Arresten en jurisprudentie: uittreksels en studiehulp - Thema
- 9122 keer gelezen
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Potharst heeft een bedrijf, dit bedrijf sluit in 1987 een overeenkomst met Serée Woninginrichting. Deze overeenkomst hield in dat Serée, Potharst meubelen ging leveren via een fabrikant en Serée zou zich tot zekerheid van betalingsverplichting de eigendom van de door haar geleverde goederen voorbehouden. Bij faillissement van Portharst BV doet zich de vraag voor, wie eigenaar van de goederen is.
Als de rechtbank stelt dat Serée de eigenaar is van de goederen stelt Portharst hoger beroep in bij het hof en beroept zich op drie punten:
Serée is geen eigenaar is geworden van de meubels omdat Portharst rechtstreeks de bestellingen voor de meubels plaatste en dmuller hoogheemraadschape bestelde zaken waren afgeleverd;
Het eigendomsvoorbehoud is teniet gegaan omdat de schuld in rekening courant van Portharst op enig moment nihil heeft bedragen;
Portharst heeft zelf, buiten het bedrijf om, een zekerheidsrecht dat prevaleert boven het recht van Serée.
Het Hof beslist dat Serée wel de eigendom heeft verkregen en het eigendomsvoorbehoud wel degelijk is blijven bestaan, aangezien deze geldt totdat alle vorderingen zijn voldaan. Het Hof constateert tevens dat Potharst niet heeft kunnen aantonen dat zijn recht boven het recht van Serée gaat.
Ook aan de Hoge Raad worden deze punten voorgelegd, aangezien Potharst in cassatie gaat. De Hoge Raad besluit het volgende. Aangezien Serée door de fabrikant als wederpartij werd gezien, terwijl aan Potharst werd geleverd en Serée Potharst op zijn beurt aansprak voor de koopsom, heeft Serée wel degelijk de eigendom verkregen en vervalt dit punt.
De Hoge Raad beslist over het eigendomsvoorbehoud dat dit niet gold ten opzichte van de vordering die op een willekeurig tijdstip ontstond, maar de vordering die bij het einde van de rechtsverhouding mocht blijken te bestaan. Het gaat er, kort gezegd, om wat er te vorderen valt op het moment dat men het eigendomsvoorbehoud wil realiseren. Daarom wordt dit punt ook verworpen.
Over het feit dat het eigendomsvoorbehoud een lager recht is dan het zekerheidsrecht van Potharst zelf, bepaalt de Hoge Raad dat op grond van art. 89 Overgangswet dat het eigendomsvoorbehoud omgezet wordt in een voorbehouden stil pandrecht. Over de voorrang van zijn recht heeft Serée gelijk, en wel omdat er een fundamenteel verschil bestaat tussen een voorbehouden stil pandrecht en een pandrecht bij voorbaat. Een bij voorbaat gevestigd pandrecht zorgt er namelijk voor dat het meubel even in de macht van, en dus in zijn vermogen, van de pandgever terecht komt. Bij een voorbehouden stil pandrecht is dit anders. Daarbij komt het meubel niet in het vermogen van de pandgever, het meubel is dus als het ware belast. Serée verkrijgt dus meteen een pandrecht en is dus eerder in rang, zelfs al was het pandrecht bij voorbaat eerder gevestigd.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Field of study
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1285 |
Add new contribution