Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2013


Vragen

Loes Wens heeft al jaren een goed lopend bedrijf dat drukwerk verzorgt. Zij verzorgt geboorte- en overlijdenskaarten en eenvoudig reclamedrukwerk. In de rustige uren houdt zij zich bezig met het ontwerpen van andere kaarten die zij seriegewijs afdrukt en ter verkoop aanbiedt. Op 1 januari 2007 heeft zij de zaak opgericht, aanvankelijk als eenmanszaak. Later is die onder de naam Loesjewens BV omgezet naar een BV. Loes Wens bezit 100% van de aandelen. Zij heeft zich in privé borg-gesteld voor de hypothecaire lening. Op 31 december 2011 heeft Loes de volgende balans van Loesjewens BV opgesteld:

Balans Loesjewens BV 31 december 2011

Winkelpand

Drukkerij

Computerapparatuur

Voorraad (materialen)

Debiteuren

Vooruitbetaalde energiekosten

Bank

 

400.000

75.000

25.000

40.000

2.000

3.000

20.000

 

Aandelenkapitaal

Winstreserves

Hypothecaire lening

Crediteuren

Nog te betalen vakantiegeld

Nog te betalen rente

Winst

100.000

44.000

350.000

15.000

10.000

21.000

25.000

565.000

565.000

  • Gedurende 2012 vinden onder andere de volgende gebeurtenissen plaats:

  • Op het winkelpand, de drukkerij en de computerapparatuur is afgeschreven. Er is voor € 10.000 aan nieuwe computerapparatuur gekocht.

  • De verkopen bedragen € 300.000; betaald door debiteuren is € 296.000.

  • Loesjewens BV heeft in 2012 dividend (aan Loes Wens) uitgekeerd.

  • Loesjewens BV heeft een medewerker in dienst; het betaalde loon over 2012 bedraagt in totaal € 120.000. Het maandelijks opgebouwde vakantiegeld wordt in mei uitgekeerd.

  • Aan energiekosten is in 2012 betaald € 24.000. Loes maakt aan het eind van 2012 een schatting van het werkelijke energieverbruik.

  • In 2012 heeft Loesjewens BV aan materialen (papier, inkt) voor € 40.000 (op rekening) ingekocht.

  • Rente en aflossing van de 6% hypothecaire lening worden op 1 januari betaald.

Op 31 december 2012 heeft Loes de volgende (onvolledige) balans opgesteld:

Balans Loesjewens BV 31 december 2012

Winkelpand

Drukkerij

Computerapparatuur

Voorraad (materialen)

Debiteuren

Bank

 

395.000

70.000

30.000

35.000

6.000

76.000

 

 

Aandelenkapitaal

Winstreserves

Hypothecaire lening

Crediteuren

Nog te betalen vakantiegeld

Nog te betalen rente

Nog te betalen energiekosten

Winst

100.000

64.000

325.000

20.000

12.000

19.500

4.500

67.000

612.000

612.000

Vraag 1

Hoeveel dividend heeft Loesjewens BV uitgekeerd? (6 punten)

Vraag 2

Bereken de rentekosten en de betaalde rente over 2012. (6 punten)

Vraag 3

Bereken de energiekosten over 2012. (6 punten)

Vraag 4

Stel de winst- en verliesrekening op over 2012 (12 punten).

Vraag 5

Stel het kasstroomoverzicht op over 2012 (21 punten).

Vraag 6

“Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in mate waarin een onderneming de investeringen intern of extern financiert. Er wordt wel beweerd dat interne financiering goedkoper is dan externe financiering omdat er geen rente hoeft te worden betaald.”

Geef aan of deze redenering juist is. Licht uw antwoord toe. (6 punten)

Vraag 7a

Stel dat Loesjewens BV geen debiteurenvoorziening heeft getroffen omdat zij er vanuit gaat dat er geen wanbetalingsrisico bestaat. Zij wordt eind december 2012 plotseling geconfronteerd met het feit dat een belangrijke afnemer een rekening van € 2.000 niet zal kunnen betalen omdat deze failliet is gegaan. Wat zijn de gevolgen van dit feit voor de balans, winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht? (6 punten)

Vraag 7b

Stel dat Loesjewens BV in het verleden wel een voorziening had gevormd van € 3.000. Wat zijn dan de gevolgen van het faillissement van de afnemer voor de balans, winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht? (6 punten).

Vraag 8

Loes is benieuwd naar de waarde van Loesjewens BV. Van haar financieel adviseur heeft zij begrepen dat deze waarde niet moeten worden gelijkgesteld aan het eigen vermogen.

Noem twee redenen waarom het eigen vermogen veelal niet overeenkomt met de waarde van de BV (8 punten).

Vraag 9

Stel dat de over 2012 behaalde winst permanent van aard is (dus zich tot in lengte van jaren zal herhalen). Loes wil een indicatie van de waarde van Loesjewens BV.

Geef aan hoe met behulp van deze gegevens de waarde van Loesjewens BV kan worden geschat. Geef hierbij aan welke andere gegevens/veronderstellingen hiervoor nodig zijn. (8 punten)

Vraag 10

De Buurman van Loes - Jan Kantoor - heeft een handel in kantoorbenodigdheden. Hij is op 1 januari 2013 failliet gegaan. Loes overweegt of zij de zaak zal overnemen. Op 1 januari 2013 ziet de balans van Jan Kantoor BV er als volgt uit:

Balans Jan Kantoor BV 1 januari 2013

Geactiveerde ontwikkelingskosten

Pand

Computerapparatuur

Voorraden

Debiteuren

 

120.000

400.000

20.000

80.000

70.000

Aandelenkapitaal

Winstreserves

Hypothecaire lening

Crediteuren

Bank

Verlies

50.000

-/- 30.000

340.000

195.000

175.000

-/- 40.000

690.000

690.000

Uit welk (e) gegeven(s) blijkt dat de onderneming insolvent of failliet zou kunnen zijn? (6 punten)

Vraag 11

Loes overweegt een bod uit te brengen op Jan Kantoor BV. Aangezien het eigen vermogen negatief is; is de waardebepaling van de onderneming moeilijk. Er wordt bovendien door haar financieel adviseur op gewezen dat de waarde van de activa veelal lager is dan de balans laat zien.

Waarom is de waarde van de activa veelal lager dan de balanswaarde als de onderneming failliet gaat? (6 punten)

Vraag 12

Voor welk type activa is het waardeverlies veelal het grootst? Geef aan waarom dat zo is. (6 punten)

Antwoordindicatie

Vraag 1

De winst over 2011 is € 25.000. Daarvan is in 2012 € 64.000 - 44.000 = € 20.000 toegevoegd aan de winstreserve zodat € 5.000 is uitgekeerd.

Vraag 2

Rentekosten over 2012: De rente wordt achteraf betaald, dus wordt gepassiveerd op de eindbalans. In december 2011 is dat 6% over 350.000 = 21.000. In januari 2012 is 25.000 afgelost (350.000-325.000). In 2012 is gepassiveerd 6% * 325.000 = 19.500, dit zijn de rentekosten over 2012.

Betaalde rente over 2012: op 1 januari wordt de rente betaald over 2011. Deze staat al gepassiveerd op de balans aan het eind van het jaar. De betaalde rente in 2012 bedraagt 21.000.

Vraag 3

Energiekosten over 2012: In 2012 is betaald 24.000. Dit weerspiegelt niet het verbruik omdat de vooruitbetaalde energie kennelijk ook is verbruikt. Daarnaast blijkt uit de balans dat er is verbruikt en nog niet betaald (dus gepassiveerd) voor 4.500. De energiekosten bedragen: 24.000 + 3.000 + 4.500 = 31.500.

