht vanwege de geluidsoverlast. Er wordt proces-verbaal opgemaakt tegen Kees wegens overtreding van art. 431 Sr (burengerucht).

Rik is strafbaar wegens medeplichtigheid aan het verwekken van burengerucht waardoor de nachtrust kan worden verstoord.

Vraag 10

De officier van justitie

.....read more
Access: 
Public
ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Extra oefenvragen

ARW 2 - Recht - RUG - B1 - Extra oefenvragen


Vragen

Vraag 1

Met betrekking tot de prejudiciële procedure bij het Hof van Justitie houdt de acte clair in dat het Hof de Europese rechtsregel waarover uitleg wordt gevraagd reeds in een andere zaak heeft uitgelegd. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 2

Ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid kunnen niet zelfstandig deelnemen aan het rechtsverkeer. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 3

Een verdrag moet uitsluitend ter uitdrukkelijke goedkeuring aan de Staten-Generaal worden voorgelegd indien het verdrag afwijkt van de Grondwet dan wel tot zodanig afwijken noodzaakt. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 4

De sanctie op een overtreding van een bepaling uit een Algemene Maatregel van Bestuur (AmvB) moet te vinden zijn in de AMvB zelf. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 5

Al fietsend verstuurt de dertienjarige Annelou een SMS-bericht. Ze botst tegen een geparkeerde auto, met als gevolg een verbogen fietswiel en een deuk in de auto. Zowel Annelou als haar ouders, op wie een risicoaansprakelijkheid rust, zijn aansprakelijk voor de schade aan de auto. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 6

Timo v/d K. woont te Groningen en maakt in de nacht van 3 op 4 januari 2011 veel lawaai waardoor zijn buren niet kunnen slapen. Wegens burenruzies besluiten zowel de buren als Timo te verhuizen. Timo v/d K. vertrekt naar Rotterdam. De buren naar Amsterdam. Een half jaar later moet Timo v/d K. voor de Rechtbank Noord Nederland, sector straf, verschijnen. De dagvaarding luidt als volgt:

Dat hij, Timo v/d K., op of omstreeks 4 februari 2011 in het perceel Wilgenpad 8 te Groningen burengerucht heeft verwekt, waardoor de nachtrust van zijn buren is verstoord (art. 431 Sr).’

De rechter zal Timo v/d K. vrijspreken. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 7

Er is sprake van een arbeidsovereenkomst indien voldaan is aan de volgende drie vereisten: het verrichten van arbeid, tegen loon, gedurende een zekere tijd. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 8

De APV (Algemene Plaatselijke Verordening) van Groningen luidt: ‘Het is verboden op de openbare weg te tippelen, met uitzondering van door het college van b en w aangewezen gebieden’. Het college van B&W wijst in een besluit de B-straat aan als tippelzone. Dit besluit moet gekwalificeerd worden als een algemeen verbindend voorschrift. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Vraag 9

In het Ikon-arrest (HR 27 maart 1987, NJ 1987, 727) heeft de Hoge Raad beslist dat de Gemeente Amsterdam bij het verrichten van privaatrechtelijke handelingen niet verplicht is om de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht te nemen. Deze stelling is juist/onjuist, omdat …

Antwoordindicatie

Vraag 1

Onjuist, want:

  • een acte clair is een rechtsregel, waarvan de rechter vindt dat die van zichzelf duidelijk

.....read more
Access: 
Public
Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Algemene Rechtswetenschap 2 voor de opleiding Rechten Bachelor aan de Rijksuniversiteit Groningen

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Algemene Rechtswetenschap 2 ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten 2016/2017

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 1

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 1

Algemene Rechtswetenschap 2: uitwerkingen bij de Werkgroepopdrachten van Week 1 - 2016/2017


Vragen

Vraag 1

Juist of onjuist: Eén van de verschillen tussen een maatschap en een commanditaire vennootschap (c.v.) is dat schuldeisers in het tweede geval de schulden niet kunnen verhalen op het privévermogen van de ondernemers.

Vraag 2

Juist of onjuist? Indien in de statuten van een besloten vennootschap (BV) geen blokkeringsregeling is opgenomen, kunnen de aandelen van deze BV op de effectenbeurs worden verhandeld.

Vraag 3

Juist of onjuist? Een uitzendovereenkomst wordt omgezet in een overeenkomst voor onbepaalde tijd als de werknemer meer dan 26 weken voor het uitzendbureau heeft gewerkt.

Vraag 4

Juist of onjuist? De Europese vennootschap is geen rechtspersoon, aangezien deze vorm niet wordt genoemd in de limitatief opgesomde lijst met rechtspersonen van art. 2:3 BW.

Vraag 5

Juist of onjuist? Na beëindiging van een dienstbetrekking houden alle verplichtingen zoals overeengekomen in de arbeidsovereenkomst op te bestaan.

Vraag 6

Juist of onjuist?

a. Bepalingen in de individuele arbeidsovereenkomst van een niet-georganiseerde werknemer die in strijd zijn met een geldende algemeen verbindend verklaarde CAO, zijn nietig.

b. Bij een werknemer die ten gevolge van zijn lidmaatschap van een vakbond aan een CAO gebonden is, wijkt de individuele arbeidsovereenkomst in zijn geheel voor de CAO.

Vraag 7

Juist of onjuist? Ten behoeve van mensen die in beginsel minder dan vijftien uren per week als oproepkracht kunnen worden opgeroepen, is bepaald dat zij, ook als zij tijdens een oproep feitelijk minder dan drie uren hoeven te werken, aanspraak hebben op loon over een periode van drie uren.

Vraag 8

Juist of onjuist? Het is niet ten alle tijde verboden een werknemer te ontslaan tijdens ziekte.

Vraag 9

Kylar studeert en heeft een ondernemend karakter. Hij besluit zijn fotografievaardigheden aan te bieden om wat bij te verdienen. De bedoeling is om vooral portretfoto's te maken. Kylar is al in het bezit van de benodigde apparatuur, zodat hij geen startkapitaal nodig heeft. Dit is voor Kylar een prettige bijkomstigheid, want hij heeft geen geld en wil geen schulden maken. Welke rechtsvorm is voor Kylar het meest geschikt om een onderneming te starten?

Vraag 10

Een zestal fruittelers in Nederland heeft met elkaar bij notariële akte een coöperatie opgericht. De leden leveren de vruchten van de oogst aan de coöperatie die deze verwerkt tot verschillende vruchtendranken.

Daarnaast koopt de coöperatie centraal kunstmest in voor de grond waarop het fruit groeit en verkoopt die door aan de leden. De leverancier van de kunstmest heeft een vordering op de coöperatie van 3.000 euro.

a. Juist of onjuist? De coöperatie maakt inkoopkosten vanwege een verplichting die zij heeft ten opzichte van haar leden.

b. Juist of onjuist? De leverancier kan dit bedrag, nadat betaling door de coöperatie uitblijft, verhalen op het privévermogen van de zes fruittelers

.....read more
Summaries and supporting content: 
Access: 
Public
Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 2

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 2


Vragen

Vraag 1

Op 26 januari 2009 begon het proces tegen Thomas Lubanga. Hij is de eerste persoon die door het Internationaal Strafhof is berecht. Over welke misdrijven heeft het Internationaal Strafhof rechtsmacht? Geef hierbij aan in welke bepalingen van het Statuut inzake het Internationaal Strafhof deze worden omschreven.

Vraag 2

Het land Centagua heeft het land Frederica voor het Internationaal Gerechtshof gedaagd. Centagua verwijt Frederica dat zij de guerrillabewegingen die in Centagua actief zijn van wapens voorziet en bovendien mijnen voor de kust van Centagua heeft geplaatst. Frederica stelt dat Centagua dreigt met ongeoorloofd geweld en voor instabiliteit in de regio zorgt.

a. Onder welke voorwaarde is het Internationaal Gerechtshof bevoegd over deze zaak te oordelen?

b. Op welke regel van internationaal recht kan Centagua zich beroepen?

c. Waarop zou Frederica zich kunnen beroepen? Zou dit kans van slagen hebben?

Vraag 3

Land Y heeft een aantal kernproeven gedaan in de Stille oceaan en vervolgens publiekelijk verklaard in de toekomst geen proeven meer te zullen uitvoeren. Enige tijd later komt land Y hierop terug. Land Z is hier niet blij mee.

