Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
Vandaag gaan we het hebben over de uitspraak van de bestuursrechter. Het zal gaan over de instrumenten om te komen tot een uitspraak, tot tijdige en finale geschilbeslechting.
Een uitspraak kan zowel mondeling als schriftelijk worden gedaan. In de praktijk wordt bijna nooit mondeling uitspraak gedaan, maar hier wordt wel voor gepleit in de literatuur. De schriftelijke uitspraak moet binnen zes weken na sluiting van het onderzoek worden gedaan, zie art. 8:66 lid 1 Awb. Die termijn kan wegens bijzondere omstandigheden worden verlengd. De mondelinge uitspraak geschiedt meteen na sluiting van het onderzoek ter zitting, 8:67 lid 1 Awb. Soms moet er heel lang op de zitting gewacht worden, soms wordt er dan in een wettelijk voorschrift de uitspraaktermijn aan een maximum gebonden, bijvoorbeeld in art. 8.2 lid 2 Wro, daar geldt een maximumtermijn van zes dagen, gerekend vanaf het einde van het einde van de beroepstermijn.
Binnen twee weken na dagtekening moet de griffier een afschrift van de uitspraak ter beschikking moet stellen aan partijen. De toezending op papier bepaalt de datum van het aanvangen van de hogerberoepstermijn.
Openbaarheid
De uitspraken moeten openbaar worden gemaakt, omdat geheime rechtspraak natuurlijk ondenkbaar is in een democratische rechtsstaat. Alle uitspraken van de hoogste bestuursrechter en de rechterlijke macht wordt zoveel mogelijk gepubliceerd. Een ander aspect is dat uitspraken openbaar moeten worden uitgesproken. Dat om de burger te vrijwaren tegen geheime vonnissen, het vertrouwen op de rechterlijke macht, controle op de rechterlijke macht en waarborgen van het recht op een eerlijk proces.
De inhoud van een schriftelijke uitspraak staat in art. 8:77 Awb:
Dictum
Er zijn vier hoofd dicta:
Bestuursrechtspraak is vaak heen en weer ‘pingpongen’ tussen het bestuursorgaan en de bestuursrechter. Beroep, vernietiging, nieuw beroep, vernietiging, tweede beroep op bezwaar et cetera. Lange onduidelijkheid is onbevredigend en kan leiden tot strijd met art. 6 EVRM.
Finale geschilbeslechting: na rechterlijke uitspraak is duidelijk welk besluit voor de toekomst geldt. Zuivere finaliseringsinstrumenten zijn:
Versnellingsinstrumenten zijn:
Bestuurlijke lus
8:51a Awb een bestuursrechter kan een bestuursorgaan in de gelegenheid stellen een gebrek te herstellen. Als dit wordt toegepast, dan moet dit door middel van een tussenuitspraak, volgens art. 8:80a Awb. Het bestuursorgaan is niet verplicht om het gebrek te herstellen, tenzij 8:51d Awb. Uitzonderlijk hoger beroep tegen de tussenuitspraak is niet mogelijk.
Zolang alleen de tussenuitspraak er ligt, is de rechter in zijn uitspraak gebonden aan hetgeen hij in de tussenuitspraak heeft geoordeeld.
Wanneer ‘lussen’?
Let nog op, geen bestuurlijke lus bij bestuurlijke boete, MvT 8:72a Awb.
Finaliteitsladder
Wanneer een rechter vernietigd, dan eerst verplicht onderzoek doen naar (in deze volgorde):
De rechter moet zijn keuze voor de rang van ladder motiveren. De rechter moet finaliseren, art. 8:41a Awb. De rechter moet binnen zijn taak om rechtsbescherming te bieden aan de burger drie belangen behartigen:
In stand laten rechtsgevolgen
De rechter oordeelt besluit onrechtmatig, maar bepaalt dat rechtsgevolgen (deels) in stand blijven. Dit hoeft niet altijd door middel van een nieuw besluit, een processtuk of motivering kan soms voldoende zijn. Wanneer een bestuurlijke lus is toegepast kan je het gebrek niet meer passeren met 6:22 Awb. Een bestuursrechter kan ook zelf in de zaak voorzien als er meerdere beslissingen mogelijk zijn, vereist is dan wel:
Zelf in de zaak voorzien
Dat kan wanneer er niet kan worden volstaan met in stand laten en er is maar één beslissing de juiste. Bijvoorbeeld:
Maar ook soms bij besluiten met beoordeling- of beleidsvrijheid. Het bestuursorgaan moet dan alsnog de vereiste belangenafweging te maken en de uitkomst moet de rechterlijke toets kunnen doorstaan.