Vraag 4

Opbrengsten

Lonen inclusief vakantiegeld

Voorraden

Interest

Energiekosten

Afschrijvingen

Netto winst

 

300.000

122.000

45.000

19.500

31.500

15.000

67.000

Vraag 5

Ontvangsten van afnemers

Betaald aan crediteuren

Betaald aan werknemers

Betaalde energie

Investering

Betaald dividend

Betaalde rente

Aflossing

 

296.000

35.000

120.000

24.000

10.000

5.000

21.000

25.000

56.000

Vraag 6

Deze redenering is: onjuist. Er moet rekening worden gehouden met de opbrengst die met de ingehouden winst zou kunnen worden behaald. Dit zijn de opportunity costs.

Vraag 7a

  1. Balans: De post debiteuren daalt, het eigen vermogen daalt.
  2. Winst- en verliesrekening: de kosten stijgen, de winst daalt.
  3. Kasstroomoverzicht: verandert niet.

Vraag 7b

  1. Balans: De post debiteuren daalt, de voorziening daalt.
  2. Winst- en verliesrekening: verandert niet.
  3. Kasstroomoverzicht: verandert niet.

Vraag 8

  1. Veel zaken die een bepaalde waarde vertegenwoordigen kwalificeren niet als bezit/schuld.
  2. Veel bezittingen/schulden worden niet tegen de marktwaarde opgenomen.

Vraag 9

De waarde kan worden afgeleid uit de toekomstige kasstromen die contant worden gemaakt met een geschikte disconteringsfactor. De waarde kan ook worden bepaald door aan de (toekomstige) winst een bepaalde waarde toe te kennen. Hierbij dient bedacht te worden dat uit het eigen vermogen al een jaarlijks winst voortvloeit (of een jaarlijkse winst vertegenwoordigt). Het gaat dan om de overwinst die wordt behaald. In beide gevallen is de disconteringsfactor het belangrijkste ontbrekende gegeven.

Vraag 10

Niet zozeer uit het negatieve eigen vermogen, of het verlies maar vooral uit het feit dat de kortlopende betalingsverplichtingen veel hoger zijn dan de vlottende activa.

Vraag 11

De waarde van de activa op de balans is gebaseerd op going concern; in dat geval worden de bezittingen door toekomstige ontvangsten terugverdiend. In geval van faillissement moeten de activa gedwongen worden verkocht; ze worden in dat geval gewaardeerd op liquidatiewaarde. Die is in het algemeen lager dan de going concern waarde. Het is echter mogelijk dat de opbrengstwaarde hoger is. Als een pand wordt gewaardeerd tegen historische kosten en de waarde ervan is gestegen, is er waardestijging.

Vraag 12

Voor de immateriële vaste activa (i.c. de geactiveerde ontwikkelingskosten).

Hiervoor bestaat geen transparante, liquide markt.

Access: 
Public
Check more of this topic?
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Image

This content is also used in .....

Onderneming en Recht - UL - B2 - Oefenbundel - Gedeelte Bedrijfswetenschappen

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2018

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2018


Vragen

Vraag 1

Wood Workers NV heeft per 31 december 2017 de volgende verkorte jaarrekening met de vergelijkende cijfers over 2016:

 

Vaste activa

Pand

Machines

Vlottende activa

Voorraden

Debiteuren

Kas

 

2016

 

950.000

500.000

450.000

150.000

30.000

100.000

20.000

 

1.100.000

 

2017

 

1.050.00

550.000

500.000

170.000

40.000

120.000

10.000

 

1.220.000

 

 

 

Eigen vermogen

Aandelenkapitaal

– Overige reserves

Vreemd vermogen lange termijn

garantievoorziening

(hypothecaire) leningen

Vreemd vermogen korte termijn

overlopende passiva

rekening-courant kredietverlener

 

 

2016

 

 

500.000

450.000

50.000

50.000

20.000

30.000

1.100.000

 

2017

 

 

 

550.000

400.000

50.000

50.000

10.000

60.000

1.220.000

Winst- en verliesrekening Wood Workers NV 2017

Omzet

Kostprijs verkoop

Afschrijvingen machine

Afschrijvingen panden

Personeelslasten

Huurlasten

Bruto winst

5.000.000

-3.000.000

-100.000

-100.000

-1.000.000

-200.000

60.000

Noem één voorbeeld van een mutatie (financieel feit) waarbij alleen de creditzijde van de balans verandert. Geef aan welke posten in uw voorbeeld veranderen. (1 pnt).

Vraag 2

Alle verkopen vinden op rekening plaats. Hoeveel is er in 2017 van debiteuren ontvangen? (1 punt).

Vraag 3

Hoeveel dividend heeft Wood Workers NV in 2017 uitgekeerd? (gaarne met motivatie) (1 pnt)

Vraag 4

De onderneming heeft betalingsproblemen en is insolvent.

Uit welk gegeven uit de verkorte jaarrekening is met name af te leiden dat de onderneming insolvent is? (motiveer je antwoord) (1 pnt)

Vraag 5

Naast de boekwaarde worden de marktwaarde en de liquidatiewaarde onderscheiden.

Wat is het essentiële verschil tussen de liquidatiewaarde en de boekwaarde van de onderneming? (1 pnt).

Vraag 6

Het afgelopen jaar heeft de onderneming aandelen uitgegeven. Tegen welke emissiekoers zijn deze aandelen uitgegeven? (1 pnt).

Vraag 7

In het algemeen is het voor een insolvente onderneming moeilijk om aandelen uit te geven. Waarom is een aandelenemissie voor een insolvente onderneming vaak een be-
langrijke voorwaarde is om de onderneming voort te zetten? (1 pnt).

Vraag 8

Waarom is het moeilijk om aandeelhouders bereid te vinden om nieuw vermogen in een insolvente onderneming te investeren? Geef precies aan onder welke omstandigheden aandeelhouders niet bereid zijn vermogen te investeren om rendabele investeringen te financieren (1 pnt).

Vraag 9

Insolventiewetgeving kan worden onderverdeeld in debiteurvriendelijke en crediteurvriendelijke insolventiewetgeving. Veronderstel een extreem debiteurvriendelijke versus een extreem crediteurvriendelijke insolventiewetgeving.

Geef aan tot wat welke verschillen in het nemen van risico’s deze extremen leiden in de fase dat

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2018

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2018


Vragen

Vraag 1

 NV Liones heeft per 31 december 2017 de volgende verkorte jaarrekening met de vergelijkende cijfers over 2016:

 

Vaste activa

Pand

Machines

Vlottende activa

Voorraden

Debiteuren

Kas

- Vooruitbetaalde huurlasten

 

2016

 

 

650.000

400.000

 

100.000

105.000

100.000

40.000

 

1.395.00

 

2017

 

 

605.000

450.000

 

300.000

135.000

90.000

50.000

 

1.630.000

 

 

 

Eigen vermogen

Aandelenkapitaal

– winst reserves

- agio reserves

Vreemd vermogen lange termijn

garantievoorziening

(hypothecaire) leningen

Vreemd vermogen korte termijn

overlopende passiva

rekening-courant kredietverlener

 

 

2016

500.000

300.000

100.000

100.000

 

100.000

500.000

 

250.000

45.000

1.395.000

 

 

670.000

2017

350.000

120.000

200.000

 

80.000

380.000

300.000

200.000

1.630.000

Winst- en verliesrekening Liones NV

Omzet

Kostprijs verkoop

Afschrijvingen machine

Afschrijvingen panden

Personeelslasten

Rentekosten

Huurlasten

Bruto winst

Belastingen

Netto winst

 