Land Z kan land Y niet aan de door haar gedane verklaring houden, omdat staten soeverein zijn en niet door anderen op hun verklaringen kunnen worden aangesproken. Juist of onjuist?

Vraag 4

Laagland en Almanië zijn buurlanden en grenzen aan dezelfde zee. Zij kunnen het niet eens worden over de afbakening van het continentaal plat. Artikel 6 van het Verdrag van Genève van 29 april 1958 betreffende het continentaal plat bepaalt dat indien geen overeenstemming tussen de betrokken staten kan worden bereikt, de grens in principe moet worden vastgelegd door toepassing van de equidistantiemethode. Het verdrag is geratificeerd door Laagland, Almanië heeft het verdrag wel ondertekend maar niet geratificeerd. Laagland stelt dat de equidistantielijn, zoals genoemd in artikel 6, moet worden toegepast en dat, indien het verdrag niet van toepassing is, deze toch toegepast moet worden omdat het gebruik van de equidistantielijn inmiddels gewoonterecht is geworden. Almanië daarentegen wijst het gebruik van de equidistantielijn af. Zij stelt niet gebonden te zijn aan het verdrag. Ook stelt zij dat in artikel 6 geen gewoonterecht is gecodificeerd en dat het gebruik van de equidistantielijn niet tot nieuw gewoonterecht heeft geleid. Laagland en Almanië besluiten dat zij hun geschil aan een rechter willen voorleggen.

a. Kunnen Laagland en Almanië hun geschil aan een rechter voorleggen en welke rechter zal dat zijn?

b. Aan welke twee vereisten moet zijn voldaan wil het gebruik van de equidistantielijn internationaal gewoonterecht zijn?

c. Indien er een uitspraak in het geschil wordt gedaan, zal de rechter dan het verdrag of het internationaal gewoonterecht toepassen om het geschil op te lossen?

d. Noem nog twee bronnen van internationaal publiekrecht.

Vraag 5

a. Hoe komen verdragen volgens ons staatsrecht tot stand?

.....read more
Access: 
Public
Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 3

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 3


Vragen

Vraag 1

Land X, lid van de Europese Unie, weigert de verblijfsvergunning te verlengen van de dames Ada en Cornelia, beide burgers van EU-lidstaat Y. De reden voor deze weigering is dat Ada en Cornelia in een bar van 'bedenkelijk zedelijk allooi' werken en dat land X niet gediend is van dit soort praktijken. De beide dames willen het besluit van land X aanvechten.

a. Bij welke rechter kunnen de dames een procedure starten?

b. Moet deze rechter rekening houden met het Europees recht? Leg uit waarom wel of niet.

c. Op welke bepaling van vrij verkeer zouden de dames zich kunnen beroepen?

d. Als het gaat over de interpretatie van Europees recht heeft het Hof van Justitie het laatste woord. Via welke procedure zou dit Hof de zaak in behandeling kunnen krijgen en wanneer zou het Hof de zaak in behandeling moeten krijgen?

Vraag 2

Meneer de Vries komt oorspronkelijk uit Nederland en heeft de Nederlandse nationaliteit. Hij is momenteel woonachtig in Italië waar hij samenwoont met zijn vriendin Dianti, die de Indonesische nationaliteit heeft, en hun zoontje Jochem van drie. De Vries heeft een eigen hotelletje in een weliswaar mooi monument, maar het gebouw is ook oud en dringend aan renovatie toe. Om deze renovatie betaalbaar te maken, vraagt de Vries op grond van een Italiaanse nationale regeling subsidie aan. Deze regeling voorziet in een tegemoetkoming in de kosten bij de renovatie van bepaalde typen gebouwen, maar vereist voor de toekenning is wel dat de aanvrager de Italiaanse nationaliteit bezit.

a. Met welke bepaling van vrij verkeer zou de handelwijze van de Italiaanse overheid in strijd kunnen zijn? Waar is dit geregeld?

b. Zijn meneer de Vries en Dianti beide EU-burger?

Vraag 3

Juist of onjuist?

a. Een Nederlandse advocaat die tijdens een procedure in België gaat wonen, moet op grond van art. 56 VwEU in principe nog steeds in Nederland als advocaat kunnen optreden, zelfs als de Nederlandse wet vestiging in Nederland voorschrijft.

b. Een Nederlandse toerist die naar Spanje op vakantie gaat, heeft op grond van art. 56 VwEU het recht dezelfde toegangsprijzen voor musea te betalen als de Spanjaarden.

c. De tarieven die Italië hanteert voor het loodsen van veerboten die een lijndienst onderhouden tussen twee lidstaten, mogen op grond van art. 56 VwEU niet voordeliger zijn voor boten met een speciale vergunning als deze vergunning alleen verkrijgbaar is voor boten die varen onder de Italiaanse vlag.

Vraag 4

Met de oprichting van de EU hebben de lidstaten bevoegdheden overgedragen aan de EU. In het EU-verdrag en het Werkingsverdrag is uitgewerkt wanneer de EU bevoegd is en wanneer de lidstaten.

a. Wat betekent het als de EU exclusief bevoegd is? Geen een voorbeeld.

b. Wat houdt gedeelde bevoegdheid in? Geef een voorbeeld.

c. Wie is er bevoegd

.....read more
Access: 
Public
Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 4

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 4


Vragen

Vraag 1

Juist of onjuist?

Degene die de bestanddelen van een delict heeft vervuld, kan hiervoor steeds worden gestraft.

Vraag 2

Juist of onjuist?

Tot het materiële strafrecht wordt gerekend: de aanwijzing van strafbare feiten, de aanwijzing van sancties en de regeling omtrent het onderzoek ter terechtzitting.

Vraag 3

Juist of onjuist?

Het verlenen van terugwerkende kracht aan bepalingen van strafrechtelijke aard is steeds in strijd met het recht.

Vraag 4

Lees artikel 350 lid 1 Sr en beantwoord de volgende vragen:

a. Welke bestanddelen bevat het artikel en welke soorten bestanddelen?

b. Hoeveel delicten bevat het artikel?

c. Zijn de delicten een misdrijf of overtreding?

d. Welke sancties zijn mogelijk?

Vraag 5

Juist of onjuist?

Op grond van artikel 1 lid 1 Sr is het niet geoorloofd strafbepalingen analoog toe te passen.

Vraag 6

Juist of onjuist?

Ontoerekeningsvatbaarheid, overmacht in de zin van noodtoestand en afwezigheid van alle schuld zijn wettelijke schulduitsluitingsgronden.

Vraag 7

Juist of onjuist?

Tijdens de reis van Harwich naar Hoek van Holland vernielt Peter in de disco aan boord van de Nederlandse Ferry Maxima enkele barkrukken alsmede de tapinstallatie. Het Openbaar Ministerie wil hem hiervoor vervolgen op grond van artikel 408 Sr.

Het Openbaar Ministerie zal wederrechtelijkheid niet behoeven te bewijzen, omdat 'wederrechtelijk' een element is.

Vraag 8

Juist of onjuist?

Door het Melk en Water-arrest is het Nederlandse recht verrijkt met een schulduitsluitingsgrond.

Vraag 9

Juist of onjuist?

a. Het onderscheid tussen overtreding en misdrijf is van belang voor de strafbaarheid van zowel de poging tot, als van het medeplegen van een delict.

b. Het onderscheid tussen overtreding en misdrijf is van belang voor de relatieve competentie van de rechter.

Vraag 10

Juist of onjuist?

Overtreding van artikel 9 lid 1 Wet Wapens en Munitie kan worden bestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste negen maanden of een geldboete van ten hoogste 78.000 euro.

Vraag 11

Stel dat de APV van Groningen de volgende bepalingen bevat:

Art 40: 'Het is verboden op de weg met een bespannen wagen

a. een standplaats in te nemen, teneinde daarmee personen tegen vergoeding te vervoeren.

b. te rijden met het oogmerk zodanige wagen tegen vergoeding aan het publiek aan te bieden tot vervoer van personen.'

Art. 46: 'Overtreding van (o.a.) art. 40 wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste 150 euro of hechtenis van ten hoogste twee maanden.'

