Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

Hoorcollegeaantekeningen 4-8

Deze samenvatting is gebaseerd op het studiejaar 2013-2014.

Hoorcollege 4: Cultuur en Geestelijke Gezondheid

 

Cultuur en zich ziek voelen (illness)

Er zit veel verschil tussen wat abnormaal gevonden wordt in het ene land ten opzichte van wat abnormaal wordt gevonden in een ander land. Dit verschil kan verklaren waarom de prevalentie van sommige stoornissen verschilt per land.

 

Wat normaal gevonden wordt ligt aan de sociale acceptatie en de frequentie van gedrag. Als iets veel voorkomt en het wordt sociaal geaccepteerd wordt het als normaal gezien. Homoseksualiteit komt bijvoorbeeld overal ter wereld in dezelfde mate voor (de frequentie is dus hetzelfde) maar doordat het niet overal sociaal geaccepteerd wordt, wordt het soms als abnormaal bestempeld.

 

Westen, objectief ziek zijn (disease)

In het Westen betekent disease onpersoonlijke, mechanische oorzaken die kunnen worden begrepen door een wetenschappelijke werkwijze of ontdekking. Hierbij horen typische somatische klachten als bijvoorbeeld hartfalen en het hebben van te veel hormonen, etc.

 

In andere landen kan men een hele andere oorzaak geven aan een disease of illness. Zo kan men bijvoorbeeld denken dat ze gestraft worden, of kunnen ze denken dat ze ziek zijn doordat er demonen in hun lijf zijn gegaan.

 

DSM – V

In het Westen wordt geestelijke gezondheid apart gecategoriseerd van fysieke gezondheid (somatische klachten). Hierdoor houdt de DSM ook voornamelijk vast aan Westerse normen. Er wordt in het Westen ook uitgegaan van een individualistische aanpak, men kan naar een psychiater of therapeut gaan om aan een eigen probleem te werken.

 

Vooral het laatste kan lastig zijn in de Westerse wereld. Een therapeut moet in wezen geen waardeoordeel hebben over wat een cliënt vertelt, maar als de cliënt iets vertelt wat in Westerse culturen als taboe wordt gezien dan kan dat nog wel eens lastig zijn (bijvoorbeeld kindermisbruik).

 

Cases in diagnoseverschillen door cultuur

1)     De Engelse lerares van Hiroki Hashimoto dacht dat Hiroki aan een dwangneurose leed, volgens haar Japanse collega was dat echter niet geval en leed Hiroki aan Tajin-Kyofu-Sho syndroom (angst om anderen te beledigen in sociale situaties).

2)     Een Westerse psycholoog stelde aan de hand van zijn bevindingen over een meisje in Peru in de Quechua stam, dat ze leed aan een angststoornis. De geneesheer van het dorp deed zijn diagnosestelling echter anders, hij bekeek hiervoor de ingewanden van een cavia.

3)     De behandeling van het meisje werd door de geneesheer van het dorp gedaan. Hij deed een mix van plantensoorten op de huid van het meisje en begon een ritueel om de ziel van het meisje te kunnen bevrijden.

 

Shamanen komen overal ter wereld voor

Over de hele wereld wordt op een eigen manier geloofd dat spiritualiteit zieke mensen kan genezen. Hoe dit gebeurt is echter in elke cultuur weer anders.

 

Stoornissen die niet in de DSM-V passen uit niet-Westerse culturen

-         Amok, dit komt voor in Maleisië en Indonesië. Hierbij krijgt iemand een woedeaanval waarbij hij/zij alles vernietigt wat op zijn of haar pad komt

-         Vermoeidheid van het brein, West-Afrika. Dit komt vaak voor onder studenten als ze zich niet meer kunnen concentreren en/of niet meer kunnen nadenken.

-         Dhat, India en China. Hier gelooft men dat als men een tijd seksueel inactief is geweest dit ten koste zal gaan van de spermaproductie.

-         Frigofobie, China en Singapore. Letterlijk de angst om het koud te hebben. Zoveel kleren aandoen om het maar niet koud te krijgen.

-         Mal de ojo, Latijnse landen en Spanje. Hier wordt geloofd dat er een soort van kwade geest of kwaad oog op je neerkijkt, dit zou een reden zijn waarom kinderen niet kunnen slapen en huilen in bed.