Er moet er wel op gelet worden dat er geen belangen van derden worden geschaad, die eerst geen belang hadden en door het zelf voorzien wel zullen krijgen. Bij de bestuurlijke boete is het zelf in de zaak voorzien de hoofdregel, art. 8:72a.
Terugverwijzen met aanwijzingen
Een rechter kan terugverwijzen indien dat onontkoombaar is. Het bestuursorgaan is dan verplicht om de aanwijzingen die de bestuursrechter geeft mee te nemen.
Alle onderwerpen die worden besproken zijn terug te vinden in de literatuur.
Er worden geen recente ontwikkelingen in het vakgebied besproken.
Er worden geen opmerkingen gemaakt met betrekking tot het tentamen.
Er worden geen vragen behandeld die gesteld zouden kunnen worden op het tentamen.
Is de bestuursrechter bevoegd? Om die vraag te beantwoorden moet je altijd beginnen in hoofdstuk acht van de Algemene wet bestuursrecht. Art. 8:1 Awb: besluiten zijn voor de bestuursrechter, al het andere handelen niet. Maar artikel 8:1 vertelt niet het hele verhaal, soms is het zo dat al heb je een besluit, dat je dan alsnog niet naar de bestuursrechter kan en soms heb je geen besluit en kan je toch naar de bestuursrechter.
Als algemene regel zeggen dat alles voor de civiele rechter is, tenzij dat uit een bijzondere regeling blijkt dat je bij de bestuursrechter moet zijn. De vraag is of strafrechtelijke geschillen niet gewoon bestuursrechtelijke geschillen zijn. Als je de officier van justitie op de definitie van bestuursorgaan legt, is de OvJ een bestuursorgaan. De vordering van de officier van justitie is dan eigenlijk een besluit. Maar de wetgever heeft dat uitgesloten in artikel 1:6 lid 1 sub a Awb.
Materieel strafrecht zit heel veel in het bestuursrecht verpakt, denk aan bestuurlijke boetes. Als je een bijstandsuitkering hebt en je voldoet niet aan de voorwaardes, kan je een boete krijgen. Dat is materieel strafrecht. Als je het niet eens bent met die boete moet je niet naar de strafrechter, want het is een besluit van het college.
Het bestuursrecht is het recht betreffende de uitoefening van publiekrechtelijke bevoegdheden. Als de overheid gebruik maakt van het privaatrecht van het om beleid te voeren en daar ontstaan geschillen is dat privaatrecht of bestuursrecht? Dat valt onder bestuursrecht.
Voorbeelden van moeilijkheden:
Als er sprake is van een appellabel besluit moet er aan een aantal vereisten voldaan zijn om in bezwaar te gaan:
Bezwaar of beroeps bevoegdheid
Een belanghebbende (1:2 Awb) kan ik bezwaar of beroep gaan. Het enkele feit dat iemand belanghebbende is, is niet voldoende. Iemand moet ook procesbelang hebben. We hebben het dan over een daadwerkelijk belang bij het de uitkomst van een procedure. Procesbelang kan verloren gaan. Bijvoorbeeld indien aan iemand zijn wensen tegemoet wordt gekomen.
Bezwaar of beroepstermijn
Binnen welke termijn moet er actie ondernomen worden? De lengte van termijnen staan in hoofdstuk zes van de Awb. De lengte van de termijn is zes weken (6:7 Awb). Dit termijn is relatief kort om iemand die een vergunning heeft gekregen niet te lang in onzekerheid te laten.
