Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze samenvatting is gebaseerd op collegejaar 2012-2013. Bekijk hier ons huidige aanbod.
Hoorcollege 1
(pre) 19e eeuw
Visuele vertelling: (Traditie waarin men iets vertelt met beelden, audiovisuele media)
Grotschildering bizon getekend met acht poten om beweging te suggereren.
Hiërogliefen hebben een animatie-achtig karakter.
Tapijt van Bayeux (1066): soort van storyboard.
Panorama Mesdag: ervaring van het strand
Thaumatroop: schijfje met aan beide zijden een afbeelding. Illusie door snel om as te draaien.
Persistence of vision
Phenakistoskoop: men kijkt door een schijfje naar een ander ronddraaiend schijfje, wat bewegende beelden creëert.
Individueel thuisgebruik: voorloper van de game
Camera obscura: voorloper van film en tv, projectie van beeld op oppervlak.
Toverlantaarn (Christiaan Huygens): voorloper van diaprojector. Visueel amusement, bewegende beelden d.m.v dia’s.
Mechanische rekenmachine (Charles Babbage): complexe berekeningen.
Hansen writing ball: toetsenbord
Qwerty toetsenbord: toetsen bleven vaak vastzitten, minste kans op twee toetsen naast elkaar aanslaan.
Post hoc ergo propter hoc:
Erna dus erdoor (denkfout)
De nacht wordt veroorzaakt door de dag
De typemachine leidt tot de computer want de computer volgt op de typemachine
Mediageschiedenis als ideeën over media:
Hiërogliefen: vorm van communicatie
Amuletten
Plato’s grot: metafoor/allegorie over ware kennis. Schaduwen worden aangezien als de werkelijkheid. Wat wij zien is een werkelijkheid.
Boekdrukkunst
Massaproductie = voortgaande vernietiging van tijd en ruimte
Vroeg impuls ontstaan populaire cultuur
Kennis meer gestandaardiseerd en bewaard, behoeft aan informatiemanagement.
Visuele cultuur ruimer, goedkoper, beschikbaar: verlies aura kunstwerk
Ondernemers betrokken bij verbreiding kennis
Commerciële toepassingen o.a. reclame, nieuws
Opkomst idee intellectueel eigendom
Briccolage: samenraapsel van allemaal dingen die toevallig aanwezig waren. Film is niet in een keer door een persoon uitgevonden.
George Eastman: ondernemer komt met de rolfilm, de Kodak. Foto kwam in handen van iedereen.
Stereoscoop (1838): Twee beelden komen samen in ons brein, soort 3D beeld.
Informatie werd iets industrieels door de snellere verplaatsing en onmiddellijke communicatie.
Eadweard Muybridge (1872): Als een paard galoppeert, is er dan een moment waarop alle vier de benen van de grond zijn?
Hoorcollege 2
1895-1920
Filmgeschiedenis werkt naar perfectie.
Volgende stadium: films die verhalen vertellen.
Klassieke Hollywood cinema: verhaalcinema.
Edwin Porter maakte in 1903 twintig films: maakte de stap van één scène per film, naar meerdere scènes.
The great train robbery: er wordt een sprong gemaakt tussen de scènes.
The life of an American fireman: film laat eerst zien hoe vrouw van binnen wordt gered, daarna van buiten.
Tom Gunning: in vroege films roept een esthetiek van attracties nieuwsgierigheid op door novelty, surprise en shock (cinema van de attracties).
Kinetoscoop: het natuurlijke van de bewegingen is een revolutie.
Repas de bébé: een baby voeden op film is niet bijzonder, de bewegende blaadjes op de achtergrond waren wel fascinerend.
Eerste films waren non-fictie.
Tableau: één scène die de gebeurtenis als één geheel voorstelt (eenheid van handeling).
Dus niet uiteengerafeld in verschillende aspecten die zich in meerdere ruimtes of tijden afspelen.
Kijker wordt rechtstreeks aangesproken.
Camera is gefixeerd.
