Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
- Wat zijn groepsdynamieken? - TentamenTests 1
- Hoe kan men groepen onderzoeken? - TentamenTests 2
- Wat is identiteit? - TentamenTests 3
- Wat is formatie? - TentamenTests 4
- Hoe verloopt de ontwikkeling van samenhang binnen een groep? - TentamenTests 5
- Wat is structuur? - TentamenTests 6
- Wat is invloed? - TentamenTests 7
- Wat is macht? - TentamenTests 8
- Wat is leiderschap? - TentamenTests 9
- Wat is prestatie? - TentamenTests 10
- Wat zijn teams? - TentamenTests 11
- Hoe maken groepen beslissingen? - TentamenTests 12
- Wat is conflict? - TentamenTests 13
- Wat zijn onderlinge relaties? - TentamenTests 14
- Hoe werken groepen in verschillende contexten? - TentamenTests 15
- Hoe vindt groei en verandering plaats? - TentamenTests 16
- Wat zijn menigten en collectieven? - TentamenTests 17
Wat zijn groepsdynamieken? - TentamenTests 1
Vragen
Vraag 1
Hoe wordt een groep niet gedefinieerd:
- Verbonden met elkaar.
- Gezamenlijke vijand.
- Twee of meer individuen.
- Door en binnen sociale relaties.
Vraag 2
Wat is het juiste antwoord? Elke groep heeft een aantal overeenkomstige kenmerken. Deze zijn bijvoorbeeld:
- Interactie, duidelijke structuur, onderlinge onafhankelijkheid.
- Interactie, voorzien in primaire behoefte, samenhang.
- Duidelijke structuur, onderlinge afhankelijkheid, samenhang.
- Duidelijke structuur, voorzien in primaire behoefte, samenhang.
Vraag 3
Een sociale groep is per definitie een...
- Primaire groep.
- Niet-primaire groep.
- Taakgerichte groep.
- Relatiegerichte groep.
Vraag 4
Volgens het Gestalt-principe
- Is een groep meer dan de som der delen.
- Komen groepen tot stand door een gemeenschappelijk doel.
- Zijn losse individuele prestaties meer/beter dan het produceren.
- Zoeken personen een groep op om richting te geven aan hun leven.
Vraag 5
Volgens Campbell wordt entativiteit niet beïnvloed door:
- Nabijheid.
- Gelijkwaardigheid.
- Gemeenschappelijke oorzaak.
- Stereotypen.
Antwoordindicatie
Vraag 1
B.Gezamenlijke vijand.
Vraag 2
C. Duidelijke structuur, onderlinge afhankelijkheid, samenhang.
Vraag 3
B. niet-primaire groep.
Vraag 4
A. Is een groep meer dan de som der delen.
Vraag 5
D. Stereotypen
Hoe kan men groepen onderzoeken? - TentamenTests 2
Vragen
Vraag 1
Onderzoek naar groepen wordt niet gedaan door middel van...
- Overt groepsobservatie van de testleider.
- Covert groepsobservatie van de testleider.
- Overt en covert groepsobservaties door groepsleden.
- Zelfrapportage door groepsleden.
Vraag 2
Bij observaties kan gedrag worden gecodeerd tot cijfers. Een bekend coderingssysteem binnen de groepsdynamica is...
- Interaction process analysis.
- Sociometrie.
- Social network analysis.
- Diverse group process analysis.
Vraag 3
Een onderzoeksmethode waarbij de onderzoeker een onafhankelijke variabele (oorzaak) manipuleert en een afhankelijke variabele meet, heet...
- Zelfrapportage.
- Case study.
- Experiment.
- Correlationeel onderzoek.
Vraag 4
Skinner nam aan dat de wet van effect aan gedrag gerelateerd is. Dit is een voorbeeld van...
- Motivationeel perspectief.
- Gedragsperspectief.
- Systeemtheorie perspectief.
- Biologisch perspectief.