4.000.000

-2.500.000

-50.000

-50.000

-1.100.000

-40.000

-200.000

60.000

-10.000

50.000

 

Geef een voorbeeld van een mutatie waarbij alleen de debetzijde vande balans verandert. (1 pnt)

Vraag 2

Bereken de solvabiliteit per 31 december 2017. (1 pnt)

Vraag 3

Noem twee oorzaken waardoor de solvabiliteit (in het algemeen, dus niet in de casus) is gedaald. (2 pnt)

Vraag 4

Hoeveel is er 2017 aan Huren betaald? (1 pnt)

Vraag 5

Deze onderneming heeft voor het product Barillo de volgende kostenbegroting opgesteld:
Totale constante kosten: € 200.000
Totale variabele kosten: € 400.000
Totaal generaal: € 600.000

De constante kosten bestaan voor € 200.000 uit de afschrijving op een machine die nog levensduur heeft van één jaar, restwaarde is nihil. De onderneming gaat hierbij uit van een productieniveau van 50.000 stuks
Fabrico. De verkoopprijs is € 20. Bereken het break-evenpunt. (2 pnt)

Vraag 6

Dient deze onderneming de productie van Barillo’s voort te zetten? (2 pnt). Motiveer en bereken en sluit af met de conclusie.

Vraag 7

Soms wordt beweerd dat eigen vermogen goedkoop vermogen is omdat er geen rente over het eigen vermogen hoeft te worden betaald. Geef aan of deze bewering juist is. (2 pnt) Motiveer.

Vraag 8

Een onderneming heeft de volgende balans opgesteld:

Vast activa1.000.000Eigen vermogen350.000
Vlottende activa1.350.000Preferent vreemd vermogen550.000
  Concurrent vreemd vermogen1.000.000
  Achtergesteld vreemd vermogen450.000
Totaal5.000.000 2.350.000

De marktwaarde van deze onderneming

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2016

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2016


Vragen

Vraag 1

In het waardeconversiemodel zijn voorraden en stromen te herkennen. Deze worden afgebeeld op de balans, in de winst- en verliesrekening en op het kasstroomoverzicht.

Geef twee voorbeelden van stromen die noch gevolgen hebben voor het kasstroomoverzicht, noch voor de winst- en verliesrekening. Geef daarbij aan welke posten op de balans veranderen. (2 ptn)

Vraag 2

Een NV heeft per 31 december 2015 de volgende balans opgesteld met de vergelijkende cijfers over 2014:

 

Vaste activa

Pand

Machines

Vlottende activa

Voorraden

Debiteuren

Kas

2014

 

1.310.000

400.000

 

140.000

390.000

10.000

 

 

 

2.250.000

2015

 

1.270.000

430.000

 

250.000

530.000

20.000

 

 

 

2.500.000

 

Eigen vermogen

Aandelenkapitaal

Agioreserve

-Winstreserves

Vreemd vermogen lange termijn

garantievoorziening

(hypothecaire) leningen

Vreemd vermogen korte termijn

te betalen algemene kosten

te betalen divident

 

2014

 

350.000

90.000

90.000

 

145.000

1.200.000

 

100.000

275.000

2.250.000

 

2015

 

400.000

130.000

120.000

 

120.000

1.080.000

 

150.000

500.000

2.500.000

In 2015 heeft één aandelenemissie plaatsgevonden. Eén aandeel heeft een nominale waarde van € 5. Het gedeclareerde dividend wordt steeds in mei van het volgende boekjaar uitgekeerd.

Tegen welke koers zijn de aandelen geëmitteerd? (2 ptn)

Vraag 3

Hoeveel bedraagt de winst over 2015? (1 ptn)

Vraag 4

De algemene kosten op de winst- en verliesrekening bedragen € 1.000.000.

Hoeveel is er aan algemene kosten betaald? (1 ptn)

Vraag 5

Een onderneming overweegt een patent over te nemen. Zij onderhandelt momenteel over de waardebepaling van het patent.

Hoe wordt de waarde van het patent bepaald? Geef specifiek aan welke twee elementen hierbij een rol spelen. (1 ptn)

Vraag 6

Een onderneming koopt een stof (A) in die door toevoeging van een chemische substantie machinaal wordt omgezet in een andere stof (B). De onderneming weet dat de constante kosten per liter B afhankelijk zijn van de hoogte van de productie. Zo heeft de onderneming bijvoorbeeld op basis van een productie van 20.000 liter B, de kosten per liter B bepaald:

Grondstof A 0,20

Afschrijving Machine 0,35

Huur bedrijfspand 0,25

Chemische stof 1,00

Verpakking 0,40

2,20

Bereken de winst indien deze onderneming 15.000 liter B verkoopt voor € 2,40 per liter. (1 ptn)

Vraag 7

Is de keuze tussen een balans vóór of een balans ná winstverdeling van invloed op de (via de balans

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2016

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2016


Vragen

Vraag 1

Een NV heeft per 31 december 2015 de volgende balans opgesteld met de vergelijkende cijfers over 2014:

Balans NV:

 

2014

2015

 

2014

2015

Vaste activa:

 

 

Eigen vermogen:

 

 

- Pand

€ 1.310.000

€ 1.275.000

- Aandelen-kapitaal

€ 350.000

€ 400.000

- Machines

€ 400.000

€ 430.000

- Winstreserves

€ 90.000

€ 120.000

 

 

 

 

 

 

Vlottende activa:

 

 

Vreemd vermogen

lange termijn:

 

 

- Voorraden

€ 140.000

€ 250.000

- Garantie-voorziening

€ 145.000

€ 120.000

- Debiteuren

€ 300.000

€ 400.000

- (Hypothe-caire) leningen

€ 1.200.000

€ 1.080.000

- Kas

€ 10.000

€ 15.000

 

 

 

 

 

 

Vreemd vermogen

korte termijn:

 

 

 

 

 

 

- Crediteuren

€ 100.000

€ 150.000

 

 

 

- Rek. courant krediet

€ 275.000

€ 500.000

 

 

 

 

 

 

 

€ 2.160.000

€ 2.370.000

 

€ 2.160.000

€2.370.000

 

De aandelen dragen een nominale waarde van € 10. Op basis van de statuten kunnen op 31 december 2015 nog 60.000 aandelen worden geëmitteerd. Hoeveel bedraagt het maatschappelijk kapitaal? (1 punt)

Vraag 2

De omzet over 2015 bedraagt € 3.500.000. Er wordt uitsluitend op rekening verkocht.

Hoeveel is er in 2015 van afnemers ontvangen? (1 punt)

Vraag 3

Deze onderneming heeft vorig jaar een patent verkregen dat niet op de balans is opgenomen.

