Methoden en technieken van onderzoek: Samenvattingen, uittreksels, aantekeningen en oefenvragen - RUG
Onderzoeksmethoden - Scheepers e.a. - Boeksamenvatting 7e druk
- Hoofdstuk 1 Introductie: wetenschap als communicatieproces
- Hoofdstuk 2 Het onderzoeksplan
- Hoofdstuk 3 Benaderingen van onderzoek
- Hoofdstuk 4 Theorieën en hypothesen
- Hoofdstuk 5 Definiëren en operationaliseren
- Hoofdstuk 6 Het experiment
- Hoofdstuk 7 Enquêtes
- Hoofdstuk 8 Kwalitatief onderzoek
- Hoofdstuk 9 Gebruikmaken van bestaande gegevens
- Hoofdstuk 10 Communiceren over onderzoek
Hoofdstuk 1 Introductie: wetenschap als communicatieproces
Wetenschap is te zien als een systematisch geheel van kennis. Om een systematische samenhang tijdens onderzoek te krijgen maken wetenschappers gebruik van een aantal methoden en technieken.
Er zijn twee typen wetenschappelijk onderzoek. Het eerste type is fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en wil wetenschappelijke kennis uitbreiden. Praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek is gericht op de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van oplossingen die bestaan voor problemen in de praktijk.
Het boek gaat over de onderzoeksmethoden van de sociale wetenschappen, en heeft een multidisciplinaire insteek. Dit wil zeggen dat er over de grenzen van sociaal-wetenschappelijke disciplines heen wordt gekeken. Sociaal-wetenschappelijke disciplines zijn bijvoorbeeld sociologie, psychologie en communicatiewetenschap, en deze disciplines bestuderen allemaal een ander onderdeel van de mens en maatschappij.
Methodeleer is het geheel van onderzoeksmethoden die er bestaan binnen de sociale wetenschappen. Methodologie betreft de wetenschappelijke bestudering van methoden van onderzoek. Om verschijnselen in de sociale werkelijkheid op een systematische manier te ordenen, maakt men gebruik van methoden. Technieken zijn over het algemeen een klein onderdeel van een methode, bijvoorbeeld een steekproeftechniek die wordt gebruikt om een enquête te maken.
Wetenschap is een communicatieproces. Dit communicatieproces is als volgt te beschrijven: Wie zegt Wat tegen Wie, op welke Manier (Hoe), met welk Effect, met welke Feedback (terugkoppeling), in welke Context?
Een boodschap kan voor een ontvanger vier functies hebben, namelijk als bron van informatie, als vermaak, voor versterking van de identiteit en als middel voor integratie en interactie. Alledaagse kennis is vaak fragmentarisch en tegenstrijdig. Sociaal-wetenschappelijk onderzoek kan deze ideeën bevestigen maar vooroordelen ook onderuithalen. In het boek komen vervolgens een aantal krantenartikelen aan de orde die hier niet worden behandeld. Lees ze zelf even door, omdat het een voorbeeld is van de manier waarop wetenschappelijk onderzoek in de dagelijkse media verschijnt en hoe dit gepresenteerd wordt.
De dagelijkse stroom van informatie leidt via discussies tot een publieke opinie, en informatie is daarom (onder andere) belangrijk voor politiek en bestuur. Toch kunnen gegevens ook uit hun verband worden gehaald of een emotionele lading meekrijgen, waardoor feitelijke gegevens een andere functie krijgen. Er worden in dat geval bijvoorbeeld geen vragen gesteld naar de kwaliteit van het onderzoek (validiteit, representativiteit en herhaalbaarheid). Onderzoek is dus een communicatieproces over uitkomsten en methoden, en is onlosmakelijk verbonden met de maatschappij.
Hoofdstuk 2 Het onderzoeksplan
Het hoofdstuk begint met een onderzoeksvoorbeeld naar
.....read moreEffectonderzoek in de gedragswetenschappen - van Loon et al - 2e druk
Effectonderzoek in de gedragswetenschappen - van Loon et al - 2e druk
Effectonderzoek in de gedragswetenschappen - van Loon et al - 2e druk
1. Inleiding
Het is niet vanzelfsprekend dat interventies positief zijn. Het kan zo zijn dat er geen eenduidige resultaten zijn over een studie. De ene studie kan een positief resultaat uitwijzen, terwijl een ander geen effect uitwijst en weer een andere studie een negatief effect uitwijst. Er bestaan weinig goed uitgevoerde studies die op een betrouwbare manier uitspraak doen over het effect van vroegtijdige orthopedagogische interventieprogramma’s. Dit geldt ook voor effectonderzoek in de jeugdzorg.
Ook op het gebied van onderwijsonderzoek komt men tot de conclusie dat de effectiviteit vaak onvoldoende wetenschappelijk bewezen is.
Een reden voor het gebrek aan kennis hierover is dat effectonderzoek zeer complex is. Er wordt vaak een situatie gecreëerd die ver van de praktijk afstaat bij effectonderzoek. Het komt ook regelmatig voor dat een interventie onvoldoende beschreven is waardoor het niet mogelijk is te onderzoeken.