-         Pibloktoq, onder de Inuïts. Dit is een aanval van extreme opwinding waarbij men erg gewelddadig wordt.

-         Sin-byung, Korea. Men gelooft hier dat men bezeten is door de geesten van voorouders wat verschillende symptomen als een zoom in het oor met zich meebrengt.

-         Trance, Zuid-Amerika en Europa. In deze landen wordt geloofd dat men in een soort van trance kan communiceren met de geesten van overledenen.

 

Cultuur affect psychopathologie

Cultuur beïnvloedt het beeld van wanneer iemand denkt ziek te zijn, naar de dokter moet, hoe hij behandelt moet worden, etc. behoorlijk. Je kunt hier naar kijken op een relativistische manier, normen en waarden worden bepaald door cultuur, of men kan kijken op een universalistische manier, ondanks dat men verschilt van elkaar zijn er universele waarden die bepalen wanneer iemand ziek is.

 

Cultuur en angststoornissen

Er zit een groot verschil in de incidentie van angststoornissen over verschillende culturen.

De Post-traumatische Stress Stoornis lijkt wel heel universeel. De meeste mensen over de hele wereld rapporteren dezelfde symptomen als het gaat om PTSS.

 

Cultuur en depressie

Omdat het Westen een optimistische cultuur is, valt het sneller op wanneer iemand tekenen van depressie vertoont. Toch is depressie een stoornis die over de hele wereld de hoogste prevalentie heeft

 

In het Westen wordt een depressie gezien als een psychische stoornis die te verhelpen of te bevorderen is met antidepressiva, waar het in andere culturen juist weer als een somatische stoornis wordt gezien.

 

In China is er een taboe op mentale stoornissen, dus als mensen daar een depressie omschrijven spreken ze vaker over somatische klachten zoals pijn.

 

De prevalentie van depressie is hoger in landen waar er meer sprake is van chronische stressoren als bijvoorbeeld oorlog.

 

Cultuur en zelfmoord

Turkse en Marokkaans-Nederlandse jongeren hebben een lagere kans op suïcide dan de in Nederland geboren Nederlanders, andere migranten hebben wel een hogere kans op suïcide.

 

Psychose/schizofrenie en cultuur

Schizofrenie wordt tot zes keer meer gediagnostiseerd bij Marokkaans-Nederlandse mannen. Dit hoeft niet per definitie te komen door het cultuurverschil. Het kan ook zo zijn dat de Marokkaanse mannen verkeerd gediagnosticeerd worden doordat de instrumenten te overgevoelig of juist te ongevoelig zijn voor de culturele verschillen, waardoor deze mannen te snel de diagnose schizofrenie krijgen. Ook komt het voor dat psychiaters met een andere etnische achtergrond hun cliënten verkeerd diagnosticeren.

 

Gebruik van psychologische/psychiatrische hulp

Dit verschilt erg over de verschillende culturen. Dit komt omdat de mensen in verschillende culturen anders aankijken tegen de manier waarop ze genezen willen worden. Daarom wordt aangeraden dat een therapeut goed op de hoogte is van de culturele achtergrond van zijn of haar cliënt, zodat hij of zij daarop kan anticiperen.

 

Conclusie onderzoek naar gebruik geestelijke gezondheidszorg

Marokkaans- en Turkse Nederlanders bezoeken tot twee keer vaker een psycholoog dan dat in Nederland geboren Nederlanders dat doen. Hierbij zijn Marokkaanse mannen vaak schizofreen en Turkse vrouwen vaak depressief. Het is niet meer zo dat deze doelgroep geen gebruik maakt van de geestelijke gezondheidszorg, wat vroeger wel het geval was. Wel is nog te zien dat de jongeren van deze doelgroep niet zoveel gebruik maken van de geestelijke gezondheidszorg.

 

Hoorcollege 5: Sociale Perceptie, Interactie en Cultuur

 

Voorbeelden van examen vragen

-         Immigratie is een stressvol proces. Leg uit wat de consequenties zijn voor migranten en waarom ze last hebben van stress.