Stel dat u kredietbeheerder bent bij de bank die de rekening courant heeft verstrekt. Leg uit of u dan een voorkeur heeft voor het wel op de balans opnemen en waarderen van

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2015

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2015


Vragen

Bertha de Mooij heeft al jaren theemokken ontworpen voor een bedrijf. Geleidelijk is bij haar het idee ontstaan deze theemokken zelf te bedrukken en te distribueren aan winkels. Op 1 januari 2014 heeft zij “Bertha’s Mokdrukkerij BV” opgericht. Naast het drukken van haar eigen mokken wil zij specifieke opdrachten van afnemers verzorgen. Het maatschappelijk aandelenkapitaal bedraagt € 500.000 (500.000 aandelen van nominaal € 1). Op 1 januari 2014 stort zij € 50.000 op de bankrekening van de BV ter volstorting van de aan haar uitgereikte aandelen. Alle betalingen en ontvangsten worden bancair afgewikkeld, kasgeld houdt de BV niet aan. De inkopen van de voorraad grondstof (mokken, inkt) voor € 20.000 heeft de BV voor 75% kunnen financieren met leverancierskrediet, het restant is via de bank betaald. De drukapparatuur huurt de BV voor € 2.000 per maand, bij vooruitbetaling te voldoen per de eerste van elke maand. De inventaris is eveneens op 1 januari aangeschaft en (via de bank) afgerekend voor € 20.000. De gebruiksduur is 10 jaar; de restwaarde is nihil (€ 0). De BV oefent het bedrijf uit vanuit een pand dat op 1 januari is aangeschaft voor € 300.000. De afschrijvingstermijn is 40 jaar. Het pand is hypothecair gefinancierd voor € 270.000 af te lossen in 30 jaar, interest 6% - beide te betalen aan het eind van het jaar. Op 1 januari 2014 heeft de BV een medewerker aangetrokken (salaris eind van de maand te betalen
€ 3.000). Bertha kent zichzelf een (marktconform) maandsalaris toe van € 5.000 (ook te betalen aan het eind van de maand). De maximale kredietlimiet op haar bankrekening bedraagt € 20.000.

Vraag 1

Stel de openingsbalans op per 1 januari 2014 van Bertha´s Mokdrukkerij BV nadat alle hierboven genoemde feiten op 1 januari zijn verwerkt. (16 pnt).

Vraag 2

Over het eerste jaar – 2014 – doen zich de volgende feiten voor:

  • In 2014 is voor € 155.000 op rekening ingekocht en in totaal voor € 150.000 aan crediteuren betaald

  • De eindvoorraad grondstof bedraagt € 9.000

  • De eindvoorraad van de wenskaarten is € 35.000

  • De aflossing en rentebetaling hebben conform de leningsvoorwaarden plaatsgevonden

  • De huren en de lonen zijn conform planning betaald; op 31 december 2014 is het vakantiegeld dat in 2014 is opgebouwd € 7.000. Dit wordt in 2015 uitgekeerd

  • De omzet over het afgelopen jaar bedraagt € 400.000; hiervan is door debiteuren betaald € 395.000. Bij de specifieke opdrachten betalen de afnemers een deel vooruit. Op 31 december is in totaal € 10.000 vooruit ontvangen

  • In januari 2014 is in overleg met de energieleverancier het maandelijks te betalen bedrag bepaald op € 500 per maand, te betalen medio van de maand. Bertha schat aan het eind van

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2015 (2)

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2015 (2)


Vragen

De financiering van de investeringen van een onderneming kan intern of extern gebeuren. Er wordt wel beweerd dat interne financiering goedkoper is dan externe financiering omdat er geen rente hoeft te worden betaald.

Vraag 1

Waaruit blijkt of een onderneming haar investeringen intern dan wel extern financiert? (1 punt)

Vraag 2

Geef aan of bovenstaande bewering juist is. Licht uw antwoord toe. (1 punt)

Vraag 3

Een onderneming kan haar activiteiten financieren met vreemd en eigen vermogen.

Noem twee voordelen van financieren met vreemd vermogen en licht deze voordelen toe. (2 punten)

Vraag 4

Het kan voorkomen dat aandeelhouders bij de voortzetting van een bedrijf in financiële problemen weigeren extra benodigd kapitaal te verstrekken, ondanks dat een dergelijke investering rendabel is en een netto contante waarde oplevert.

Geef nauwkeurig weer in welke situatie aandeelhouders een prikkel hebben om in dat geval geen extra kapitaal ter beschikking te stellen. (1 punt)

Antwoordindicatie

Vraag 1

Dat blijkt uit het kasstroom overzicht: de investeringen kunnen worden gefinancierd door de operationele kasstroom (intern) of de financieringskasstroom (extern).

Vraag 2

Deze redenering is onjuist. Er moet rekening worden gehouden met de opbrengst die met de geïnvesteerde operationele kasstroom zou kunnen worden behaald. Dit zijn de opportunity costs.

Vraag 3

  • Verminderen agency kosten eigen vermogen.
  • Tucht van de vermogensmarkt
  • Disciplinerend
  • Afromen van kasstromen
  • Informatieve waarde
  • Monitoring
  • Hefboomwerking
  • Interest is aftrekbaar voor de vennootschapsbelasting

Korte uitleg/omschrijving is vereist

Vraag 4

Indien de marktwaarde van een onderneming lager is dan de nominale waarde van de schulden, komt deze extra netto contante waarde vooral ten goede van de vreemd vermogensverschaffers. De aandeelhouders houden er niets van over.

Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2015

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2015


Vragen

Vraag 1

Een kenmerkende eigenschap van een NV is de scheiding tussen leiding en eigendom (“separation of ownership and control”). Noem een voordeel van deze scheiding tussen leiding en eigendom. (1 ptn)

Vraag 2

Noem een nadeel van deze scheiding tussen leiding en eigendom. (1 ptn)

Vraag 3

Bezittingen en schulden in een onderneming kunnen gewaardeerd worden tegen de historische kostprijs en de actuele waarde. Binnen de actuele waarde worden onderscheiden de vervangingswaarde, bedrijfswaarde, marktwaarde of opbrengstwaarde.

Wat is het belang van het onderscheid tussen de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde voor de curator? (1 ptn)

Vraag 4

Een onderneming heeft tot nog toe de machine gewaardeerd tegen de kostprijs. Zij overweegt over te stappen op de hogere vervangingswaarde aan het begin van het jaar.

Wat zijn de gevolgen hiervan voor de liquiditeit in dit jaar? Licht het antwoord toe. (1 ptn)

Vraag 5

Wat zijn de gevolgen hiervan voor de rentabiliteit in dit jaar? Licht het antwoord toe. (1 ptn)

Vraag 6

Vriesendorp geeft aan dat bij insolventie van een onderneming het perspectief van een tweepartijenverhouding verschuift naar een meerpartijenverhouding.

Geef aan wat hij hiermee bedoelt. (1 ptn)

Een NV heeft de volgende balans opgesteld:

Activa

Bedrag

Passiva

Bedrag

Geactiveerde ontwikkelingskosten

Gebouw

Machines

Voorraden

Debiteuren

 

 

 

100.000

750.000

600.000

150.000

40.000

 

 

 

Aandelenkapitaal

Agioreserve

Winstreserve

 

Achtergestelde lening

6% Hypothecaire lening

6% Onderhandse lening

Crediteuren

Bank

60.000

140.000

-/- 200.000

 

490.000

600.000

300.000

200.000

50.000

 

1.640.000

 

1.640.000

Vraag 7

De nominale waarde van een aandeel is € 15. De beurswaarde van een aandeel is € 0,15. De geschatte waarde van het gebouw waarop de hypotheek is gevestigd, is € 620.000. De geschatte marktwaarde van de onderneming is € 1.150.000. De liquidatiewaarde is aanmerkelijk lager. De onderhandse lening, crediteuren en de bank hebben dezelfde rangorde. Op dit moment is de interest 6%.

Geef op basis van deze gegevens een zo realistisch mogelijke schatting van de marktwaarde (dus niet de nominale waarde!) van de verschillende vermogenstitels (aandelen en schulden). Licht het antwoord toe. (4 ptn)

Vraag 8

Stel dat de vooruitzichten van de onderneming verslechteren en de marktwaarde wordt bijgesteld naar € 850.000.

Welke vermogensverschaffer (schuldeiser(s) en/of aandeelhouder(s)) ondergaat of ondergaan daarvan de sterkste invloed in de door u hierboven aangegeven waarde in absolute zin? Licht het antwoord toe. Berekeningen worden niet gevraagd. (1 ptn)

De onderneming krijgt het niet voor elkaar om de financiering voor een financiële reorganisatie tot stand te brengen. Een curator wordt aangesteld om de liquidatiebalans (“staat van baten en schulden”) op te stellen.

