Een greep uit mijn blog op lisettevisser.gaatverweg.nl

Hola amigos,

Tijd om te vertellen over mijn nieuwe avonturen. Laten we het deze keer eens hebben over de schimmige kanten van dit land. Begrijp me niet verkeerd, het is hier Nicaragua een waar paradijsje. Afgelopen weekend ben ik met wat vrienden van de taalschool naar een prachtige kratermeer geweest. In de week daarvoor heb ik volop genoten van de goede en ongeloofelijk leuke spaanse lessen van Gerald, en ben ik op ‘excursie’ geweest naar een privé ziekenhuis. De week daarvoor gingen we naar het publieke ziekenhuis wat er heel wat minder netjes uitziet. Ook bezocht ik afgelopen week een vulkaan, waar je de warmte kon voelen als je de grond aanraakte en je de stoom kon zien opstijgen, behoorlijk indrukwekkend allemaal. Maar genoeg blije toeristen verhalen!

Op een avond gingen we wat eten in de straat die men hier calle Gringo (Straat van de Amerikanen) noemt. De meest toeristische locatie in Granada waar het stikt van de restaurants, en toeristen. We zaten lekker een hamburgertje te eten (even wat anders dan bonen en rijst), toen er een jongen van zo’n 14 jaar voorbij kwam rennen. Achter hem aan kwam een (voor de verandering) slanke Amerikaanse man die tegen de jongen schreeuwde. Buiten ons zicht hield iemand de jongen staande. Hij had een tas gestolen, en onder druk van de omstanders, gaf hij hem terug. De Amerikaan schreeuwde nog wat tegen hem, maar liet de jongen toen alleen. Vervolgens begon de jongen zonder enige schaamte de terassen af te struinen, glurend naar tassen, portemonnees en andere waardevolle spullen. De obers stuurden hem steeds weg. De jongen was zo duidelijk onder invloed van het één of ander. De straatkinderen snuiven lijm en het zijn er niet weinig. Als ik ’s ochtends naar school loop zie ik altijd dezelfde zwervers, die me om geld bedelen, of laveloos op straat hun roes liggen uit te slapen.

Op een andere avond waren we in een klein gezellig barretje. Plotseling zagen we een Nicaraguaans meisje van een jaar of 8 op een barkruk aan een tafel zitten. Haar aanwezigheid pastte daar niet.  Enige minuten later leidde een westers uitziende man het kind naar zijn auto en vertrok. Eén van de toeristen vroeg de man: is dit jou kind? Maar een echt duidelijk antwoord kreeg ze niet. Later hoorde ik dat kinderprostitutie hier veel voorkomt.

In de kerk zongen de Nicaraguanen luidkeels naar God: wees koning over dit land! De mensen geloven hier sterk dat God hen zal helpen en de situatie in hun land zal veranderen. En ik hoop met hen mee! Maar laten we niet stilletjes toekijken hoe God de dingen veranderen gaat, laten we van de bank afkomen, want misschien zijn wij wel de verhoring van hun gebed. 

 

Access: 
Public
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Statistics
1317