De heer Gerritsen heeft het plan opgevat toeristen per koetsje door de binnenstad van Groningen te rijden. Hij koopt dan ook een paard en een koetsje en maakt een bord met het opschrift: ''Rondritten door de binnenstad voor 5 euro per persoon per uur''. Dit bord bevestigt hij aan de achterzijde van het koetsje. Hij begeeft zich vervolgens naar de binnenstad, waar hij op de voor taxi's bestemde parkeerplaatsen aan de

.....read more
Access: 
Public
Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 5

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 5


Vragen

Vraag 1

Pieter S. woont in Groningen. Tijdens een weekendje uit in Maastricht besluit hij met een aantal vrienden een inbraak te plegen. De buit is groot (t.w.v. 4000,-) en Pieter acht het verstandig zich een aantal weken niet op zijn thuisadres te laten zien. Hij trekt daarom in bij een vriend in Rotterdam. De politie zit echter ook niet stil en spoort Pieter en zijn kornuiten al snel op. Pieter wordt in Rotterdam gearresteerd en in voorlopige hechtenis geplaatst. Het OM wil Pieter vervolgen.

a. Welke rechter is absoluut bevoegd?

b. Welke rechter is relatief bevoegd?

c. Stel dat het slachtoffer van de inbraak schadevergoeding wil van Pieter S. Welke rechter is absoluut en relatief competent?

Vraag 2

De vijftienjarige Koert heeft ruzie met een vriendje en geeft hem een geweldig pak slaag. Koert wordt door de officier van justitie gedagvaard voor de kantonrechter ter zake van mishandeling. In de dagvaarding staat niet vermeld waar het feit zich zou hebben afgespeeld.

Welke einduitspraak zal de kantonrechter geven? Lees art. 261 Sv goed.

Vraag 3

Juist of onjuist?

Wanneer een rechter een verdachte vrijspreekt, meent deze rechter dat de dagvaarding geldig is.

Vraag 4

Juist of onjuist?

Kijk nog eens naar het krantenartikel bij vraag 4 van vorige week (strafrecht). De kop van het artikel luidt:

'Artsen vrijgesproken na hulp bij zelfdoding'.

Deze kop is in overeenstemming met de einduitspraak van de rechtbank.

Vraag 5

Juist of onjuist?

Marius Messer gaat op zondag 18 oktober 2009 naar sportpark Coendersborg te Groningen om de voetbalwedstrijd van V.V. Helpman tegen V.V Be Quick te zien. De wedstrijd in kwestie staat bekend als een risicowedstrijd dus de politie is extra alert. Omdat Marius zich nerveus en dus verdacht gedraagt, wordt hij bij aankomst bij het sportpark door de politie gefouilleerd. Eén van de opsporingsambtenaren vindt in zijn broekzak een vlindermes, waarvan het lemmet twee snijkanten heeft. Het mes wordt in beslag genomen en Marius wordt gearresteerd op grond van artikel 13 lid 1 Wet Wapens en Munitie. De zaak is blijven liggen op het Parket, doch het Openbaar Ministerie besluit in 2013 Marius toch te vervolgen en legt hem het volgende ten laste:

'Dat de verdachte, Marius Messer, op of omstreeks zondag 18 oktober 2007 bij, of althans in de omgeving van het Sportpark Coendersborg te Groningen een vlindermes, althans een wapen vallende onder Categorie I van de Wet Wapens en Munitie voorhanden had, althans bij zich droeg, althans vervoerde (art. 13 lid 1 WWM).'

Marius maakt op de zitting bij de kantonrechter aannemelijk dat hij handelde in een situatie van psychische overmacht (art. 40 Sr): zijn vrienden zouden hem 'een mietje' vinden en hem zeker in elkaar hebben geslagen, indien hij geen mes bij zich zou dragen. De rechter zal de verdachte ontslaan van

.....read more
Access: 
Public
Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 6

Algemene Rechtswetenschap 2 - Werkgroepopdrachten Week 6

Uitwerkingen bij de Werkgroepopdrachten Week 6 van het vak Algemene Rechtswetenschap 2 - 2016/2017


Vragen

Vraag 1

Welke van de onderstaande beslissingen zijn te kwalificeren als besluit in de zin van artikel 1:3 Awb?

a. De schriftelijke beslissing van een kantonrechter om een meerderjarige onder curatele te stellen.

b. De schriftelijke beslissing van een college van B en W.

c. De schriftelijke mededeling van de Nationale Ombudsman aan de verzoeker, inhoudende de beslissing dat hij geen onderzoek zal instellen naar aanleiding van een verzoek daartoe.

d. De schriftelijke beslissing van een rechtbank om een bevel tot voorlopige hechtenis op te heffen.

e. De schriftelijke beslissing van een minister tot vaststelling van een beleidsregel inzake het verlenen van een verblijfsvergunning.

Vraag 2

De Gemeente Groningen laat in een brief aan de bewoners en winkeliers van de Grote Markt weten dat de restauratie van de gevel van het stadhuis op de Grote Markt niet in de week vóór Kerstmis zal starten, maar – conform het verzoek van de winkeliersvereniging – twee weken later. Het verrichten van werkzaamheden in de oorspronkelijk geplande week, leek ook de gemeente bij nader inzien, in verband met de bereikbaarheid van deze winkelstraat voorafgaande aan de feestdagen, een minder goed idee. Om wat voor soort handeling van de gemeente gaat het in casu?

Vraag 3

Juist of onjuist?

Gepubliceerde beleidsregels van het college van B en W van de Gemeente Amsterdam ter zake van de uitvoering van de Huisvestingsverordening zijn te beschouwen als een bron van recht.

Vraag 4

Juist of onjuist?

Om een besluit in de zin van hoofdstuk 1 titel 1 van de Awb te zijn, moet de rechtshandeling publiekrechtelijk van aard zijn, op schrift zijn gesteld, een rechtsvaststelling in een individueel concreet geval betreffen én van een bestuursorgaan afkomstig zijn.

Vraag 5

Juist of onjuist?

Het intrekken van een begunstigende beschikking is te beschouwen als een sanctie.

Vraag 6

a. Geef gemotiveerd aan wat voor soort besluit moet worden vastgesteld in artikel 216 Gemeentewet.

b. Geef gemotiveerd aan om wat voor soort besluit het in de hieronder weergegeven bijlage gaat:

APV Groningen 2009

Artikel 5:12 Stallen van (brom)fietsen

1. Het is verboden op of aan de weg een fiets of een bromfiets te plaatsen of te laten staan: tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw dan wel in de ingang van een portiek, tegen dan wel bij een parkeermeter, tegen een op of aan de weg geplaatst monument, beeldhouwwerk of ander ter verdraaiing van het stadsschoon aangebracht werk, indien:

a. dit in strijd is met de uitdrukkelijk verklaarde wil van de gebruiker van dat gebouw, dat portiek, dat monument of werk;

b. daardoor die ingang versperd wordt, dan wel het gebruik van de meter wordt belemmerd of verhinderd.

2. Het is verboden een

.....read more
Summaries and supporting content: 
Access: 
Public
Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Algemene Rechtswetenschap 2 voor de opleiding Rechten Bachelor aan de Rijksuniversiteit Groningen

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Algemene Rechtswetenschap 2 ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Algemene Rechtswetenschap 2 - Recht - RUG - B1 - Sheetnotes & Collegeaantekeningen

College: Introductie & Arbeidsrecht

College: Introductie & Arbeidsrecht


 

Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Het onderwerp arbeidsrecht wordt in 2017/2018 in deel 2 van de hoorcolleges behandeld, in plaats van in deel 1. Het vak begint in 2017/2018 met ondernemingsrecht, gevolgd door het arbeidsrecht.

  • Het voorbeeld dat in de aantekeningen uit 2016/2017 genoemd wordt over de actuele stakingen van de politie is niet meer van toepassing.

  • De termijnen voor opzegging à artikel 7:672 BW worden in 2017/2018 uitgebreid behandeld.

  • Het onderwerp 'op staande voet ontslagen (artikel 7:677 BW) wordt besproken in 2017/2018.

  • Aanneming van werk is artikel 7:750 BW, in plaats van artikel 7A:1639 BW (de arresten “boefje” en “gouden kooi” worden in dit verband genoemd).

