Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Image

TentamenTests (NL) - Social Psychology in Organizations - UL

Meerkeuzevragen

Vraag 1

Hieronder staan vier redenen waarom volgens Lyubomirsky veranderingen in bewuste handelingen minder beïnvloed worden door hedonistische aanpassing, dan veranderingen in de omgeving. Welke reden is onjuist?

  1. Bewuste handelingen worden makkelijker gevarieerd.
  2. Bewuste handelingen zijn intrinsiek gemotiveerd.
  3. Bewuste handelingen hebben een begin en een eind.
  4. Bewuste handelingen kunnen de aanpassing aan omstandigheden tegengaan.

Vraag 2

Wie zal er het meest waarschijnlijk extra pijnmedicatie aan een patiënt geven die net geopereerd is?

  1. Een verpleger/verpleegster
  2. De hoofdverpleger/-verpleegster
  3. De chirurg die de operatie heeft uitgevoerd
  4. Een chirurg in opleiding die bij de operatie heeft geassisteerd

Vraag 3

Op de financiele afdeling van een organisatie is er een budget voor 1 nieuwe computer. De hele afdeling discussieert over wie deze nieuwe computer nodig heeft. Een van de werknemers zegt dat hij de nieuwe computer wil, omdat zijn huidige computer op het punt staat te crashen. Zijn collega zegt dat ze de nieuwe computer wil omdat haar huidige computer de oudste is. De manager besluit de computer te geven aan de werknemer wiens computer bijna crasht. Welke regel voor eerlijke verdeling gebruikt deze manager/leider?

  1. Gelijkheid ('Equality')
  2. Rechtvaardigheid ('Equity')
  3. Behoefte ('Need')
  4. Complementariteit ('Complementarity')

Vraag 4

Volgens welk perspectief zijn bij het herstellen van vertrouwen vooral cognitieve processen van belang, waarin de oorzaak van het verlies van vertrouwen geherinterpreteerd wordt?

  1. Het 'eerlijke procedures' perspectief
  2. Het 'attributie' perspectief
  3. Het 'sociale balans' perspectief
  4. Het 'onderhandelen van betrouwbaarheid' perspectief (ook wel: het liberale model van vertrouwensherstel)

Vraag 5

Onderzoek van McAllister (2005) liet zien dat wanneer een manager vertrouwen heeft in zijn of haar ondergeschikten...

  1. ... de prestatie van de ondergeschikten toeneemt.
  2. ... de prestatie van de manager toeneemt.
  3. ... de prestaties van de ondergeschikten en de manager toenemen.
  4. ... er geen verandering plaats vindt in de prestatie van de ondergeschikten of de manager.

Vraag 6

Waarom overschatten hulpverleners vaak de kans dat hulpbehoevenden hulp zoeken?

  1. Ze onderschatten de competentie van de hulpbehoevende.
  2. Ze overschatten de instrumentele voordelen van de hulp voor de hulpbehoevende.
  3. Het helpen van anderen is kostbaar, daarom willen hulpverleners het vermijden.
  4. Ze zien niet in waarom de hulpbehoevende ongemak wil voorkomen in het vragen om hulp.

Vraag 7

Volgens de slachtoffer typologie van Olweus dragen provocerende slachtoffers bij aan hun eigen slachtofferschap omdat...

  1. ... ze gezien worden als makkelijke doelwitten voor de agressie van een ander.
  2. ... hun antagonistische gedrag hun leeftijdsgenoten irriteert en agressie uitlokt als een represaille of als een manier om hun gedrag sociaal te beïnvloeden.
  3. ... ze zichzelf niet kunnen beschermen tegen het worden van een doelwit.
  4. ... anderen vinden dat zij agressie 'verdienen' door hun lage status.

Vraag 8

Wat is de invloed van een saillante sociale identiteit op de beleving van stress in organisatiorische contexten?

  1. Een saillante sociale identiteit verhoogd de kans dat hulp die aangeboden wordt als oprecht wordt beoordeeld (in plaats van neerbuigend of als teken van macht)
  2. Een saillante sociale identiteit verhoogd de hoeveelheid hulp die aan collega's gegeven wordt.
  3. Een saillante sociale identiteit heeft invloed op de mate waarin een gebeurtenis als stressvol wordt ervaren: wat stressvol is voor de een hoeft niet stressvol te zijn voor de ander.
  4. Antwoord a. en b. zijn beide juist.

Vraag 9

Wat wordt bedoelt met morele identiteit?

  1. Lidmaatschap in groepen waar het vooral draait om het naleven van een bepaalde morele code.
  2. Lidmaatschap in groepen die belangrijke morele dimensies hebben.
  3. De centraliteit van moraliteit voor het zelfconcept.
  4. Alle bovenstaande antwoorden zijn juist.