Antwoordindicatie
Vraag 1
C. Overt en covert groepsobservaties door groepsleden.
Vraag 2
A. Interaction process analysis.
Vraag 3
C. Experiment.
Vraag 4
B. Gedragsperspectief.
Wat is identiteit? - TentamenTests 3
Vragen
Vraag 1
Wat is niet waar?
- We hebben allemaal de behoefte ergens bij te horen.
- Hoe kleiner het sociale kapitaal, hoe beter de banden tussen personen zijn.
- Een groep die een link tussen leden creëert, zoals een sociale club, zorgt vaak alleen voor verminderde sociale eenzaamheid en vaak niet voor minder emotionele eenzaamheid.
- Je kan een groepslid straffen door deze uit de groep te bannen.
Vraag 2
Als iemand zichzelf beschrijft in termen van persoonlijke kenmerken, doet hij dit vanuit het … op … niveau.
- Individualisme, meso.
- Collectivisme, micro.
- Individualisme, micro.
- Collectivisme, meso.
Vraag 3
Tajfel en Turner deden onderzoek naar een minimale ingroepsituatie. Hieruit bleek dat groepsleden die niets met elkaar te maken hebben...
- Weinig interesse in elkaar tonen.
- Vrij snel altruïstisch gedrag naar elkaar vertonen.
- De eigen groep hetzelfde waarderen als een andere groep.
- Positiever denken over elkaar dan leden van een andere groep.
Vraag 4
Volgens het temporal-need-threath-model kent de reactie op ostracisme verschillende fasen. Welke van de volgende is daar NIET één van?
- Recuperatiefase
- Ontslagfase
- Reflecterende fase
- Reflexieve fase
Vraag 5
Een voetbalfan ziet 'zijn' team verliezen. Hij vertelt zijn vrienden dat dit kwam omdat de scheidsrechter slecht was en niet omdat zijn team slecht speelde. Dit is een voorbeeld van...
- BIRGing
- CORFing
- Ingroup-outgroup bias
- Sociale creativiteit
Antwoordindicatie
Vraag 1
B. Hoe kleiner het sociale kapitaal, hoe beter de banden tussen personen zijn.
Vraag 2
C. Individualisme, micro.
Vraag 3
D. Positiever denken over elkaar dan leden van een andere groep.
Vraag 4
A. Recuperatiefase
Vraag 5
B. CORFing
Wat is formatie? - TentamenTests 4
Vragen
Vraag 1
Er zijn drie soorten sociale motivatie. Welke hoort er niet bij...
- Need for affiliation.
- Need for intimacy.
- Need for equipment.
- Need for power.
Vraag 2
De attachment theorie van Bowlby beschrijft hechtingsstijlen. Wanneer iemand onzeker is over zichzelf en bang is voor afwijzing, heeft diegene een...
- Veilige hechtingsstijl.
- Gepreoccupeerde hechtingsstijl.
- Angstige hechtingsstijl.
- Vermijdende hechtingsstijl.
Vraag 3
Newcomb beschreef factoren die de neiging om relaties aan te gaan, beïnvloeden. Welke hoort er niet bij...
- Heterofilie.
- Proximity.
- Elaboration.
- Complementarity.
Vraag 4
Wanneer het lidmaatschap bevredigend is, maar een persoon wordt geen lid, dan is dit ... en ...
- Boven CLalt, onder CL
- Onder CLalt, onder CL
- Boven CLalt, boven CL
- Onder CLalrt, boven CL
Antwoordindicatie
Vraag 1
C. Need for equipment.
Vraag 2
D. Vermijdende hechtingsstijl.
Vraag 3
A. Heterofilie.
Vraag 4
D. Onder CLalrt, boven CL
Hoe verloopt de ontwikkeling van samenhang binnen een groep? - TentamenTests 5
Vragen
Vraag 1
Hogg vond dat elke factor die de neiging vergroot van groepsleden om zichzelf te categoriseren als groepslid, zal leiden tot minder persoonlijke attractie. Dit is een voorbeeld van...
- Sociale cohesie.
- Taakcohesie.
- Emotionele cohesie.
- Collectieve cohesie.