Film history: vroege film simpel
Simpel qua vorm en stijl
Bestaan meestal uit één shot
Frame afgestemd op eenvoudige actie
Frontaal gefilmd
Op long-shot-afstand gefilmd
Geen inzoomen
Bezoekers kwamen voor een verrassing, niet voor een verhaal. Ze wilden iets interessants zien. Op dit moment voldeed het niveau van films hieraan.
Nickelodeons: kleine bioscoopjes opgekomen in Amerika, waren vies en onveilig.
Vraag naar films steeg > distributie
Film wordt stationair (nickelodeons)
Winst wordt afhankelijk van omzetsnelheid
Distributie komt op
Naar productie en vertoning
Producenten vs. Exploitanten
Men wilde graag dat film stabiel werd en van hoge kwaliteit. Er waren namelijk teveel vormen op de markt. Het geheim van Hollywood was dat deze films in één vorm werden uitgebracht.
Standaardisering van de film:
Van lengte, vorm en inhoud
Voortvloeiend uit economisch proces
En druk van autoriteiten (regulering van voorstellingen)
Hang naar culturele legitimatie
Langere speelfilm: langer dan één filmspoel (15 minuten)
In Europa waren kosten relatief laag
Spektakelfilms werden geproduceerd
Amerikanen gingen imiteren
Film behoorde tot een avondje uit, theaterervaring
Film wordt complexer
Geavanceerdere technieken
Betere verhaalvertellingen
Illusie van in de film zitten
Teleologie:
Teleologisch: handeling wordt verklaard vanuit vermeend beoogd doel
Charles Musser: wetenschapper die Gunning’s uitspraken kritisch benaderde. Vertelling komt op maar attractie is nog van groot belang.
De vertoner van de vroege film is ook een producent, aangezien hij de post-productie op zich nam. Hij kon scènes verwisselen en eventueel knippen.
Hoorcollege 3
Markus Stauff
19e eeuw II
In de 19e eeuw stond op bijna elk treinstation een telegraaf. Het wordt makkelijker te reizen wanneer je kunt communiceren met de thuisblijvers. In de 19e eeuw wordt dit mogelijk. Er zijn spoorwegen, er is een telegraaf, men kan telegrammen versturen, de telefoon wordt geïntroduceerd en er zijn dagelijkse kranten. Radio en televisie bestaat nog niet.
Bijzonderheden van netwerken
Sinds de opkomst van het internet is er een network society ontstaan: de manier waarop we communiceren verandert. Vanaf de 19e eeuw wordt de samenleving steeds meer door netwerken bepaald. Netwerken zijn een geheel van met elkaar verbonden punten. De verschillende netwerken hangen nauw met elkaar samen. Wanneer een onderdeel defect is, werkt het hele netwerk niet goed meer.
Tram is meer georganiseerd en daarom meer gerationaliseerd dan de fiets. Veel dingen in het dagelijks leven worden steeds meer georganiseerd. Netwerken worden veel complexer (elektriciteit, stoplichten, scholing bestuurders). Alle delen moeten bij elkaar passen (locomotieven e.d.), zegt Edison. Anders werkt het niet goed. Hardware en software moeten worden afgestemd. De software regelt wat de hardware moet doen.
We gebruiken netwerken dagelijks en kunnen niet zonder. Alle elementen moeten bij elkaar passen: je kunt alleen gebruik maken van Amazon als je internet hebt. Netwerken bepalen de manier waarop we transporteren en communiceren. Ze organiseren de ruimtelijke en tijdelijke relaties.
De uitvinding van de uitvinding
Natuurlijk waren er al netwerken voor de 19e eeuw: waterleidingen romeinen, postkoetsen. Netwerken veranderen de maatschappij nu fundamenteel. De mensen verwachten dat hun leven elk jaar verandert, juist doordat de techniek zich steeds verbetert.
Tyranny of Distance
Er waren wel wereldwijde contacten maar er waren bijna geen mogelijkheden om te reageren op gebeurtenissen elders in de wereld. Pas in de 19e eeuw konden mensen aan hetzelfde evenement gaan deelnemen: wereldtentoonstellingen. In Crystal Palace vond de eerste wereldtentoonstelling plaats (1851).
