Romeins recht - RUG - Oefententamen X

Vragen

Vraag 1

De praetor heeft beslist dat de inboedel van Marcus door middel van een missio in bona zal worden geëxecuteerd. Marcus heeft een boerderij die 15.000 sestertiën waard is en de waarde van zijn boedel bedraagt 10.000 sestertiën. Zijn twee schuldeisers hebben een vordering van 7.500 sestertiën. Hoe verloopt deze executie?

Vraag 2

Aulus wil graag een slaaf kopen van Janus. Aulus leent 20.000 sestertiën van Didius. Didius vertrouwt Aulus niet helemaal en daarom stelt Janus zich hoofdelijk aansprakelijk. Janus overlijdt. Erfgenaam zijn zijn twee zonen. Aulus wil de nog niet geleverde slaaf geleverd krijgen en Didius wil dat de schuld bij hem wordt voldaan. Wie moeten zij aanspreken?

Vraag 3

Lucius heeft een schuld bij Fredericus van 250 sestertiën. Fredericus heeft op zijn beurt een schuld van 250 sestertiën bij Paulus. Lucius heeft het geld inmiddels bij elkaar en denkt efficiënt te kunnen zijn door 250 sestertiën te betalen aan Paulus, zonder Fredericus hiervan op de hoogte te stellen. Tot zijn verbazing komt Fredericus een paar maanden later zijn geld innen. Lucius vindt dit erg onrechtvaardig. Kan hij weigeren te betalen?

Vraag 4

(vervolg op vraag 3). Fredericus had inmiddels al betaald aan Paulus, die het geld van Lucius toen al had. Kan Fredericus zijn geld terugeisen van Paulus?

Vraag 5

Marcus leent geld uit aan zijn zoon Janus. Wanneer Marcus overlijdt is de schuld nog niet terugbetaald. Brutus, de andere zoon, vordert het gehele bedrag van zijn broer terug. Zal zijn actie slagen?

Vraag 6

Julius heeft een stuk grond geërfd en wil daar graag een boerderij op beginnen. Bouwen is niet zijn sterkste kant en daarom huurt hij Aurelius in om de boerderij te bouwen. Aurelius gaat naar zijn broer toe en vraagt hem om een partij hout waar zijn zoontjes mee kunnen spelen. In werkelijkheid gebruikt hij het hout voor de boerderij van Julius. De broer van Aurelius ontdekt dit en gaat naar Julius om zijn hout terug te eisen. Slaagt hij hierin?

Vraag 7

De tienjarige Philippus koopt een mooie vaas voor zijn moeder bij Sextus. Sextus bedenkt later dat zijn eigen moeder de vaas ook heel mooi zou vinden. Hij besluit de vaas terug te gaan eisen, omdat Philippus minderjarig was op het moment van de koop. Kan de moeder van Sextus een mooi cadeau tegemoetzien?

Vraag 8

Wat is een adrogatio?

Vraag 9

Aulus koopt een schilderij van Blasius. Op de levering na is alles volgens de regels verlopen. Wanneer Aulus twee maanden later wil leveren blijkt Blasius krankzinnig te zijn geworden. Aulus wil eindelijk van het onooglijke schilderij af en drukt het Blasius snel in de handen. Is er geldig geleverd?

Vraag 10

Vergilius heeft in zijn testament de helft van zijn vermogen nagelaten aan zijn neef Aeneas. Met de broers van Aeneas had hij ruzie en die krijgen daarom niets. Nu er niets geregeld is voor de andere helft van het vermogen, vinden de broers dat zij daar recht op hebben. Zij zijn immers net zo ver familie van Vergilius als Aeneas. De wet geeft hen dan toch recht op geld? Kunnen de broers geld van wijlen hun oom tegemoetzien?

Vraag 11

Geef de juridische betekenis van het adagium coactus tamen volui.

Vraag 12

Marcus is overleden en heeft in zijn testament Crassus als erfgenaam benoemd en aan Lucius een kast per damnationem gelegateerd. Crassus levert de kast. Vervolgens wordt er echter een jonger testament gevonden, waarin de kast niet aan Lucius maar aan Caesar wordt gelegateerd en bovendien Blasius enig erfgenaam is gemaakt. Raakt Lucius zijn kast kwijt en zo ja, wie hebben/heeft recht op de kast?

