WEEK 1A: INLEIDING EN BEGINSELEN
Art. 112 GW: basis rechterlijke macht bevoegdheid.
Art. 6 EVRM: Recht op een eerlijk proces. Kapstok van de beginselen van het burgerlijk procesrecht:
- recht op toegang tot de rechter. Dit recht mag niet alleen theoretisch zijn, maar moet ook praktisch realiseerbaar zijn, bijvoorbeeld door gefinancierde rechtsbijstand art. 18 lid 2 GW en het in persoon kunnen optreden art. 79 lid 1 Rv, zie Airey/Ierland.
- onpartijdig en onafhankelijk gerecht. Partijdigheid kan je onderscheiden in objectieve en subjectieve partijdigheid. Objectieve partijdigheid is dat schijn van partijdigheid moet worden vermeden. Er is hiervoor o.a. een register van nevenfuncties. Art. 40 RV bepaalt dat rechters zich kunnen verschonen. Als ze dat niet doen kan een partij de rechter wraken art. 36 RV. Art. 116 + 117 GW bepalen dat de rechterlijke macht onafhankelijk is ten op zichte van de andere staatsmachten.
- recht op een eerlijke behandeling. Dit bestaat uit hoor en wederhoor, processuele gelijkheid, en een gemotiveerde beslssing. Hoor en wederhoor staat in art. 19 RV en geldt de gehele procedure. Een uitzondering staat in art. 279 lid 1 jo. 700 RV: de rechter kan een verzoek tot conservatoir beslag aanstonds toewijzen. Dus zonder dat de beslagene daarvan op de hoogte is en zich daarover heeft kunnen uitlaten. In Schook/Vergeer had de rechter feiten aan het vonnis ten grondslag gelegd (gekregen door niet-officiele bezichtiging) waar partijen niet op hadden kunnen reageren, dus was het beginsel van hoor en wederhoor geschonden. In Regiopolitie/Hovax had de rechter ambsthalve een verweer in het vonnis opgenomen, zonder dat de partijen zich daarop hadden beroepen. Aangezien ze zich ook niet over dit verweer hebben kunnen uitlaten, is het beginsel van hoor en wederhoor geschonden. Dat de beslissing gemotiveerd moet zijn staat in art. 121 GW, 30 RV en 5 lid 1 RO.
- behandeling en uitspraak in het openbaar. Dit staat o.a. in art. 121 GW. Art. 4 en 5 RO bepalen dat de behandeling soms wel met gesloten deuren kan, maar de uitspraak is altijd openbaar. Gesloten deuren betekent dat alleen partijen en advocaten aanwezig zijn. Art. 27-29 RV geven gronden voor een behandeling met gesloten deuren, maar bepalen ook dat de uitspraak altijd in het openbaar is.
KEI veranderingen:
1) Procesinleiding in plaats van dagvaarding verzoekschrift.
2) Versterkte regiefunctie rechter, waardoor de procedure sneller gaat:
- procesinleiding, verweerschrift, mondelinge behandeling, vonnis
3) Digitalisering.
Waar wordt KEI gebruikt:
1) Vorderingszaken Hoge Raad
2) Vorderingszaken met verplichte procesvertegenwoordiging bij rechtbank Gelderland en Midden-Nederland
Art. 261 lid 2 RV: Uit de wet vloeit voort wanneer je een verzoekschrift gebruikt: 'op verzoek'
Art. 78 RV: Als art. 261 RV niet van toepassing is, dan moet je de procedure met een dagvaarding inleiden.
Art. 69 RV: ALs je de procedure verkeerd inleidt, beveelt de rechter dit te verbeteren.
Art. 70 RV: Afbakening met het bestuursprocesrecht. Civiele rechter verklaart niet-ontvankelijk als je de overheid dagvaart, maar naar de bestuursrechter kan.
Art. 2 RO: soorten gerechten: rechtbank, hof, hoge raad.
Art. 47 RO: kantonrechter is enkelvoudige kamer, dus 1 rechter.
WEEK 1B: RECHTERLIJKE MACHT EN BEVOEGDHEID
Stappenplan:
1) Art. 1 RV: Als het een zaak is met een internationaal aspect kijk je eerst in verdrag of EU-verordening (Brussel-1-bis-vo) .
Art. 1: Van toepassing in burgerlijke zaken en handelszaken.
Art. 4: Hoofdregel is dat de rechter bevoegd is van de woonplaats van de gedaagde.
Art. 7: Alternatieve fora. lid 1 sub a: Bij verbintenissen uit overeenkomst (nakoming). lid 2: verbintenissen uit onrechtmatige daad. Hierbij gaat het om de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan, dat is voglens Fiona Shevill zowel bij het handlungsort (plaats van de veroorzakende gebeurtenis) als het erfolgsort (plaats waar schade is ingetreden). Bij het handlungsort is de rechter bevoegd te oordelen over de gehele schade. Het erfolgsort is elke plaats waar eiser schade lijdt (mozaiekbeginsel). De rechter is bij het erfolgsort alleen bevoegd te oordelen over de schade geleden in de eigen lidstaat.
