Hoe valt onderwijsachterstand van allochtone leerlingen te verklaren? - Artikel
- 1287 reads
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Samenvatting bij het artikel: Scaffolding dynamics and the emergence of problematic learning trajectories van Steenbeek, H., Jansen, L., & van Geert, P. (2012)
Kinderen met emotionele en gedragsproblemen vertonen in de klas zowel externaliserende als internaliserende probleemgedragingen. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat kinderen, die deze problemen hebben, lagere schoolprestaties hebben en vaak zelfs een academische achterstand hebben. Opvallend is dat leraren zich door interventies vooral richten op de gedragsproblemen en sociale vaardigheden van de leerling. Aan de academische achterstand wordt weinig tot geen aandacht besteed. De auteurs van dit artikel wijzen op het belang van aandacht geven aan de achterstand van het kind. Om inzicht te krijgen in deze problemen in het leertraject van leerlingen met emotionele en gedragsproblemen, moet volgens de auteurs van dit artikel de interactie tijdens de interventie tussen de leerling en leraar worden bestudeerd.
Een belangrijk aspect van de interactie tussen de leraar en de leerling is de rol van scaffolding. Scaffolding (naar theorie van Vygotsky) is het bieden van hulp aan het kind, zodat het een taak kan uitvoeren dat het normaal gesproken net niet zou kunnen. De hulp wordt na het succesvol volbrengen van de taak weer afgebouwd. Scaffolding kan worden onderscheiden in twee typen: self-scaffolding en other-scaffolding. In dit onderzoek wordt gekeken naar de other-scaffolding. Dit type scaffolding gaat er vanuit dat het beginniveau van de leerling de mate/hoeveelheid scaffolding van de leraar bepaalt.
Leren moet worden gezien als een proces sociaal gesitueerd is en transactioneel is. Hiermee wordt bedoeld dat zowel de leraar als de leerling hun eigen unieke bijdrage leveren. Deze bijdragen aan het leerproces beïnvloeden elkaar. Leren is iets waarbij het cognitieve en sociale element van iemand een rol speelt. Deze twee beïnvloeden elkaar. Er is dus sprake van een dynamisch proces. In dit dynamische proces is sprake van iterativiteit. Iterativiteit houdt in dat de volgende stap (in het leerproces) bepaald wordt door de vorige stap. Een laatste kenmerk van het leren als transactioneel proces is, is dat er sprake is van intra-individuele variabiliteit. Dit betekent dat een bepaald persoon op verschillende momenten verschillende gedragingen kan laten zien.
Het onderzoek van de auteurs van dit artikel is opgedeeld in een tweetal vragen. Allereerst onderzoeken zij wat de effecten zijn van scaffolding op de lange termijn in de interactiepatronen tussen de leerlingen met emotionele en gedragsproblemen en de leraar. Daarnaast wordt ook onderzocht wat de effecten van scaffolding in de interactiepatronen tussen de leerling en leraar op de korte termijn zijn. Het onderzoek is uitgevoerd op een speciale basisschool in Nederland. Van deze school zijn vier leerlingen geselecteerd, die allemaal ernstige emotionele en gedragsproblemen hadden. Tijdens de zelfstandige rekenles, waarbij leerlingen op hun eigen tempo aan de rekentaken werken, zijn twee jaar lang video-opnames gemaakt van de vier participanten. Voor de verwerking van de data is gebruikt gemaakt van de Monte Carlo analyse. Een leerling wordt uitgebreid besproken, de andere drie worden als vergelijkingsmateriaal gebruikt tijdens de analyse van de resultaten.
Het lange termijnverloop van de interactie tussen de leerling en zijn leraar is op een aantal punten beoordeeld. De interacties zijn ingedeeld in vier typen: een match, een mismatch, een zelf-iteratie van de leerling en een zelf-iteratie van de leraar. Uit de analyse van leerling W. blijkt dat er twee opvallende veranderingen in het interactiepatroon zitten. Het eerste punt wordt gekenmerkt door een afname van de kwaliteit van uitleg van de leraar. Er volgt een toename van zelf-iteratie van de leraar. Het tweede punt, waarop een sterke verandering in het interactiepatroon plaatsvindt, heeft te maken met een plotselinge toename van negatieve antwoorden van de leerling. De reden hiervoor lijkt te zijn dat er een afname van zelf-iteratie van de leraar plaatsvindt. Dit betekent dat de scaffolding langzaamaan afgebouwd wordt, iets wat bij de leerling negatieve reactiepatronen op kan roepen. Die individuele scaffolding leidt, blijkt uit de resultaten, niet tot een hogere productiviteit van de leerling. In verhouding tot zijn klasgenootjes presteert leerling W. bovengemiddeld: hij maakt meer sommen dan de anderen.
Wanneer de video-opnames op een meer microgenetische manier worden bekeken, worden de korte termijn interactiepatronen zichtbaar. Was er voor de eerste grote verandering in het interactiepatroon nog sprake van een responsieve sessie, is er tijdens de periode na het tweede veranderpunt een non-responsieve fase. De matches in de interactie nemen naarmate de tijd vordert af. Dit geeft bewijs voor de hypothese dat de interactiedynamiek tussen leerlingen met emotionele en gedragsproblemen en hun leraar complex zijn. Ondanks dat een leraar veel ervaring heeft in het lesgeven, blijkt het toch lastig te zijn duidelijke instructies aan de leerling te geven zodat deze zelfregulatief te werk gaat.
In dit onderzoek is gekeken naar de reactie van de leerling op de instructie van de leraar om zo de effectiviteit van deze interactie te kunnen vaststellen. Uit de resultaten kan geconcludeerd worden dat de relatie tussen de leerling en leraar door de tijd heen veranderd en zorgt voor veranderingen in de kwaliteit van het leerproces van de leerling. Wanneer ingezoomd wordt op de interactiepatronen op de korte termijn, zien we een zelfde ontwikkeling. Zowel voor als na de grote veranderingen in de interactiepatronen was er sprake van een hogere mismatch tussen de leerling en leraar. Uit die analyse is ook gebleken dat de instructie van de leraar niet goed begrepen werd door de leerling, wat zorgde voor een afname van de kwaliteit van de interactie tussen de leerling met emotionele en gedragsproblemen en zijn leraar. De onderzoekers noemen tot slot de maatschappelijke relevantie van hun onderzoek. Leraren zouden zich meer bewust moeten worden van zichzelf tijdens de interactie met hun leerling. Zij moeten een balans creëren tussen uitleg geven en het kind de vrijheid geven om opdrachten zelf te maken. Het inzetten van de juiste mate van scaffolding is hierbij heel belangrijk.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1395 |
Add new contribution