Oefententamens bij ARW 1 - RUG
- 5485 keer gelezen
Geef aan of de stelling juist of onjuist is. Motiveer de antwoorden en verwijs – indien mogelijk – naar de bijpassende wetsartikelen en jurisprudentie.
Lid 1 van artikel 69 Vreemdelingenwet 2000 houdt in formeel recht en behoort tot een wet in formele zin.
Tot een bestuurlijke taak behoort het wijzigen van een achternaam (geslachtsnaam), en dat wordt gedaan door een rechter.
Op grond van een gedelegeerde bevoegdheid is - de wet - de Bekendmakingswet tot stand gebracht.
Marieke die woont in Castricum aan Zee, wil wel eens meer zien dan haar eigen strand en besluit via een reisorganisatie dat is gevestigd in Den-Haag met een bus naar Blanes te gaan. Ze boekt gelijk en betaalt de kosten van € 1025 euro. Een paar weken voordat de busreis begint wordt ze gebeld door de reisorganisatie dat de bus al vol zit. Met een andere bus kan ze wel naar Lloret de mar. Marieke is boos en wil niet meer op vakantie. Gelijk annuleert ze de boeking en vordert terugbetaling van de €1025 euro. Daarnaast vordert ze een schadevergoeding van €225 euro.
De rechtbank Noord-Holland, sector kanton en de rechtbank Den-Haag, sector kanton, zijn allebei bevoegd kennis te nemen van de vordering van Marieke.
Opa Jan is net verhuisd naar een bejaardentehuis. Doordat er iets is misgegaan blijven de rekeningen van zijn zorgverzekering (€ 200,-) naar zijn oude adres gaan. De zorgverzekering is gevestigd in Amsterdam. Opa Jan is beginnend dement en heeft niet door dat hij geen rekeningen meer krijgt. Ondertussen is er al een jaar niet betaald en de zorgverzekering vordert bij de rechter betaling van het verschuldigde geld. Opa Jan heeft ook niet gehoord van de procedure, dus hij verschijnt niet. De rechter veroordeeld bij verstek tot betaling van de 12 maanden, dus 2400 euro.
Opa Jan komt er uiteindelijk achter dat hij is veroordeelt. Hij kan hoger beroep instellen tegen het vonnis bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
De Hoge Raad interpreteert in het arrest Portacabin (HR 31 oktober 1997, NJ 1998, 97) het begrip ‘onroerend’ restrictief.
Sarah is 12 en is een grote fan van Selena Gomez. Haar ouders vinden het zonde van het geld om een keer naar een concert toe te gaan. Op een dag vindt Sarah 1000 euro in haar vaders portemonnee en koopt een kaartje in een winkel ter waarde van 800,- euro.
De ouders van Sarah zijn bevoegd als wettelijk vertegenwoordiger de koopovereenkomst rechtsgeldig te vernietigen, omdat Sarah handelingsonbekwaam is.
Fatima, een meisje van 19 jaar, ziet in een etalage een hele mooie broek van het merk G-Star hangen. Ze is gelijk verliefd en wil hem graag hebben. Het is al na sluitingstijd dus ze kan niet zien hoe veel de broek kost. Op de terugweg komt ze de eigenaar van de winkel tegen en vraagt naar de prijs. De eigenaar zegt dat ze de volgende dag wel even via de telefoon de prijs zal noemen. De eigenaar verwart de broek van het merk G-star met een broek van het merk G-sus, en noemt 60 euro als prijs. Fatima aanvaardt het aanbod zoals zij in gedachten had. Wanneer Fatima de broek wil komen halen, komen ze erachter dat er sprake was van verwarring en dat de broek niet 60 maar 80 euro kost.
Er is geen koopovereenkomst tot stand gekomen en de eigenaar hoeft de broek van G-star dus niet te leveren aan Fatima.
Het model Doutzen Kroes spreekt af met Hunkemoller dat ze op 5 januari 2013 een shoot doet. Doutzen is echter per ongeluk dubbel geboekt voor die dag en verschijnt niet bij Hunkemoller. Hunkemoller wil nu Romee Strijd boeken en wil van de overeenkomst met Doutzen af.
Hunkemoller moet eerst Doutzen in gebreke stellen, voordat zij de overeenkomst kan ontbinden.