-         Hebben niet-autochtone Nederlanders van Marokkaanse-, Turkse-, of Antilliaanse afkomst een andere levensstijl dan Nederlanders? Leg uit.

-         Cognities dragen bij aan vooroordelen. Leg dit uit aan de hand van bekende psychologische fenomenen.

-         Volgens Hofstede splitst cultuur zich op in vijf dimensies. Wat zijn de dimensies en verklaar deze.

-         Expressie en controle van emoties kunnen per cultuur verschillen. Leg dit uit.

 

Sociale perceptie en cognitie

Dit houdt het proces in waarbij we andere personen proberen te gebruiken op alle mogelijke vlakken (als interpreteren wat iemand bedoelt, of iemand herinneren). Verder bepaalt het hoe we over de wereld denken.

 

Waarden

Houdingen (attitudes) en waarden zijn onderdeel van sociale perceptie en cognitie. Waarden zijn echter krachtiger dan een houding van iemand. Ze zijn stabiel en specifiek. Een voorbeeld: in heel Nederland draagt vrijwel iedereen met het WK oranje-kleding (waarde), maar zou je dan als je tijdens het WK in het buitenland op een camping staat met verschillende nationaliteiten je niet verkleden (houding)?

 

De waarden verschillen per cultuur. Volgens Schwartz ligt dit verschil aan de verschillende dimensies (zie dimensies van Hofstede, college 2) die je ziet per cultuur. Schwartz bedacht hiervoor zijn eigen dimensies:

-         Conservatie vs. Autonomie: traditie vs. elk individu mag zijn eigen ideeën naleven.

-         Hiërarchie vs. Egalitarisme: accepteren van een hiërarchie van macht vs. iedereen moet gelijk behandeld worden.

-         Heerschappij (mastery) vs. Harmonie: Individuen moeten controle nemen over de maatschappij vs. de maatschappij moet zich uitbloeien zoals het gaat, zonder te veel inbreng

 

De waarden verschillen ook per Westen en niet-Westen. In het Westen zijn de waarden vaak om zo efficiënt mogelijk te werken en staat materiele consumptie hoog in het vaandel, waar in het niet-Westen respect voor traditie en autoriteit hoger staat.

 

Manieren om waarden te krijgen

-         Cognitieve balans theorie: Heider kwam met deze theorie die ervan uitgaat dat iedereen balans zoekt in zijn relatie met anderen, of in ieder geval het streven naar balans. Men mensen die je leuk vindt deel je vaak dezelfde mening en met mensen die je niet leuk vindt verschil je vaker van mening. Het verschilt per cultuur hoe erg men kan afwijken van deze balans (hoe consistent iemand deze balans volhoudt). In Japan zijn mensen meer inconsistent dan in de Verenigde Staten. Islamieten zijn heel consistent met de regels van hun geloof.

-         Cognitieve dissonantie theorie: Omdat we keuzes maken moeilijk vinden proberen we de keuzes die we maken voor onszelf te verantwoorden. Je hebt iets gekocht, dus je had het nodig. Je hebt iets niet gekocht, dus het was niet leuk genoeg. De content mag per cultuur verschillen, maar dit mechanisme is overal hetzelfde.

-         Psychologische dogmatisme: Gedragingen en geloften worden allemaal gericht op één centraal idee (dogma). Dogmatisering en democratie zijn negatief aan elkaar gecorreleerd.

-         Attributietheorie: deze theorie gaat ervan uit dat we mensen die tot onze eigen groep behoren positief inschatten en mensen die tot een andere groep behoren negatief inschatten, zelfs als de feiten anders uitwijzen. Het gaat samen met locus of control, waarin iemand zich afvraagt of een gebeurtenis komt door interne factoren of door externe factoren. De locus of control wordt in elke cultuur gevonden.