De curator neemt

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2015

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2015


Vragen

Vraag 1a

Van een onderneming zijn eind 2014 de volgende feiten bekend:

  • Er is een overeenkomst van geldlening ter financiering van een bedrijfspand. Op het bedrijfspand is een hypotheek afgegeven. De geldlening bedraagt op dit moment € 230.000. De oorspronkelijke lening bedroeg € 300.000. De aflossing op 30 december 2014 bedroeg € 10.000. De rentekosten (6%) over 2014 worden op 3 januari 2015 betaald.
  • De auto van de zaak heeft een boekwaarde van € 25.000 en heeft nog een economische levensduur van twee jaar. Als de auto nu zou worden verkocht is de geschatte opbrengst € 5.000.

Welke posten komen voor op de balans ultimo 2014 - en voor welke waardering - op basis van deze feiten?

Vraag 1b

Welke accounting principles zijn te herkennen in de wijze waarop deze posten in de jaarrekening worden verwerkt? Licht uw antwoord toe.

Vraag 2a

Het eigen vermogen is veelal niet hetzelfde als de beurswaarde en de liquidatiewaarde.

Waarom wijkt de beurswaarde van een onderneming vaak af van het eigen vermogen van de onderneming? Geef hierbij aan of er verschillende waarderingsgrondslagen of accounting principles worden gehanteerd en zo ja, welke.

Vraag 2b

Waarom wijkt de liquidatiewaarde van een onderneming vaak af van het eigen vermogen van de onderneming? Geef hierbij aan of er verschillende waarderingsgrondslagen of accounting principles worden gehanteerd en zo ja, welke.

Vraag 3a

Een onderneming heeft de volgende balans opgesteld:

Balans NV

Activa

 

 

17.000.000

 

 

Aandelenkapitaal

Winstreserve

Schulden

10.000.000

-/-3.000.000

10.000.000

17.000.000

17.000.000

Wat is de meest waarschijnlijke reden dat deze onderneming insolvent is? Betrek in uw antwoord alleen feiten die zijn terug te voeren op bovenstaande balans.

Vraag 3b

Bereken de solvabiliteit van deze onderneming.

Vraag 3c

Noem twee redenen waarom een goede solvabiliteit in het algemeen voor schuldeisers van belang is.

Antwoordindicatie

Vraag 1a

A:

Hypothecaire lening credit balans € 230.000

Te betalen rente credit balans € 14.400 (6% * 240.000)

B:

Auto debet balans: € 25.000

Vraag 1b

A:

Hypothecaire lening: geen

Te betalen rente, het matching beginsel. De rentekosten moeten worden toegerekend aan 2014 en worden daarvoor gepassiveerd.

B:

Auto: continuïteitsbeginsel en matching beginsel. De economische levensduur van de auto is nog twee jaar, de kosten daarvan moeten worden toegerekend aan deze twee jaar. De geschatte opbrengst is (in het algemeen) niet relevant.

Vraag 2a

Niet alle middelen van de onderneming komen voor op de balans. Dit geldt vooral voor bronnen in de immateriële sfeer. Daarnaast worden bezittingen veelal gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs en niet tegen actuele waarde.

De netto vermogenswaarde komt voort uit feiten in het verleden. De

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2014

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen voorjaar 2014


Vragen

Piet en Marijke Zwammers hebben interesse in de overname van een goedlopende sportzaak Sportswear BV in Den Haag. Zij zijn in onderhandeling met Peter Portet (de directeur grootaandeelhouder van deze BV) over de overnameprijs. Het probleem is dat er geen goed financieel inzicht bestaat in de bezittingen en schulden van Sportswear BV. Eind 2008 zijn de volgende feiten bekend van deze sportzaak:

  • Er zijn ter waarde van € 40.000 nog niet betaalde inkoopfacturen. Het totaal van de inkoopfacturen over het afgelopen jaar is € 150.000.

  • De boekwaarde van de inventaris bedraagt € 38.000.

  • Volgens het laatste dagafschrift van de bank bedraagt het debetsaldo van Sportswear BV € 40.000.

  • Er is nog € 15.000 te vorderen van afnemers.

  • De verkopen over het afgelopen jaar bedragen € 210.000, het afgelopen jaar is door afnemers betaald € 200.000.

  • De voorraad aan het begin van 2008 was gewaardeerd op € 30.000. De in 2008 verkochte voorraad is € 125.000. Inventarisatie aan het eind van 2008 bracht aan het licht dat bepaalde artikelen alleen kunnen worden verkocht beneden de kostprijs. Het verlies wordt geschat op € 20.000.

  • Er is een overeenkomst van geldlening ter financiering van een bedrijfspand. Op het bedrijfspand is een hypotheek afgegeven. De geldlening bedraagt op dit moment
    € 320.000. De oorspronkelijke lening bedroeg € 350.000.

  • Per eind 2008 is aan rente vooruitbetaald € 12.000, aan energie- en internetkosten moet nog € 3.500 worden betaald.

  • De auto van de zaak heeft een boekwaarde van € 25.000. Afgelopen jaar is er € 7.500 op afgeschreven.

  • Er is een bedrijfspand dat destijds is aangekocht voor € 450.000. Tot nu toe is daarop € 50.000 afgeschreven. De afschrijving over het afgelopen jaar bedraagt € 10.000.

  • De winst over het afgelopen jaar bedraagt € 35.000.

  • De BV is op 1 januari 2003 opgericht; de directeur grootaandeelhouder heeft toen 40.000 aandelen van nominaal € 1 gekocht. Dat is nadien niet meer veranderd.

Vraag 1

Stel aan de hand van deze gegevens de balans op van Sportswear BV per 31 december 2008 (16 ptn). Volgens Peter Portet weerspiegelt deze balans niet de waarde van de onderneming. Het pand is volgens de laatste WOZ (Waardering Onroerende Zaken) getaxeerd op € 650.000. Bovendien eist Portet € 150.000 aan goodwill.

Vraag 2

Staat de Wet (Titel 9 BW 2) toe dat het pand tegen € 650.000 wordt gewaardeerd? (6 ptn)

Stel dat het mogelijk is om het pand te waarderen tegen € 650.000; dit is een hogere waarde dan bij vraag 1.

Vraag 3

Noem een voordeel van deze hogere boekwaarde van het pand voor de balans en een nadeel hiervan voor de (toekomstige) winst- en

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2013

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2013


Vragen

Loes Wens heeft al jaren een goed lopend bedrijf dat drukwerk verzorgt. Zij verzorgt geboorte- en overlijdenskaarten en eenvoudig reclamedrukwerk. In de rustige uren houdt zij zich bezig met het ontwerpen van andere kaarten die zij seriegewijs afdrukt en ter verkoop aanbiedt. Op 1 januari 2007 heeft zij de zaak opgericht, aanvankelijk als eenmanszaak. Later is die onder de naam Loesjewens BV omgezet naar een BV. Loes Wens bezit 100% van de aandelen. Zij heeft zich in privé borg-gesteld voor de hypothecaire lening. Op 31 december 2011 heeft Loes de volgende balans van Loesjewens BV opgesteld:

Balans Loesjewens BV 31 december 2011

Winkelpand

Drukkerij

Computerapparatuur

Voorraad (materialen)

Debiteuren

Vooruitbetaalde energiekosten

Bank

 

400.000

75.000

25.000

40.000

2.000

3.000

20.000

 

Aandelenkapitaal

Winstreserves

Hypothecaire lening

Crediteuren

Nog te betalen vakantiegeld

Nog te betalen rente

Winst

100.000

44.000

350.000

15.000

10.000

21.000

25.000

565.000

565.000

  • Gedurende 2012 vinden onder andere de volgende gebeurtenissen plaats:

  • Op het winkelpand, de drukkerij en de computerapparatuur is afgeschreven. Er is voor € 10.000 aan nieuwe computerapparatuur gekocht.

