Theoretisch model: schema’s, copingstrategiën en modi - samenvatting van hoofdstuk 3 uit Handboek schematherapie

Handboek Schematherapie
Hoofdstuk 3
Theoretisch model: schema’s, copingstrategiën en modi

Praktijk

Vroeg ontstane disfunctionele schema’s

Vanaf de eerste levensjaren worden ervaringen opgeslagen in ons autobiografisch geheugen in de vorm van schema’s. Zij omvatten de zintuigelijke waarnemingen, de ervaren emoties en handelingen en de betekenis die eraan is verleend. Vroegkinderlijke ervaringen worden op niet-verbale wijze opgeslagen.

Schema’s functioneren als filters waarmee mensen de wereld om zich heen ordenen, interpreteren en voorspellen.

De meeste mensen hebben schema’s ontwikkeld die hen helpen zichzelf en het gedrag van anderen en gebeurtenissen in de wereld beter te begrijpen. Dit stelt hen in staat een positief zelfbeeld en een genuanceerd beeld van anderen te ontwikkelen en om adequaat problemen op te lossen.

Mensen met persoonlijkheidsproblematiek hebben disfunctionele schema’s ontwikkeld.

Disfunctionele schema’s ontstaan op jonge leeftijd door de wisselwerking van het temperament van het kind, de opvoedingsstijl en de ouders en significante ervaringen. Disfunctionele schema’s weerspiegelen onvervuld emotionele behoeften van het kind. Het zijn aanpassingen aan negatieve ervaringen, gebrek aan liefde en warme, inadequate ouderlijke zorg en steun.

Disfunctionele schema’s zijn in de vroege kinderjaren, gezien de omstandigheden, adaptief. Ze interfereren wel met het goed doorlopen van ontwikkelingstaken. Dit kan leiden tot voortdurende negatieve ervaringen, die ervoor zorgen dat het schema steeds meer ingesleten en rigide raakt.

Hoe meer iemand op een bepaald gebied te kort is gekomen en hoe ernstiger de traumatische gebeurtenissen zijn, des te rigider en sterken bepaalde overtuigingen zich wortelen en des te meer last de persoon er van heeft.  

Schema’s zijn niet altijd even actief. Als omstandigheden meer gelijkenis vertonen met de situaties die hebben geleid tot het ontstaan van het schema, dan zal het schema ook meer op de voorgrond staan.

Iemand heeft copingstrategieën om zo min mogelijk last te hebben van het schema.

Beschrijving van de schema’s

Er zijn negentien schema’s, namelijk:

Emotionele verwaarlozing, de cliënt verwacht dat de eigen basale emotionele behoeften niet of onvoldoende door anderen zullen worden beantwoord. Hij volgt zich alleen een eenzaam.

Verlating/instabiliteit, de cliënt verwacht dat iedereen hem uiteindelijk in de steek zal laten. Anderen zijn onbetrouwbaar en onvoorspelbaar in hun steun en toewijding.

Wantrouwen en/of misbruik, de cliënt heeft de overtuiging dan anderen uiteindelijk misbruik van hem zullen maken of hem bedriegen of vernederen.

Sociaal isolement/vervreemding, de cliënt voelt zich geïsoleerd en anders dan anderen.

Minderwaardigheid/schaamte, de cliënt vind zichzelf innerlijk onvolkomen en slecht.

Sociale ongewenstheid, de cliënt is ervan overtuigd dat hij sociaal onhandig en onaantrekkelijk is.

Mislukking, de cliënt voelt zich dom en zonder talent.

Afhankelijkheid/onbekwaamheid, de cliënt is extreem hulpeloos en afhankelijk van anderen.

Kwetsbaarheid voor ziekte en gevaar, de cliënt denkt dat hem en dierbaren elk moment iets vreselijks kan overkomen en dat hij niets kan doen om zich te beschermen.

Verstrengeling/kluwen, de cliënt is overdreven betrokken bij en verbonden met een of meer opvoeders, waardoor hij geen eigen identiteit kan ontwikkelen.

Onderwerping, de cliënt geeft zich over aan de wil van anderen om negatieve consequenties te voorkomen.

Zelfopoffering, de cliënt offert zich vrijwillig op voor anderen die hij ziet als zwakker als zichzelf. Hij laat andermans behoeften voorgaan.

Goedkeuring en erkenning zoeken, de cliënt is op een overdreven manier op zoek naar erkenning, waardering en aandacht, ten kosten van eigen ontwikkeling en behoeften.