 

Self-centered bias: als je iets goeds gedaan hebt, wijdt je het aan jezelf, maar gaat het fout dan ligt het aan een ander. Dit wordt in veel culturen gevonden, behalve in Japan (en andere Aziatische culturen), daar is het juist omgekeerd: als men iets goeds overkomt, komt dat door externe factoren, maar als men iets fout doet, dan doet men dat zelf (unassuming bias)

 

Zelfperceptie

Over het algemeen is zelfperceptie universeel, het gaat over algemene dingen. De verschillen vergeleken met Amerikaanse studenten zijn de volgende: mensen uit India zien zichzelf meer op een hiërarchische manier, Japanners zijn meer zelf-kritisch en Chinezen vinden zichzelf leuker, maar vinden zichzelf wel minder competent. In collectivistische culturen ziet men zichzelf meer als onderdeel van een groep, maar dit verandert als men migreert naar een individualistische cultuur.

 

Lichaamsperceptie

Verschilt over rijke en arme landen. In rijke landen is het mooier om dun te zijn, waar het in arme landen juist lijkt alsof men dan minder welvarend is.

 

Moraliteit

Dit verschilt per individualistische cultuur tot collectivistische cultuur. In individualistische culturen bekijkt men het meer op een rechtvaardige manier, iedereen verdient dezelfde rechten, waar men bij collectivistische culturen juist meer op een taakgerichte manier (duty), toewijding naar anderen, kijkt.

 

Eerlijkheid

Het is een cultureel verschil wat men als eerlijk ziet. In Amerika wordt succes gezien als iets waar men voor moet werken, waar men in Europa meer het beeld heeft dat iedereen de kans moet krijgen om succes te hebben. In andere landen wordt ook vaak gezien dat hoe meer iemand ergens voor werkt, hoe meer iemand verdient.

 

Sociale interactie

Mensen zijn sociale dieren, we vormen groepen met elkaar. Dat betekent alleen niet dat we altijd groepen vormen met iedereen. 90% van de Nederlanders heeft geen vrienden met een andere etniciteit.

 

Normen: hoe leden van een groep zich moeten gedragen.

Sociale rollen: hoe individuen met een bepaalde positie zich moeten gedragen.

Deze verschillen per cultuur.

 

In een collectivistische cultuur zijn de positieve en negatieve sancties sterker dan in individualistische culturen, met name omdat iemand in een individualistische cultuur zich vaak in meerdere groepen bevindt.

 

Lichaamstaal en expressie worden universeel gebruikt. De manier waarop mensen elkaar benaderen is per cultuur echter anders. Als men geen weet heeft van deze aparte culturele begroetingsregels, wordt dat als gezien onbeleefd.

 

Conformiteit, het veranderen van eigen gedrag om aan de sociale norm te voldoen, gebeurt overal ter wereld. In collectivistische landen gebeurt het wel vaker dan in individualistische landen. In autoritaire landen ziet men ook veel conformiteit.

Orders opvolgen valt onder conformiteit. Dit gebeurt vaker in landen met grote machtsafstanden dan in landen waarin de macht gelijker verdeeld is. Voor autoritaire landen is het nodig dat de autoriteit direct tot de subordinate groep spreekt.

 

Sociale invloed

Invloed betekent dat je iemand kunt veranderen en dus macht (power) over iemand hebt. Mensen die weinig power hebben, hebben over het algemeen een laag zelfbeeld. Migranten bevinden zich over het algemeen in lage sociale machtsposities.

 

Groepsdenken

Als een groep aan groepsdenken doet, wordt er zo sterk gehoor gegeven aan de gemiddelde mening van de groep dat punten die afwijken genegeerd worden. Men ziet groepsdenken vaak terug in fundamentele religieuze groepen, radicale politieke groepen en strijdbare ethische groepen.

Groepspolarisatie staat recht tegenover groepsdenken. Hierbij zoeken mensen juist de discussie op en ontstaat er zo een gepolariseerde groep. Dit ziet men vaak terug bij Europese culturen.

 

Sociaal rondlummelen (social loafing)

Dit treedt voornamelijk op in individualistische landen. Het proces, waarbij groepsleden minder moeite doen in een groep dan dat ze individueel zouden hebben gedaan, ziet men juist niet terug in collectivistische landen. In collectivistische landen ziet men juist meer sociaal streven (social striving), waar men meer gaat doen als men in een groep moet werken. Het heeft ook te maken met op welk niveau iemand zich betrokken voelt tot een groep.

 

Coöperatie en competitie

Coöperatie, hoe beter men samenwerkt, hoe beter het is voor iedereen, ziet men voornamelijk in Latijnse- en Afrikaanse landen en landen in het Midden Oosten.