Stoommachine en spoorwegen
Vanaf 1770 werden stoommachines ingezet: begin van de industriële evolutie. Door de uitvinding van de stoommachines werd de uitvinding van spoorwegen mogelijk. De spoorwegen waren de eerste complexe systemen die de maatschappij fundamenteel veranderden. Spoorwegen vervingen paardenkracht door de combinatie van ijzeren rails en stoommachines. Eerste netwerken tussen koolmijn en havens kwamen tevoorschijn. Door nieuwe infrastructuur werd reizen goedkoper en sneller. Personentrein Liverpool - Manchester werd geïntroduceerd. In 1869 werd de transcontinentale spoorlijn in de VS voltooid.
De spoorwegen waren een specifiek technisch systeem met van elkaar afhankelijke delen (spoorwijdte etc.). Ze werden gebruikt voor transport en communicatie, commerciële ondernemingen, Britse nationale infrastructuur en het Britse leger. Later gingen ook andere landen investeren in de spoorwegen.
Door de spoorwegen worden steden steeds toegankelijker. Er vond standaardisering van tijdsbepaling plaats. Klokken in verschillende steden werden op elkaar afgestemd. Waarneming van natuur verandert, mensen in de trein zien een soort panorama. Tijd en ruimte worden abstracter. Niet langer hoefde je rekening te houden met vermoeide paarden.
Telegraaf
Er zijn drie kenmerken die de telegraaf van de spoorwegen onderscheiden: de telegraaf ontkoppelt communicatie en transport, verstuurde boodschappen vrijwel onmiddellijk (einde Tyranny of Distance) en had specifieke software, code, nodig. Claude Chappe vond een mechanische telegraaf uit.
1794: verbinding Parijs – Lille
Jaren 1830: netwerk door heel West Europa.
De telegraaf van Chappe bestond uit een keten van seintorens, waarop tekens werden uitgebeeld met armen. De armen zou je de hardware kunnen noemen en voor het vertalen van de tekens is software nodig. De stand van de armen stond voor een nummer, een reeks van drie standen beeldde dus drie nummers uit. Deze nummers verwezen naar woorden en zinnen in een boek. Het was een veilige en efficiënte methode.
Netwerken waren vaak dure projecten. De telegraaf werd gezien als een revolutionaire verandering van de maatschappij. Frankrijk zag het als een middel om de Franse bevolking beter te bereiken.
1830: eerste elektrische telegraaf.
Drie uitvindingen waren nodig voor de elektrische telegraaf: de kabel, een energiebron (batterij) en elektromagnetisme (zichtbaar maken van signalen). Het Morse toestel: pen wordt bewogen door elektromagnetisme, waardoor een bewijs op papier wordt geproduceerd. Dit bestond uit stippen en strepen. De uitvinding werd gebruikt voor de veiligheid van spoorwegen, men kon van station naar station communiceren door het telegraafsysteem langs het spoor te bouwen. Ook werd de telegraaf gebruikt voor kranten en nieuwsdiensten.
De telegraaf maakte het mogelijk dingen tegelijkertijd te beleven over grote afstand: synchronisering van informatie. Morses systeem wordt gestandaardiseerd. Britse overheid had een groot deel in handen en andere landen richtten hun eigen netwerken op. Het idee van mondiale bereikbaarheid wordt realistisch.
Telefoon
Jaren 1870: eerste telefoonverbindingen (deels gebruik van telegraafkabels). Communicatie hoeft niet meer door middel van tekens (code), maar gemengde frequenties van de menselijke stem waren mogelijk. Aanvankelijk werd de telefoon vooral gebruikt als
verbinding tussen twee punten, in een huis bijvoorbeeld. Later werd het een uitgebreid netwerk.
De telefoon kon geen materieel bewijsstuk leveren en het werd verwarrend gevonden om niet te weten met wie je sprak. Dit zorgde voor moeilijkheden. Ook werd de scheiding tussen privé en publieke sfeer onduidelijk.
Draadloze telegrafie
Guglielmo Marconi stuurde in 1899 een signaal van Frankrijk naar Engeland over het kanaal. Het werd mogelijk signalen te versturen zonder materiele verbinding. Men vond dit zo bijzonder dat ze zelfs verwachtten dat ze snel daarna met overledenen zouden kunnen communiceren. Marconi richtte langs de kust een netwerk op zodat de navigatie van schepen kon worden verbeterd. Door de draadloze telegrafie kon een hele regio tegelijkertijd worden bereikt.