Vraag 2
Een ernstige vorm van initiatie, waarbij de leden aan ernstige psychologische en fysieke ervaringen blootgesteld worden, heet...
- Cognitieve dissonantie.
- Ontgroening.
- Traditie.
- Dominantie.
Vraag 3
Volgens de opeenvolgende stadiatheorie van Tuckman is de groepsfase waarin vriendschappen ontstaan, de rollen van de leden duidelijk zijn en er wederzijds vertrouwen is genaamd...
- Vormgeving (forming).
- Conflictfase (storming).
- Groepsnormen ontwikkelen (norming).
- Afscheid nemen (adjourning).
Vraag 4
Groepen waar leden aan meerdere taken tegelijk werken en waarin sociale relaties centraal staan zijn ...
- Polychronisch, taakgericht.
- Monochronisch, taakgericht.
- Polychronisch, relatiegericht.
- Monochronisch, relatiegericht.
Antwoordindicatie
Vraag 1
A. Sociale cohesie.
Vraag 2
B. Ontgroening.
Vraag 3
C. Groepsnormen ontwikkelen (norming).
Vraag 4
C. Polychronisch, relatiegericht.
Wat is structuur? - TentamenTests 6
Vragen
Vraag 1
Er zijn verschillende soorten normen. Goedgekeurde richtlijnen die beschrijven hoe mensen zich zouden moeten gedragen, voelen en denken in een bepaalde situatie, zijn een voorbeeld van een...
- Voorschrijvende norm.
- Normatieve norm.
- Beschrijvende norm.
- Bindende norm.
Vraag 2
De sociale netwerkanalyse omvat verschillende indexen. … is het aantal connecties dat iemand legt met andere mensen, … zijn gaten binnen het netwerk die subgroepen van elkaar scheiden.
- Outdegree centraliteit, holes.
- Indegree centraliteit, holes.
- Outdegree centraliteit, cliques.
- Indegree centraliteit, cliques.
Vraag 3
Er zijn verschillende theorieën die kijken naar rollen en rolgerelateerde processen. De theorie waarin generatieve processen worden genoemd waarbij groepsleden al enige kennis over rollen hebben is...
- Rol differentiatie theorie.
- Functionele roltheorie.
- Dynamische roltheorie.
- Interactionistische roltheorie.
Vraag 4
In het communicatienetwerk wordt een patroon van informatieoverdracht zichtbaar. Een … netwerk is een cirkel waarin informatie maar één kant op gaat
- Comcon.
- Vuurrad (pinwheel).
- Keten (chain).
- Wiel (wheel).
Antwoordindicatie
Vraag 1
D. Bindende norm.
Vraag 2
A. Outdegree centraliteit, holes.
Vraag 3
D. Interactionistische roltheorie.
Vraag 4
B. Vuurrad (pinwheel).
Wat is invloed? - TentamenTests 7
Vragen
Vraag 1
Conformiteit kan zich op verschillende manieren uiten. Echter, als je al dezelfde mening hebt als de rest van de groep, hoef je deze natuurlijk niet aan te passen. Dit is een voorbeeld van...
- Independence conformity.
- Conversion / private acceptance.
- Congruence conformity.
- Compliance / asquiescence.
Vraag 2
Wat is niet waar?
- Persoonlijke eigenschappen hebben invloed op de mate van conformeren.
- Vrouwen conformeren vaker dan mannen.
- In een collectivistische cultuur wordt meer geconformeerd.
- Bij internet contact is conformiteit lager dan bij face-to-face contact.
Vraag 3
Volgens Latané’s dynamic social impact theory volgt conformeren een aantal processen. Een voorbeeld is dat personen hun afwijkende mening kunnen behouden, gezien de clustervorming binnen de groep. Dit wordt … genoemd.
- Continuing diversity.
- Correlation.
- Clustering.
- Consolidation.
Vraag 4
Wat is waar?
- Injunctieve normen zijn veeleisender, vragen meer, dan beschrijvende normen.