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • De transitievergoeding is verhoogd tot een maximum van €77.000 (eerst was dit €75.000) of één jaarsalaris + eventueel additionele billijke vergoeding.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • De ketenbepaling van artikel 7:682 BW is zeer belangrijk. Kijk hier naar voor het tentamen.

  • Arceer in je wettenbundel de benoeming van de duur van de proeftijd en de termijnen die in art. 7:652 BW genoemd worden.

  • Arceer artikel 7:610 BW, 7:616 BW, 7:617 BW in je wettenbundel. Deze artikelen gaan over het vermoeden van een arbeidsovereenkomst.

  • Het is belangrijk dat je de punten en voorwaarden van de arbeidsovereenkomst (art. 7:610 BW) uit kunt leggen.

  • Ken de mogelijkheden die kunnen leiden tot het einde van de arbeidsovereenkomst (artikelen; ontbinding kantonrechter; opzegging met en zonder toestemming; wederzijds goedvinden).

  • De verplichtingen van de werkgever en werknemer dien je voor het tentamen te kennen: gebruik hiervoor de artikelen 7:611 BW, 7:611a BW en 7:658 BW. 

Collegeaantekeningen 2016/2017

ARW 2 bevat 700 pagina’s leerstof, terwijl ARW 1 350 pagina’s bevatte. Dit is goed om te beseffen. Je kunt hierdoor uitrekenen hoeveel pagina’s je per dag of per week zou moeten doornemen om goed voorbereid de tentamenweek in te gaan.

Arbeidsrecht

Het merendeel van de bevolking werkt op basis van een arbeidsovereenkomst. Ambtenaren hebben een ander soort arbeidsovereenkomst (bijvoorbeeld de politie), dit is de laatste tijd erg actueel. Doordat de politie valt onder de ambtenaren hadden zij geen recht om te staken. De afgelopen tijd hebben ze erg veel actie gevoerd tegen hun cao. Waarschijnlijk gaat deze cao ook veranderen en zullen er uiteindelijk geen ambtenaren meer bestaan, zoals deze nu bestaan.

Bij het arbeidsrecht zijn subsidiariteit en proportionaliteit erg belangrijk. Later in het college komen we hier op terug.

Een arbeidsovereenkomst is een benoemde overeenkomst (art. 7:10 BW). Hierin staan de normale totstandkomingeisen. Een

.....read more
Access: 
Public
College: Internationaal

College: Internationaal


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 wat week 2 betreft hetzelfde, maar ze worden in een iets andere volgorde behandeld.

  • Het internationaal conflictenrecht wordt in 2017/2018 als nieuw onderwerp behandeld.

  • Het stappenplan 'hoe komt een Verdrag tot stand' is ten opzichte van 2016/2017 uitgebreid.

  • De conformeringsplicht wordt behandeld.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Tijdens het college wordt er een casus gegeven. De docent stelt hier toepasselijke vragen over, om erachter te komen welk recht van toepassing is. Deze casus (en andere) helpen je te oefenen met de manier van denken die bij dit vak van je gevraagd wordt.

  • Belangrijk om te weten is waar de term “volkenrecht” voor staat in het internationaal recht! Dit staat voor verkeer tussen:

    • Staten onderling;

    • Staten en volkenrechtelijke organisaties;

    • Direct tot individuele personen.

  • Ken de twee termen voor doorwerking van verdragen in het nationale recht: dualisme en monisme.

Collegeaantekeningen 16/17

Internationaal recht

Daarbij hebben we te maken met verschillende landen. John Lennon heeft daar ooit al het nummer: “Imagine all the people” over geschreven. Dit geeft een goed beeld van hoe landen met elkaar om (horen te) gaan.

Internationaal recht is grensoverschrijdend verkeer. Er is een verschil tussen internationaal publiekrecht en internationaal privaatrecht.

Bij internationaal privaatrecht is een voorbeeld van een casus wanneer Sinterklaas een cadeau meeneemt naar Nederland en het cadeau is niet naar wens en moet weer terug naar Spanje. Speelt dan het Spaanse of het Nederlandse garantierecht een rol?

Een ander voorbeeld is het kopen van Chinees speelgoed, dit is gekocht vanuit Spanje in Zürich. Is hier dan Chinees recht, Spaans recht of Fries/Zwitsers recht (Zürich ligt in Friesland en Zwitserland) op van toepassing? Daarnaast is het betaald via BNP Paribas. Dit zijn voorbeelden van casussen. De oplossingen doen er nu nog even niet toe.

Art. 10 Wet Algemene Bepalingen: de vorm van alle handelingen wordt beoordeeld naar de wetten van het land of de plaats alwaar die handelingen zijn verricht.

Dus wanneer een Nederlander een chalet koopt in Zwitserland. Dan geldt het Zwitsers recht.

Eind jaren 60 en jaren 70, zijn hier veel vluchtelingen gekomen vanuit de Vietnamoorlog. In Vietnam waren toen veel massamoorden. Elk land dat ongeremd macht kan uitoefenen verlaagt zich tot dergelijke acties. Ook Nederland heeft massamoorden gepleegd in Indonesië (misschien wel meer, maar dit is de enige die bekend is geworden). De Vietnamezen die hier kwamen hadden natuurlijk baat bij het internationale recht zodat de landen gestraft konden worden die massamoorden pleegden.

Wanneer in Nederland een Vietnamees

.....read more
Access: 
Public
College: Verhouding nationaal - internationaal

College: Verhouding nationaal - internationaal


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 wat week 2 betreft hetzelfde, maar ze worden in een iets andere volgorde behandeld.

  • Het internationaal conflictenrecht wordt in 2017/2018 als nieuw onderwerp behandeld.

  • Het stappenplan 'hoe komt een Verdrag tot stand' is ten opzichte van 2016/2017 uitgebreid.

  • De conformeringsplicht wordt behandeld.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Tijdens het college wordt er een casus gegeven. De docent stelt hier toepasselijke vragen over, om erachter te komen welk recht van toepassing is. Deze casus (en andere) helpen je te oefenen met de manier van denken die bij dit vak van je gevraagd wordt.

  • Belangrijk om te weten is waar de term “volkenrecht” voor staat in het internationaal recht! Dit staat voor verkeer tussen:

    • Staten onderling;

    • Staten en volkenrechtelijke organisaties;

    • Direct tot individuele personen.

  • Ken de twee termen voor doorwerking van verdragen in het nationale recht: dualisme en monisme.

Collegeaantekeningen 16/17

Inleiding

De verhouding tussen internationaal en nationaal recht, is het moeilijkste element van ons recht.

Stel je voor dat de zeespiegel internationaal recht is, het land achter de dijk is het nationaal recht. Dit geeft aan dat het internationaal boven het nationaal recht staat. Anders gezegd geldt het recht van de grotere gemeenschap boven het recht van de kleinere gemeenschap.

Volgens het Weens verdragsrecht moet een staat het internationale recht te goeder trouw naleven. Dit is allemaal nog extern.

Nu gaan we naar het interne, dus hoe gaat het water door de dijk heen naar binnen toe. Daarbij zijn twee implementatiesystemen. De ene wordt transformatiestelsel genoemd. Het transformatiestelsel zet alle internationale verplichtingen om in nationale recht, althans wanneer het om verdragen gaat.

Nederland heeft het incorporatiestelsel. Oftewel: het water komt over de dijk en overspoelt het hele land. Het internationale recht is een hogere norm binnen ons land. Het internationale recht wordt niet vertaald in nationaal recht, dus we hebben in Nederland ook geen keuze wat er binnen komt. Dit geldt voor verdragen en voor gewoontes.

Het incorporatiestelsel van Nederland staat niet in art. 93 en art. 94 GW zoals ze ons bij staatsrecht vertellen. In art.93 en art. 94 GW wordt alleen een bevoegdheid gegeven aan de rechter. In art. 93 GW staat dat er een bekendmakingseis is en dat de rechter alleen ieder verbindend verdragsrecht toe mag passen. Deze bekendmaking gebeurt in het tractatenblad. Dus niet in het staatsblad. Tractaat is een ander woord voor verdrag.

