Deze samenvatting is geschreven in collegejaar 2012-2013.
Oefenvragen Inleiding forensische psychiatrie en psychologie
1. Wat is volgens de DSM géén kenmerk van een psychische stoornis?
a. Het gedrag wijkt af van de sociaal culturele norm
b. Het gedrag kan door één specialist worden beoordeeld als afwijkend
c. Het gedrag veroorzaakt lijden, ongerief of bezorgdheid
d. Er zijn andere die hetzelfde gedrag vertonen met dezelfde consequenties
2. In welk geval is er sprake van een hetero-anamnestische observatie?
a. De partner van de verdachte zegt dat ze een slechte band heeft met de verdachte
b. De verdachte zegt een moeilijke periode gehad te hebben in zijn jeugd
c. De verdachte blijkt een beneden gemiddeld IQ te hebben
d. De beoordelaar constateert dat de verdachte zichzelf slecht verzorgd
3. Wat is volgens de Wet BOPZ géén voorwaarde om iemand op te nemen in een psychiatrisch ziekenhuis?
a. De betrokkene moet tenminste elf jaar oud zijn
b. Er moet sprake zijn van een stoornis van de geestvermogens
c. De stoornis moet een gevaar vormen voor de betrokkene
d. Opname in een psychiatrisch ziekenhuis is de enige manier die voor vermindering van gevaar voor de betrokkene kan zorgen
4. Wat wordt bedoeld met het ultimum remedium beginsel?
a. Iemand wordt alleen opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis als de psychiatrische stoornis een gevaar vormt voor de omgeving
b. Iemand wordt alleen opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis als elk ander redmiddel niet effectief is gebleken
c. Iemand wordt alleen opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis als hij hier zelf toestemming voor geeft
d. Iemand wordt alleen opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis als hier toestemming is van de naasten van de betrokkene
5. Waar moet een deskundige rekening houden wanneer hij rapporteert aan de rechtbank?
a. De deskundige moet aan kunnen tonen dat hij verstand heeft van zijn vak, door vaktermen te gebruiken
b. De deskundige vertelt in de rapportage welk advies hij geeft met betrekking tot de strafoplegging
c. De deskundige betrekt in zijn rapportage datgeen wat hem van belang lijkt bij het adviseren van de rechtbank
d. De deskundige houdt zich aan de vraagstelling die hem is opgelegd door de rechtbank
6. In welk opzicht is de diagnostiek van de DSM niet bruikbaar voor de forensische psychologie en psychiatrie?
a. De DSM omvat niet alle stoornissen die in het forensische veld voor kunnen komen
b. De DSM zegt niks over de beweegredenen van de verdachte en ook niet over de oorzaak en het verloop van de stoornis
c. De DSM is vooral bruikbaar gebleken in de psychologie en psychiatrie buiten het forensische veld om
d. De DSM geeft geen aanwijzing voor het gebruik door rechters en andere juristen
7. Wanneer een psychische stoornis en de omstandigheden evenredig hebben bijgedragen aan een delict is er sprake van...
a. Toerekeningsvatbaarheid
b. Ontoerekeningsvatbaarheid
c. Verminderde toerekeningsvatbaarheid
d. Sterk verminderde toerekeningsvatbaarheid
8. Wat kan nog meer een behandeling zijn, in juridisch kader, behalve tbs?
a. Een bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijk strafdeel, deze geldt na de proeftijd
b. Plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis bij verminderde toerekeningsvatbaarheid
c. Voorwaardelijk sepot en schorsing van de preventieve hechtenis
d. Plaatsing in een behandelingskliniek, direct wanneer de gevangenisstraf begint
9. Hoeveel procent van de gedetineerden heeft een psychische stoornis (verslaving meegerekend)?
a. 50%
b. 60%
c. 70%
d. 80%
10. Welk van de volgende beweringen is juist?
1. Bij gevangenen komen meer psychische stoornissen voor dan in de algemene bevolking.
2. Bij allochtonen en vreemdelingen bestaat een verhoogd risico op schizofrenie.
a. 1 is juist en 2 is juist
b. 1 is juist en 2 is onjuist
c. 1 is onjuist en 2 is juist
d. 1 is onjuist en 2 is onjuist
11. Wat wordt er bedoeld met een triple-rapportage?
a. Een rapportage die drie keer wordt gedaan, telkens door iemand anders, om de betrouwbaarheid van de rapportage te vergroten
b. Een rapportage waar, naast de psycholoog en de psychiater, ook een milieuonderzoeker bij betrokken is
c. Een rapportage die bestaat uit drie verschillende rapportages van testpsychologisch onderzoek
d. Een rapportage van een urgente zaak
12. Wat is niet waar over het gedragskundig onderzoeken bij allochtone verdachten?
a. De taalbarrière speelt een belangrijke rol en kan het proces moeilijker maken
b. Het toepassen van een Westerse manier van diagnosticeren is niet ideaal, maar levert wel volledige resultaten op
c. Het delict moet meestal differentiaal diagnostisch worden beoordeeld
d. Door de culturele achtergrond van de verdachte moet er tijdens het onderzoek vaak aandacht worden besteed aan de interpretatie van gedrag en testresultaten