Deze netwerken zijn het nuttigst wanneer veel mensen worden bereikt. Hierdoor is het uitbrengen van een nieuw netwerk een moeilijk en langdurig proces en komt het succes van zo’n uitvinding langzaam op gang.
Hoorcollege 4
Willem Pool
Jaren '20
In de jaren twintig krijgt de economie een enorme boost. Eerst vooral in Amerika maar later toch ook in Europa. Naast de economische groei maakt ook de cultuur een positieve groei door: The Roaring Twenties (Les Années folles: de malle jaren).
Een nieuw soort vrouw duikt op in de jaren 20: de rebelse Flapper. Ze houdt zich niet aan de mode van het Victoriaans tijdperk, ze kiest haar eigen stijl. Ze draagt make-up en kort haar en heeft een decolleté.
Modern
De term ‘modernisering’ wordt gebruikt voor het verschijnsel van een vernieuwing in een samenleving. ‘Modernisme’ wordt gebruikt wanneer we het hebben over een culturele reflectie op de moderniteit. ‘Moderniteit’ wordt gekarakteriseerd door industrialisatie, kapitalisme en secularisatie. Deze wordt ervaren door modernisering en modernisme.
Een avant-garde film ontstaat wanneer een kunstenaar die normaal gesproken buiten de filmindustrie opereert, een film produceert. Bij een experimentele film is dit niet het geval, en wordt de film geproduceerd door een filmmaker.
Futurisme
Kunstbeweging die draaide om verschillende thema’s gericht op de toekomst, bijvoorbeeld technologie, snelheid, geweld en beweging.
Radio
In 1900 werd voor het eerst menselijk stemgeluid draadloos uitgezonden. Dit complexe systeem werd verbeterd in 1906 met de versterking van zwakke radiosignalen door middel van de vacuümbuis. In de jaren 20 worden steeds meer radioprogramma’s ontwikkeld in de Verenigde Staten. Voor het eerst wordt radio gemaakt voor het publiek: er ontstaat een radiomanie. Er ontstond een nieuw probleem. Moet radio een commercieel medium (Verenigde Staten) worden of moet het worden gecontroleerd door de overheid (Europa)?
Televisie
In de jaren twintig is er sprake van een race op weg naar de televisie. Er worden constant patenten opgevraagd voor nieuwe uitvindingen.
Film
De Amerikaanse filmindustrie is de meest dominante in de wereld. Europa worstelde om het hoofd boven water te houden. Hollywood leek alle concurrenten weg te duwen.
Photogénie
Frankrijk was een van de weinige landen waar film van het begin af aan werd gezien als kunstvorm en waar film serieus werd genomen. De Fransen waren van mening dat film iets heel speciaals doet met de werkelijkheid, waardoor wij onbekende dingen kunnen ervaren.
Dada
Kunstvorm ontstaan in 1916 onder leiding van Tristan Tzara. Deze is te herkennen aan de anarchistische humor en anti-kunst en nonsense elementen. Een persoon die hier vaak aan verbonden wordt is Marcel Duchamp.
Surrealisme
Kunstvorm die net als Dada wil provoceren, choqueren en esthetische tradities verwerpt. Het surrealisme verlaat het pad van de humor. De film ‘Un Chien Andalou’ is hier een voorbeeld van.
Hoorcollege 5
Willem Pool
Duits expressionisme/Sovjet-montage
Duitsland had dan wel de Eerste Wereldoorlog verloren, de filmindustrie werd er alleen maar beter op na de oorlog. In Frankrijk, een van de overwinnaars, ging het juist bergafwaarts met de film.