Competitie, waarin eigen winst boven dat van anderen staat,  ziet men het sterkst ter wereld in Amerika. Daarnaast zijn mensen in stedelijke gebieden vaak ook meer competitief dan mensen van het platteland.

 

Leiderschap

Men kan dit opdelen in twee begrippen: prestatiegericht leiderschap (taak gerelateerde acties) en onderhoudsgericht leiderschap (de leider biedt ondersteuning aan de subordinate). Al is leiderschap iets universeels, er zit toch verschil in wat een effectieve leider is per cultuur. Men kan een autoritaire-, democratische, of laissez-faire leider (leider geeft alleen advies) zijn, maar het hangt dus van de situatie af wat het beste werkt.

 

Hoorcollege 6: Cultuur, lichaamsbeeld, levensstijl en gezondheid

 

Cultuur en het lichaam

Dit verschilt erg per cultuur, hoe men zich kleedt, wat het ideale figuur is, etc. In elke cultuur heeft men andere percepties van wat het ideale lichaam is.

 

Binnen elke cultuur bestaat er “eigen” kleding, per cultuur verschilt het wat mensen mooi vinden om te dragen en ook de functie van kleding verschilt. Neem bijvoorbeeld het kleden voor een begrafenis, in het Westen doet men dat in het zwart, waar men zich in andere culturen anders kleedt.

 

Er wordt veel gedaan om aan het ideale beeld van een perfect lichaam te voldoen. In de Westerse cultuur kan met dat bijvoorbeeld doen aan de hand van cosmetische ingrepen, of door middel van het volgen van een dieet. In sommige andere culturen gebruiken ze cosmetische ingrepen weer op een andere manier, bijvoorbeeld om het maagdenvlies te restaureren (om de maagdelijkheid “terug te krijgen”).

 

Dat het lichaamsbeeld per cultuur kan verschillen is te zien aan het in het Westen veel voorkomen van Anorexia, waar men in West- en Centraal Afrika vrouwen die overgewicht hebben weer wat meer aantrekkelijk vindt. Maar dit beeld verwesterniseert (westernization) wel snel. In Zuid-Afrika ziet men steeds meer mensen met eetstoornissen omdat ze er ‘meer willen uitzien als Westerse meisjes dan hun moeder’.

 

In Nederland ziet men dat Turkse en Marokkaanse kinderen meer overgewicht hebben dan Nederlandse kinderen, Marokkaanse moeders meer overgewicht hebben en dat Turkse en Marokkaanse volwassen mannen meer overgewicht hebben (zie de collegesheets voor de precieze cijfers).

 

Cultuur en fysieke afstand tot elkaar

Mediterrane Europeanen laten mensen dichter tot hun komen dan dat Amerikanen dat doen. Ook het omgekeerde wordt gezien, waarbij men juist nog meer afstand ziet tussen sociale contacten.

 

Cultuur, dieet en voeding

Surinaamse, Turkse en Marokkaanse Nederlanders hebben een gezonder eetpatroon dan dat autochtone Nederlanders. Er zit niet veel vet in het voedsel en er wordt meer gelet op suiker, hierdoor is hun cholesterol over het algemeen lager dan dat van Nederlanders. Ze eten wel minder vitaminen.

 

Ook verschilt het per cultuur wat wel voedsel is en wat geen voedsel is. In sommige landen worden bijvoorbeeld slangen gegeten, waar dat in het Westen redelijk ongewoon is. Snacks zijn dan weer wel Westers.

 

Geloof heeft ook zijn aandeel in wat voedsel is en wat niet. Islamieten eten bijvoorbeeld geen varkensvlees, alles moet halal zijn; joden eten ook geen varkensvlees en daarnaast geen vogels en hun eten moet kosher zijn; Hindoestanen mogen helemaal geen vlees eten.

 

Er wordt in voedsel ook onderscheid gemaakt tussen heet en koud voedsel, dit moet men zien als een soort Yin en Yang effect. Heet voedsel wordt in sommige culturen aan zieken gegeven die aan een “koude” ziekte lijden, waar ze koud voedsel krijgen als ze aan een “warme” ziekte lijden.