Wanneer vangt de termijn aan? 6:8 Awb: de dag waarop het besluit op de voorgeschreven wijze bekend is gemaakt. De wijze van bekendmaking staat in 3:41 of 3:42, goed de wet lezen, om te kijken wanneer een termijn aanvangt. Raak niet in de war met een mededeling in de zin van 3:43 of 3:44: dit is niet hetzelfde als een bekendmaking. Aan het begin van de dag, om 00.00 begint de termijn te lopen.
Wanneer eindigt de termijn? De laatste dag van de termijn is dezelfde weekdag als de dag van bekendmaking, art 6:9 Awb. De termijn eindigt aan het einde van de dag om 23:59. Let ook op de algemene termijnenwet! Als het gaat om een zaterdag, zondag of algemene erkende feestdag, dan wordt de termijn verlengd.
Let op! Een termijn kan wel aanvangen op een zaterdag, zondag of feestdag, alleen niet eindigen.
Wanneer ben je tijdig? 6:9 lid 1 Ontvangsttheorie, ontvangen voor het einde van het termijn en lid 2 verzendtheorie, voor het einde van de termijn verzonden en niet later dan een week na het einde van een termijn ontvangen verzonden met Post Nl. Voor de fax en e-mail geldt afdeling 2.3 van de Awb.
Er zijn vaan verzend en ontvangstperikelen. Is een besluit werkelijk verzonden? Een bestuursorgaan moet bewijzen dat een besluit genomen is en dat deze bekendgemaakt is. Dit kan door een logboek bij te houden. Dan ligt het aan de burger om het tegendeel te bewijzen, het enkele feit dat de postbezorging wel eens gebreken vertoont is onvoldoende. Is een bezwaar/beroep tijdig per post bezorgd? Wat als een poststempel ontbreekt of onleesbaar is, in dat geval wordt geacht dat dit tijdig is in geval de eerste of tweede werkdag na het aflopen van de termijn
.....read moreDit college zal gaan over het verloop van de procedure en de omvang van het geding.
Ook andere belanghebbende kunnen worden betrokken bij de procedure. De andere belanghebbende kunnen geen beroepsgronden indienen art 8:26 Awb. Ze kunnen dus geen invloed uitoefenen op de omgang van het geding. In het bestuursrecht geldt niet de verplichte partijvertegenwoordiging, dit tekent de laagdrempeligheid van bestuursrecht. Je kunt wel iemand machtigen om voor je belangen op te komen zie art. 8:24 Awb.
Op de zaak betrekking hebbende stukken: gaat om alle stukken die omtrent de voorgaande procedure zijn gevormd. De Hoge Raad heeft nadere uitleg gegeven over de op de zaak betrekking hebbende stukken. Alleen stukken die betrekking hebben op de belanghebbende. De reikwijdte van op de zaak betrekking hebbende stukken, dit wordt nader besproken in de werkgroepen.
Mogelijkheid van:
Vandaag zal gaan over het vervolg van de omvang van het geding en de toetsing.
Artikel 8:69 is van belang, lid 1 t/m 3.
Lid 1: Hoofdregel: De partijen bepalen de omvang van het geding. Uitzondering: De bestuursrechter toetst ambtshalve de regels van openbare orde, deze uitzondering volgt uit de wetsgeschiedenis. Maar wat zijn nou regels van openbare orde? Regels van openbare orde zijn bepalingen waarvan de betekenis voor de rechtsorde zo groot is, dat de rechter vindt dat hun gelding moet worden verzekerd, ongeacht de wil, de kennis of het belang van de partijen.
Bepalingen van openbare orde:
Procedurele voorschriften die gelden voor de voorbereiding worden niet ambtshalve getoetst.
Een van de vragen is of er ambtshalve getoetst moet worden aan regels van Europees recht? Arrest: Van der Weerd: De (bestuurs)rechter hoeft niet ambtshalve het Europees recht toe te passen. Dat heeft te maken met het uitgangspunt van procedurele autonomie. Europa bemoeit zich in principe niet met hoe lidstaten het procesrecht inrichten.
In van der Weerd wordt ook beantwoord: “Eisen het gelijkwaardigheidsbeginsel en/of het doeltreffendheidsbeginsel in dit geval dat de Nederlandse bestuursrechter toetst aan bepalingen van materieel Europees recht?”