Het meten van de effecten van preventie blijkt in de onderzoekspraktijk een moeilijke zaak. Onderzoekers zijn het niet altijd eens over de toe te passen methoden en technieken. Tijdens het onderzoek stuit men vaak op een veelheid van problemen.
Het inzetten van interventies die niet goed zijn geëvalueerd kan risico’s met zich meebrengen. Naast verspilling van tijd en moeite kan het ook voor nadelige in plaats van voordelige effecten zorgen. Het opzetten en verrichten van effectonderzoek is naast wetenschap een kunst. Het vergt kennis en creativiteit.
2. Empirische methodologie
Historie van de methodologie
De term methodologie is voor het eerst aanwezig in de 17e eeuw, met name bij de Discours de la méthode van Descartes. De vraag die hij stelde luidt; ‘Hoe kan een mens uit een veelheid van (wetenschappelijke) opvattingen en theorieën de juiste kiezen?’ Deze vraag is nog steeds centraal.
In de 18e eeuw is methodologie synoniem met logica en dialectiek. In deze discipline worden de regels voor het uitvinden van de waarheid en van haar bewijsvoering nagegaan. Kant werkt aan het einde van de 18e eeuw een transcendentale methodenleer uit. Hij verstaat hieronder een geheel van bepalingen van de formele voorwaarden voor een systeem van de zuivere rede.
In de 19e eeuw wordt de methodenleer weer opgevat in de traditionele 18de eeuwse betekenis van logica. Hagenbach maakte een encyclopedie, deze is bedoeld als topografische kaart. De schakel tussen methodologie en de praktijk worden hiermee uitgedrukt.
Pas halverwege de 20e eeuw ontwikkelt de methodologie zich tot een zelfstandig specialisme. Heymans was de eerste die een boek schreef specifiek gericht op methodologie; ‘Inleiding tot de logica en methodologie’.
In 1961 brengt de Groot zijn magnum opus uit. Hij stelt vast dat er geen scherpe grens
.....read moreOefententamens bij M&T II-1 Grondslagen van Onderzoek - RUG
Oefententamens inclusief antwoorden voor M&T II-1: Grondslagen van Onderzoek.
- Gebaseerd op tentamens van 2013-2014 en daarvoor
Vragen Oefententamen 1
Welke stelling omtrent effectonderzoeken in de gedragswetenschappen is waar?
Effectonderzoek in de gedragswetenschappen is niet complex, maar wel heel duur.
Tegenwoordig sluit de hulpverleningspraktijk vaak goed aan op het ideale onderzoeksmodel.
Onderzoekers zijn het wel eens over de toe te passen methoden en technieken, maar effectonderzoek in de wetenschap is heel complex.
Effectonderzoek in de gedragswetenschappen is heel complex en onderzoekers zijn het niet altijd eens over de toe te passen methoden en technieken.
Het aantonen van verschillend gebruik van dezelfde term in één theorie wijst erop dat er iets schort aan de theorie. Op welke formuleringseis heeft dit mankement betrekking?
Economisch principe
Logische consistentie
Toetsbaarheid
Empirische referenties.
Welke stelling omtrent de effecten van hulpverleningsprogramma’s is waar?
Van slechts een fractie van de aangeboden programma’s is het effect wetenschappelijk bewezen.
Van de meeste programma’s is wetenschappelijk bewezen dat zij niet effectief zijn.
Van deze programma’s is wetenschappelijk bewezen dat zij over het algemeen geen negatieve effecten sorteren.
De meeste programma’s zijn wetenschappelijk bewezen effectief, maar het is onbekend of die effecten van blijvende aard zijn.
In welke fase van de empirische cyclus valt de keuze voor welbepaald meetinstrument om bijvoorbeeld verbale intelligentie te meten?
Inductie
Observatie
Toetsing
Deductie.
Het wetenschappelijk forum omvat de Groot als …
De verzameling van alle ter zake kundige wetenschapsbeoefenaars.
Alle wetenschappelijke tijdschriftreacties.
Promotiecommissies die proefschriften moeten beoordelen.
Een commissie die wetenschappelijke onderzoeksaanvragen beoordeelt.
In ‘Effectonderzoeken in de gedragswetenschappen’ wordt onder gedragswetenschappen verstaan rationele activiteiten ter zake deskundigen, gericht op overeenstemming, waarbij met behulp van empirisch onderzoek zich wordt verkregen op gedrag en beleving. Welke stelling over gedrag in de in het boek gehanteerde definitie is waar?
Essentieel bij de definitie van gedrag is dat ook het niet-waarneembare en niet-registreerbare inbegrepen is, zodat ook beleving onder de definitie valt.
Essentieel bij de definitie van gedrag is dat het alleen via zelfreportage waarneembaar en registreerbaar is, net als de beleving.
Essentieel bij de definitie van gedrag is dat de nadruk wordt gelegd op registratie en waarneming, terwijl ook beleving onder de definitie kan vallen, voor zover deze beleving waarneembaar
Samenvattingen en studiehulp voor Pedagogiek B1 aan de Rijksuniversiteit Groningen
Deze bundel bevat relevant studiemateriaal voor Pedagogische wetenschappen, jaar 1 aan de Rijksuniversiteit Groningen
Add new contribution