In art.94 GW staat de toetsingsplicht en bevoegdheid van de rechter en de consequenties die hieraan worden

.....read more
Access: 
Public
College: Europa, grondleggers en bronnen van EU recht

College: Europa, grondleggers en bronnen van EU recht


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Dit college besteedt meer aandacht aan de instellingen van de EU en de artikelen waar deze instellingen mee moeten werken.

  • De geschiedenis van de EU wordt in chronologische volgorde uitgebreid behandeld.

  • Het Europees Burgerinitatief is een onderwerp dat in 2017/2018 voor het eerst besproken wordt.

  • Ook het doel van de EU en hoe de verschillende doelstellingen behaald worden zijn belangrijk.

  • Het convergentiecriteria is geschrapt, dit onderwerp wordt in 2017/2018 niet behandeld tijdens het hoorcollege.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • De Europese Rekenkamer wordt nu gezien als de belangrijkste instelling van de EU.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Artikel 9 VEU is belangrijk! Weet waar dit artikel over gaat en welke arresten hierbij horen.

Collegeaantekeningen 16/17

Toets van afgelopen week

Ons land is pas volkenrechtelijk gebonden aan een verdrag als dit conform artikel 93 grondwet is bekendgemaakt in het Tractatenblad. Dit is onjuist de volkenrechtelijke binding vind pas plaats wanneer het goedgekeurd is door de Staten-Generaal, door bekrachtiging of ratificatie. Bekendmaking heeft dus niets te maken met volkenrechtelijke binding

Een verdrag moet uitsluitend ter uitdrukkelijke goedkeuring aan de Staten-Generaal worden voorgelegd in het geval dat het verdrag afwijkt van de Grondwet dan wel tot zodanig afwijken noodzaakt. Dit is onjuist, wanneer er geen sprake is van afwijking met de Grondwet dan mag het ook door een stilzwijgende goedkeuring. Maar afwijking met de Grondwet is niet de enige reden dat het mag met uitdrukkelijke goedkeuring.

In een transformatiesysteem kunnen de binnen de nationale rechtsorde reeds uitgevoerde verdragsverplichtingen ongedaan worden gemaakt door middel van latere nationale wetgeving. Dit is juist, een latere wetgeving gaat voor een eerdere wet. Dan neem je een nationale wet aan die in strijd is met een internationale wet. Er is dan sprake van een volkenrechtelijk probleem.

Alle verdragen dienen aan de Staten-Generaal ter goedkeuring te worden voorgelegd. Onjuist, hier zijn een paar uitzondering op. Dit staat in rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen. Bijvoorbeeld wanneer een verdrag verlengd moet worden of er een hele kleine financiële verplichting is.

Het Europese Hof voor de Rechten van de mens is formeel geen orgaan van de Raad van Europa. Juist, De Raad van Europa is een organisatie waarin samengewerkt wordt op basis van intergouvernementele besluitvorming. Het EHRM heeft een supranationaal trekje, maar is wel een orgaan van de Raad van Europa.

Het EHRM kan een individueel verzoekschrift over schending van het recht op vrijheid van onderwijs ex artikel 23 lid 2 Grondwet niet in behandeling nemen. Juist, eerst moeten alle rechtsordes in eigen land uitgeput zijn.

De werking van

.....read more
Access: 
Public
College: Europa, instellingen

College: Europa, instellingen


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Dit college besteedt meer aandacht aan de instellingen van de EU en de artikelen waar deze instellingen mee moeten werken.

  • De geschiedenis van de EU wordt in chronologische volgorde uitgebreid behandeld.

  • Het Europees Burgerinitatief is een onderwerp dat in 2017/2018 voor het eerst besproken wordt.

  • Ook het doel van de EU en hoe de verschillende doelstellingen behaald worden zijn belangrijk.

  • Het convergentiecriteria is geschrapt, dit onderwerp wordt in 2017/2018 niet behandeld tijdens het hoorcollege.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • De Europese Rekenkamer wordt nu gezien als de belangrijkste instelling van de EU.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Artikel 9 VEU is belangrijk! Weet waar dit artikel over gaat en welke arresten hierbij horen.

Collegeaantekeningen 16/17

Prejudiciële vragen

Prejudiciële rechter: een nationale rechter vraagt hoe hij een bepaling in het unierecht uit moet voeren. Sinds een paar jaar kan een lagere rechter ook aan het hof prejudiciële vraag stellen. Hierdoor kunnen lagere rechters niet het recht allemaal verschillend uitleggen. De lagere rechter is bevoegd, maar niet verplicht prejudiciële vragen te stellen. De hoogste rechter móet en is dus verplicht prejudiciële vragen te stellen wanneer er over een bepaald onderwerp nog nooit een uitspraak is gedaan.

Het Hof van Justitie

Het Hof van Justitie bouwt aan Europa. Ze willen welvaart brengen. De belangrijkste interpretatiemethode die het Hof van Justitie gebruikt, is de teleologische interpretatiemethode. Ze zullen altijd kijken naar het doel van Europa.

Het Hof van Justitie werd overbevraagd, waardoor er twee gerechten bij gekomen zijn. Het gerecht in eerste aanleg en het ambtenarengerecht. Het Hof van Justitie is ook bestuursrechter.

EEG

Vóór de Europese Unie waren er drie verdragen. De EGKS, EEG en de EGA. De EEG is verreweg het belangrijkst voor het ontstaan van de Europese Unie, daar gaan we nu op verder.

De doelen van de EEG waren:

  • het bevorderen van evenwichtige economische activiteit;

  • een hoog niveau creëren voor werkgelegenheid;

  • een gelijke behandeling voor man en vrouw;

  • goede kwaliteit van milieu;

  • levensstandaard omhoog brengen;

  • Wereldwijd een groot concurrentievermogen ontwikkelen.

De ambities van de EEG waren onder andere een supranationaal beleid. De EEG is begonnen met het ontwikkelen van de landbouw, vervoer en mededinging. Het ontwikkelen van de landbouw moest hongersnoden voorkomen, het verbeteren van het vervoer moest zorgen voor gelijke kansen voor iedereen en mededinging moest zorgen voor eerlijke concurrentie.

Om eerlijke concurrentie te creëren werden tarifaire belemmeringen opgeschort. Tarifaire belemmeringen zijn douane tarieven. Binnen de EEG werden de tarieven opgeschort, buiten

.....read more
Access: 
Public
College: Strafrecht, bronnen en definities

College: Strafrecht, bronnen en definities


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Er is een recent voorbeeld toegevoegd: Vindicatlid Wouter B schuldig aan zware mishandeling, ter vervanging van een oud voorbeeld. 

  • Het arrest 'Onbeschermde sex door HIV drager' wordt besproken. Dit arrest is van belang voor voorwaardelijk opzet: er dient sprake te zijn van een daadwerkelijk groot risico, er wordt gekeken naar de ernst van het gevolg en de bewuste aanvaarding van de aanmerkelijke kans.

  • Het legaliteitsbeginsel wordt uitgebreider uitgelegd. De stappen van artikel 16 GW en artikel 1 Sr worden volledig langs gegaan.

  • Er worden voorbeelden gegeven van hoe de structuur van een strafbepaling in elkaar zit: bestanddelen, elementen e.d.

  • Er wordt tijdens het college diep ingegaan op de belangrijkste elementen van de algemene bepalingen boek 1 Strafrecht.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Sinds 2016 is er sprake van een onbeperkt spreekrecht voor het slachtoffer; op het moment van het hoorcollege in 2016/2017 werd nog gezegd dat dit een wetsvoorstel was. Inmiddels is dit wetsvoorstel aangenomen en is de wet in werking getreden.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Artikel 91 Sr is een belangrijke schakelbepaling! 

  • Ken het onderscheid tussen objectieve en subjectieve bestanddelen.

Collegeaantekeningen 16/17

Veelgemaakte fouten toets afgelopen week

De vraag of een bepaling uit het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voor de burger directe werking heeft, wordt vastgesteld door de rechter. Dit is juist, de rechter bepaalt dit. Bij internationaal recht is dit anders, daar vloeit het voort uit een ongeschreven regel.

Regels van EU-recht hebben voorrang boven nationale regelgeving op grond van artikel 94 GW. Dit is onjuist, dit is op grond van het Europese recht zelf.

