Romeins Recht - RUG - B2 - Oefenmaterialen
- 3553 keer gelezen
Het gegeven dat het klassieke Romeinse recht een gesloten stelsel van overeenkomsten en delicten kende, pleegt te worden verklaard door een eigenaardigheid van het Romeinse procesrecht
Welke was die eigenaardigheid?
A is eigenaar en bezitter van een paard dat hij verkoopt aan B. Enige tijd nadien verkoopt hij het paard nogmaals, dit keer aan C, die niet op de hoogte is van de eerdere verkoop aan B. Het paard wordt tegelijkertijd ter uitvoering van de overeenkomst door middel van een consititum possessorium door A aan C geleverd.
Welke is naar het gemeenrechtelijke Romeinse recht de zaken- (of, zo men wil, goederen-) rechtelijke positie van A na het sluiten van de overeenkomst van koop en verkoop met B?
Welke is naar het gemeenrechtelijke Romeinse recht de zaken- (of zo men wil, goederen-) rechtelijke positie van C?
A vervoegt zich bij C, de zoon en enige erfgenaam van B, een handelaar in bedrijfswagens. A deelt aan C mede dat één van zijn employé's een wagen van diens vader heeft gekocht en betaald en dat die dus aan hem moet worden afgeleverd. C, die weet dat zijn vader regelmatig zaken deed met A en geen reden heeft om aan de goede trouw van A te twijfelen, levert een door A aangewezen bedrijfswagen aan A. Na een paar dagen komt C er achter dat de door hem aan A geleverde wagen nimmer door zijn vader B aan één van de werknemers van A is verkocht en stelt daarvan A op de hoogte. A onderzoekt daarop de zaak en komt er achter dat hij door één zijner werknemers is bedrogen: deze is er met het hem door A ter beschikking gestelde geld vandoor gegaan en heeft nimmer het contract met B gesloten dat A hem had opgedragen te sluiten.
De vraag luidt nu over welk rechtsmiddel (of rechtsmiddelen) C beschikt teneinde de door hem aan A geleverde wagen terug te krijgen.
Hoe luidt het antwoord op deze vraag naar de onder het gemeenrechtelijke Romeinse recht heersende leer?
A heeft een kostbare hond verkocht aan B. Ondanks herhaalde aanmaningen blijft A in gebreke aan zijn verplichtingen te voldoen. B stelt uiteindelijk A in gebreke en sommeert hem binnen tien dagen aan zijn verplichtingen te voldoen. Veertien dagen nadien besluit A toch maar na te komen en gaat met het dier op pad naar het huis van B. Onderweg wordt A aangereden door C, die onder de invloed van alcohol zijn paard en wagen dusdanig onzorgvuldig bestuurt dat hij zwaar lichamelijke letsel toebrengt aan A en de hond onder de wielen van de wagen geraakt en dientengevolge sterft.
Beschikt B naar Romeins recht over de mogelijkheid om met vrucht een rechtsmiddel in te stellen tegen C en - zo ja – welk?
Beschikt A naar Romeins recht over de mogelijkheid om zich met vrucht te verweren tegen een vordering uit wanprestatie die tegen hem door B wordt ingesteld?
Beschikt A naar Romeins recht over de mogelijkheid om met vrucht een rechtsmiddel, of rechtsmiddelen, in te stellen tegen C en - zo ja - welke?
A heeft B aangesteld als zijn zetbaas (institor) om voor hem een herberg te exploiteren. B koopt op regelmatige basis wijn van de handelaar C. Hij doet dit uitdrukkelijk namens zijn principaal (A), door wie hij ook is gemachtigd dergelijke contracten namens hem af te sluiten. Tussen A en B is afgesproken dat A de door B van C gekochte wijn zal betalen. Wanneer C na enige tijd geen betaling van de door hem aan B afgeleverde wijn heeft ontvangen, spreekt hij A aan tot betaling. Deze blijkt echter geheel onvermogend en daarom besluit C nu maar B aan te spreken.
