Rechtssociologie - UU - Aantekeningen hoorcolleges
Hoorcollege week 2 Rechtssociologie (2016/2017)
- Terugblik op afgelopen week
- Studentenverenigingen Utrecht
- Wisselwerking van het recht
- Tylor en Darly
- Zelfregulering
- Semi-autonome sociale velden (SASV)
- Voorbeeld studentenvereniging
- Het ‘begin’ van de rechtssociologie
- Terug naar de praktijk
- Voorbeeld onderzoek WODC
- Empirische onderzoeksmethoden in de rechtssociologie
- Wat is een interview?
- Aard van de vragen
- Algemene tips
Terugblik op afgelopen week
Vorige week zijn we begonnen met de introductie van Rechtssociologie. In de eerste weken wordt de sociologie afgezet tegen het recht.
Weber relateert het recht aan legitimiteit. Het belangrijkste is dat rechtssociologie een samensmelting is tussen recht en sociologie. Recht en sociologie gebruiken allemaal een ander perspectief. Sociologen stellen andere vragen en komen tot andere antwoorden. Recht stelt rechtsinterpretatieve vragen, het is gericht op regels en de interpretatie van regels. De jurist probeert het geheel en uitspraken te beredeneren tot een consistent geheel. De jurist komt met een uitspraak hoe voor een geldende casus de oplossing moet luiden. De juridische puzzel wordt vaak opgelost aan de hand van teksten, law in the books. Sociologie gaat over menselijk gedrag, sociaal gedrag. Het is het gedrag van mensen dat is gericht op het gedrag van andere mensen. Hier zit een element van interactie in, ook wel groepsgedrag. Recht is een normatieve wetenschap, het is gericht op hoe het zou moeten zijn. Sociologie is een descriptieve wetenschap. Het is gericht op hoe de werkelijkheid is. Sociaal gedrag wordt voor een gedeelte gereguleerd door het recht. Rechtssociologie onderzoekt de relaties tussen het recht en het gedrag van mensen, ook wel law in action. De rechtssocioloog is het gedeeltelijk eens met de jurist omdat recht de samenleving ordent. Het menselijk gedrag wordt echter door veel meer factoren gereguleerd.
Wanneer er geen recht is, hoeft het niet per se te betekenen dat er sprake is van wanorde of chaos. Rechtseconomie gaat uit van een rationeel handelend mens, gericht op winstmaximalisatie. De mens is een calculerend wezen. Rechtspsychologie bestudeert het gedrag en de mentale processen van het individu en kleine groepen. De rechtseconomie en de rechtspsychologie bestuderen het individu. Rechtssociologie kijkt naar groepen. Rechtseconomie gaat uit van een rationeel handelend mens. Rechtssociologie en –psychologie gaan uit van een irrationeel handelend mens. Rechtssociologie wil menselijk gedrag begrijpen en verklaren.
Daarnaast ging het om de concepten van socialisatie en de sociale constituties. Socialisatie gebeurt in en door sociale instituties. Internaliseren is het proces van aanleren van normen en waarden, je maakt de normen en waarden eigen. Op enig moment ben je je niet meer bewust van de normen en waarden. Door sociale controle internaliseer je langzaamaan. Sociale instituties zijn organisaties die het individu normen en waarden aanleren. Een mooi voorbeeld van secundaire socialisatie (langzamerhand internaliseren) is de sociale institutie van een studentenvereniging.
.....read more
Hoorcollege week 3 Rechtssociologie (2016/2017)
Vandaag wordt er gestart met Weber. Het is een wegbereider met betrekking tot de relatie van legitimiteit en recht.
