Aantekeningen College Bias - Universiteit Utrecht (2022-2023)

Hoorcollege 4

Bias

  • systematische vertekening die een objectieve interpretatie van de realiteit in de weg staat.
  • Vooroordeel of vooringenomenheid die de perceptie kleurt.
  • Systematisch = gaat altijd een bepaalde kant op. Dezelfde kant. We kunnen inschatten waar hij heen neigt.

Soorten biases. Drie gebieden waar bias ons in de weg staat.

  1. Mens: persoonlijke biases.
  2. Methode: bias in test en methode
  3. Systeem: systemische baises. In het wetenschapssysteem waarin we onderzoeken en publiceren.

Persoonlijke biases.

  • We willen mensen kunnen indelen, risico’s inschatten, gedrag verklaren.
  • Wij zijn subjectieve wezens.
  • Halo/Horn effect: Als iemand binnenloopt en je vindt hem leuk. Dan schat je hem beter in dan anderen, dat hij het heel goed doet. Horn is andersom.
  • Overconfidence: Je hebt een aantal keer iets heel goeds gedaan. Is geen realistische inschatting meer.
  • Representativiteitsbias: Mensen die bepaalde eigenschappen hebben waar je iets mee associeert. Man met bivakmuts is gevaarlijk.
  •  
  • Attributiebias: Geen succes leg je af bij de ander en bij jezelf aan de situatie.
  • Availability bias: Als je ergens heel veel voorbeelden van hebt gehoord. Dan denk je ook dat dat aan de hand is.

Bias 1: Confirmation bias.

  • Evidence tegen zijn theorie wordt verworpen.
  • Wordt ook evidence gezien dat er niet is.

Bias 2: Hindsight bias.

  • Hoe kijk je in terugwerkende kracht naar hoe je eerst over een situatie dacht. Ik weet niet zeker of die hond gaat winnen. De hond wint. Ja zie je ik vermoedde het al. Voor de situatie was je best onzeker.
  • Bias Blind Spot: als mensen denken dat ze minder last hebben van bias. Heeft dat negatief effect op hoe ze dingen beoordelen.

Voordeel biases:

  • We maken een werkelijkheid die klopt.
  • Dat is minder belastend voor onze hersenen.
  • Biases werken ook voor snellere beslissingen.

Als onderzoekers proberen we zo systematisch mogelijk te werk te gaan.

  1. Empirische cyclus
  2. Heersende onderzoeksparadigma’s
  3. Mertoniaanse normen

Maar toch in het proces van wetenschap kunnen de uitkomsten vertekend raken.

Bij methode heb je selectiebias

Bij psychologie moet je veel operationaliseren. Je moet een psychologisch concept omzetten naar een overeengekomen definitie. Operationalisaties van deze constructen om deze ook echt te testen. In de vorm van een test of meetinstrument.

Verschillende type tests of meetmethoden die in onderzoek gebruikt kunnen worden.

  • Performance tests
  • Performance is wat kun je en wat heb je al geleerd.
  • Mogelijkheden is aptitude: intelligentie
  • Achievement test: heb je voldoende geleerd om hier een voldoende voor te halen. Wat heb je bereikt binnen de leerkaders.
  • Typical response tests: Dingen die typisch bij jou horen. Zelfbeeld, depressie, eetvoorkeuren.
  • Systematische observaties
  • Kwalitatieve interviews
  • Fysiologische maten: Je hartslag wordt gemeten.

Tests zijn gestandaardiseerd of niet-gestandaardiseerd. De meest valide zijn gestandaardiseerd. Er is een vast format over hoe je het moet afnemen.

  • Objectief of subjectief. IQ is objectief. Jouw eetvoorkeuren is subjectief.
  • Norm-referenced: plaatst jouw score in relatie met andere scores.
  • Criterion-referenced: je neemt tentamen af. Voldoen jullie aan een bepaald criterium.

Hoe meet je persoonlijkheid?

  1. Rorschach vlekkentest: symmetrische inktvlekken. Wat zien mensen erin. Zo kunnen we een stukje persoonlijkheid meten.
  2. Je kan persoonlijkheid ook meten met vragenlijsten: PID-5, is gebaseerd op de DSM5.
  3. Je hebt ook de MMPI-2 deze is ook deels gebaseerd op psychopathologie.
  4. Systematische observatie is ook een optie. Ik ga Big-5 eigenschappen (introversie, etc.) bekijken nadat ik de participanten heb gefilmd in een sociale situatie.
  5. Op basis van online gedrag kan je best veel zeggen over iemands persoonlijkheid.

Hoe kies ik een goede test/meting? Die mij het dichtst bij de waarheid brengt.

  • Er kan bias in de test zitten, maar ook in de afname.
  • Verwachting geteste, verwachting testafnemer, de instructie, de interactie, de testinhoud, de randvoorwaarden (is het rustig), interpretatie van antwoorden.

We kijken snel naar een p-waarde

  • p-hacking
  • Ook het niet vinden van een verband is een resultaat. Maar dat willen we niet. Je gaat het wat anders beschrijven waardoor het toch in de buurt van .05 komt.
  • The Garden of Forking Paths: je had veel paden kunnen nemen, maar die ene juist dit wordt .05
  • De hindsight bias is hier ter sprake: Achteraf zeg je: nice dit was sowieso de beste afslag voor de p = .05
  • Confirmation bias speelt een rol. Als je achteraf tot iets komt waar je ook eerder mee had moeten komen. Het kan ook dat je gewoon niets vindt. Daar hebben onderzoekers moeite mee.
  • De studies die het niet hadden getoond, werden niet gepubliceerd. Maar die het wel aantoonden wel?!

Demacratie

  • Wetenschap - pseudowetenschap - non-science
  • Non-science zegt: wij zijn geen wetenschap. Wij doen het op een andere manier
  • Pseudowetenschap doet zich voor als een wetenschap, maar dit is geen wetenschap.

We gebruiken wetenschap om tot kennis te komen. Maar het is niet kennis. Soms heeft de wetenschap het ook mis.

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org
Submenu: Summaries & Activities
Follow the author: Hugo
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
Search a summary, study help or student organization