Emotionele geremdheid, de cliënt houd emoties en impulsen altijd in, omdat hij denkt dat het uiten daarvan anderen zal schaden of leidt tot schaamte, vergelding of verlating.

Meedogenloze normen/overmatig kritisch, de cliënt gelooft dat hij het nooit goed genoeg zal doen en dat hij harder zijn best moet doen. Hij is kritisch naar zichzelf en perfectionistisch, rigide en overdreven efficiënt.

Negativiteit en pessimisme, de cliënt ziet altijd de negatieve kant van alles en negeert of minimaliseert de positieve kant. Hij is meestal aan het piekeren en hyperalert.

Bestraffende houding, de cliënt vindt dat mensen hard gestraft moeten worden voor hun fouten.

Zich rechten toe-eigenen, de cliënt vindt dat hij superieur is aan anderen en speciale rechten heeft.

Gebrek aan zelfbeheersing/zelfdiscipline, de cliënt heeft geen frustratietolerantie en kan gevoelens en impulsen niet beheersen.

Copingstrategieën

Disfunctionele schema’s worden in stand gehouden door copingstrategieën. Dit is geleerd om bedreigende situaties in de jeugd te overleven, dat was toen de beste optie. In het huidige leven houdt dit gedrag de schema’s in stand.

De drie copingstrategieën zijn: 1) overgave 2) vermijden 3) overcompenseren.

De copingstrategieën geven op de korte termijn opluchting, maar leiden op de lange termijn tot moelijkheden op belangrijke levensgebieden.

De copingstrategie is een automatische reactie op een bedreigende situatie. Ze zijn zichtbaar in gedrag en bevatten cognitieve vervormingen.

Cliënten hebben niet één vaste copingstrategie, maar hanteren er meerdere.

Overgave

De cliënt gedraagt zich volgen zijn schema en past zijn gevoelens en gedachten daaraan aan.

Het gedragspatroon uit de jeugd wordt herhaald, door te zoeken naar situaties die lijken op omstandigheden die hebben geleid tot het schema. Enkel informatie die klopt met het schema wordt gezien. De emotionele pijn wordt rechtstreeks gevoeld.

Vermijding

De cliënt vermijdt activiteiten die het schema activeren. Het schema kan niet ter discussie worden gesteld en er kunnen geen correctieve ervaringen op worden gedaan.

Gebeurtenissen en herinneringen worden ontkent en gevoelens worden afgevlakt.

Overcompensatie

Het tegenovergestelde gedrag van het schema wordt vertoond om het schema zo te bestrijden. Dit leidt tot een onderschatting van de invloed die het schema kan hebben.

Gedachten zijn ook tegengesteld aan de inhoud van het schema. Onaangename gevoelens worden overdekt met tegenovergestelde gevoelens. Deze gevoelens komen terug als de overcompensatie mislukt.

De achtergrond van schemamodi

Vooral bij complexe persoonlijkheidsproblematiek kunnen cliënten zich in verschillende schema’s herkennen en diverse copingstrategieën in afwisseling hanteren. Zo kan er binnen korte tijd een wisseling van stemming en gedrag optreden.

Schemamodi zijn momentane, steeds wisselende, maar alles overheersende gemoedstoestanden waarin een cliënt kan verkeren. Schema’s zijn stabiel (trait). Modi zijn kortdurende toestanden (state).

Een schemamodus reflecteert een constellatie van diverse op dat moment actieve schema’s en copingstijlen.

Schemamodi spelen bij iedereen een rol. Het verschil van pathologie is de mate waarin modi onafhankelijk van elkaar opereren en de sterkte van hun activiteit. Hoe gezonder iemand is, hoe minder de modi los van elkaar staan en hoe minder sterk de disfunctionele modi overheersen.

Schemamodi staan nooit compleet los van elkaar. Een schemamodus is een toestandsbeeld dat op een bepaald moment op de voorgrond staat. Bij een cliënt met een paar disfunctionele modi staat meestal één modus op de voorgrond, maar de anderen zijn tegelijkertijd op de achtergrond aanwezig.

De verschillende schemamodi

Kindmodi

Kwetsbare kind. De cliënt denkt dat niemand zijn emotionele behoeften zal vervullen en dat iedereen hem uiteindelijk in de steek zal laten. Hij denkt dat er misbruik van hem gemaakt zal worden. Hij voelt zich minderwaardig en verwacht afgewezen te worden. Hij schaamt zich voor zichzelf en heeft het gevoel er niet bij te horen. De cliënt gedraagt zich als een klein kwetsbaar kind dat zich aan de therapeut vastklampt omdat hij zich alleen voelt en denkt dat er overal gevaar dreigt.