Korte introductie
Rechtssociologie is een empirische wetenschap. Er zijn meer empirische wetenschappen die zich bezighouden met het recht, denk aan criminologie en antropologie. Empirische wetenschappen stellen ook andere vragen, waardoor ze tot andere antwoorden komen. Vragen over wat en hoe zijn beschrijvende vragen. Een verklarende vraag is de waaromvraag. Bij de waaromvraag komt de juridische wetenschap tot een ander antwoord. Het antwoord wat je daarop geeft is een normatief antwoord. Vanuit een normatieve theorie wordt verklaard waarom het geldende recht is zoals het is. Een socioloog richt zich op menselijk gedrag, het gaat hier om sociaal gedrag. Het gaat dus om het gedrag van mensen dat is gericht op het gedrag van andere mensen. Rechtssociologie onderzoekt de relatie tussen recht en het gedrag van mensen in de samenleving, ook wel de sociale werkelijkheid van het recht.
Het recht is een van de factoren die het menselijk gedrag reguleert. Er zijn ook andere factoren. Vorige week is er uitgebreid gesproken over sociale productie, ook wel de sociale genese van het recht. Dit is de totstandkoming van het recht, geredeneerd vanuit de invloed van de samenleving op dat recht. De invloed kan breed zijn, grootschalig. Je ziet dit bij individualisering, mondialisering, toenemende technologie en migratiestromen. Deze ontwikkelingen hebben hun invloed op de ontwikkeling van het recht. De sociale genese kan je ook beperkt zien. Je kijkt dan naar de groepen in de samenleving die zich met het maken van het recht bemoeien. De tegenhanger van de sociale genese is de sociale werking van het recht. Het gaat hier om bedoelde en onbedoelde effecten, de directe en indirecte doelen, de manifeste en latente functies, maar ook over de formele en informele orde. De genese en de sociale werking staan in relatie tot elkaar. Het SASV wordt niet begrensd door formele grenzen, maar door de mogelijkheid van een groep om zelf regels te maken. Het zijn gedragsregels waar mensen zich aan moeten houden en die gedragsregels kunnen ook gehandhaafd worden. Het SASV staat bloot aan de prikkels van buitenaf. De prikkels hebben enkel invloed wanneer ze passen in de overlevingsstrategie van een dergelijke groep. Je kunt hierbij denken aan het voorbeeld van Vindicat, de kledingindustrie in New York en de Chagga. Belangrijk bij de totstandkoming van de rechtssociologie waren de jaren zestig. De roep vanuit de rechtspraktijk en de wetenschap om het ideaal van het recht ook in de pas te laten lopen met de werkelijkheid van.....read more
Hoorcollege week 4 Rechtssociologie (2016/2017)
Colleges behoren tot de tentamenstof en zo ook het begrippenkader uit dit college.
Het gaat ook deze week weer over recht en legitimiteit. Het gaat om het voorgenomen idee om een aantal asielzoekerscentra neer te zetten in een aantal plaatsen. Er was nogal wat commentaar op en er zijn een aantal inspraakavonden georganiseerd. De plaatjes die tijdens college zijn getoond zeggen wat over recht en legitimiteit. We hebben een toegenomen, in ieder geval een verwachte toenemende vluchtelingenstroom. De Nederlandse regering heeft besloten om mensen op te vangen. Een aantal gemeenten zijn daartoe aangewezen. De gemeenten gaan daartoe asielzoekerscentra bouwen. De besluiten daartoe zijn vaak genomen op basis van wet- en regelgeving. Door de toenemende vluchtelingenstroom moet er wet- en regelgeving toegepast en gemaakt worden om daarop te reageren. De vluchtelingenstroom heeft ook geleid tot de COA. Het gaat om een zelfstandig bestuursorgaan. Deze wijst de gemeentes aan die voor opvang moeten zorgen. Een aantal van die gemeentes voelde zich genoodzaakt om daar met de burgers over te gaan praten. Er zijn inspraakavonden over georganiseerd. Het is in ieder geval een mooi voorbeeld van de wisselwerking van het recht. Er is een toename van vluchtelingen, de gemeentes moeten wat gaan doen en de gemeentes gaan met de burgers praten.