Verordeningen en richtlijnen van de Europese unie zijn evenals de uitspraken van het hof van Justitie vormen van secundair recht. Dit is juist.

De bepalingen van vrij verkeer zoals die in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorkomen, zijn een uitwerking van het beginsel van non-discriminatie, at inhoudt dat gelijke gevallen gelijk moeten worden behandeld en ongelijk gevallen ongelijk. Dit is onjuist.

De rechtstreekse toepasselijkheid van verordeningen van de EU brengt mee dat verdere implementatie van deze verordeningen in het nationale recht verboden is. Dit is juist ( denk aan het Costa//Enel arrest).

De Europese Raad oefent geen wetgevingstaak uit en komt viermaal per jaar bijeen. Onjuist, De commissie komt met een initiatief, legt dit aan het parlement voor en de Europese Raad moet dit als laatste goedkeuren, dus de Europese Raad voert wel een wetgevingstaak uit.

De bevoegdheid van de rechter om een met Unierecht onverenigbare wet

.....read more
Access: 
Public
College: Strafrecht, rechtvaardiging en uitsluiting

College: Strafrecht, rechtvaardiging en uitsluiting


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • Er is een recent voorbeeld toegevoegd: Vindicatlid Wouter B schuldig aan zware mishandeling, ter vervanging van een oud voorbeeld. 

  • Het arrest 'Onbeschermde sex door HIV drager' wordt besproken. Dit arrest is van belang voor voorwaardelijk opzet: er dient sprake te zijn van een daadwerkelijk groot risico, er wordt gekeken naar de ernst van het gevolg en de bewuste aanvaarding van de aanmerkelijke kans.

  • Het legaliteitsbeginsel wordt uitgebreider uitgelegd. De stappen van artikel 16 GW en artikel 1 Sr worden volledig langs gegaan.

  • Er worden voorbeelden gegeven van hoe de structuur van een strafbepaling in elkaar zit: bestanddelen, elementen e.d.

  • Er wordt tijdens het college diep ingegaan op de belangrijkste elementen van de algemene bepalingen boek 1 Strafrecht.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Sinds 2016 is er sprake van een onbeperkt spreekrecht voor het slachtoffer; op het moment van het hoorcollege in 2016/2017 werd nog gezegd dat dit een wetsvoorstel was. Inmiddels is dit wetsvoorstel aangenomen en is de wet in werking getreden.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Artikel 91 Sr is een belangrijke schakelbepaling! 

  • Ken het onderscheid tussen objectieve en subjectieve bestanddelen.

Collegeaantekeningen 16/17

We gaan vandaag verder met het college over strafrecht.

Er zijn strafbare feiten die strafbaar gesteld worden, zoals bijvoorbeeld diefstal. Strafbare feiten zijn formeel omschreven. Ook zijn er strafbare gevolgen, deze zijn materieel omschreven. Het veroorzaken van een strafbaar gevolg is bijvoorbeeld doodslag of dood door schuld. Bij een strafbaar gevolg is de causaliteit van belang. Hier zijn verschillende theorieën op gemaakt.

  • Conditio sine qua non: bijvoorbeeld wanneer er geen hulp gezocht is voor een gewonde baby, dan was de baby niet dood gegaan;

  • Redelijke voorzienbaarheid: wanneer een kind niet uit huis geplaatst wordt en daarna vermoord door haar moeder, is de gezinsvoogd dan dood door schuld toe te rekenen;

Bij beide theorieën is van belang of er sprake is van toerekening naar redelijkheid.

Bestanddelen spelen een grote rol bij het strafbare feit. Bestanddelen moeten worden bewezen, de elementen worden voorondersteld. Soms maken de elementen deel uit van de bestanddelen. De elementen zijn wederrechtelijkheid en schuld. Wanneer wederrechtelijkheid een bestanddeel is, moet de officier van justitie deze wel bewijzen. Wederrechtelijkheid is bijvoorbeeld een bestanddeel bij diefstal of vernieling. Bij dood door schuld, is schuld een bestanddeel en moet dit dus bewezen worden.

In art. 287 Sr wordt de stel- en bewijsplicht behandeld. Er heeft een zaak plaatsgevonden in Groningen, waar een TBS’er een weekend vrijuit mocht. Deze misdroeg zich in de stad en

.....read more
Access: 
Public
College: Strafprocesrecht

College: Strafprocesrecht


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 hetzelfde gebleven, maar de volgorde van behandeling is nu chronologisch.

  • Belangrijke artikelen die behandeld worden: Art. 167 Sv,  Art. 12 Sv, Art. 6 lid 1 EVRM en Art. 79 RO.

  • De actoren van het strafproces worden besproken:

    • Verdachte (art. 27 e.v. en art. 486 Sv e.v.)

    • Raadsman (art. 37e.v. , 28a Sv en art. 6 EVRM jo. 18 GW)

    • OvJ (art. 9 Sv) 

    • De zittende magistratuur (art. 268 Sv, 368 Sv, 382 Sv, 495 Sv)

    • Het slachtoffer (art. 51 e.v. Sv) 

  • Het voorbereidend onderzoek en opsporingsonderzoek (art. 140 e.v. Sv, artikel 132a Sv) worden in 2017/2018 uitgebreid behandeld, evenals de dwangmiddelen en bijzondere opsporingsbevoegdheden (art. 94 e.v., art. 126g e.v. Sv).

  • Ook de de dagvaarding wordt behandeld: art 258 Sv, art. 588 e.v. Sv, art. 261 Sv, art. 6 EVRM.

  • Strafbeschikking wordt ook besproken: art. 257a e.v. Sv.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Belangrijke wijziging in geval van Ophouden voor onderzoek: de duur is 9 uur in plaats van 6 uur. Artikel 61 Sv is vervallen!  

Collegeaantekeningen 16/17

Strafprocesrecht bestaat uit 5 fases:

  • Opsporing;

  • Vervolging;

  • Berechting;

  • Strafoplegging;

  • Tenuitvoerlegging vonnissen.

Bronnen van strafprocesrecht:

  • Wetboek van strafrecht (art. 27 verdachte);

  • Verdragen (artikelen 5,6 en 8 EVRM);

  • Grondwet (artikelen 10,11,12 en 15);

  • Bijzondere wet (wet RO, politiewet);

  • Ongeschreven recht (jurisprudentie, beleidsstukken).

In het strafprocesrecht kunnen we ook nog onderscheid maken tussen de fase vóór de rechter en de zitting en de fase dat de terechtzitting plaatsvindt. Dit is de gematigd inquisitoir en gematigd accusatoir fase.

De politie is heeft een belangrijke taak binnen het strafprocesrecht. De politie handhaaft de openbare orde, dit is de openbare-orderechtelijke handhaving. Daarnaast doet de politie aan opsporing, dit is de strafrechtelijke handhaving.

De officier van justitie is onderdeel van het Openbaar Ministerie. De officier van justitie vertegenwoordigd het Openbaar Ministerie in de rechtbank. Bij de hoven wordt de officier van justitie advocaat-generaal genoemd. Bij de rechtbank wordt hij gewoon officier van justitie genoemd. Het Openbaar Ministerie valt onder de Minister van Justitie.

De politie doet het voorbereidend onderzoek. Veel opsporingsonderzoeken ontstaan door een aangifte. Er doet bijvoorbeeld iemand aangifte van mishandeling, smaad of intimidatie. Vorig jaar deed het Genootschap Federatief Joods Nederland aangifte wegens het verkopen van Mein Kampf. Het verkopen van dit boek is een aanzet tot haat en discriminatie (art. 137e Sr). Het OM besliste

.....read more
Access: 
Public
College: Oefenen met strafprocesrecht

College: Oefenen met strafprocesrecht


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 hetzelfde gebleven, maar de volgorde van behandeling is nu chronologisch.

  • Belangrijke artikelen die behandeld worden: Art. 167 Sv,  Art. 12 Sv, Art. 6 lid 1 EVRM en Art. 79 RO.

  • De actoren van het strafproces worden besproken:

    • Verdachte (art. 27 e.v. en art. 486 Sv e.v.)