 

Er zijn ook voedingsmiddelen die als “speciaal” worden gezien, zoals oliebollen tijdens Oud en Nieuw. Er bestaan soms ook andere voedingspatronen voor verschillende klassen, in bijvoorbeeld India eten alleen de hoogste klassen rauw voedsel.

 

Cultuur kan erbij in de weg zitten om iemand beter te maken. In sommige medicijnen zitten dan voedingsmiddelen die in bepaalde culturen niet gegeten mogen worden, maar die voor het beter maken van de patiënt wel noodzakelijk zijn.

 

Voedsel deprivatie, een tekort aan voedsel, kan verschillende redenen hebben in een cultuur. Armoede, natuurrampen, oorlogen, mislukte oogst of het beschikbare land wijden aan export producten zijn een aantal redenen voor tekort aan voedsel in een land.

 

Cultuur en levensstijl

Het RIVM heeft onderzoek gedaan naar de levensstijl van allochtone ten opzichte van autochtone Nederlanders. Hier kwam uit voort dat allochtonen een stuk minder aan fysieke activiteit doen, ze minder vaak drinken, maar evenveel overmatig alcohol gebruiken en er geen verschil in seksueel contact en rookgedrag zit. Volgens een andere Nederlandse studie (van Leest, 2002) roken Turkse mannen meer dan autochtone Nederlanders.

 

Er zijn verschillende modellen van alcoholisme:

-         Morele of religieuze modellen: Alcohol is slecht.

-         Medische modellen: alcoholisme is een ziekte

-         Psychologische modellen: alcoholisme is een mentale stoornis

-         Socio-culturele modellen: de alcoholperceptie verschilt per cultuur. Bij de ene cultuur mag je niks drinken (moslims), waarbij het in de andere cultuur juist gestimuleerd wordt om te drinken (Franse cultuur).  Bij de culturen die stimuleren ziet men minder alcoholmisbruik.

-         Familiemodellen: Als er veel door de familie wordt gedronken, drinkt de rest ook (iedereen drinkt).

 

In Nederland ziet men qua alcoholmisbruik dat Turkse en Marokkaanse allochtonen minder alcohol misbruiken dan Nederlanders. Alleen Surinaams-Hindoestaanse mensen drinken meer.

Drugsgebruik ziet men dan weer meer bij migranten ten opzichte van autochtone Nederlanders. Ook hebben migranten vaker HIV en ziet men een veel hoger abortusniveau bij migranten dan in autochtone Nederlanders.

 

Levensstijl en psychologische benadering

-         Levensstijl is aangeleerd en moeilijk af te leren

-         Levensstijl is onderdeel van je identiteit

-         Levensstijl wordt bepaald door je cultuur

-         Levensstijl wordt gebruikt om met dagelijkse problemen om te gaan.

 

Als men gedrag wil veranderen (bijvoorbeeld negatief gedrag als roken) dan moet men rekening houden met verschillende onderliggende controlemechanismen: sociale controle, emotionele controle, symptoomcontrole en cognitieve controle.

 

Cultuur en seksualiteit

Er zijn in elke cultuur andere regels, normen en wetten voor seksualiteit en het uitvoeren van seksueel gedrag. Dit alles te samen wordt seksuele cultuur genoemd.

 

Doordat seksualiteit in bijna alle culturen als anders wordt gezien is onderzoek doen soms moeilijk. In sommige gevallen wordt seks in een cultuur namelijk als iets abnormaals gezien en kunnen bepaalde seksuele activiteit (bijvoorbeeld masturberen) als een zonde worden gezien. Andere voorbeelden zijn kuisheid of maagdelijkheid, in het Westen heeft het niet heel veel belang, maar in Moslimlanden is het heel belangrijk.

 

Seksualiteit kan zelfs zo’n taboe zijn dat er van alles aan gedaan wordt om ervoor te zorgen dat het beperkt wordt. In het Midden Oosten en in delen van Afrika wordt daarom aan vrouwenbesnijdenis gedaan in de hoop dat daarmee de seksuele lust van de vrouwen beperkt wordt.