  • De verkopen bedragen € 300.000; betaald door debiteuren is € 296.000.

  • Loesjewens BV heeft in 2012 dividend (aan Loes Wens) uitgekeerd.

  • Loesjewens BV heeft een medewerker in dienst; het betaalde loon over 2012 bedraagt in totaal € 120.000. Het maandelijks opgebouwde vakantiegeld wordt in mei uitgekeerd.

  • Aan energiekosten is in 2012 betaald € 24.000. Loes maakt aan het eind van 2012 een schatting van het werkelijke energieverbruik.

  • In 2012 heeft Loesjewens BV aan materialen (papier, inkt) voor € 40.000 (op rekening) ingekocht.

  • Rente en aflossing van de 6% hypothecaire lening worden op 1 januari betaald.

Op 31 december 2012 heeft Loes de volgende (onvolledige) balans opgesteld:

Balans Loesjewens BV 31 december 2012

Winkelpand

Drukkerij

Computerapparatuur

Voorraad (materialen)

Debiteuren

Bank

 

395.000

70.000

30.000

35.000

6.000

76.000

 

 

Aandelenkapitaal

Winstreserves

Hypothecaire lening

Crediteuren

Nog te betalen vakantiegeld

Nog te betalen rente

Nog te betalen energiekosten

Winst

100.000

64.000

325.000

20.000

12.000

19.500

4.500

67.000

612.000

612.000

Vraag 1

Hoeveel dividend heeft Loesjewens BV uitgekeerd? (6 punten)

Vraag 2

Bereken de rentekosten en de betaalde rente over 2012. (6 punten)

Vraag 3

Bereken de energiekosten over 2012. (6 punten)

Vraag 4

Stel de winst- en verliesrekening op over 2012 (12 punten).

Vraag 5

Stel het kasstroomoverzicht op over 2012 (21 punten).

Vraag 6

“Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in mate waarin een onderneming de investeringen intern of extern financiert. Er wordt

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2013

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2013


Vragen

Dick Klepers en Anita Rederij hebben een kledingzaak in Den Haag: Klederij BV. In een chique pand in de binnenstad hebben zij – tot voor kort – een goedlopende kledingzaak. Zij richten zich met hun collectie op het middensegment. De resultaten zijn de afgelopen jaren flink gedaald. Het verlies over 2011 was € 35.000. In 2012 is het nog slechter gegaan. Dick en Anita hebben de hulp ingeroepen van organisatieadviseur Peter Slingers. Zijn eerste inventarisatie levert het probleem op dat er geen goed inzicht bestaat in de financiële positie van Klederij BV. De boekhouding is niet goed bijgehouden en de provisorisch opgestelde balans en winst- en verliesrekening stelt Slingers terzijde. Hij begint eind 2012 met een inventarisatie en komt tot de volgende punten:

  • Bij oprichting van Klederij BV in 2006 was het geplaatste aandelenkapitaal 20.000 aandelen met een nominale waarde van € 1 per aandeel. Dat is nadien niet meer gewijzigd.

  • De tot 1 januari 2011 opgebouwde winstreserves (overige reserves) bedragen € 110.000.

  • De huur van het pand bedraagt € 36.000 over 2012, maandelijks wordt de huur van €3.000 op de 1e betaald.

  • Het betaalde loon in 2012 voor Dick en Anita bedraagt € 80.000 en voor de parttime medewerker € 20.000. Het opgebouwde vakantiegeld per 31 december 2012 is € 10.000. Het vorige jaar (eind 2011) opgebouwde vakantiegeld – dat in mei 2012 is uitgekeerd - bedroeg € 8.000.

  • In het verleden is het pand verbouwd; de jaarlijkse afschrijving hierop is € 10.000. De boekwaarde bedraagt op 31 december 2012 € 20.000. Volgens Slingers moet dit bedrag – vanwege de ouderwetse uitstraling - direct naar nul (€0,00) worden afgeboekt.

  • De voorraad is gewaardeerd op € 60.000; Slingers besluit de voorraad af te waarderen met €10.000.

  • Op de inventaris wordt jaarlijks € 5.000 afgeschreven. De boekwaarde ultimo 2012 is € 20.000.

  • Het creditsaldo bij de bank bedraagt volgens het laatste dagafschrift in 2012 € 36.000.

  • In het afgelopen jaar is ingekocht voor € 200.000. Eind 2012 staat er nog een schuld van € 40.000 open. Klederij BV is dit jaar begonnen met inkopen op rekening.

  • De omzet bedroeg € 400.000, de kostprijs van de omzet, dus van de verkochte kleding, is € 250.0000. Er wordt niet op rekening verkocht.

  • De rentekosten over 2011 zijn in 2012 betaald (€ 3.000). De rentekosten over 2012 (€ 5.000) worden per 10 januari 2013 betaald.

  • Overige kosten voor 2012 (zoals energie, internet) bedragen € 6.000 per jaar. Deze kosten zijn betaald in 2012.

  • Veranderingen in het eigen vermogen door kapitaalonttrekkingen en stortingen hebben zich in 2011 en 2012 niet voorgedaan.

Vraag 1

Stel de balans op op 31

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2012

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2012


Vragen

Philip Kaufland en John Holman richten per 1 juli 2012 een adviesbureau op dat zich primair bezighoudt met zaadveredelings- en ongediertebestrijdingtechnieken van tomaten, komkommers en paprika’s. Daarnaast gaan zij ook handelen in zaden. Op 1 juli 2012 richten zij TOKOPA BV op. Het maatschappelijk aandelenkapitaal bedraagt 500.000 aandelen van nominaal € 1. Zij brengen ieder € 50.000 aan vermogen in. Dit storten zij op de bank van de onderneming. Een investeerder is bereid € 200.000 te investeren (in het eigen vermogen) in de onderneming. Philip en John hebben veel vermogen aangetrokken omdat zij veel in apparatuur moeten investeren. Op 1 juli 2012 wordt een fabriekshal gekocht voor € 200.000, deze wordt afgeschreven in 40 jaar. De fabriekshal wordt deels gefinancierd met een 6% hypothecaire lening van € 150.000; af te lossen in twintig halfjaarlijkse leningen. Aflossing en rente worden steeds achteraf (voor een halfjaar) betaald; de eerste termijn op 1 januari 2013. Tevens wordt op 1 juli 2012 apparatuur gekocht voor € 150.000; afschrijving in 10 jaar.

Vraag 1

Stel de balans op per 1 juli 2012 (10 punten).

Tussen 1 juli en 31 december 2012 doen zich de volgende feiten voor (belastingen blijven buiten beschouwing):

  • Philip en John krijgen elk € 10.000 bruto salaris per maand. Opgebouwd vakantiegeld

  • op 31 december 2012 is € 10.000

  • Ingekochte zaden op rekening € 75.000, betaald aan crediteuren € 60.000. Op 31

  • december 2012 is nog voor € 5.000 aan zaden in voorraad

  • Verkochte zaden € 120.000, alles contant afgewikkeld • Opbrengsten uit dienstverlening: 700 uur * € 200 per uur. Hiervan is gefactureerd

  • € 100.000; op 31 december 2012 staat er nog voor € 25.000 aan vorderingen open. Het restant (€ 40.000) wordt volgend jaar bij het beëindigen van de projecten gefactureerd.

