Samenvatting "Executive Function: Implications for Education"

Samenvatting van verplicht artikel bij Leren & Cognitie 

Zelazo, P.D., Blair, C.B., and Willoughby, M.T. (2016). Executive Function: Implications for Education (NCER 2017-2000) Washington, DC: National Center for Education Research, Institute of Education Sciences, U.S. Department of Education.

Executive functies (EF's) = aandachtsregulatie vaardigheden. Zoals aandacht vasthouden, doelen vasthouden, afleiding weerstaan, frustratie tolleren, reflecteren en plannen. 

• Zijn van groot belang voor de schoolse vaardigheden, en het 'klaar zijn voor' school.
• Hebben ook een voorspellende rol voor sociale vaaridhgeden, betere psychische gezondheid, hogere Sociaal Economische Status en minder drugs/criminaliteit in volwassenheid. 
• Kunnen verbeterd (door oefenen) en verslechterd worden (door negatieve omstandigheden).

Problemen met EF's kunnen van invloed zijn op het het ontwikkelen van gedragsproblemen en leerproblemen en kunnen wijzen op neurologische problemen (zoals ADHD) of autistisch spectrum stoornissen. 

Een heldere definitie is pas de laatste 20 jaar ontwikkeld. EF's komen voort uit de prefrontale Cortex, en heten ok wel neurocognitieve vaardigheden. Tot de Executive Functions behoren:

1. Cognitieve flexibiliteit: op meerdere manieren naar iets kunnen kijken, zoals wiskundige problemen; 
2. Het werkgeheugen: informatie vasthouden en het kunnen 'manipuleren' van die informatie; 
3. Controle over gedrag: bewust onderdrukken van afleiding, impulsiviteit kunnen bedwingen, aandacht vast houden. 

EF's komen vaker voor bij mensen met een specifiek temprament/persoonlijkheid, mensen met een bepaalde mate van zelfregulatie, zorgvuldigheid, openheid en doorzettingsvermogen. 

Executive Functions hebben te maken met inteligentie. Er zijn twee soorten intelligentie: crystallized en fluid. 
Crystallized intelligentie neemt toe naar mate met ouder wordt, het is feiten kennis. EF's hebben hier wel mee te maken, maar hebben nog meer te maken met de Fluid intelligentie. Dit hs het goed toepassen van kennis. 

Non-cognitieve skills: hiermee worden vaardigheden bedoeld die niet academisch zijn aangeleerd. EF's vallen hier ook onder, maar zijn wél heel belangrijk voor het aanleren van die academische vaardigheden. 

Effecten van EF's:

• Directe effecten: maken het mogelijk om bijvoorbeeld stil te zitten tijdens de les, op te letten en dingen te onthouden; 
• Indirecte effecten: geniten vaak meer van school, zijn optimistischer over eigen leervaardigheid. 

De link tussen EF's en academisch functioneren is Robuust gebleken uit meta-analyse. EF's voorspellen vaak beter als IQ-uitkomsten, omdat deze invloed hebben op de hoeveelheid die iemand opsteekt van een instructie. Ze voorspellen;  

• De schoolse vaaridheid voor lezen & rekenen;
• De overall schoolprestaties;
• Cijfers;
• Afstuderen van High School & College (Amerikaanse termen).

Belangrijk te beseffen dat EF's onderdeel zijn van zelf-regulatie, al worden ze vaak als paraplu term ingezet. Maar ook vaardigheden als samenwerken of prosociaal zijn is belangrijk. 

Er is vooral veel onderzoek gedaan naar EF's en rekenen. Rekenvaardigheid en EF's gaan allebei vooruit door oefening = wederzijdse relatie. 
Math Anxiety (rekenangst) = de emotionele arousal/spanning wanneer men moet rekenen, die de EF's overwellmed. Als stress hoog is, worden EF's aangetast, daardoor lukt het nog minder goed, ontstaat er nog meer stress etc. EF's zijn dus functioneel als de taakmoeilijkheid en stress gemodereert blijven. 

Onderzoek naar EF's en lezen laat zien dat het werkgeheugen heel belangrijk is. Er is wel een sterke relatie tussen EF's en taalontwikkeling, maar de EF effecten worden vooral gezien in leesbegrip en leesvloeiendheid. EF's dragen ook bij aan het lezen/herkennen van samengestelde woorden en eht samenvoegen van letters tot nieuwe klanken (n & k wordt nk). 

Self-regulated learning = actieve vorm van leren, waarin de student metacognitief betrokken is in het leerproced. Metacognitie is van groot belang en een Executive Function. 

De mate van EF's kunnen ook een rol spelen in he t zogenaamde achievement gap tussen kinderen uit een hoge en lage SES. Een lage SES gaat vaak samen met mindere EF's. Circulair zorgt lagere EF's weer voor minder schoolvaardigheid > mindere opleiding > mindere baan > lage SES. Hoge EF's kunnen een beschermende factor zijn voor de risico's op school (en later) bij kinderen met een lage SES. 

Er is veel geschreven over de ontwikkeling van de EF's van de vroege kindertijd tot volwassenheid. EF's zouden een bepaalde ontwikkelingsvororde door maken en sommige zouden zich in de vroege kindertijd ontwikkelen en daarna niet meer. Uit Meta Analyse blijkt dat de grootste ontwikkeling tussen 5-11 jaar is (t.o.v. 11-22 jaar). Verder: 

• Cognitieve Flexibiliteit ontwikkeld zich vooral in midden kindertijd;
• Controle houden en keuzes makesn vooral in adolescentie;
• Problemen oplossen en doelen stellen vooral in de vroege volwassenheid. 

Dat we weten, wat, wanneer ontwikkeld, kan bijdrage aan het leveren van een juiste interventie bij de juiste leeftijd. Anderzijds zeggen onderzoeksers dat we juist als 'catch-up' de interventies moeten aanbieden in de perioden dat er minder ontwikkeling plaats vind op dat gebied, en om zo kinderen die deze EF's niet hebben geleerd nogmaals een kans hiertoe te geven. 
Naast weten dat EF's toenemen moeten we deze informatie ook juist intepreteren en toepassen. Niet alleen kwantitatief, maar ook kwalitatief.