Jan werkt bij een telefoonbedrijf in dienst voor Klaas. Jan heeft verkering met Elise. Elise wordt verliefd op de beste vriend van Jan, namelijk Henk. Elise maakt het uit met Jan en neemt verkering met Henk. Jan komt erachter en is woedend op Henk dat hij er zomaar met zijn ex vandoor gaat. Uit boosheid gooit Jan de dure Iphone van Henk, die ter reparatie was bij het telefoonbedrijf waar Jan werkt, op de grond.
Alleen Klaas is aansprakelijk en hij moet ook de schade dragen op grond van art. 6:170 Bw.
Marjolijn ziet dat het kleine peutertje van haar tante in de sloot valt. Ze springt direct in het water om het kind te redden. Haar dure horloge is door de aanraking met het water onbruikbaar, maar ze kan hem laten repareren.
De tante kan rechtens niet gedwongen worden Marjolijns schade te vergoeden. Zij hadden immers geen afspraken gemaakt over het behartigen van elkaars belangen.
Het recht van erfpacht kan wel op een absoluut recht worden gevestigd, maar is een beperkt recht.
Textielreinigerfabrikant Reinard verkoopt en levert een textielreiniger door middel van feitelijke bezitsverschaffing aan Theo. Theo vergeet om de koopprijs te betalen en de koopovereenkomst wordt rechtsgeldig door een verklaring van Reinard ontbonden.
Reinard is na de ontbinding eigenaar van de textielreiniger.
Juist. Dat het een wet in formele zin is, zie je aan ‘Wij B’ en ‘SG’ wat staat in de considerans (3 pnt) (voor alleen “aanduiding ‘wet’”: 1 pnt) Het is formeel recht, omdat het gaat over verkorting termijn voor bezwaar (van 6 naar 4 weken), dus het houdt een conflictsituatie/procedure in (2pnt).
Formeel recht: Verheugt H1.
Wet in formele zin: Verheugt H3.
Onjuist. Het wijzigen van een achternaam is een bestuurlijke taak, want het gaat om een concreet geval (1 pnt) en niet om een geschil/conflict (1 pnt). Maar het wijzigen van een achternaam gebeurt niet door een rechter, maar door de Koning (1 pnt), dus het is een Koninklijk Besluit (1 pnt); art. 1:7 lid 1 BW (1 pnt).
Bestuurlijke taak: Verheugt H1.
Onjuist. De Bekendmakingswet is een wet in formele zin (2 pnt) dat is vastgesteld op grond van art. 81 GW en art. 88 GW (eventueel ook art. 89 GW) (1 pnt), dus het is vastgesteld op grond van een geattribueerde bevoegdheid (het is immers verleend in de Grondwet) (2 pnt).
Wet in formele zin: Verheugt H3.
Attributie/delegatie: Verheugt H3.
Juist. Rechtbank, sector kanton, heeft de absolute competentie, want het gaat om een consumentenzaak en dan is de kantonrechter bevoegd ongeacht het beloop of de waarde van de vordering (2 pnt); Rechtbank, sector kanton, heeft de absolute competentie, want een vordering onder de 25000,- euro (in casu 1250,- euro). (1 pnt); art. 42 RO jo 93, sub a of sub c Rv (1 pnt).
Rechtbank Den-Haag heeft de relatieve competentie, omdat dat de vestigingsplaats van de gedaagde is (art. 99 Rv) (1 pnt), maar rechtbank Noord-Holland heeft ook de relatieve competentie, omdat het om een consumentenkoop gaat, dan is hij medebevoegd art. 101 Rv (1 pnt).
Absolute competentie: Verheugt H4.
Sector kanton: Verheugt H4.
Relatieve competentie: Verheugt H4.
Onjuist. Er kan geen hoger beroep worden ingesteld (1 pnt), want het is een verstekvonnis (1 pnt) en daartegen is alleen verzet (2 pnt) mogelijk. Art. 143 Rv of art. 335 lid 1 Rv (1 pnt). NB: art. 335 lid 2 is niet van toepassing. NB: Indien het antwoord is dat hoger beroep niet mogelijk is vanwege termijnoverschrijding of appeldrempel (art. 332 Rv) worden er geen punten toegekend.
Verstekvonnis: Verheugt H10.