- Het black sheep effect is het negatiever beoordelen van een outgroepslid dan een ingroepslid.
- Personen veranderen alleen door directe invloed van anderen, niet door indirect invloed.
- Het bijstander effect kan worden tegengegaan wanneer er een gevoel is van gedeelde verantwoordelijkheid.
Vraag 5
Juryleden die bij een rechtszaak al tot een conclusie komen voor de uitspraak en de bewijzen verdelen in twee groepen: ‘schuldig’ of ‘niet schuldig’, zijn … juryleden. Hoe groter de jury is hoe … de kans op een hung jury.
- Verdict driven, kleiner.
- Evidence driven, kleiner.
- Verdict driven, groter.
- Evidence driven, groter.
Antwoordindicatie
Vraag 1
D. Compliance / asquiescence.
Vraag 2
D. Bij internet contact is conformiteit lager dan bij face-to-face contact.
Vraag 3
A. Continuing diversity.
Vraag 4
A. Injunctieve normen zijn veeleisender, vragen meer, dan beschrijvende normen.
Vraag 5
C. Verdict driven, groter.
Wat is macht? - TentamenTests 8
Vragen
Vraag 1
Als een persoon zijn relatie met een ander gebruikt om gedaan te krijgen wat hij wil en dit doet met diens medewerking, is dit een … tactiek met een … interactie.
- Hard, bilateraal.
- Soft, bilateraal.
- Hard, unilateraal.
- Soft, unilateraal.
Vraag 2
Het bastheba syndroom is een voorbeeld van..
- Positief effect van macht.
- Positief effect van samenwerking.
- Negatief effect van macht.
- Negatief effect van samenwerking.
Vraag 3
Milgram voegde een aantal voorwaarden toe aan zijn experimenten. Onder welke omstandigheden bleef de kans voor deelnemers om door te gaan het grootst?
- Stemfeedback-conditie en hartconditie
- Nabijheidsvoorwaarde en aanrakingsnabijheidsvoorwaarde
- Lage bewakingstoestand en staat van kantoorgebouw
- Gewone man variatie en autoriteit als slachtofferconditie
Vraag 4
Wat is waar over de sociale dominantie orientation?
- Het accepteert geen mensen met sociale ongelijkheid.
- Mensen met een lage SDO zijn vaak dominant en assertief.
- Mensen met een lage SDO begrijpen dat sommige groepen beter en superieur zijn aan andere groepen.
- SDO correleert met pejudices en stereotypen.
Antwoordindicatie
Vraag 1
B. Soft, bilateraal.
Vraag 2
C. Negatief effect van macht.
Vraag 3
A. Stemfeedback-conditie en hartconditie
Vraag 4
D. SDO correleert met pejudices en stereotypen.
Wat is leiderschap? - TentamenTests 9
Vragen
Vraag 1
Wanneer de leider en de volgers samen aan een project werken, is dit een interpersoonlijk … proces.
- Coöperatief.
- Transactioneel.
- Transformationeel.
- Wederzijds.
Vraag 2
Een leider heeft verschillende competenties. Welke heeft hij niet?
- Emotionele intelligentie.
- Intelligentie (IQ).
- Creatieve intelligentie.
- Praktische intelligentie.
Vraag 3
De … stelt dat mensen behoefte hebben aan leiderschap en onbewust psychologische processen gebruiken om zich te verdedigen tegen het idee dat ze ooit dood zullen gaan. Zelfvertrouwen werkt als een zelfverdedigingsmechanisme.
- Impliciete leiderschapstheorie.
- Terror handelingentheorie.
- Sociale roltheorie.
- Sociale identiteitstheorie.
Vraag 4
Een lage LPC-score duidt op een … georiënteerde leider en is het beste in … situaties.
- Relatie, te verbeteren.
- Taak, te verbeteren.
- Relatie, entirely suitable or unsuitable.
- Taak, entirely suitable or unsuitable.