    • Raadsman (art. 37e.v. , 28a Sv en art. 6 EVRM jo. 18 GW)

    • OvJ (art. 9 Sv) 

    • De zittende magistratuur (art. 268 Sv, 368 Sv, 382 Sv, 495 Sv)

    • Het slachtoffer (art. 51 e.v. Sv) 

  • Het voorbereidend onderzoek en opsporingsonderzoek (art. 140 e.v. Sv, artikel 132a Sv) worden in 2017/2018 uitgebreid behandeld, evenals de dwangmiddelen en bijzondere opsporingsbevoegdheden (art. 94 e.v., art. 126g e.v. Sv).

  • Ook de de dagvaarding wordt behandeld: art 258 Sv, art. 588 e.v. Sv, art. 261 Sv, art. 6 EVRM.

  • Strafbeschikking wordt ook besproken: art. 257a e.v. Sv.

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Belangrijke wijziging in geval van Ophouden voor onderzoek: de duur is 9 uur in plaats van 6 uur. Artikel 61 Sv is vervallen!  

Collegeaantekeningen 16/17

Toets strafrecht van vorige week belangrijkste fouten:

Bij een veroordeling zal de strafrechter steeds een straf of een maatregel opleggen, of een combinatie van beide: onjuist, schuldig verklaren zonder strafoplegging is ook een optie.

Handelen in strijd met artikel 3b lid 1 jo. Artikel 10 lid 1 sub 1 Opiumwet moet worden gekwalificeerd als een overtreding. Juist, achterin de opiumwet staat een verzamelbepaling van strafsancties en wat een overtreding en misdrijf is.

De voorbereiding van het overtreden van artikel 131 Sr levert een strafbaar feit op. Art. 131 is een misdrijf, maar kent geen acht jaar gevangenis straf dus klopt niet.

Ons strafrecht kent voor alle hoofdstraffen een minimum, dit is onjuist. Dit kennen wij niet in Nederland.

Van het nulla poena-beginsel mag niet worden afgeweken. Dit is het verbod op terugwerkende kracht. In art. 7 lid 2 van het EVRM, staat de uitzondering, dan mag er wel van worden afgeweken.

Strafprocesrecht

Oorzaken van de fouten die rechters maken in het strafproces: rechters worden niet geschoold in empirisch onderzoek en menen dat ze een magisch oog hebben, hierdoor menen ze zelf te kunnen beoordelen of iemand de waarheid spreekt. Rechters zijn eigenwijze mensen.

Welke uitspraak kan een rechter doen:

Wanneer de dagvaarding nietig is: vrijspraak

Wanneer de rechter onbevoegd is: ontslag van alle rechtsvervolging wegens niet strafbaarheid van het feit

Officier van justitie niet ontvankelijk: ontslag van alle rechtsvervolging wegens niet strafbaarheid dader.

Schorsing vervolging:

.....read more
Access: 
Public
College: Bestuursrecht, normen en organen

College: Bestuursrecht, normen en organen


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 hetzelfde gebleven, maar de volgorde van behandeling is nu chronologisch.

  • De onderwerpen 'legaliteitsbeginsel' (art. 1:2 lid 2 Awb) en 'specialiteitsbeginsel' (art. 3:4 lid 1 Awb) worden dit jaar behandeld.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Er wordt in het hoorcollege de nadruk gelegd op de term Bestuursorgaan; dit is te vinden in artikel 1:1 Awb. In lid 2 van dit artikel zijn uitzonderingen op de bestuursorganen te vinden. Er werd benadrukt dat deze uitzonderingen belangrijk zijn om te kennen voor het tentamen.

  • De term belanghebbende moet je voor het tentamen kunnen toepassen! Weet wanneer iemand dit is:

    • Eigen persoonlijk belang

    • Objectief

    • Actueel

    • Art. 1:2 Awb: degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken; eigen en persoonlijk belang. 

Collegeaantekeningen 16/17

Bestuursrecht

In het bestuursrecht vindt je het recht voor het bestuur, van het bestuur en tegen het bestuur. een voorbeeld ter inleiding: Gedeputeerde Staten staan boeren toe op wilde zwijnen te jagen, mits zij zich laten registreren als jachthouder. De Rechtbank Den Haag keurde dit goed, ook al waren natuurbeschermingsorganisaties in protest gegaan. Het gaat in dit voorbeeld echt om het besturen van het land.

Montesquieu zei altijd dat je een onderscheid moest maken tussen wetgeven, rechtspraak en besturen.

Het bestuursrecht is geregeld in het Awb. Hier staat het materiële en formele recht in. Dit is bij privaatrecht, staatsrecht en strafrecht anders. Daar staat het materiële en formele recht beide in aparte wetten.

Opzet college

  • Wat is publiekrechtelijk besturen: nemen van besluiten;

  • Wie besturen: bestuursorganen;

  • Hoe komen bestuursorganen aan hun bevoegdheden;

  • Wat normeert gedrag bestuursorganen;

  • Wat zijn bestuursorganen;

  • Welke bestuursorganen onderscheiden we;

  • Wat is privaatrechtelijk besturen;

  • Wat is besturen door feitelijk handelen;

  • Welke soorten besluiten kennen we;

  • Hoe kan een bestuursorgaan naleving besluiten afdwingen;

  • Wat is toezicht en wat een toezichthouder;

  • Welke sancties zijn er: herstel en strafsancties.

Besturen

De essentie van besturen is eenzijdig ingrijpen in rechten en vrijheden van burgers. Voorbeelden hiervan zijn belastingaanslagen, weigeren vergunning buitenconcert, sluiting café of huis, onvoldoende voor een tentamen enz. Het bestuur grijpt in overeenkomstig de wet, de basis hiervoor is het legaliteitsbeginsel. Het mag niet zo zijn dat het bestuur zich allerlei bevoegdheden toedicht, die niet in de wet staan. Er moet een wettelijke basis zijn voor belastend optreden, maar ook voor begunstigd optreden.

Bestuursorganen

Bij privaatrecht heb je geleerd, dat natuurlijke personen en

.....read more
Access: 
Public
College: Bestuursrecht, besluitvorming en veiliger verkeer

College: Bestuursrecht, besluitvorming en veiliger verkeer


Sheetnotes 2017/2018

Wat zijn de veranderingen in de hoorcolleges?

  • De behandelde onderwerpen zijn in 2017/2018 hetzelfde gebleven, maar de volgorde van behandeling is nu chronologisch.

  • De onderwerpen 'legaliteitsbeginsel' (art. 1:2 lid 2 Awb) en 'specialiteitsbeginsel' (art. 3:4 lid 1 Awb) worden dit jaar behandeld.

Wat is belangrijk voor het tentamen?

  • Er wordt in het hoorcollege de nadruk gelegd op de term Bestuursorgaan; dit is te vinden in artikel 1:1 Awb. In lid 2 van dit artikel zijn uitzonderingen op de bestuursorganen te vinden. Er werd benadrukt dat deze uitzonderingen belangrijk zijn om te kennen voor het tentamen.

  • De term belanghebbende moet je voor het tentamen kunnen toepassen! Weet wanneer iemand dit is:

    • Eigen persoonlijk belang

    • Objectief

    • Actueel

    • Art. 1:2 Awb: degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken; eigen en persoonlijk belang. 

Collegeaantekeningen 16/17

Moeilijke vraag toets afgelopen week

Het aannemen van een rechtvaardigingsgrond leidt soms tot vrijspraak, dit is het geval wanneer wederrechtelijkheid een bestanddeel is!

Bestuursorganen herhaling van gister

Een a orgaan is een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld. Een b orgaan is een rechtspersoon krachtens privaatrecht ingesteld.

De Nederlandsche Bank is een rechtsorgaan, belast met overheidstaken. Het is een soort toezichthouder op particuliere banken. De Nederlandsche Bank is een b-orgaan.

De APK-keurder is maar voor een heel klein stukje bestuursorgaan. Ook dit is een B-orgaan.

Een A-orgaan is altijd Awb plichtig. Een B-orgaan is alleen bij uitoefening bestuursbevoegdheid Awb plichtig. Dus de APK-keurder is alleen Awb plichtig wanneer hij APK’s doet.

