Wat is gezondheidspsychologie?
Volgens de ‘World Health Organisation’ (WHO) is gezondheid niet alleen de afwezigheid van ziekte, maar is het ook een staat van fysiek, mentaal en sociaal welzijn. De gezondheidspsychologie houdt zich voornamelijk bezig met het fysieke welzijn; de klinische psychologie vooral met mentaal welzijn. Matarazzo (1980) poneerde een definitie van gezondheidspsychologie waarin hij drie belangrijke kenmerken benadrukt:
Het doel: gezondheid promoten en ziekte voorkomen.
De wetenschappelijke focus: de etiologie en diagnostische correlaten van gezondheid onderzoeken en begrijpen.
De prioriteiten binnen de praktijk: het gezondheidssysteem verbeteren.
Gezondheidspsychologen proberen een link te leggen tussen individuele percepties, geloofsovertuigingen en gedragingen (zoals het gevoel van controle) en biologische processen (zoals het stressniveau) die fysieke gezondheidsproblemen veroorzaken (zoals een disfunctionerend cardiovasculair systeem). Ze kijken ook naar de sociale processen (zoals status) die invloed hebben op de percepties, geloofsovertuigingen en (gezondheids)gedragingen. Gezondheidsgedrag bepaalt mede de uitkomst.
De “Alameda County” studie toonde aan dat slaap, sport, alcoholconsumptie en eetgewoontes significante voorspellers zijn van de levensduur. Volgens Mokdad en collega’s (2004) zijn de alcoholconsumptie en het gebrek aan fysieke beweging gezamenlijk verantwoordelijk voor bijna 40% van alle sterfgevallen. Een ander belangrijk onderzoek naar gezondheidsgedrag stelde dat iemand die (1) niet rookt (2) voldoende sport (3) met mate alcohol drinkt en (4) voldoende fruit en groente eet per dag, de gezondheid heeft van iemand die 14 jaar jonger is dan iemand die geen van de vier bovengenoemde leefregels naleeft (Khaw en collega’s, 2008). Vooral het promoten van dergelijke gedragingen bij mensen die ouder zijn dan 70 is erg belangrijk vanwege het aantal jaren dat gewonnen kan worden. Uiteraard heeft niet alleen het individu, maar ook de economie baat bij gezondheidsgedrag: ziekteverlof kostte Engeland bijna 12 biljoen dollar in 2002.
Psychologische processen kunnen directe en indirecte effecten uitoefenen op de gezondheid. Directe effecten betreffen psychofysiologische effecten (het effect van de psyché op de fysieke systemen); indirecte effecten verwijzen naar gedragsmatige effecten (de invloed van de psyché op het gezondheidsgedrag). Mensen die vaak grote fysiologische reacties hebben op stress of die frequent dagelijkse stressoren ervaren (‘reactieve’ mensen), hebben op de lange termijn een groter risico op het ontwikkelen van een ernstige ziekte (zoals een beroerte of hoge bloeddruk) omdat er continu aanslag wordt gepleegd op hun cardiovasculaire systeem.
De geschiedenis van gezondheidspsychologie
Hippocrates (460 BC) was de eerste die onderzoek deed naar welke onderliggende processen mogelijk verantwoordelijk kunnen zijn voor verschillende ziektes. Hij legde onder andere de eerste link tussen gedrag (zoals
...
....read more