Reaal/Athlon (HR 26-10-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX0357)
In mei 2004 heeft een aanrijding plaatsgevonden waarbij een bestuurder van een bij Reaal verzekerde auto toerekenbaar een auto van leasemaatschappij Athlon heeft beschadigd. Athlon heeft van Reaal schadevergoeding geëist en heeft de schade berekend met behulp van het Audatex systeem. In dit systeem worden op het type auto afgestemde standaardprijzen voor de te vervangen onderdelen en standaardtijdsduur voor de te verrichten werkzaamheden gehanteerd met daaraan gekoppeld vaste uurtarieven.
Het autoherstelbedrijf CARe (dat het herstel uitvoerde) heeft aan Athlon een korting gegeven van 15% op het vastgestelde uurtarief. Deze korting houdt verband met een tussen CARe en Athlon gesloten overeenkomst.
Kan Athlon jegens verzekeraar Reaal aanspraak maken op betaling van het volledige bedrag van de objectieve herstelkosten van de beschadigde auto? Reaal stelt dat zij aan Athlon het bedrag verschuldigd is dat daadwerkelijk aan Athlon in rekening is gebracht. Athlon stelt echter dat een abstracte schadeberekening uitgangspunt moet zijn, omdat het gaat om vergoeding van de waardevermindering van de auto als gevolg van de beschadiging.
De rechtbank heeft de vordering van Reaal afgewezen. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, nu de herstelkosten worden vastgesteld naar objectieve maatstaven en het bij deze methode van schadevaststelling niet past om voor één van die variabelen
(het uurtarief) uit te gaan van de daadwerkelijke herstelkosten. Reaal gaat in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat de zaakschade op abstracte wijze moet worden vastgesteld en daarbij past niet dat rekening wordt gehouden met de concrete omstandigheden van het geval, zoals een korting op het uurtarief. Op grond van art. 6:97 BW moet de schade worden begroot op de manier die het meest met de aard ervan in overeenstemming is. Bij zaaksbeschadiging is het uitgangspunt dat de schade die de eigenaar van de zaak lijdt gelijk is aan de waardevermindering van de zaak.
Het geldbedrag waarin deze waardevermindering kan worden uitgedrukt is in het algemeen gelijk aan de (objectieve) kosten voor het herstel. Schade aan auto’s komt vaak voor en de afwikkeling hiervan moet snel naar uniforme maatstaven plaatsvinden. Dit kan worden bevorderd door het hanteren van een forfaitair systeem, zoals i.c. het Audatex-systeem. Dit systeem houdt geen rekening met de omstandigheden van het concrete geval, zoals een korting op uurtarieven. Dit is in overeenstemming met het uitgangspunt dat de schade die de eigenaar van de zaak lijdt gelijk is aan de waardevermindering van de zaak. Als de visie van Reaal zou worden gevolgd, zou dit bij zaaksbeschadiging van auto’s een onzeker element in de schadeberekening inbrengen. Dit zou afbreuk doen aan de snelle, eenvoudige en uniforme afwikkeling die juist bij dit soort zaakschades wenselijk is. Ook zou het tot problemen van afgrenzing met andere soortgelijke gevallen leiden.
i.c. is de abstracte vaststelling van zaakschades weer expliciet bevestigd. Bij de berekening van zaakschade is uitgangspunt dat het geleden nadeel gelijk is aan de waardevermindering van de zaak. Bij schade aan auto’s kan een snelle en uniforme afwikkeling worden bevorderd door het hanteren van een forfaitair systeem (bijv. het Audatex-systeem). Dat dit systeem geen rekening houdt met de omstandigheden van het concrete geval (zoals korting op uurtarieven) is in overeenstemming met het uitgangspunt dat zaakschade abstract moet worden begroot. I.c. had de leasemaatschappij haar autoschades objectief laten taxeren en toen met korting ergens laten repareren. Dit is dus door de Hoge Raad geaccepteerd.
Add new contribution