  • Philip en John sponsoren (door middel van shirtreclame) de Westlandse schaatsclub

  • voor € 30.000 per jaar; in 2012 is € 15.000 betaald.

  • Overige kosten (telefoon, energie): in 2012 is betaald € 23.000. Op 31 december 2012 is aan telefoonkosten € 2.000 vooruitbetaald, aan energiekosten wordt € 5.000 achteraf (in 2013) betaald. Deze kosten/uitgaven worden in de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht onder één noemer (“overige kosten”) opgenomen.

Vraag 2

Stel de winst- en verliesrekening op over 2012 (16 punten).

Vraag 3

Stel het kasstroomoverzicht op over 2012; rekening houdend met alle feiten na de oprichting (12 punten).

Vraag 4

Leg uit waarom het behalen van winst in zijn algemeenheid niet betekent dat de kas is gestegen (10 punten).

Vraag 5

Een veel gehoorde uitspraak is: “Cash is a fact, profit an opinion”. Leg uit wat met deze uitspraak wordt bedoeld (10 punten).

Philip en John zullen ook moeten investeren in onderzoek.

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2011

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2011


Vragen

Tom en Piet Klapper hebben in de strenge winter van 2009-2010 niet stilgezeten. Al vroeg in het seizoen stonden zij op de schaats. Daarnaast zijn zij al enkele jaren bezig een nieuwe soort klapschaats commercieel uit te baten. Tom en Piet Klapper hebben op 1 april 2010 te Sneek de BV Klappeschaats opgericht. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt 1.000.000 aandelen met een nominale waarde van € 1. Op dat tijdstip hebben zij zelf ieder € 20.000 aan contanten (door een storting op de bankrekening van de BV) ingebracht. Tevens hebben zij een octrooi ingebracht van een nieuwe vinding voor de klapschaats. Door een ingenieus veersysteem gecombineerd met een juiste schaatshouding kan een nog betere afzet op het ijs worden bewerkstelligd. De waarde van het octrooi is door een extern accountant en een specialist geschat op € 100.000.

Voor de waarde van hun inbreng (het octrooi en de girale storting) krijgen zij aandelen. Het octrooi moet nog nader worden ontwikkeld. Tom en Piet hebben echter zelf geen financiële middelen om dit te financieren. Zij hebben een private equityfonds (participatiefonds) bereid gevonden in hun BV te investeren voor € 200.000. Het participatiefonds stelt wel belangrijke eisen ten aanzien van de besluitvorming en informatieverstrekking, de liquiditeit en de solvabiliteit en de hoogte van de dividenduitkeringen. Zij willen starten voor het winterseizoen 2010-2011. De eerste maanden dient men de schaats verder te ontwikkelen. De daarop volgende maanden wordt de voorraad langzaam opgebouwd, om vanaf december te worden verkocht. Hierbij zijn zij afhankelijk van de strengheid van de winter en de mate waarin hun idee aanslaat bij de tussenhandel en het publiek. De tussenhandel zal vanaf medio het jaar 2010 door Tom en Piet worden bezocht. Op 1 april 2010 hebben zij een pand aangeschaft voor € 350.000, hypothecair gefinancierd met € 320.000; het restant hebben zij giraal voldaan. Dit pand dient als ruimte om de ontwikkelactiviteiten plaats te laten vinden. Het biedt ook mogelijkheden om de productie en de opslag te huisvesten. Het pand is op de openingsdatum dan ook aan de grote kant. Aan apparatuur hebben zij op rekening per 1 april 2010 voor € 50.000 gekocht. Kasgeld houdt de BV niet aan. De BV heeft alleen de beschikking over een bankrekening waarop de BV maximaal € 200.000 rood (negatief) mag staan.

Vraag 1

Stel de openingsbalans op per 1 april 2010; rubriceer de posten zoals voorgeschreven in BW 2 Titel 9 (8 punten).

Tom en Piet zijn zich bewust van het feit dat de BV in de aanloopperiode weinig ontvangsten genereert en veel uitgaven met zich meebrengt. Zij hebben de volgende kostprijsberekening opgesteld, op basis van een verwachte productie en verkoop van 10.000 paar schaatsen (tegen een verkoopprijs van € 365) in het eerste boekjaar:

Materiaal

Loonkosten personeel

Afschrijvingen

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2010

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen herfst 2010


Vragen

Tom en Bertha van Veen hebben beiden een drukke baan. Om aan de sleur van hun werk te ontsnappen hebben zij besloten om een internetwinkel te beginnen in fietsartikelen op 1 januari 2010. Tom is goed in ICT; hij is al maanden bezig een website op te bouwen waarin de artikelen en de prijzen zijn opgenomen. Hij heeft onderhandeld met verschillende leveranciers. Deze zijn alleen bereid te leveren indien hij een winkelschap heeft waarin (een deel van) de artikelen kunnen worden uitgestald. Tom heeft een vriend die een ijzerwinkel exploiteert; deze is bereid hem een gedeelte van de winkel te verhuren voor € 6.000 per jaar, maandelijks bij vooruitbetaling (€ 500) te voldoen op de eerste van elke maand. Hij kan deze ruimte tevens gebruiken als opslagplaats. Het liefst bestelt hij nadat hij een order heeft ontvangen zodat hij geen voorraad hoeft aan te houden. Sommige leveranciers leveren echter in vooraf bepaalde minimum aantallen. Vanuit de winkel vindt naast de ontvangst van de leverancier ook de verzending plaats naar de klant. Hiervoor is een contract afgesloten met TNT. Zij brengt per pakket – afhankelijk van het gewicht - een prijs in rekening. Klanten betalen via Ideal; dit bedrag wordt op de bankrekening van de onderneming gestort. De kosten hiervan bedragen ½% van de omzet. Kasgeld houdt de onderneming niet aan; alle uitgaven en ontvangsten lopen via de bank.

Op 1 januari storten Tom en Bertha € 20.000 op de rekening van de Bank. Tevens brengen zij de computer ter waarde van € 5.000 in die geleidelijk wordt afgeschreven. Het benodigde bedrag voor de verbouwing in de winkel (€ 15.000) hebben zij geheel geleend van de bank; af te lossen in 10 jaarlijkse termijnen, rente 5%. Eerste aflossing- en rentebetaling vinden plaats op 31 december 2010. Ook de verbouwing wordt geleidelijk afgeschreven. De huur van het winkelpand wordt bij oprichting vooruitbetaald uit het door Tom en Bertha gestorte bedrag. Zij willen hun risico beperken en kiezen een BV als ondernemingsvorm. Het maatschappelijk kapitaal wordt bepaald op 100.000 aandelen van nominaal € 1.

Vraag 1

Stel de beginbalans op (per 1 januari 2010). (12 punten)

Gedurende het eerste jaar doen zich naast de gevolgen van de hierboven genoemde gegevens alleen de volgende financiële feiten voor:

  • de telefoon- en internetkosten over 2010 bedragen € 2.200
  • omzet € 74.000, de daarover bepaalde incassokosten zijn geheel betaald
  • ingekocht voor € 40.000, hiervan is voor € 12.000 nog op voorraad; nog niet betaald is € 6.000
  • kosten van juridisch advies bij oprichting van de vennootschap € 2.000. Deze kosten worden niet geactiveerd.
  • verzendkosten € 3.500, deze zijn geheel betaald en begrepen in de omzet.