Duitse filmindustrie na de Eerste Wereldoorlog
De Duitse filmindustrie was geïsoleerd: het had een importverbod en dus bestond er geen concurrentie in het land zelf. Hierdoor moest en kon Duitsland zelf veel films maken. Daar komt bij dat er sprake was van hyperinflatie, waardoor de export goedkoper werd. Een film die werd geëxporteerd leverde heel veel geld op en de Duitse filmindustrie profiteerde hiervan. Genres als spektakelfilms kwamen op, maar de meest herkenbare Duitse films waren de zogenaamde expressionistische films. Bij het Duits expressionisme ligt de nadruk op stijl, het maken van vormpatronen die samen het design van het shot vormen. Het doel is een subjectieve wereld te laten zien.
Duits expressionistische film wordt gekenmerkt door de genres horror en fantasy en geeft stijl een thematische rol. Er komen vaak vreemde monsters in voor en de verhaallijnen zijn zo gemaakt dat deze de stijlelementen kracht bijzetten.
De tirannieke monsters uit de films zijn een soort voorbode aan Hitler, volgens Siegfried Kracauer. Volgens Lotte Eisner was het expressionisme juist een vorm van neo-romantiek. Dit beargumenteert ze met elementen als dromerige, introspectieve personages en het romantische en fantasierijke karakter. Thomas Elsaesser brengt de technofobie ter sprake: er ontstond een gevoel van onbehagen bij veel mensen omdat hun hele wereld leek te veranderen. Ze werden bang van de nieuwe uitvindingen en zagen het als iets negatiefs.
Sovjet-montage/Montageschool
De betekenis van een film is niet gelegen in een individueel shot, maar in de combinatie van shots. De volgorde van de shots bepaalt wat de kijker van het verhaal maakt. De films van Eisenstein staan hierom bekend, hij maakte verhalen door middel van heel veel verschillende shots. Hij beweerde dat een shot op zichzelf niets betekende, dat er pas een verhaal ontstaat wanneer verschillende shots samenkomen. De films van Eisenstein draaiden niet om de personages, de personages die erin voorkwamen stonden voor elementen als onschuld en dapperheid.
Hoorcollege 6
Jaren dertig
Willem Pool
De jaren twintig was een bruisende tijd tot de economische crisis van Amerika in 1929. Deze crisis verspreidde zich over de hele wereld en er was een verschuiving van extreem links naar extreem rechts. De samenleving werd genazificeerd, wat resulteerde in een gelijkschakeling van de media en onderwijs en dergelijke. Dit gebeurde met geweld en propaganda. In de Sovjet-Unie had Stalin de touwtjes in handen, onder veel propaganda en bloedvergiet. In de jaren dertig kregen documentaires vaak een politieke inslag. Een maker van deze documentaires is de Nederlander Joris Ivens.
In 1938 sluit Oostenrijk zich aan bij het Derde Rijk. Hier ontstaat het eerste media event, aangemoedigd door de radio. Mussolini leidt Italië in deze tijd. In 1932 wordt Roosevelt president, en introduceert de New Deal.
Een ander kenmerk van de jaren dertig is de groei van een massa-maatschappij. Er is een grotere toegang tot audiovisuele media: massamedia. Populaire cultuur is steeds meer van belang. Met name met de komst van de geluidsfilm, blijft film nog steeds het meest dominante medium. Televisie is nog geen massamedium. De nazi’s winnen de strijd wanneer we het hebben over de eerste regionale publieksuitzending. Men kon in Duitsland televisie kijken in de Fernseh Stube. Nazi’s werden graag geassocieerd met nieuwe technologieën. Televisie kwam vaak voort uit de radiowereld en leek dan ook op radio, maar dan gecombineerd met beelden. Men kon vooral veel sport en muziek zien op de televisie.
Radio als massamedium
Radio maakte de stap naar massamedium. Men kon gebeurtenissen meemaken alsof ze er zelf bij waren. Radio gaat een maatschappelijke rol vervullen. Aan de andere kant bood radio plaats aan diversiteit, iets wat niet altijd als iets positiefs werd ervaren. Etnische en religieuze groepen konden zich uitspreken via de radio en sommige mensen waren het daar helemaal niet mee eens.