Beschikt B naar Romeins recht over een verweermiddel tegen de vordering van C?
Wie is naar Romeins recht eigenaar van de door C aan B afgeleverde wijn?
A heeft zich door middel ener stipulatie hoofdelijk borg gesteld voor de schuld die B aan C heeft. De schuld bedraagt de som van 10.000 HS (= sestertiën, een Romeinse munteenheid). Wanneer de schuldeiser C na enige tijd nog steeds geen betaling heeft ontvangen, stelt hij A en B in gebreke. Ondertussen is A gestorven, met achterlating van twee erfgenamen, X en Y, die ieder voor gelijke delen zijn ingesteld tot erfgenamen en die de nalatenschap van A vol en zuiver hebben aanvaard. C verlangt nu, nadat hij B tevergeefs heeft aangesproken, van X betaling van de volledige 10.000 HS.
Beschikt X naar Romeins recht over een middel om zich met succes tegen de vordering van C te kunnen verweren?
Beschikt X naar Romeins recht, indien hij vrijwillig de van hem gevorderde prestatie aan C heeft voldaan, over de mogelijkheid om met vrucht een rechtsmiddel in te stellen tegen Y en - zo ja - op welke grond?
Beschikt X naar Romeins recht, indien hij vrijwillig de van hem gevorderde prestatie aan C heeft voldaan, over de mogelijkheid om met vrucht een rechtsmiddel in te stellen tegen B en - zo ja - op welke grond?
Het Romeinse recht kende ook een gesloten stelsel van rechtsmiddelen namelijk slechts die rechtsmiddelen die bij de Praetor op het album stonden.
Aangezien er nog geen levering heeft plaatsgehad gebeurt er niets met de zakenrechtelijke positie van A, hij blijft eigenaar\bezitter.
Nee, daar A's zakenrechtelijke positie door de verkoop aan B niet werd aangetast is hij beschikkingsbevoegd aan C te leveren en dus wordt C eigenaar nu hij van A c.p. geleverd krijgt.
In de Gemeenrechtelijke leer leidt ook de vermeende of putatieve titel tot eigendomsoverdracht. Gevolg daarvan is dat hier de eigendom is overgegaan zodat C niet meer over een terugvorderingsactie (revindicatie) beschikt maar slechts over een vordering uit onverschuldigde betaling.
B is geen eigenaar van de zaak en heeft dus ook geen belang, zodat hem naar Romeins recht geen actie ten dienste staat.
Nee, aangezien A in verzuim verkeerd heeft, heeft naar Romeins recht een risico-omslag plaats gehad, zodat ook schade die onder overmacht tot stand kwam voor risico van de debiteur komt.
Ja, A beschikt over acties op grond van zaaksbeschadiging en acties wegens het toebrengen van lichamelijk letsel.
Het Romeinse recht kende geen echte vertegenwoordiging in de zin dat de vertegenwoordiger er tussenuit valt.
A-------B-------C
x
De institor is in het Romeinse recht naast de principaal A gebonden dus zowel overeenkomst C - A als overeenkomst C -B. Neen dus.
Verbintenisrechtelijk is B aansprakelijk, maar B houdt het goed niet voor zichzelf dus (zakenrechtelijk) is A eigenaar.
Indien ze voor verdeling vatbaar zijn worden schulden en vorderingen bij vererving van rechtswege verdeeld. Dus zowel X als Y zijn tot betaling van 5000 sestertiën verplicht zodat hij zich kan verweren tot betaling van de overige 5000 niet verplicht te zijn.
Ja, actie uit zaakwaarneming. Volgens X mag een actie uit ongerechtvaardigde verrijking ook.
Ja, actie uit lastgeving (actio mandeli contraria).
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Deze bundel bevat 11 oefententamens en de werkgroepopdrachten bij het vak Romeins Recht aan de Rijksuniversiteit Groningen.
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2299 |
Add new contribution