Art. 8: Alternatieve fora.
Art. 24 lid 1: Exclusieve fora. Bij huur en verhuur is er maar 1 rechter bevoegd, en wel de rechter waar het onroerend goed ligt.
Art. 27: Rechter moet ambtshalve toetsen of hij wel bevoegd is als het gaat om een art. 24 vordering. Is hij niet bevoegd, dan moet hij zich onbevoegd verklaren.
Art. 25: Forumkeuze. Als partijen bij overeenkomst zijn overeengekomen welke rechter bevoegd is, dan is alleen dat gerecht bevoegd, tenzij anders is overeengekomen.
2) Zo niet, dan is de Nederlandse rechter in beginsel bevoegd.
3) Toch onbevoegd verklaren vanwege bijzondere rechtsmacht?
art. 70 RV: administratieve rechtsgang
arbitragebeding
4) Absolute competentie
Art. 72 RV: Rechter moet ambtshalve zijn absolute competentie toetsen.
Art. 42 RO: In eerste aanleg is de rechtbank bevoegd, maar door middel van prorogatie art. 329 RV kunnen partijen direcht naar het hof.
Art. 60 RO: Hoger beroep bij gerechtshof.
Art. 78 RO: Cassatie bij de Hoge Raad.
5) Sectorcompetentie in eerste aanleg (kanton- en civiele zaken)
Art. 93 Rv: Kanton (dagvaardingsprocedure). 1 vordering, 2 partijen.
Art. 71 lid 1+2 RV: Alsje de verkeerde sector hebt gekozen, dan is er een interne verwijzing ambtshalve of op verzoek van 1 der partijen.
Art. 1:235 BW, 4:157 BW, 7:671b BW: kanton verzoekschriftprocedure bij handlichting, bewindvoering en ontslag
Art. 94 RV: Kanton. Meerdere vorderingen, meerdere partijen. Lid 1: Objectieve cumulatie bij meerdere waardevordering met een totaal onder de 25000. Lid 2: Objectieve cumulatie bij meerdere vorderingen waaronder 1 aardvordering die samenhangt met de andere vorderingen. Lid 3: Eis in conventie en eis in reconventie en 1 daarvan is een aardvordering, dan is lid 2 van toepassing, mits er voldoende samenhang is.
Voor subjectieve cumulatie (meerdere partijen) staat er niks in de wet. Kantonrechter mag kiezen of hij zich bevoegd acht bij een bedrag dat groter is dan 25000.
Art. 96 RV: Kanton bij prorogatie.
6) Relatieve competentie
Art. 99 RV: Hoofdregel bij dagvaardingszaken is dat de rechter bevoegd is van de woonplaats van de gedaagde.
Art. 262 RV: Hoofdregel bij verzoekschriftprocedure is dat de rechter bevoegd is van de woonplaats van de verzoeker/belanghebbenden.
Art. 100-107 RV: Medebevoegd. Een uitzondering staat in 103 lid 2 RV: Bij huur is alleen de rechter bevoegd waar de onroerende zaak gelegen is.
Art. 108 RV: forumkeuze.
Art. 110 lid 1: Indien een andere rechter relatief bevoegd is, moet gedaagde daar een beroep op doen, en wel voor alle weren. Soms moet de rechter het ook ambtshalve toetsen.
Art. 110 lid 2 jo. 74 en 73 RV: De rechter verwijst de zaak door naar de relatief bevoegde rechter.
WEEK 2A + 2B: PROCESINLEIDING - DAGVAARDING
Welke rechtsingang kies je?
Art. 261 lid 2 RV: verzoekschrift. Voor verzoekschriften is in beginsel alleen titel 3 van toepassing. Uitzonderingen hierop zijn: 1. Verlof voor conservatoir beslag moet bij verzoekschrift art. 720 RV. 2. De regels met betrekking tot bewijs die staan in titel 2 zijn ook van toepassing art. 284 RV.
Art. 78 RV: Dagvaarding. Voor de dagvaardingsprocedure is in beginsel alleen titel 2 van toepassing.
Inhoud van de dagvaarding art. 111 RV:
1) Kop
- gegevens van partijen
- rechter
2) Grondslag van de eis
3) Petitum (eis)
4) Hoe te verschijnen
5) Gevolgen niet verschijnen
duidelijke samenvatting! Roos Heeringa contributed on 07-01-2021 13:30
Ik zie dat je hier de relevante onderwerpen van week 1 behandeld en de artikelen heel duidelijk hebt staan, echt heel nice and goed te begrijpen! Dit zijn denk het wel alle relevante artikelen voor deze week, heb ik dat goed?
Add new contribution