In 1937 vloog de Hindenburg in brand. Het verslag van deze gebeurtenis verspreidde zich over de hele wereld via de radio. Dit heeft een grote emotionele indruk achtergelaten op onder andere Amerika. Vergelijkbare gebeurtenissen zijn de moord op J.F. Kennedy en 9/11. De radioprogrammering bestond voor meer dan de helft uit muziek en verder nog bijvoorbeeld drama. In 1938 zond Orson Welles een aangepaste versie van War of the Worlds uit op de radio. Hij maakte dit zo realistisch dat men dacht dat het echt was. Men dacht dat als iets op de radio te horen was, het wel echt moest zijn.
Hollywood Cinema
De Hollywood stabiliseert zich in de jaren dertig. We noemen deze jaren ook wel de studiojaren. De term Klassiek Hollywood staat voor de manier van produceren, het was namelijk een bepaalde economische en sociale manier van film maken. Klassiek Hollywood staat ook voor een verzameling esthetische codes, conventies op het gebied van narrativiteit, editing en mise-en-scene.
Industriele aanpak
Film is intrinsiek afhankelijk van technologie. Er werd ongeveer elke week een film gemaakt, wat veel vergt van de technologie. Film werd showbusiness. Er kwamen allerlei ideeën op over hoe films moesten worden gemaakt: fordisme.
De geluidsfilm kwam op en vroeg om enorme investeringen. De aandelencrash van 1929 die tot de grote crisis leidde, zorgde voor verliezen in Hollywood. De Grote Vijf (Paramount, Warner Bros, Twentieht Century Fox, RKO en MGM) en De Kleine Drie (Columbia, Universal en United Artists) slaagden erin een oligopolie te vormen. Om het hoofd boven water te houden, gingen deze studio’s minder en goedkoper produceren door het maken van B-films en geld van buiten aantrekken, namelijk door Wall Street.
De klassieke tekst (film) ontwikkelde zich met een specifiek type narrativiteit en bepaalde cinematische expressies. De manier van vertellen is steeds hetzelfde, de structuur van de tekst is standaard. Ook gingen de verschillende genres zich ontwikkelen en verfijnen. Als laatste ontwikkelde het idee van het sterrensysteem. Toch moesten de studio’s zich onderscheiden binnen deze standaardisering. Warner Bros bijvoorbeeld, produceerde vooral gangsterfilms. In Klassieke Hollywood films vormt het personage het middelpunt. Zo’n film gaat bijvoorbeeld niet over de oorlog, maar over de manier waarop het personage de oorlog beleeft. Continuity editing zorgt ervoor dat de kijker niet wordt afgeleid van het verhaal. Het systeem zorgt ervoor dat de logica van de film in stand wordt gehouden.
Hoorcollege 7
1945-1960
Willem Pool
In 1945 kwamen de geallieerde leider bijeen bij de conferentie van Jalta. De Koude Oorlog bepaalde vele ontwikkelingen in die tijd. Met behulp van de Marshall hulp probeerde men het hoofd weer boven water te krijgen. De communistische landen konden echter niet zoveel geld opbrengen en hadden het nog moeilijker. De Westerse landen weigerden het Oostblok te helpen omdat er een wapenwedloop heerste tussen Oost en West. De wereld werd steeds meer gedekoloniseerd. De Westerse landen waren druk bezig met Europese integratie en samenwerking. Er ontstonden nieuwe conflicten, bijvoorbeeld het conflict in Israel.
Amerikaanse films stroomden Europa in. Europese regeringen waren hier niet blij mee, maar de bevolking wel. De regeringen gingen de nationale films beschermen, onder andere door quota’s. Ondanks dit blijft Hollywood dominant. Europa moest een eigen markt zoeken: filmfestivals. Ook kwamen er filmclubs en gespecialiseerde filmhuizen voor experimentele films. Film werd door critici en publiek het bespreken en beschermen waard gevonden (cinefiele cultuur).
Naoorlogs modernisme
De Europese cinema wilde een andere belevenis bieden dan de Hollywood standaard. Dit naoorlogs modernisme zit tussen avant-garde en mainstream in. Ingmar Bergman bijvoorbeeld ging in op dromen en hallucinaties en bracht hiermee subjectieve expressies op het doek. Het Neorealisme was het tegenovergestelde hiervan en probeerde juist heel objectief te zijn, heel observerend. Een algemeen kenmerk voor het naoorlogs modernisme is dat de film ruimte bied voor ambiguïteit. Bovendien zijn deze films niet generiek, er zijn geen genres. Ze zijn persoonlijker en meer betrokken op het leven van alledag. De regisseur werd gezien als auteur van de film (auteurisme).