Weber zou zich afvragen wat hier mis is gegaan. De besluiten die zijn genomen zijn toch genomen op basis van wettelijke voorschriften? De vraag is waarom dit dan niet wordt geaccepteerd. Ondanks een juiste juridische beslissing zijn er toch inspraakavonden nodig. Door demonstraties en een kennelijk verzet voelen gemeentes en overheden zich gedwongen om dergelijke avonden te organiseren. Het is niet enkel om het besluit toe te lichten. Er wordt nadrukkelijk om tweerichtingsverkeer gevraagd. De gemeente geeft de gelegenheid aan burgers om er wat over te vinden en er wat over te zeggen. Het idee is dat er een consensus of een draagvlak wordt ontwikkeld. Op een dergelijke manier probeert de gemeente acceptatie te krijgen. Vraag is waarom het fenomeen van de inspraakavonden interessant is met het idee van Weber in ons achterhoofd.
Het kan zijn dat er sprake is van een mate van overeenstemming. Hetgeen wat de overheid wil kan instemmen met hetgeen wat de overheid wil. Het kan ook zijn dat het altijd zo geweest is. Daar is men tegenwoordig te kritisch voor geworden. Het kan ook gedaan worden op grond van een berekenende overtuiging. De burger maakt een afweging tegen de voor- en nadelen. De toenemende pakkans is niet de belangrijkste overweging voor burgers om te doen wat de overheid zegt (Tylor en Darly). Weber zegt: als de sanctie de enige reden is voor acceptatie, is er sprake van een matige basis. Als de overheid op een gegeven moment niet oplet, of een andere kant opkijkt, zou dat.....read more
Hoorcollege week 5 Rechtssociologie (2016/2017)
- Korte samenvatting: recht en legitimiteit
- Recht en macht
- Onderwerpen
- Verlichting, Marx, kritische theorie
- Marx
- Kritische theorie
- Verlichting, Marx, kritische theorie
- Habermas
- Theorie des kommunikativen Handelns
- Verlichting, Marx, kritische theorie en Habermas
- Verspreiding van kritische inzichten
- Ontstaan en verloop van conflicten
- Conflictpiramide
Tijdens dit college wordt het thema recht en macht behandeld.
In een krant is een artikel geschreven over de studentenvereniging in Groningen, Vindicat. Hier hebben we het over gehad als een voorbeeld van een SASV. De vereniging in Groningen is nog steeds niet van de sterke arm van het recht af. Groningen verschilt van de studentenstad Utrecht. Studenten in Groningen houden ook in het weekend in het dispuut huis, ze sporten bij eigen clubs en eten op het dispuut. Ze blijven dus in hun eigen bubbel.
Korte samenvatting: recht en legitimiteit
Startend vanuit de periode van Weber, 1900, heeft er een verandering plaatsgevonden van de formeel-rationele rechtsorde naar de materieel-rationele rechtsorde. Er is ontwikkeling van een generalist naar een specialist. Het recht is een vastleggen van hetgeen wat er in de maatschappij gebeurt. Er is een grote mate van rechtszekerheid en weinig ruimte voor de rechter.
