Basis tot Homeostase HC23: Vasculaire functie

HC23: Vasculaire functie

Algemene informatie

  • Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
    • In dit college wordt de functie van de bloedvaten besproken
  • Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
    • Alle onderwerpen in dit college worden ook behandeld in de literatuur
  • Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
    • Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken
  • Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
    • Er zijn geen opmerkingen over het tentamen gemaakt
  • Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
    • Er zijn geen mogelijke vragen behandeld

Circulatie van extracellulaire vloeistof

Er zijn drie convectieve "loops":

  • Uitwisseling met het bloed
  • Uitwisseling met de intersistiële vloeistof
  • Uitwisseling met het lymfe

Bloedcirculatie en energiegebruik

De saturatie van veneus bloed is lager dan in arterieel bloed. Er is een bepaalde hoeveelheid zuurstof nodig om het hart te voorzien. Deze hoeveelheid kan met de volgende formule berekend worden:

  • mVO2= CBF (flow) x 1,36 x Hb x (SaO2- SvO2)
  • mVO2= 0,25 L/min x 1,36 x 0,200 mL O2/Lbloedx (1,00 - 0,35) = 32,5 mL/min

Sommige organen extraheren meer zuurstof dan anderen. De verdeling van de SvO2van verschillende organen is:

  • Brein: 15%
  • Hart: 5%
  • Lever: 25%
  • Nieren: 20%
  • Longen: 1%

Het grootste deel van de energie wordt gebruikt om ATP te genereren. Een ander deel wordt gebruikt om warmte te genereren. 15-20% van de energie van de opgenomen calorieën wordt gebruikt voor stroming van het bloed. In rust gebruikt het hart ongeveer 8 J/s, dus 8 W.

De vasculaire boom

Het bloed genereert een druk van 100 mmHg. De bloeddruk daalt in de vasculaire boom tussen elke stap vrij snel. De grootste daling gebeurt in de arteriolen: ca. 55 à 60 mmHg. De flow is overal hetzelfde. Bij de capillairen is de totale doorsnede beschikbaar voor de flow het grootste. De snelheid neemt dus af (want flow is doorsnede/snelheid) --> omdat rondom de capillairen de doorsnede 1000x groter is dan in de aorta, is de snelheid 1000x lager.

In totaal is er 5L bloed in het vasculaire systeem:

  • 85% zit in de systemische circulatie
  • 10% zit in de pulmonale circulatie
  • 5% zit in het hart

De grootste hoeveelheid volume zit in het lagedrukgebied (80% in het veneuze deel, 15% in het arteriële deel.

Volume, druk, flow, weerstand en compliantie

In een bloedvat is er een samenhang tussen volume, druk, flow, weerstand en compliantie:

  • Flow (F) = CO = dP/R
    • Er ontstaat druk als het vaatbed voller loopt dan het rustvolume (unstressed volume)
    • Weerstand is een relatie tussen drukverschil en flow
  • Compliantie (C) = dV/dP 
    • Een determinant van de druk is de compliantie (oprekbaarheid) van het vat
    • Beschrijft het verschil in transmurale druk
    • In een non-lineair systeem wordt het verschil in volume en druk gepakt (vandaar de delta)
    • De inverse van de compliantie is de stijfheid/elasticiteit
    • De samenstelling van het vat is een belangrijke determinant van de compliantie
      • Wordt beschreven in de Wet van Laplace: T (wandspanning) = constante x Ptransmuraalx r
        • Bij een cilinder is de constante 1
        • Bij een bol is de constante 0,5
        • Een kleinere r geeft een grotere P
        • Een grotere r geeft een hogere T
      • s(wanddruk) = Ptransmuraalx (r/h)
      • Bijv. bij een ballon: de druk is overal hetzelfde, maar de wandspanning verschilt --> waar de straal het kleinste is, is de wandspanning het kleinst
    • De compliantie van de aorta is over een grote range van drukken redelijk constant (lineair)
      • De compliantie is lager
    • De compliantie van de vena cava is bij lage druk relatief hoog en vice versa
      • De compliantie is hoger
  • Pulse pressure (PP) = Psystolisch- Pdiastolisch
    • De systolische druk is pulserend en verschilt van de diastolische druk
    • Als de inflow groter is dan de outflow, neemt het volume en de druk in de aorta toe → de ventrikel zorgt ervoor dat de aortadruk elke keer opgetild en daarna weer verlaagd wordt
    • Hoe groter het slagvolume, hoe groter de pulsatiliteit
    • Hoe stijver de aorta, hoe groter de pulsatiliteit
      • Dit gebeurt vaak met de leeftijd
    • Dieper in het vasculaire systeem verdwijnt de pulsatiliteit

Microcirculatie

De onderdelen van de microcirculatie hebben een verschillende rol:

  • Arteriolen: controleren de vaatweerstand
  • Capillairen: uitwisseling van gassen, water, voedings- en afvalstoffen
  • Venulen: terugvoer van het bloed

Uitwisseling:

Uitwisseling van gassen, elektrolyten en moleculen over het endotheel naar de intersistiële vloeistof kan via een aantal routes plaatsvinden:

  • Diffusie
    • Fick's diffusiewet: JO2= D x A d (dC/dX)
      • J = de flux
      • D = de diffusieconstante
      • A = het diffusieoppervlak
      • dC = het verschil in partiële druk
      • dX = de diffusieafstand
    • Vooral bij gassen (zuurstof)
  • Bulkflow
    • JO2= Kfx A x NDF
      • J = de flux
      • Kf= de filtratieconstante
      • A = het diffusieoppervlak
      • NDF = de net driving force
    • Vooral bij water en kleine moleculen
  • Vesicles
    • Vooral bij macromoleculen
  • Actief transport
    • Vooral bij ionen en kleine moleculen

Net driving force:

De NDF is het verschil tussen twee drijvende krachten die nodig zijn voor de convectie van vloeistoffen:

  • Het transcapillaire hydrostatische drukverschil (P)
    • Het verschil tussen de intravasculaire druk (in het capillair) en de intersistiële druk (in het intersistium)
    • Meestal uitwaarts gericht → wil vloeistof het vat uit krijgen
  • Het effectieve osmotische drukverschil (p)
    • Het verschil tussen de druk door plasma-eiwitten en intersistiële eiwitten/proteoglycanen
    • Meestal inwaarts gericht → wil vloeistof het vat in krijgen

Het verschil bepaalt of de vloeistof het vat in of uit gaat.

Er geldt: NDF = (PC- Pi) - sx (pC- pi)

  • s= de reflectiecoëfficiënt: 0 < s< 1
    • 0 = lekkend
    • 1 = impermeabel
  • NDF > 0 → de hydrostatische druk wint: er vindt filtratie plaats
  • NDF < 0 → de oncotische druk wint: er vindt reabsorptie plaats
    • Wordt vooral bepaald door albumine, globuline en fibrinogeen
    • Voorkomt waterverlies

Als er de transcapillaire hydrostatische druk niet gelijk is aan de osmotische, gaat de overgebleven vloeistof naar het lymfesysteem:

  • Filtratie = reabsorptie + lymfe "flow"

Bij een intersistieel oedeem is er insufficiëntie van dit systeem.

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
This content is used in:

Collegeaantekeningen bij Basis tot Homeostase 2019/2020

Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activity abroad, study field of working area:
This content is also used in .....

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: nathalievlangen
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1889