Onjuist. De Hoge Raad interpreteert het begrip ‘onroerend’ extensief. In beginsel is een portacabin niet onroerend, omdat hij in beginsel verplaatsbaar is (2 pnt); art. 3:3 Bw (1 pnt). De Hoge Raad oordeelt echter dat een portacabin toch onroerend is, indien ‘het naar de aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven’ (2 pnt).
Portacabin-arrest: Verheugt H7.
Extensieve en restrictieve uitleg: Verheugt H4.
Juist. Sarah is handelingsonbekwaam, want zij is onder de 18 jaar oud en zij heeft geen toestemming van haar wettelijk vertegenwoordigers (1 pnt); bovendien is het kopen van een ticket van 800,- euro geen gebruikelijke transactie voor een 12-jarige (1 pnt). Art. (1:233 en) 1:234 BW (1 pnt). Een rechtshandeling van een handelingsonbekwame kan worden vernietigd door de wettelijk vertegenwoordigers, dus de ouders van Sarah (1 pnt). Art. 3:32 lid 2 BW (1 pnt).
Handelingsonbekwaamheid minderjarigen: Verheugt H6.
Onjuist. Bij de eigenaar komt de wil niet overeen met haar verklaring. Er is dus geen wilsovereenstemming, (een kenmerkend geval van wilsontbreken); in beginsel is er dus geen overeenkomst (2 pnt). Art. 6:217 BW (1 pnt). Maar vanwege onder andere het geringe prijsverschil, zal Fatima een beroep kunnen doen op de vertrouwensleer; dan is er toch een overeenkomst tot stand gekomen (1 pnt). Art. 3:35 BW (1 pnt).
Wilsovereenstemming: Verheugt H8.
Wilsontbreken: Verheugt H8.
Vertrouwensleer: Verheugt H8.
Juist. Het is pas mogelijk om te ontbinden indien de wederpartij in verzuim is, tenzij de nakoming (tijdelijk) onmogelijk is (1 pnt). Art. 6:265 BW (1 pnt). Verzuim gaat pas in na ingebrekestelling (1 pnt), art. 6:82 BW (1 pnt). Van een in art. 6:83 BW genoemde situatie is in casu geen sprake; een termijn is pas fataal als dat uitdrukkelijk is vermeld, dan wel voortvloeit uit de aard van de overeenkomst (1 pnt).
Ingebrekestelling en fatale termijn: Verheugt H8.
Verzuim: Verheugt H8.
Onjuist. Jan is aansprakelijk op grond van onrechtmatige daad (1 pnt.) art. 6:162 BW (1 pnt). Klaas is aansprakelijk op grond van 6:170 BW, want de onrechtmatige gedraging is in dienst gepleegd (2 pnt). Er is sprake van opzet/grove roekeloosheid, dus de draagplicht voor de schade ligt bij Jan. Art. 6:170 lid 3 BW (1 pnt).
Onrechtmatige daad: Verheugt H6. Verheugt H9.
Aansprakelijkheid voor ondergeschikten en hoofdelijke aansprakelijkheid: Verheugt H9.
Onjuist. Er is sprake van zaakwaarneming (2 pnt) art. 6:198 BW (1 pnt), dit is juist omdat er geen afspraken zijn gemaakt (1 pnt). Volgens art. 6:200 BW is de tante gehouden de schade te vergoeden die Marjolijn heeft geleden bij de zaakwaarneming (1 pnt).
Zaakwaarneming: Verheugt H9.
Onjuist. Het recht van erfpacht is een beperkt recht, want het is een absoluut recht dat alleen recht geeft op het gebruiken en niet op het beschikken (2 pnt), maar het staat in boek 5 en kan dus alleen op zaken worden gevestigd en niet op (absolute) rechten (2 pnt). Art. 5:85 BW (1 pnt).
Beperkte rechten: Verheugt H7.
Erfpacht: Verheugt H7.
Onjuist. Theo is eigenaar van de textielreiniger geworden, immers er is een titel, er is geleverd en Reinard was rechthebbende op het moment van levering (2 pnt). Art. 3:84 BW (1 pnt). Ontbinding heeft geen terugwerkende kracht, dus de koopovereenkomst blijft in stand, dus Theo blijft eigenaar (1 pnt). Art. 6:269 BW (1 pnt).
Overdracht: Verheugt H7.
Ontbinding: Verheugt H8.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Oefenmaterialen te gebruiken bij het vak Algemene Rechtswetenschap I aan de Rijksuniversiteit Groningen.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2671 |
Add new contribution