 

In West-Europa staat men juist weer heel vrij tegenover seks. Dit is ook te zien aan de verschillende kledingstijlen van de culturen. In islamitische landen lopen vrouwen met een boerka, waar men in het Westen met korte rokjes loopt.

 

Hoe men naar homoseksualiteit kijkt verschilt ook per cultuur. In sommige landen krijgen homoseksuelen de doodstraf, in andere landen ondervinden ze weinig negativiteit.

 

Mannen selecteren vrouwen op hoe ze eruit zien, waar vrouwen meer kijken of de mannen genoeg verdienen. In sommige landen ziet men meer cross-culturele relaties dan in andere.

 

 

Hoorcollege 7: Cultuur, menselijke ontwikkeling en socialisatie

 

Multiculturalisme in Nederland

In Nederland wordt gedacht dat immigranten het beste kunnen assimileren (volledig aanpassen aan de nieuwe omgeving/cultuur). Toch denken de Nederlanders dat de immigranten zelf liever gescheiden blijven van de Nederlandse samenleving (separation). Dit staat in de weg dat de minderheden goed kunnen assimileren, omdat de Nederlanders er geen geduld voor hebben om op dit proces te wachten, ze gaan er immers al vanuit dat de immigranten dit niet willen. Volgens onderzoek staat Nederland dan ook relatief slecht tegenover multiculturalisme.

 

Uit ouder onderzoek over immigratie komen verschillende hypotheses. De eerste hypothese is dat het immigratieproces voor immigranten heel stressvol kan zijn, wat ten gevolge heeft dat de immigranten een verschillende psychopathologie kunnen ervaren (immigrant stress hypothesis). De tweede hypothese gaat over het assimilatieproces: deze theorie zegt dat alle immigranten uiteindelijk wel assimileren aangezien dat beter is voor hun welzijn (assimilation/melting pot hypothesis)

 

Integratie vs. assimilatie

Onderzoeken tonen aan dat integratie (gedeeltelijk aanpassen aan nieuwe cultuur met behoud van eigen cultuur) beter is dan assimilatie voor het welzijn van een immigrant. Het wordt ook het hoogste geprefereerd bij immigranten.

 

Acculturatie

Het is moeilijk een rechte lijn te trekken in de onderzoeken naar acculturatie, aangezien het meten van acculturatie op verschillende manieren kan gebeuren. Meet men de taalvaardigheid, het gedrag, sociaal contact?

 

Dit wordt over het algemeen bi-dimensionaal getest, wat meer valide is dan uni-dimensionaal, maar toch wordt deze benadering door de wetenschappelijke wereld bekritiseerd, omdat onderzoekers vinden dat er te snel conclusies worden getrokken (te simpel naar de resultaten wordt gekeken).

 

Acculturatieprofielen

Er zijn verschillende profielen waarin een immigrant zich kan bevinden. Integratieprofiel (de geïntegreerden), etnisch profiel (de gescheiden immigranten (separated)), nationaal profiel (de geassimileerden) en ten slotte een diffuus profiel (deze groep vertoont tekenen van alle voorgaande profielen). 

 

Welzijn

Het welzijn van een immigrant heeft sterk te maken met op welke wijze men acculturiseert. Bij assimilatie- en diffuse profielen vertonen immigranten beide een laag zelfbeeld en psychologische problemen, bij een diffuus profiel vertonen de immigranten ook nog gedragsproblemen. Immigranten met een geïntegreerd of gescheiden profiel vertonen het beste welzijn, echter immigranten met een gescheiden profiel hebben wel een lager niveau van SES (Sociaal Economische Status).

 

 

Immigrantenparadox

Immigranten hebben het over het algemeen slechter dan autochtonen. Dit verschilt niet veel wereldwijd, overal hebben immigranten: kleinere huizen, minder makkelijk toegang tot de gezondheidszorg, roken meer, vaker obesitas, etc. Dit heeft te maken met dat immigranten over het algemeen een lagere SES hebben.

 

Maar, als men op SES corrigeert in onderzoek blijkt dat immigranten juist minder kans hebben op gedrags-, psychologische- en gezondheidsproblemen.

Immigranten scoren ondanks lage SES dus net zo goed of soms beter als men kijkt naar adaptatie ten opzichte van autochtonen. Dit effect loopt terug bij de tweede generatie immigranten.