Antwoordindicatie
Vraag 1
B. Transactioneel.
Vraag 2
C. Creatieve intelligentie.
Vraag 3
B. Terror handelingentheorie.
Vraag 4
D. Taak, entirely suitable or unsuitable.
Wat is prestatie? - TentamenTests 10
Vragen
Vraag 1
Wat is geen oorzaak van social loafing?
- Door individuele prestaties te beoordelen.
- Niet het gevoel hebben een unieke bijdrage te leveren.
- Sucker effect.
- Onduidelijke doelen.
Vraag 2
Een … taak moet in zijn geheel uitgevoerd worden, bij een … taak is een hoge mate van productie nodig.
- Divisible, maximizing.
- Unitary, maximizing.
- Divisible, optimizing.
- Unitary, optimizing.
Vraag 3
Een taak die alleen succesvol kan worden uitgevoerd als alle leden hieraan bijdragen, heet...
- Disjunctive task.
- Discretionary task.
- Additive task.
- Conjunctive task.
Vraag 4
Welke van de uitspraken zijn juist:
1. Volgens het taak circumplex model zijn er vier soorten groepsdoelen: genereren, kiezen, onderhandelen en uitvoeren.
2. Groepen die zich bezighouden met conceptuele taken wisselen veel informatie uit, hebben weinig sociale invloed en zijn gefocust op het proces.
- Beide onjuist.
- 1. juist, 2 onjuist.
- 1. onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 5
Sommige processen beïnvloeden het gedrag en de reacties van groepsleden in bepaalde situaties. Wat is niet waar?
- Mensen proberen vooroordelen te verbergen.
- Mensen eten liever alleen dan in groepen.
- Door elektronische prestatiebewaking nemen de prestaties van deskundige medewerkers toe.
- In een nieuwe studiegroep gaat de prestatie achteruit als de stof nog nieuw is.
Vraag 6
Wat is geen oorzaak van social loafing?
- Individuele prestaties beoordelen.
- Waarnemen geen unieke bijdrage te leveren.
- Sucker-effect.
- Onduidelijke doelen.
Antwoordindicatie
Vraag 1
A. Door individuele prestaties te beoordelen.
Vraag 2
B. Unitary, maximizing.
Vraag 3
D. Conjunctive task.
Vraag 4
B. 1. juist, 2 onjuist.
Vraag 5
B. Mensen eten liever alleen dan in groepen.
Vraag 6
A. Individuele prestaties beoordelen.
Wat zijn teams? - TentamenTests 11
Vragen
Vraag 1
Welke van de onderstaande stellingen is juist?
1. Een team onderscheid zich van andere groepen door o.a. de intensiteit van relaties.
2. In teams zijn leden afhankelijker van elkaar dan bij andere groepen.
- Beide onjuist.
- 1 juist, 2 onjuist.
- 1 onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 2
Een team waarbij een externe leider het team stuurt, maar waarbij leden de verantwoordelijkheid hebben over de uitvoering van taken en het monitoren van werkprocessen, heet...
- Self-designing team.
- Manager-led team.
- Self-governing team.
- Self-managing team.
Vraag 3
Er is een categorisering van teamwork op basis van drie processen. Welke hoort er niet bij?
- Interpersonal process.
- Transition process.
- Independency process.
- Action process.
Vraag 4
Sterke samenhang wordt vaak geassocieerd met teamwinst. George beschreef de affectieve toon van de groep. Een positief affect van alle leden leidt tot een toename van acties die een positief effect hebben op de groep. Dit is een voorbeeld van:
- Structurele cohesie.
- Collectieve cohesie.
- Sociale cohesie.
- Emotionele cohesie.
Antwoordindicatie
Vraag 1
D. Beide juist.
Vraag 2
A. Self-designing team.
Vraag 3
C. Independency process.
Vraag 4
D. Emotionele cohesie.
Hoe maken groepen beslissingen? - TentamenTests 12
Vragen
Vraag 1
De waargenomen eerlijkheid waarmee rechten of middelen zijn verspreid, heet … rechtvaardigheid. Wanneer een groep het unaniem eens moet zijn over een beslissing, spreken we over een…
- Distributieve, consensus.