Publiekrechtelijk handelen: besluit

We kennen vier besluiten:

  • Algemeen verbindend voorschrift (avv): hierin wordt bepaald hoe een bestuursorgaan om moet gaan met een aan haar toegekende bevoegdheid;

  • Beleidsregels (art. 1:3 lid 4 Awb). De beleidsregel lijkt op een algemeen verbindend voorschrift. Een beleidsregel wordt ook wel een ‘kan’ regel genoemd. “de minister kan iets doen, is hier niet toe verplicht;

  • Bestuurlijke maatregel

  • Beschikking: is een besluit in een individueel geval (art. 1:3 lid 2 Awb). Dit staat recht tegenover het algemeen verbindend voorschrift.

Besluit

Kenmerken van een besluit zijn:

  • Schriftelijke beslissing, dit is een op schrift gestelde bedoeling;

  • Publiekrechtelijk van aard;

  • Door een bestuursorgaan;

  • Rechtshandeling: een beoogd rechtsgevolg.

Het is belangrijk het verschil tussen publiek en privaat rechtelijk besturen. Publiekrechtelijk besturen is door middel van een wetgevende bevoegdheid, privaatrechtelijk besturen is vaak door middel van het eigendomsrecht. Een voorbeeld van privaatrechtelijk handelen is het aanpakken van de riolering. De riolering is eigendom van de gemeente, dus de gemeente kan ook beslissen

.....read more
Access: 
Public
College: Bestuursprocesrecht

College: Bestuursprocesrecht


Sheetnotes 2017/2018

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Geen recente ontwikkelingen (artikelen van de grondwet al zeer oud en zal niet gauw sprake zijn van een wijziging) 

Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?

  • Zorg ervoor dat je bij de grondrechten begrijpt welke reikwijdte een artikel heeft en welke beperkingen hieraan worden gegeven. Kunnen de beperkingen bijvoorbeeld slechts bij wet in formele zin worden gesteld of ook door lagere organen worden gesteld? 

  • Lees de grondrechten uit de GW en begrijp welke positieve verplichtingen hieruit kunnen voortvloeien 

  • Besteed met name aandacht aan artikel 7 GW.

Collegeaantekeningen 16/17

Bestuursprocesrecht houdt in: hoe kan de burger beschermd worden tegen overheidshandelen.

Er wordt hier onderscheid gemaakt tussen vier besluiten. Wat betreft de bestuursgang naar de rechter, is het besluit de sleutel tot de bestuursrechter.

Daarnaast kan ook voor het feitelijk handelen van ambtenaren (art. 8:2 Awb), toegang gegeven worden naar de bestuursrechter.

Vier soorten besluiten:

  • Algemeen verbindende voorschriften. Deze zijn afkomstig door organen, die deze bevoegdheid hebben gekregen vanuit de Grondwet;

  • Een beschikking. Deze staat tegenover een algemeen verbindend voorschrift. Een beschikking geldt namelijk in een individueel geval;

  • Beleidsregel. Beleidsregels worden opgesteld om willekeur te voorkomen. Hierin kondigt het bestuursorgaan aan, hoe het met algemeen verbindende voorschriften om zal gaan;

  • Bestuurlijke maatregel, deze zit tussen de algemeen verbindende voorschriften en een beschikking in.

Je kunt niet tegen alle besluiten bij de bestuursrechter in beroep (art. 8:3 Awb e.v.). Wanneer je bezwaar hebt tegen een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel, kun je niet naar de bestuursrechter. De civiele rechter is altijd bevoegd, tenzij er een andere rechtsgang mogelijk is.

Wanneer het gaat over publiekrechtelijk rechtshandelen van de overheid gaat, ga je naar de bestuursrechter bij een beschikking of een bestuurlijke maatregel. Dan ga je naar de civiele rechter bij een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel.

Wanneer het gaat over privaatrechtelijk rechtshandelen van de overheid (bijvoorbeeld feitelijk handelen: onrechtmatig en rechtmatig), dan ga je naar de civiele rechter.

De civiele rechter is lastiger en vaak ook duurder. De overheid wil dit graag zo houden, omdat er anders veel meer mensen naar de civiele rechter zouden gaan.

Op het tentamen er opletten of de vraag gaat over publiekrechtelijk of privaatrechtelijk handelen. Op die manier kun je voor jezelf dan een stappenplan doorlopen, om zo uiteindelijk uit te komen bij de juiste rechter.

Er zijn niet veel voorbeelden van een procedure tegen een algemeen verbindend voorschrift. Twee voorbeelden zijn de strijd tegen het Besluit Uitvoering Rookvrije werkplek en het harmonisatiearrest.

Ook

.....read more
Access: 
Public
College: Bestuursprocesrecht, fasen en uitspraakmogelijkheden

College: Bestuursprocesrecht, fasen en uitspraakmogelijkheden


Sheetnotes 2017/2018

Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?

  • Geen recente ontwikkelingen (artikelen van de grondwet al zeer oud en zal niet gauw sprake zijn van een wijziging) 

Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?

  • Zorg ervoor dat je bij de grondrechten begrijpt welke reikwijdte een artikel heeft en welke beperkingen hieraan worden gegeven. Kunnen de beperkingen bijvoorbeeld slechts bij wet in formele zin worden gesteld of ook door lagere organen worden gesteld? 

  • Lees de grondrechten uit de GW en begrijp welke positieve verplichtingen hieruit kunnen voortvloeien 

  • Besteed met name aandacht aan artikel 7 GW.

Collegeaantekeningen 16/17

Je bent belanghebbende in de zin van art. 1:2 Awb wanneer er sprake is van:

  • Een eigen belang;

  • Persoonlijk belang;

  • Actueel belang;

  • Objectief bepaalbaar belang;

  • Rechtstreeks.

Bestuursprocesrecht

Wanneer een beschikking jouw treft, kun je niet meteen naar de rechtbank. Je moet dan eerst bezwaar of beroep indienen bij het bestuursorgaan. Beroep is dat je niet bij hetzelfde bestuursorgaan bezwaar indient, maar bij een ander bestuursorgaan.

Wanneer je een onvoldoende haalt op je tentamen, kun je hiertegen in bezwaar. De student is dan vanzelfsprekend belanghebbende. Is de vader van de student ook belanghebbende in dit geval? Nee, er is geen sprake van een eigen belang. Dus daar stuit het al op af, waarschijnlijk stuit het ook al af op het persoonlijk belang. Maar in ieder geval stuit het af op het rechtstreekse belang.

De hoofdregel is, dat je altijd terechtkomt bij de rechtbank. Over het algemeen word je daar bij ARW niet mee lastig gevallen.

De vraag is dan nog waar de absolute en relatieve competentie op uit komt. Stel dat iemand in Zwolle woont, hij wil een terras beginnen in Groningen. De burgemeester in Groningen staat dit niet toe. De café-eigenaar wil in beroep gaan tegen deze beschikking van de burgemeester van Groningen. Bij welke rechtbank kan hij dan terecht? Hiervoor bestaat art. 8:7 Awb. De burgemeester maakt deel uit van de rechtspersoon Gemeente, dus zal het plaatsvinden voor de rechtbank Noord-Nederland. De plaats van de rechtspersoon is dus van belang, omdat het hier gaat om een lager orgaan. Zou het hier gaan om een hoger orgaan, dan gaat het om de woonplaats van de bezwaarmaker. Dat zou dan de rechtbank Zwolle zijn.

Na de beslissing van de rechtbank, is hoger beroep mogelijk. Er zijn vier hogere beroepsinstanties. Vroeger waren dit veel meer, maar dit is inmiddels opgeschoond. We hebben nog wel steeds te maken met verschillende hoogste bestuursrechters.

Je kunt bij de Centrale Raad van Beroep

.....read more
Access: 
Public
Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Algemene Rechtswetenschap 2 voor de opleiding Rechten Bachelor aan de Rijksuniversiteit Groningen

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Algemene Rechtswetenschap 2 ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Algemene Rechtswetenschap 2: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG

Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

Algemene rechtswetenschappen 2 Rechten RUG B1: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - Studiebundel

In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor het vak Algemene Rechtswetenschap 2 voor de opleiding Rechten Bachelor aan de Rijksuniversiteit Groningen

Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte samenvattingen voor Algemene Rechtswetenschap 2 ga je naar de Recht & Bestuur in Nederland: leren, studeren en kennis delen- startpagina

Follow the author: Law Supporter
Contributions, Comments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
2493