 

Meer onderzoek

Uit ander onderzoek komen twee punten naar boven: acculturatie is gerelateerd aan een hoge bloeddruk, daarnaast presteren eerste generatie migranten over het algemeen beter dan tweede lijn migranten.

 

Het laatste punt kan op verschillende manieren verklaard worden: door optimisme van de immigranten, cultuurbehoud, eigen identiteit behouden doordat men zich distantieert van andere cultuur (othering), maar het kan ook liggen aan meetfouten.

 

Statistisch artefact (statistische ruis)

Dit kan op verschillende manieren gebeuren. Over het algemeen worden alleen onderzoeken gepubliceerd die de hypothesen bevestigen van de onderzoekers. Daarnaast is er sprake van survivorship bias, deze bias ontstaat wanneer alleen mensen in een onderzoek worden meegenomen die bepaalde situaties “overleefd” hebben,  bijvoorbeeld wanneer men onderzoek doet naar het acculturatieproces van politieke vluchtelingen in Nederland, dan worden er al veel mensen niet meegenomen omdat ze weer teruggestuurd zijn naar eigen land. Ook kan men door bijvoorbeeld de outliers te verwijderen eigen onderzoek beïnvloeden. Ten slotte zijn de effecten van de immigrantparadox in de meeste onderzoeken erg klein (maar, effect is effect).

 

Meet invariantie

Dit komt veel voor bij onderzoek naar culturele verschillen. Want als men bijvoorbeeld in twee verschillende culturen naar “iets leuk vinden” vraagt, kunnen beide culturen al heel erg verschillen over wat nou eigenlijk “iets leuk vinden” is. Dit leidt ertoe dat als men dan bijvoorbeeld zou vragen of men lezen leuk vindt, iemand van cultuur A dit pas vindt als hij absoluut euforisch is over lezen, terwijl iemand van cultuur B het al vindt als hij af en toe een boek leest.

 

Verplichtingen voor familie

Het zou zo kunnen zijn dat de reden waarom immigranten zich positief kunnen aanpassen aan de nieuwe cultuur, verplichtingen jegens eigen familie is. Over het algemeen zijn niet-Westerse immigranten naar het Westen gekomen voor een beter leven voor hun gezin. Daarom voelen immigranten ook een hele sterke plicht om er het beste van te maken voor eigen gezin.

Men helpt eigen familie en kan daardoor niet in de problemen komen. Daarnaast wil men ook niet dat de familie zich schaamt voor het gedrag van de immigrant en zal zich daarom beter gedragen. Dit kan echter ook doorslaan, als men te veel de familie wil helpen heeft men geen tijd meer voor slecht gedrag, maar ook niet om bijvoorbeeld huiswerk te maken. Ten slotte werkt het verstikkend om zo door de familie op de huid gezeten te worden.

 

Discriminatie en othering

Discriminatie leidt tot verscheidene gezondheidsproblemen: hoge bloeddruk, hartproblemen, laag geboortegewicht, depressie, somatisatie en riskant gedrag zoals bijvoorbeeld drugsgebruik.

Discriminatie is moeilijk te bestuderen door othering, niet herinneren van incidenties en de copingstijl zorgt ervoor dat immigranten er goed mee om kunnen gaan.

 

Veel immigranten rapporteren gediscrimineerd te worden, maar dit lijkt meer effect te hebben op de tweede generatie dan op de eerste generatie. Dit zou de reden kunnen zijn waarom men verschil ziet in pathologie van eerste generatie ten opzichte van tweede generatie.

 

Slotconclusie

Het is moeilijk te onderzoeken hoe immigranten integreren door het feit dat er zoveel verschillende variabelen zijn waar men rekening mee moet houden.

 

Immigranten lijken zich over het algemeen dus niet slechter te kunnen aanpassen dan de autochtone bevolking.

 

Protectieve factoren voor een immigrant kunnen de etnische culturele verschillen zijn die men meebrengt van thuisland.

 

Discriminatie is een gezondheidsrisico.

 

Hoorcollege 8: Presentaties

Dit college bestond geheel uit presentaties door de studenten.

 

 

 

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Follow the author: Vintage Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
582