- Distributieve, majority rule.
- Procedurele, consensus.
- Procedurele, majority rule.
Vraag 2
Denkfouten die worden veroorzaakt door het over het hoofd zien van informatie, worden … genoemd.
- Sins of omission.
- Confirmation bias.
- Sins of commission.
- Sins of imprecision.
Vraag 3
Polarisatie kan positieve en negatieve gevolgen hebben. Wat is niet waar?
- Polarisatie kan zorgen voor optimisme over de toekomst.
- De posities binnen een groep kunnen worden versterkt.
- Mensen stellen bij polarisatie hun mening bij door de positie van de ander, niet door de inhoud van de mening.
- Vanuit evolutionair perspectief is polarisatie negatief, gezien er minder ideeën zijn om gevaar op te lossen.
Vraag 4
Om te voorkomen dat er belangrijke beslissingen worden genomen, kunnen mensen een oplossing kiezen die voldoet aan de minimale criteria. Dit heet:
- De discussie bagatelliseren (Trivializing the discussion).
- Versterking (Bolstering).
- Bevredigend (Satisficing).
- Uitstelgedrag (Procrastination).
Antwoordindicatie
Vraag 1
A. Distributieve, consensus.
Vraag 2
A. Sins of omission.
Vraag 3
D. Vanuit evolutionair perspectief is polarisatie negatief, gezien er minder ideeën zijn om gevaar op te lossen.
Vraag 4
C. Bevredigend (Satisfying).
Wat is conflict? - TentamenTests 13
Vragen
Vraag 1
Volgens de social value orientation hebben mensen die hun eigen winst willen maximaliseren, maar andermans verliezen ook klein proberen te houden een … oriëntatie.
- Cooperation.
- Competitive.
- Altruistic.
- Individualistic.
Vraag 2
Het … is een sociaal dilemma waarin individuen hun uitkomsten kunnen maximaliseren door persoonlijke doelen na te streven in plaats van collectieve doelen. Wanneer alle leden zich egoïstisch gedragen, zal dat leiden tot grote verliezen voor de hele groep.
- Social trap dilemma.
- Public goods dilemma.
- Eerlijkheidsdilemma.
- Egocentric dilemma.
Vraag 3
Wat is geen goede manier om een conflict op te lossen?
- Onderhandelen over goederen of posities.
- Communiceren om inzicht te geven in de eigen motieven en doelen.
- Samenwerken met de andere partij.
- Provoceren van de ander, uitdagen.
Vraag 4
Welke stelling(en) is/zijn juist?
1. Het prisoner's dilemma-spel wordt vooral gebruikt om samenwerking te bestuderen.
2. Deutsch sprak over bevorderende onderlinge afhankelijkheid in de context van concurrentie.
- Beide onjuist
- 1 juist, 2 onjuist
- 1 onjuist, 2 juist
- Beide correct
Antwoordindicatie
Vraag 1
B. Competitive.
Vraag 2
A. Social trap dilemma.
Vraag 3
D. Provoceren van de ander, uitdagen.
Vraag 4
A. Beide onjuist.
Wat zijn onderlinge relaties? - TentamenTests 14
Vragen
Vraag 1
… stelt dat vijandigheid, veroorzaakt door frustrerende omstandigheden, geuit wordt door vijandige handelingen te ondernemen tegenover andere sociale groepen.
- Het algemene agressie model.
- Het spiraalmodel van conflictverergering.
- De norm van wederkerigheid.
- De scapegoat theorie.
Vraag 2
De neiging om aan te nemen dat leden van andere groepen erg op elkaar lijken, terwijl leden van de eigen groep als meer heterogeen worden gezien, heet...
- Fundamental attribution error.
- Outgroup homogeinity bias.
- Ingroup heterogeneity bias.
- Law of small numbers.
Vraag 3
Welke van de stellingen is juist?
1. Het stereotype content model identificeert warmte en mate van coöperatie als twee basisdimensies.
2. Bij minachting wordt gedacht dat de groep niet warm is, noch weinig coöperatief.
- Beide onjuist.