Hollandse Documentaire School
Speelfilms zijn duurder dan documentaires. De eerste Nederlandse documentaires waren heel anders dan de hedendaagse documentaires. Ze waren niet bedoeld om te informeren maar hadden vooral aandacht voor de vorm, voor ritme en montage. Men zocht naar balans in beeld, montage en geluid. Er lag een nadruk op heroïsche archetypen in plaats van individuen. Er valt vaak verborgen patriotisme te ontdekken. Deze films wonnen zelfs internationaal prijzen (Herman van der Horst - Prijs de Zee, Bert Haanstra).
Kritiek op de Hollandse documentaires was dat deze films zo steriel waren. Pim de la Parra bijvoorbeeld, wilde juist daarom speelfilms gaan maken. De overheid gaat eindelijk de productie van speelfilms ondersteunen.
Hollywood
De jaren vijftig kende het einde van het studiosysteem in de VS. De onafhankelijke filmmakers kregen meer macht in handen en er was meer ruimte voor toptalent studio’s ofwel freelancers. De Paramount Decree stond verticale integratie niet langer toe. Het gaat bergafwaarts met de filmindustrie in Hollywood. Protectionistische maatregelen in het buitenland zorgen ervoor de Amerikaanse afzet van films daalt. Bovendien heerst er een babyboom, is er suburbanisering (zonder bioscopen) en is er de introductie van de televisie. Het lukte de filmmaatschappijen niet de televisie te bemachtigen, waardoor ze nieuwe technologieën als 3D het leven in riepen. Ze wilden het publiek iets geven wat de televisie hen niet kon geven.
Make them big, sell them big
Films moesten kwalitatief van een hoger niveau zijn dan televisie. Alles moest groter en beter zijn: make them big. Ze gingen literaire bestsellers en Broadway-hits verfilmen en besteedden meer aandacht aan een film. Lopende-bandproductie was geen optie meer. Het begrip ‘roadshows’ werd geintroduceerd, grote theaters met veel promotie: sell them big. Reclame werd afgestemd op de verschillende doelgroepen. De films werden gepromoot als speciale gebeurtenissen die men niet mocht missen. Naar de film gaan kreeg een hogere status, namelijk die van een avondje uit gaan. Er werden multiplexen en drive-ins gebouwd om het makkelijker te maken naar de film te gaan. Filmmaatschappijen brachten vlak voor Kerst en Pasen hun beste films uit. Dit waren bij uitstek de tijden in het jaar dat men naar de film ging, waardoor de filmmaatschappijen gingen uitpakken, met marketing en promotie ook vooral: saturation booking.
Er waren steeds moeilijkheden met betrekking tot kleur in films. Driestrips Technicolor werd wel al gebruikt, maar eigenlijk alleen voor musicals en kinderfilms. De doorbraak in beeldformaat komt met de Cinemascope. Het beeld werd met een anamorfische lens opgenomen, waardoor het beeld in elkaar werd gedrukt en werd dan later door de projector werd uit elkaar getrokken. Het mooie beeld moest ervoor zorgen dat men weer naar de film ging.
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, study notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
- Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
- Use the topics and taxonomy terms
- The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
- Check or follow your (study) organizations:
- by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
- this option is only available trough partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- by following individual users, authors you are likely to discover more relevant study materials.
- Use the Search tools
- 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
- The search tool is also available at the bottom of most pages
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Field of study
- All studies for summaries, study assistance and working fields
- Communication & Media sciences
- Corporate & Organizational Sciences
- Cultural Studies & Humanities
- Economy & Economical sciences
- Education & Pedagogic Sciences
- Health & Medical Sciences
- IT & Exact sciences
- Law & Justice
- Nature & Environmental Sciences
- Psychology & Behavioral Sciences
- Public Administration & Social Sciences
- Science & Research
- Technical Sciences
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
504 |
Add new contribution