Vraag 13

Brutus overlijdt en laat een ezel en een kar na aan zijn zonen Paulus en Nero. Nero vestigt een pandrecht op de kar ten behoeve van Aulus, nog voordat de boedelscheiding heeft plaatsgevonden. Vervolgens verkoopt hij de kar aan Hadrianus. Bij de boedelverdeling wordt de kar toegewezen aan Nero. Kan Aulus Nero aanspreken en als die niet betaald verhaal halen bij Hadrianus?

Vraag 14

De buren Castor en Romulus spreken af dat zij na elf uur ’s avonds geen lawaai meer zullen maken in de tuin. Wanneer Castor overlijdt neemt zijn zoon en enig erfgenaam Primus zijn huis over. Primus houdt wel van een feestje. Romulus wijst hem op de afspraak van geen lawaai na elven. Moet Romulus zich hieraan houden?

Vraag 15

Tijdens hun huwelijk schenkt Fredericus aan Lucia een boerderij (res mancipi) door middel van een traditio. Nadat hun huwelijk op de klippen is gelopen, eist Fredericus zijn huis terug. Lucia meent dat dat niet kan omdat er sprake is van verjaring. Heeft zij gelijk?

Vraag 16

Marius overlijdt. Zijn zoon Caesar is erfgenaam. Zijn schip heeft Marius per vindicationem gelegateerd aan zijn goede vriend Fredericus. Fredericus vraagt zich af hoe hij de eigendom van het schip kan verkrijgen. Kunt u hem helpen?

Antwoordindicatie

Vraag 1

Het vermogen van Marcus wordt in zijn geheel verkocht door de bonorum emptor (een van de schuldeisers die daartoe aangewezen is). De koper is degene die bereid is het hoogste percentage van de schuld te betalen. Uit deze opbrengst betaalt de bonorum emptor de andere schuldeiser en de rest van de opbrengst mag hij zelf houden.

Vraag 2

Aulus heeft een ondeelbare vordering en kan beide broers aanspreken voor het geheel. Didius heeft een deelbare vordering en kan elke zoon voor de helft daarvan aanspreken.

Vraag 3

Nee, het gaat hier om een afspraak tussen Lucius en Paulus. Fredericus heeft daar niets mee te maken en kan zijn geld innen bij Lucius.

Vraag 4

Ja, Fredericus kon niet weten dat er al voor hem betaald was. Hij kan dus zijn geld terugeisen op grond van dwaling.

Vraag 5

Nee, beide broers hebben recht op de helft van het vermogen en dus ook op de helft van de vordering. Brutus heeft dan ook recht op de helft van het geleende bedrag.

Vraag 6

Nee, want Julius is door middel van natrekking eigenaar geworden.

Vraag 7

Nee, alleen Philippus wordt door de minderjarigheid beschermd. Sextus kan de vaas dus niet terugeisen.

Vraag 8

Iemand die sui iuris is verliest die status en vervalt voortaan in de macht van de pater familias. Hij verliest daarmee de macht over zijn eigen vermogen, want dat valt vanaf dan in het vermogen van de pater familias.

Vraag 9

Nee, voor levering is corpus en animus vereist. Blasius is krankzinnig geworden en heeft dus geen animus.

Vraag 10

Nee, onder het Romeinse recht mag een erfenis alleen geheel via een testament verdeeld worden, dan wel in zijn geheel volgens de wet. Nu Vergilius dat niet gedaan heeft, valt ook de andere helft van de erfenis toe aan zijn enige erfgenaam Aeneas.

Vraag 11

Hoewel gedwongen, heb ik toch gewild. De onder dwang tot stand gekomen overeenkomst heeft in beginsel wel rechtsgevolg.

Vraag 12

Alleen aan Blasius. Blasius is, als enig erfgenaam eigenaar geworden van de kast. Hij zal deze wel aan Caesar moeten leveren. Caesar is nog geen eigenaar van de kast, omdat deze niet geleverd is en daarom heeft hij geen actie tegen Lucius.

Vraag 13

Nero moet de leenovereenkomst nakomen en is daarom tot schadevergoeding verplicht. Hadrianius hoeft niet te betalen, want de boedel was nog niet verdeeld. Nero was op het moment van het vestigen van het pandrecht dus beschikkingsonbevoegd. De vestiging is daarom niet geldig.

Vraag 14

Ja, hij is zijn vader onder algemene titel opgevolgd en is dus gebonden aan alle rechten en verplichtingen.

Vraag 15

Nee, de verjaringstermijn is wel verstreken, maar er is hier geen sprake van een geldige titel en dus is Fredericus eigenaar.

Vraag 16

Caesar moet het schip aan Fredericus leveren.

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activity abroad, study field of working area:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
2195