Lid 2: De rechter vult ambtshalve de rechtsgronden aan. ‘Ius curia novit’. De eiser voert iets aan in zijn beroepschrift en als daar niet de juiste rechtsgrond bij genoemd wordt, vult de rechter dit aan. Dit vloeit voort uit ‘ius curia novit’, de rechter kent het recht, de burger niet.
Lid 3: De bestuursrechter kan ambtshalve de feiten aanvullen. In de praktijk laat de bestuursrechter zoveel mogelijk aan de partijen zelf over.
De partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van door haar gestelde feiten of rechten, draagt die bewijslast van die feiten of rechten, tenzij uit enige bijzondere regel of uit eisen van redelijkheid en billijkheid een andere verdeling van de bewijslast vloeit.
Het bestuur kan de discussie bij de rechter beïnvloeden, door het bestreden besluit – hangende het daartegen ingestelde beroep – te wijzigen, in te trekken of te vervangen.
Artikel 6:19
.....read more
Vandaag gaan we het hebben over de uitspraak van de bestuursrechter. Het zal gaan over de instrumenten om te komen tot een uitspraak, tot tijdige en finale geschilbeslechting.
Een uitspraak kan zowel mondeling als schriftelijk worden gedaan. In de praktijk wordt bijna nooit mondeling uitspraak gedaan, maar hier wordt wel voor gepleit in de literatuur. De schriftelijke uitspraak moet binnen zes weken na sluiting van het onderzoek worden gedaan, zie art. 8:66 lid 1 Awb. Die termijn kan wegens bijzondere omstandigheden worden verlengd. De mondelinge uitspraak geschiedt meteen na sluiting van het onderzoek ter zitting, 8:67 lid 1 Awb. Soms moet er heel lang op de zitting gewacht worden, soms wordt er dan in een wettelijk voorschrift de uitspraaktermijn aan een maximum gebonden, bijvoorbeeld in art. 8.2 lid 2 Wro, daar geldt een maximumtermijn van zes dagen, gerekend vanaf het einde van het einde van de beroepstermijn.
Binnen twee weken na dagtekening moet de griffier een afschrift van de uitspraak ter beschikking moet stellen aan partijen. De toezending op papier bepaalt de datum van het aanvangen van de hogerberoepstermijn.
Openbaarheid
De uitspraken moeten openbaar worden gemaakt, omdat geheime rechtspraak natuurlijk ondenkbaar is in een democratische rechtsstaat. Alle uitspraken van de hoogste bestuursrechter en de rechterlijke macht wordt zoveel mogelijk gepubliceerd. Een ander aspect is dat uitspraken openbaar moeten worden uitgesproken. Dat om de burger te vrijwaren tegen geheime vonnissen, het vertrouwen op de rechterlijke macht, controle op de rechterlijke macht en waarborgen van het recht op een eerlijk proces.
De inhoud van een schriftelijke uitspraak staat in art. 8:77 Awb:
Dictum
Er zijn vier hoofd dicta:
Vandaag zal gaan over hoger beroep en voorlopige voorzieningen.
Wat opvallend is aan de procedure van het hoger beroep is dat er in het bestuursrecht vaak een hogere beroepsprocedure wordt gestart. Meestal wordt het hoger beroep ingesteld door de burger, terwijl de kans van slagen kleiner is dan dat een bestuursorgaan hoger beroep instelt. In het perspectief van de wetgever is dit een onwenselijke situatie, omdat de procedures tijd en geld kosten. Hoe kan je die onwenselijke situatie tegengaan?
Artikel 8:104 lid 1 Awb. Een belanghebbende kan beroep instellen, dit is in ieder geval degene die een beroepschrift bij de rechtbank heeft ingediend. Ook derde-belanghebbende kunnen in beroep gaan, indien de verplichte voorprocedures zijn gevolgd door deze belanghebbende (6:13 jo. 6:24). Ook het bestuursorgaan kan hoger beroep instellen.
Waartegen? Art. 8:104 lid 1 en lid 3, uitspraken van de rechtbank en van de voorzieningsrechter indien er sprake is van kortsluiten (dan wordt er ook gelijk uitspraak gedaan in de bodemzaak). Niet tegen art. 8:104 lid 2; uitspraken van een vereenvoudigde behandeling in eerste aanleg, tegen een uitspraak van de voorzieningenrechter.