De materieel-rationele rechtsorde heeft andere kenmerken. Het recht is voorspelbaar op basis van de wet, maar op grond van openbare normen wordt er ook steeds meer afgeleid uit de zaak of uit de omstandigheden van het geval zelf. Dat type rechtsorde en dat type bureaucratie leidt tot een bepaald idee over het legitimerende principe van gezag. De vraag wordt wat het draagvlak van het gezag is. in de tijd van Weber was dat het recht. In onze tijd is het wat anders. De vraag is wat dat dan is en hoe dat zo is gekomen. De afgelopen eeuw zijn in een aantal blokken geknipt. In de jaren 1910-1930 zag je een bepaalde vermaatschappelijking van het recht, ook wel social engineering of instrumentalisering. Vroeger had je een vrijwel ultieme contractsvrijheid met een staat die zich op de achtergrond houdt. In die periode had je een aantal zaken die vallen onder de vermaatschappelijking van het recht. Je kunt hierbij aan verschillende wetten denken, waarbij de zwakkere in de samenleving door overheidsbemoeienis iets meer zekerheid kregen dan dat ze daarvoor hadden op basis van de ultieme contractsvrijheid hadden. Bij een ongeluk wordt er ook naar de werkgever gekeken, bij het aangaan van een contract wordt er een proeftijd opgenomen, onder bepaalde voorwaarden kon de rechter ingrijpen in de hoogte van pachtsommen, et cetera. De scherpe kantjes van de contractsvrijheid werden er dus afgeschaafd. In 1950 en 1960 gebeurde weer iets anders. Je ging toen van een schuldcultuur naar een risicocultuur. Daarvoor was het je eigen schuld als je iets overkwam. In een risicocultuur ga je meer.....read more
Hoorcollege week 6 Rechtssociologie (2016/2017)
- Recht en macht, recht en sociale cohesie
- Recht en macht
- Terugblik
- Verlichting en Foucault
- Discipline, toezicht en straf
- Verlichting en Foucault – verhouding tot de verlichting
- Documentaire Tegenlicht – het veiligheidscomplex
- Recht en sociale cohesie
- Onderwerpen
- Even terug: Durkheims tijd
- Durkheims gemeenschap
- Functionalisme
- Darwin
- Primitieve en complexe gemeenschappen
Recht en macht, recht en sociale cohesie
Vraag is of de manier van zelfcontrole van Vindicat nog voldoet. De vraag wordt door de buitenwereld aan de buitenwereld gesteld. De vraag is of de studenten zichzelf nog wel kunnen controleren. Het is mogelijk dat de overheid de controle op het studentenleven meer naar zich toe wil trekken. Hier zie je een voorbeeld hoe een SASV wel degelijk te maken heeft met invloeden en beïnvloeding van buitenaf. Het is maar de vraag in hoeverre het SASV zich ook gelegen laat liggen aan dergelijke adviezen of dwang. Het is dus de vraag in hoeverre het hen lukt om de autonomie te behouden.
Recht en macht
Terugblik
Vorige week is Weber weer aangehaald. Weber leefde in 1900. Hij beschreef zijn tijd in een vrij neutrale manier. Er was sprake van industrialisatie, rationalisatie en efficiency. Weber erkende een bureaucratie en een bepaalde rechtsorde. Hij analyseerde vervolgens dat het gezag gelegitimeerd werd door een formeel rationele rechtsorde. Het gaat om een herkenbare en duidelijke rechtsorde. In onze tijd spreek je van een formeel materiële rechtsorde. Er is iets afgekalfd aan de oorspronkelijke legitimiteit. Er is meer ruimte voor de rechter en voor open normen. Wanneer je kijkt naar het vertrouwen in het recht en in de rechterlijke macht kun je concluderen dat het een graadmeter is voor het rechterlijke gezag. Bij recht en macht gaan we kritischer en normatiever kijken. Binnen recht en macht zegt men dat het misschien helemaal niet goed is dat de burger vertrouwen heeft. De burger zou misschien minder vertrouwen moeten hebben. Het systeem als zodanig betekent dat er een bepaalde mate van ongelijkheid in stand wordt gehouden. Als de rijken steeds rijker worden, en de armen blijven arm, dan neemt de relatieve ongelijkheid toe. Dit hebben we nooit gewild vanuit het idee van vrijheid, gelijkheid en broederschap. Marx kijkt heel erg vanuit de arbeidersklasse. Hij doet dit kritischer en kijkt naar de onderklasse. Hij zag industrialisatie. Mensen kregen een baan in de industrie en kregen een salaris. Vanuit de contractsvrijheid kan je stellen dat de mensen onderbetaald werden. Het surplus wat er met de industrie wordt verdiend, wordt niet gelijk verdeeld. De arbeiders krijgen hun loon en hetgeen wat overblijft stroomt naar de.....read more
Add new contribution