- 1 juist, 2 onjuist.
- 1 onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 4
… is een psychologisch proces waarbij tegenstanders in een conflict elkaar als minder menselijk gaan zien, zodat moraliteitskwesties niet meer van toepassing zijn, en gaat vaak samen met …
- Moral exclusion, dehumanisatie.
- Moral exclusion, minachting.
- Dehumanisatie, minachting.
- Minachting, dehumanisatie.
Antwoordindicatie
Vraag 1
D. De scapegoat theorie.
Vraag 2
B. Outgroup homogeinity bias.
Vraag 3
A. Beide onjuist.
Vraag 4
A. Moral exclusion, dehumanisatie.
Hoe werken groepen in verschillende contexten? - TentamenTests 15
Vragen
Vraag 1
Een aantal factoren uit de omgeving kunnen zorgen voor stress. Welke factor lijkt geen rol te spelen hierbij?
- Gevaar.
- Temperatuur.
- Verslaving.
- Lawaai.
Vraag 2
Wanneer men buiten de persoonlijke ruimte blijven, voorkom je een ongemakkelijk gevoel. Wanneer discussiëren, kletsen en autorijden plezierig zijn, zit men in de … zone.
- Social.
- Intimate.
- Remote.
- Personal.
Vraag 3
Welke van de stellingen is waar?
1. Wanneer de density (dichtheid) hoog is, ontstaat er crowding.
2. De density-intensity hypothese verklaard dat hoge dichtheid plezierige situaties plezieriger maakt en onplezierige situaties onplezieriger.
- Beide onjuist.
- 1 juist, 2 onjuist.
- 1 onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 4
Verschillende soorten groepen hebben verschillende soorten ruimte nodig. Wat is waar?
- In dens werken mensen het beste in een eigen, afgesloten werkplek.
- In cells werken mensen het beste in een ruimte die zowel individuele als collaboratieve werkplekken biedt.
- In hives functioneren mensen het beste in een open ruimte met werkcellen waarbij iedereen een kleine werkplaats heeft.
- In clubs functioneren mensen het beste in een open ruimte.
Antwoordindicatie
Vraag 1
C. Verslaving.
Vraag 2
D. Personal.
Vraag 3
C. 1 onjuist, 2 juist.
Vraag 4
D. In clubs functioneren mensen het beste in een open ruimte.
Hoe vindt groei en verandering plaats? - TentamenTests 16
Vragen
Vraag 1
… is een vorm van therapie waarbij interpersoonlijke-en psychologische problemen worden benaderd door het toepassen van gedragsprincipes in een groepssetting.
- Cognitieve gedragstherapie.
- Interpersoonlijke groepspsychotherapie.
- Gestalt groepstherapie.
- Groepspsychoanalyse.
Vraag 2
Een interpersoonlijke leergroep is bijvoorbeeld een gestructureerde leergroep. Dit is te omschrijven als...
- Een ongestructureerde groep, gericht op het verbeteren van de spontaniteit, bevorderen van het persoonlijke bewustzijn en het maximaliseren van de sensitiviteit van leden.
- Een geplande interventie waarbij de aandacht op een specifiek interpersoonlijk probleem of vaardigheid gericht wordt.
- Een trainingsinterventie waarbij vaardigheiden worden ontwikkeld.
- Een korte, maar gestructureerde interventie om psychologische-, gedrags- en emotionele problemen aan te pakken.
Vraag 3
Welke van de stellingen is juist?
1. Universaliteit is een voorbeeld van een therapeutische factor.
2. Met upward social comparison kan het zelfvertrouwen niet worden verbeterd.
- Beide onjuist.
- 1 juist, 2 onjuist.
- 1 onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 4
… is het verwerven van kennis over jezelf.
- Catharsis.
- Altruïsme.
- Inzicht.
- Sociaal leren.
Vraag 5
Zelfonthulling vindt meestal plaats in de:
- Affectieve fase.
- Oriëntatiefase.
- Verkennende affectieve fase.