Aan het eind van het jaar is de volgende gedeeltelijke eindbalans (per 31 december 2010) opgesteld:

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2009

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen winter 2009


Vragen

Peter van Mill is al jaren als IT-specialist werkzaam bij een IT-onderneming. Hij heeft zijn kennis door cursussen langzaam uitgebreid. Door zijn ervaring in het bedrijf heeft hij een goed beeld gekregen van de computermarkt. Er lijkt een groot gebrek aan op maat gesneden totaaloplossingen. Hij wil klanten zowel apparatuur als de installatie en onderhoud ervan aanbieden. Op 1 januari 2008 heeft hij de BV “Computertotaalgemak” opgericht. Het maatschappelijk aandelenkapitaal bedraagt € 100.000 (100.000 aandelen van nominaal € 1). Op 1 januari stort hij € 50.000 (als aandelenkapitaal) op de bankrekening van de BV. Alle betalingen en ontvangsten worden bancair afgewikkeld, kasgeld houdt de BV in beginsel niet aan. Verder heeft de BV op 1 januari een lening opgenomen bij haar bank van € 60.000 – af te lossen in 10 jaar, interest 6% - beide te betalen aan het eind van het jaar. De inkopen voor de winkelvoorraad van € 80.000 heeft de BV voor 60% kunnen financieren met leverancierskrediet, het restant is via de bank betaald. De inventaris is eveneens op 1 januari aangeschaft en (via de bank) afgerekend voor € 50.000 (gebruiksduur 10 jaar). De BV oefent het bedrijf uit vanuit een gehuurd winkelpand (steeds maandelijks medio van de maand te betalen € 1.500). Op 1 januari heeft de BV een medewerker aangetrokken (steeds eind van de maand te betalen € 3.000). Peter kent zichzelf een (marktconform) maandsalaris toe van € 5.000 (ook steeds te betalen aan het eind van de maand).

Vraag 1

Stel de openingsbalans op per 1 januari 2008 van BV “Computertotaalgemak” nadat alle hierboven (relevante) feiten zijn uitgevoerd. (18 pnt).

Vraag 2

Op de balans ontbreekt de post voorzieningen. Waarom komt deze post in het algemeen niet voor op de openingsbalans? (6 pnt)

Vraag 3

Wanneer leidt de post voorzieningen tot een verandering van het banksaldo (uitgaaf)? Geef duidelijk aan wanneer uit deze post veranderingen in het banksaldo voortvloeien. (6 pnt)

Vraag 4

Wat is het verschil tussen voorzieningen en afschrijvingen in termen van het verschil tussen de uitgaven- en kostenmomenten? (8 pnt)

Over het eerste jaar – 2008 – doen zich de volgende feiten voor:

  • In 2008 is voor € 200.000 op rekening ingekocht en in totaal voor € 210.000 aan crediteuren betaald

  • De eindvoorraad bedraagt € 60.000

  • De aflossing en rentebetaling hebben conform de leningsvoorwaarden plaatsgevonden.

  • De huren en de lonen zijn conform planning betaald.

  • De omzet over het afgelopen jaar bedraagt € 400.000; hiervan is door debiteuren betaald € 395.000

  • In januari is in overleg met de energieleverancier het maandelijks te betalen bedrag bepaald op € 500 per maand, te betalen medio van de maand. Peter schat aan het eind van het jaar dat hij € 1.000 te veel heeft

.....read more
Access: 
Public
Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen zomer 2009

Onderneming en Recht - UL - Oefententamen gedeelte Bedrijfswetenschappen zomer 2009


Vragen

Pablo van Bijen is al jaren als bioloog/onderzoeker werkzaam aan een bekende Universiteit in ons land. Zijn specialisatie is het onderzoek naar het milieuvriendelijk bestrijden van ongedierte in de kas- en tuinbouw. Recentelijk heeft hij een nieuwe methode ontwikkeld waarvoor hij diverse onderzoeksprijzen heeft gekregen. Hij heeft overwogen om hiermee een onderzoeksgroep aan de universiteit te formeren. Hij heeft hier toch vanaf gezien en gekozen voor een bedrijfsmatig vervolg van zijn carrière. Op 1 oktober 2008 is hij met goedkeuring van de universiteit voor zichzelf begonnen nadat hij een patent op een belangrijke uitvinding heeft verkregen. Zijn netwerk met tuinderijen komt hem daarbij goed van pas. Bij de oprichting van zijn eenmanszaak heeft hij het patent ingebracht, maar omdat hij de waarde niet kent, heeft hij dit gewaardeerd op nul. Verder heeft hij inventaris ingebracht (€ 2.500) en geld op de bankrekening van de zaak gestort; contant geld houdt hij niet aan. Zijn kantoor voert hij vanuit huis. Zijn zolder heeft hij ingericht met twee speciale apparaten voor de productie van de bestrijdingsmiddelen; een apparaat voor de productie van beestjes die de natuurlijke vijanden zijn van ongedierte, een ander apparaat voor de productie van vloeistoffen. Totale aanschaffingskosten € 10.000. Deze aankoop is geheel gefinancierd met een lang lopende lening van 10 jaar; af te lossen per kwartaal. Rente 10% per jaar eveneens per kwartaal te betalen. De eerste termijn (aflossing en rente) moet op 1 januari 2009 worden voldaan. Hij brengt de eenmanszaak € 400 euro huur per maand in rekening. Met de belastingdienst is overeengekomen dat dit als zakelijke kosten wordt aangemerkt die zijn gebaseerd op de waarde in het economisch verkeer. Zijn inkomsten bestaan uit in rekening gebrachte arbeidsuren en verkochte bestrijdingsmiddelen. Sommige projecten hebben een langere doorlooptijd. Steeds factureert hij na afronding van het project. Om totaaloplossingen te bieden, koopt hij alternatieve bestrijdingsmiddelen in, tevens huurt hij soms externe expertise in.

Over de periode 1 oktober tot en met 31 december 2008 zijn de volgende gegevens bekend:

  • Zowel op de inventaris als op de bestrijdingsapparatuur is afgeschreven

  • Totale (gefactureerde) opbrengst van zijn werkzaamheden (inclusief verkoop bestrijdingsmiddelen) is € 45.000; daarvan is € 32.000 betaald

  • Inkoop van bestrijdingsmiddelen € 12.000; hiervan is betaald € 11.000, op 31 december is nog een voorraad bestrijdingsmiddelen aanwezig van € 2.500

  • De door leveranciers in rekening gebrachte uren dienstverlening bedragen € 4.500. Dit is betaald

  • De huren zijn overgeboekt van de zaaksrekening naar de privé-rekening. Daarnaast heeft hij € 10.000 overgeboekt voor privé uitgaven.

De balans per 31 december 2008 ziet er als volgt uit:

Patent

Inventaris

Bestrijdingsapparatuur

Voorraad bestrijdingsmiddelen

Debiteuren

Bank

PM

2.375

9.750

2.500

13.000

33.000

60.625

Eigen vermogen

 

.....read more
Access: 
Public
Onderneming & Recht: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - UL
Check how to use summaries on WorldSupporter.org


Online access to all summaries, study notes en practice exams

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Starting Pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
  3. Tags & Taxonomy: gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  4. Follow authors or (study) organizations: by following individual users, authors and your study organizations you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Search tool : 'quick & dirty'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject. The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study (main tags and taxonomy terms)

Field of study

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Promotions
Image

Op zoek naar een uitdagende job die past bij je studie? Word studentmanager bij JoHo !

Werkzaamheden: o.a.

  • Het werven, aansturen en contact onderhouden met auteurs, studie-assistenten en het lokale studentennetwerk.
  • Het helpen bij samenstellen van de studiematerialen
  • PR & communicatie werkzaamheden

Interesse? Reageer of informeer

Check related topics:
Activities abroad, studies and working fields
Institutions and organizations
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1629 1