Vraag 10

'The Dual Pathway to Creativity' maakt gebruik van verschillende indicatoren van creativiteit. 'Het gebruiken van verschillende cognitieve categorieen' is een definitie van...

  1. ... flexibiliteit.
  2. ... vloeiendheid.
  3. ... originaliteit.
  4. ... variabiliteit.

Open vragen

Vraag 1

Wat bepaalt de mate waarin iemand gelukkig is? Lyubomirsky noemt drie belangrijke factoren die de chronische mate van geluk beïnvloeden.

A) Noem deze drie factoren en geef een schatting van het percentage van geluk dat door elke factor verklaard wordt. (6 punten)

B) Leg uit waarom het kopen van een nieuwe keuken de chronische mate van geluk niet doet toenemen. (4 punten)

Vraag 2

Geef de definitie van hulp gebaseerd op autonomie en de definitie van hulp gebaseerd op afhankelijkheid. Als Omar zijn collega Kristie wil helpen om een lijngrafiek te maken in Excel, een programma dat ze hier nog nooit voor heeft gebruikt, hoe zou hij haar dan kunnen helpen op een autonomische manier? En hoe zou hij haar kunnen helpen op een afhankelijke manier?

Vraag 3

Rob heeft drie kinderen van 7, 4 en 2. Hij werkt achter de kassa in een lokale supermarkt. Op zijn werk is hij vaak geirriteerd door kinderen die zich misdragen in de winkel en is er streng van overtuigd dat ouders hun kinderen in toom moeten houden tijdens het boodschappen doen. Als hij zelf boodschappen gaat doen laat hij zijn kinderen echter doen wat ze willen, omdat hij vind dat het nou eenmaal natuurlijk gedrag is voor kleine kinderen en kinderen daarvoor niet te veel bestraft moeten worden. Hoe kan deze inconsistentie in de houding van Rob tegenover het gedrag van kinderen in supermarkten verklaard worden, met behulp van principes uit de sociale identiteitstheorie en moreel gedrag?

Antwoorden meerkeuzevragen

  1. B - Bewuste handelingen zijn niet altijd intrinsiek gemotiveerd, denk aan sporten
  2. A - Hoe meer macht, des te minder empathie en compassie, dus de persoon met de minste macht geeft het meest waarschijnlijk de extra pijnstillers.
  3. C
  4. B - Hoofdstuk 9
  5. C
  6. D - Hoofdstuk 10
  7. B - Hoofdstuk 11
  8. C
  9. D - Hoofdstuk 16
  10. A - Hoofdstuk 13

Antwoordindicatie open vragen

Vraag 1

a) Beginpunt/genetica (50%), omstandigheden (10%), bewuste handelingen (40%). - Hoofdstuk 5

(Voor elke goede factor en voor elk goed percentage 1 punt)

b) Een nieuwe keuken is een verandering in omstandigheden (2 punten). Mensen passen zich snel aan nieuwe omstandigheden en levensgebeurtenissen aan en keren daarna terug naar hun normale mate van geluk. Dit heet hedonische adaptatie (2 punten).

Vraag 2

Bij autonomische hulp geef je iemand de middelen om zichzelf te helpen, bij afhankelijke hulp los je het probleem van iemand voor diegene op. Als Omar Kristie wil helpen op een autonomische manier, zou hij haar naar een website wijzen waar uitleg staat over het maken van grafieken in Excel. Als Omar haar wil helpen op een afhankelijke manier zou hij de grafiek in Excel voor haar maken.

Vraag 3

Rob's sociale identiteit als kassamedewerker is saillant als hij op zijn werk is. Deze identiteit is vooral geassocieerd met overtuigingen met betrekking tot autoriteit, respect en gehoorzaamheid. Het is onderdeel van de overtuiging dat kinderen in toom moeten worden gehouden in de supermarkt. In privé-situaties komt de identiteit van ouder meer naar voren. Deze identiteit gaat gepaard met andere morele codes. Zijn identiteit als ouder is vooral geassocieerd met zorgdragen, pijn vermijden en altruïsme. Zijn kinderen de ruimte geven om hun natuurlijke gedrag te uiten is onderdeel van de zorg die hij voor hen draagt. Daarom vindt hij het prima dat zijn kinderen wild rondrennen in de supermarkt als hij daar is als hun ouder, maar vindt hij het niet goed als kinderen wild rondrennen in de supermarkt als hij daar als medewerker is. - Hoofdstuk 15

Image  Image  Image  Image

Access: 
Public

Image

Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Check the related and most recent topics and summaries:
Activity abroad, study field of working area:
Institutions, jobs and organizations:
WorldSupporter and development goals:
Statistics
2210 1