- Stabiele uitwisselingsfase.
Antwoordindicatie
Vraag 1
A. Cognitieve gedragstherapie.
Vraag 2
B. Een geplande interventie waarbij de aandacht op een specifiek interpersoonlijk probleem of vaardigheid gericht wordt.
Vraag 3
D. Beide juist.
Vraag 4
C. Inzicht.
Vraag 5
D. Stabiele uitwisselingsfase.
Wat zijn menigten en collectieven? - TentamenTests 17
Vragen
Vraag 1
Er zijn bepaalde gedragingen opgemerkt die door groepsleden worden uitgevoerd. Wanneer men in dezelfde richting gaat lopen op rennen, heet dit...
- Movement.
- Orientation.
- Positioning.
- Vocalization.
Vraag 2
Welke van de stellingen is waar?
1. Bij acquisitive panics is men bang dat een bepaald schaars middel op zal raken.
2. Een collectieve beweging wordt soms voorafgegaan door een gerucht.
- Beide onjuist.
- 1 juist, 2 onjuist.
- 1 onjuist, 2 juist.
- Beide juist.
Vraag 3
Een aantal factoren kunnen zorgen voor deindividuation, beschreven door Zimbardo. Welk van onderstaande factoren heeft hij niet beschreven?
- Omgeving.
- Arousal.
- Verantwoordelijkheid.
- Anonimiteit.
Vraag 4
Een sociale beweging kan proberen verandering in een sociaal systeem te bewerkstelligen.
Een ... streeft naar meer ideale leefomstandigheden, vaak door zich af te zonderen van niet-leden.
- Gemeenschapsbeweging
- Hervormingsbeweging
- Reactionaire beweging
- Revolutionaire beweging
Antwoordindicatie
Vraag 1
D. Vocalization.
Vraag 2
D. Beide juist.
Vraag 3
A. Omgeving.
Vraag 4
A. Gemeenschapsbeweging
Studiegids voor samenvattingen bij Group Dynamics van Forsyth
Studiegids met samenvattingen en studiehulp voor:
- Boektitel: Group Dynamics
- Auteur: Forsyth
- Druk: 7e druk en 6e druk
Studiegids met oefen- en voorbeeldtentamens voor Groepsdynamica aan de Universiteit Leiden
Oefen- en voorbeeldtentamens bij Groepsdynamica aan de Universiteit Leiden
Inhoudsopgave
- TentamenTickets bij Groepsdynamica
- Begrippenlijst bij Groepsdynamica
- TentamenTests met 60+ meerkeuzevragen bij Groepsdynamica 1
- TentamenTests met 60+ meerkeuzevragen bij Groepsdynamica 2
- TentamenTests met 50+ meerkeuzevragen bij Groepsdynamica 3
- TentamenTests met 25+ meerkeuzevragen bij Groepsdynamica 4
- TentamenTests met 75+ meerkeuze en 3+ open vragen bij Groepsdynamica 5
- TentamenTests bij het boek: Group Dynamics van Forsyth - 7e druk
- TentamenTests bij het boek: Lord of the Flies van Golding - 1e druk
Psychology and behavorial sciences - Theme
Summaries, study notes, internships, tips and tools for study and work in psychology and behavorial sciences
- 1 of 2141
- next ›
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
- Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
- Use the topics and taxonomy terms
- The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
- Check or follow your (study) organizations:
- by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
- this option is only available trough partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- by following individual users, authors you are likely to discover more relevant study materials.
- Use the Search tools
- 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
- The search tool is also available at the bottom of most pages
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Field of study
- All studies for summaries, study assistance and working fields
- Communication & Media sciences
- Corporate & Organizational Sciences
- Cultural Studies & Humanities
- Economy & Economical sciences
- Education & Pedagogic Sciences
- Health & Medical Sciences
- IT & Exact sciences
- Law & Justice
- Nature & Environmental Sciences
- Psychology & Behavioral Sciences
- Public Administration & Social Sciences
- Science & Research
- Technical Sciences
Add new contribution