Waar?
Art 8:105 lid 1 Awb.
De procesrechtelijke regels voor hoger beroep zijn te vinden in titel 8.5. Een belangrijke schakelbepaling is art. 8:108 Awb, heel veel regels uit eerste aanleg zijn ook van toepassing op de procedure in hoger beroep. Een paar verschillen:
Nog een schakelbepaling; 6:24 Awb, eisen die gelden voor de voorprocedure.
Aan het hoger beroep worden drie functies toegekend:
Bij de ABRvS ligt de nadruk op de controlefunctie. Het object van het geding wordt beperkt opgevat. Er wordt gecontroleerd of de rechtbank het in de eerste aanleg goed heeft gedaan. Zij beschouwen het als een retroperspectief proces. Bij de CRvB (maar ook de andere hogere beroepsrechters) gaat het vooral om de herkansingsfunctie. Het object van het geding is hierdoor breder. Er wordt ook wel gesproken van een integrale beoordeling.
In hoger beroep bij de ABRvS mogen geen nieuwe beroepsgronden worden aangevoerd. De ratio hierachter is dat de rechtbank in de eerste aanleg geen rekening heeft kunnen houden met deze
.....read moreDit college zal gaan over zes hoofdlijnen:
Burgers hebben een voorkeur voor de bestuursrechter omdat de toegankelijkheid groter is. De kosten zijn lager, omdat de griffiekosten lager zijn en er is geen verplichte procesvertegenwoordiging. Soms hebben ze de voorkeur voor een civiele procedure, dat heeft te maken met dat een advocaat dan vertrouwder is met het civiele recht.
De overheid heeft een wisselende voorkeur. Meestal is er voorkeur voor de bestuursrechter, dat heeft te maken met de vertrouwdheid, dat is iemand die begrijpt hoe een overheid werkt. Tevens is een voordeel heeft het te maken met een gunfactor naar de burger. Soms is er de voorkeur voor een civiele rechter, dat is dan omdat de overheid geen behoefte heeft aan procederende burgers.
Burger initiatiefnemer en richt zich tegen de overheid: geen keuze. Enige keuzeruimte is er, maar alleen bij schade.
Burger initiatiefnemer en richt zich tegen burger, maar bestuursrechtelijk van aard: Keuze tussen civiel recht (OD) en bestuursrecht.
Overheid initiatiefnemer en richt zich tegen burger: Beperkte keuzevrijheid, tweewegenleer (gebruik privaatrecht alleen geoorloofd als geen sprake is van onaanvaardbare doorkruising van de publiekrechtelijke weg).
Hoofdregel: een belanghebbende kan tegen een besluit beroep instellen bij een bestuursrechter. Er zijn uitzonderingen, beperkingen en verruimingen.
8:3 verbod op beroep tegen algemene regels. Echter de bestuursrechter is wel bereid om de algemene regels exceptief te toetsen. De civiele rechter stelt zich daarom terughoudend op en heeft liever dat algemene regels exceptief worden getoetst door de bestuursrechter.
Arrest Privacy first: de Hoge Raad geeft aan dat er gewacht moet worden tot je een besluit hebt, waartegen je in beroep kan gaan bij een bestuursrechter. De vraag is of dit niet teveel is gevraagd van de burger.
Arrest Leenders/Ubbergen: de vraag in dit arrest is of er gevergd kon worden van de burger om handhaving op zich af te roepen om de bestuursrechtelijke weg te volgen? Het antwoord op die vraag is nee, dat kan niet gevergd worden van een burger.
De burgerlijke rechter is heel royaal, art 112. Gw alle geschillen over burgerlijke rechten en schuldvorderingen. Eigenlijk is de burgerlijke rechter altijd wel bevoegd. Objectum Litis-leer: bevoegdheid wordt bepaald door het recht waarin de aanlegger vraagt te worden beschermd, niet door
.....read moreJoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Je vertrek voorbereiden of je verzekering afsluiten bij studie, stage of onderzoek in het buitenland
Study or work abroad? check your insurance options with The JoHo Foundation
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
Add new contribution