13. Wat is waar over het geven van advies over recidivegevaar?
1. Het is belangrijk om niet te denken aan de eigen vooroordelen jegens de groep waartoe een verdachte behoort
2. Variabelen uit eerder wetenschappelijk onderzoek kunnen een goede voorspeller van recidivegevaar zijn
a. 1 is juist en 2 is juist
b. 1 is juist en 2 is onjuist
c. 1 is onjuist en 2 is juist
d. 1 is onjuist en 2 is onjuist
14. Wat is waar over delicten en daders in forensische poliklinieken?
1. Mannen zijn op alle delicten oververtegenwoordigd
2. Allochtone daders zijn oververtegenwoordigd bij zedendelicten
a. 1 is juist en 2 is juist
b. 1 is juist en 2 is onjuist
c. 1 is onjuist en 2 is juist
d. 1 is onjuist en 2 is onjuist
15. Wat is waar over tbs?
a. Tbs kan enkel worden aanbevolen bij ontoerekeningsvatbaarheid
b. De meeste tot tbs veroordeelde delinquenten zijn ontoerekeningsvatbaar
c. Tbs kan opgelegd worden, ondanks de duur van de gevangenisstraf
d. Tbs kan opgelegd worden als de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid, op het spel staat
16. Wat is waar over tbs-gestelden?
1. Meer dan de helft van de tbs-gestelden heeft een aan middelen gebonden stoornis
2. De meeste tbs-gestelden hebben een gemiddeld IQ
a. 1 is juist 2 is juist
b. 1 is juist 2 is onjuist
c. 1 is onjuist 2 is juist
d. 1 is onjuist 2 is onjuist
17. Wat is waar over seksueel delinquent gedrag?
1. Ongeveer 80% van de plegers van seksuele delicten zijn first offenders
2. De meeste plegers van seksuele delicten recidiveren niet
a. 1 is juist 2 is juist
b. 1 is juist 2 is onjuist
c. 1 is onjuist 2 is juist
d. 1 is onjuist 2 is onjuist
18. Waar is men meestal niet extra alert op bij het onderzoeken van plegers van seksuele delicten?
a. Of de persoon in kwestie een bepaalde interesse of obsessie heeft
b. Wat de aard en de intensiteit van het geweld bij het delict was
c. De opleiding die de betrokkene genoten heeft
d. De sociale vaardigheden van de betrokkene
19. Wat is géén voorwaarde voor pyromanie volgens de DSM?
a. Opzettelijke en doelgerichte brandstichting bij meer dan één gelegenheid
b. Gefascineerd zijn door, belangstelling hebben voor, nieuwsgierigheid naar, of aangetrokken worden door vuur en de situatie erom heen
c. Emotioneel oppervlakkige stemming vlak voor de daad
d. Lust, voldoening of opluchting tijdens het brandstichten
20. Wat is waar over tbs-oplegging bij verschillende delicten?
1. Procentueel gezien worden er bij bijna evenveel plegers van brandstichting als bij plegers van levensdelicten tbs opgelegd
2. Bij seksuele geweldsdelicten wordt minder vaak tbs opgelegd dan bij brandstichting
a. 1 is juist 2 is juist
b. 1 is juist 2 is onjuist
c. 1 is onjuist 2 is juist
d. 1 is onjuist 2 is onjuist
21. Wat is waar over mannen en vrouwen die brand stichten?
1. Meer mannen hebben tbs opgelegd gekregen na het stichten van brand dan vrouwen
2. Bij de mannen die tbs opgelegd gekregen hebben was er in alle gevallen van brandstichting gevaar voor personen, bij de vrouwen was dit slechts in sommige gevallen zo
a. 1 is juist 2 is juist
b. 1 is juist 2 is onjuist
c. 1 is onjuist 2 is juist
d. 1 is onjuist 2 is onjuist
22. Wat is een belangrijke contra-indicatie voor het behandelen van mensen in een polikliniek?
a. Een IQ lager dan 75
b. Een gemotiveerde houding
c. Ernstige verslavingsproblematiek
d. Goede beheersing van de Nederlandse taal
23. Wat is waar over risicotaxatie bij daders van delicten?
a. Instrumenten voor risicotaxatie uit de forensisch psychiatrische centra bleken even effectief voor de forensische poliklinieken
b. De omvang van het aantal vals positieven bij risicotaxatie betreft bijna de helft van alle ex-tbsgestelden
c. De uitkomsten van de risicotaxatie zijn niet aan geldigheid gebonden
d. De meeste testinstrumenten voor het meten van risicotaxatie zijn gevalideerd
Antwoorden
1. b
2. a
3. a
4. b
5. d
6. b
7. c
8. c
9. d
10. a
11. b
12. b
13. c
14. d
15. d
16. b
17. a
18. c
19. c
20. a
21. c
22. c
23. b
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1762 |
Add new contribution