Woedende kind. De cliënt is intens kwaad, woedend en ongeduldig omdat aan zijn basale behoeften niet is voldaan. Hij kan zich in de steek gelaten, gekleineerd of verraden voelen.

Razende kind. De cliënt is woedend omdat aan zijn basale behoeften niet is voldaan en verliest de controle.

Impulsieve kind. De cliënt wil op een egoïstische en ongecontroleerde wijze bevrediging van zijn (niet basale) behoeften afdwingen. Hij kan gevoelens en impulsen niet inhouden en wordt woedend en razend als hij niet meteen zijn zin krijgt.

Ongedisciplineerde kind. De cliënt heeft geen frustratietolerantie en kan zichzelf niet dwingen routinematige of vervelende taken af te maken. Hij verdraagt geen ongenoegen.

Blije kind. De cliënt voelt zich geliefd, tevreden, beschermd, begrepen en gewaardeerd. Hij heeft zelfvertrouwen en voelt zich competent, voldoende autonoom en in controle. Hij kan spontaan reageren, is ondernemend en optimistisch.

Disfunctionele copingmodi

Willoze inschikkelijke. De cliënt geeft zichzelf over aan de wil van anderen om negatieve consequenties te voorkomen. Hij onderdrukt alle behoeften of emoties. Hij gedraagt zich onderdanig, passief en hoopt goedkeuring te krijgen door gehoorzaam te zijn.

Onthechte beschermer. De cliënt schermt zichzelf af voor heftige gevoelens. Hij voelt zich leeg, verveeld en gedepersonalisseerd.

Onthechte zelfsusser. De cliënt zoekt afleiding om negatieve emoties niet te hoeven voelen. Hij bereikt dit door zelfsussend gedrag of het ondernemen van zelfstimulerende activiteiten.

Overcompensatiemodi

Zelfverheerlijker. De cliënt voelt zich superieur aan anderen en denkt dat hij speciale rechten heeft. Hij wil zijn zin krijgen zonder rekening te hoeven houden met anderen.

Pest en aanval. De cliënt wil voorkomen dat hij gecontroleerd of gekwetst wordt door anderen en probeert daarom controle over hen te houden. Hij wil altijd in de dominante positie zitten en voelt een sadistisch genoegen bij het aanvallen van anderen.

Onaangepaste oudermodi

Straffende ouder. De cliënt is agressief, intolerant, ongeduldig en niet vergevingsgezind ten opzichte van zichzelf. Hij is altijd kritisch tegenover zichzelf en zeer schuldbewust. Dit is een weergave van wat (een van) de ouders of andere opvoeders tegen de cliënt zei om hem te kleineren of straffen.

Veeleisende ouder. De cliënt vind dat hij moet voldoen aan rigide regels, normen en waarden. Hij moet daarbij overdreven efficiënt zijn en gelooft dat hij het nooit goed genoeg kan doen en harder zijn best moet doen. Hij is nooit tevreden met het resultaat.

Gezonde modus

Gezonde volwassene. De cliënt heeft positieve en genuanceerde gedachten en gevoelens over zichzelf. Hij doet dingen die goed voor hem zijn en leiden tot gezonde relaties en activiteiten.

Nog niet onderzochte modi

Boze beschermer. De cliënt gebruikt een muur van woede om zichzelf te beschermen tegen anderen, die als driegend worden ervaren. De boosheid is meer gecontroleerd dan bij het woedende of razende kind.

Overcontroleerder. De cliënt probeert zichzelf te beschermen tegen vermeende of daadwerkelijke dreiging door alles extreem te controleren. Hierbij worden rituelen of herhaling gebruikt

Paranoïde modus. Probeert zichzelf te beschermen tegen vermeende of daadwerkelijke dreiging door anderen te lokaliseren en te onthullen.

Bedrog en manipulatie. Bedriegt, liegt of manipuleert om een specifiek doel te bereiken.

Roofdier. Op een kille, medogenloze en berekenende wijze bedreiging, rivalen of obstakels elimineren.

Aandacht- en erkenningzoeker. De cliënt probeert op opzichtige wijze goedkeuring en aandacht van anderen te krijgen.

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
Check more of topic:
This content is used in:

Persoonlijkheidsproblematiek - een samenvatting

Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activities abroad, study fields and working areas:
This content is also used in .....

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: SanneA
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
2761